No» 296. 44a Jaargang* woe. KWALITEIT I DIEN8T Maandag 17 December. Bli te Courant Moort eea büvoeasel. taieert K »p k ÏEUILLETON. VliftfysdK Cnrut «el Gcïii. IsitapMai, Birweniandsclfé ftenchteB, Kimt Jlililii m Jtai|a!t IMuisg. IIJBBECHTS. Groenewoud, 15. u r a n t vas E. eèBchwaren en Middelburg v. v. -40f 5.50f 7.55* .30* 1.15§ 2.—* 5.50§ 6.55* I- e Remise, e Zeil markt. Badhuis. .15f 6.25fj8.40* .15* 2.—2.45* 0* 6.55§ T.50* 10f. dan tot de Re- markt. huis. mmwu. 6.—, 6.20, 7.—-, 10.20, 10.40, 2.30, 1.05,1.30*, 4.30, 4.50, 5.20, 0. 7m. 6,10, 6.30, 0, 10.10, 10.30, 12.10, 12.45, 3.40, 4.10, 4,40 7.25, 8.—, 8.S0. Zondags nit mrsr. 6.17.9.27 6.40 9,20, 6.28 9,08 6,16 8.56 6.09 8.49 6.— 8.40 5.44 8.24 5.38 8,18 6.47 9.27, 6.— 8.40 5.48 8.28 5.45 8.25 5.40'8.20 5,35 8.15 5CHELÖE 7. ,23 e)g) ,50 g) trek van euzen vm. 8,30 le en Neuzen en hoogste 15 vaa Neuzen VL1SSIKSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.80» Wow» ||@t fOSi 2.50, Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- ADVERTMTÉN: van 1—4 regels ƒ0.40, Voor eiken rege; meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts Weemaal berekend. Groote letters en cliché's naar jdaatsruimte. ¥@rschflnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Telephoonnummer 10. Ahonncments-Ailvertenliëii op «eer voordcelige voorwaarden. Zjj, die zich met 1 Januari 1907 op ons blad altoimeereii, outvaii- gen het tot dien datum gratig, Gemeentebestuur. DRANKWET. Burg. en Weth. van Vlissingen Gelet op art. 12 der Drankwet doen te weten dat bij hen is ingekomen een verzoek van CORNELIS LAVOOIJ te Vlissin- gen, om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein voor gebruik elders dan ter plaatse van verkoop in perceel M 70, gelegen aan de Joost de Moorstraat dat vanaf heden, gedurende veertien dagen schriftelijke bezwaren tegen het eventueel verleenen der gevraagde ver gunning kunnen worden ingebracht bij Burgemeester en Wethouders voor noemd. Vlissingen, 15 December 1906. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, W1TTEVEEN. Gr K L 13. Wij vertrouwen weinig tegenspraak te zullen ontmoeten, wanneer wij be weren, dat geld de voornaamste factor van het leven is. Dat is trouwens heel natuurlijk. Wanneer men bedenkt en wij spreken natuurlijk over de heden- daagsche toestanden der maatschappij dat het geld verkregen wordt, of verkregen is, door zekere hoeveelheid van arbeid, die wij zelf, of andere per sonen voor ons, er voor verricht heb ben, dan ligt het voor de hand, dat "het ook weer dient om zich alles te verschaffen wat noodig is om het li chaam en de arbeidskracht, door het lichaam verricht, te onderhouden. Er zijn uitzonderingen, er doen zich ver schillende vormen voor, maar als regel mag men stellen dat het geld eerst wordt verdiend en dan weer verbruikt om opnieuw te kunnen verdienen, en dat het zóó het geheele leven door blijft. Vandaar dat wij niet in verachting op het geld behoeven neer te zien en het „het sljjk der aarde" noemen. Wij Naar het Engelseh, van Douglas Alexander. 1-) De tonen van de Mondschein-Sonate vulden de kamer, ontlokt aan de groote piano door meesterhand. De man die speelde, ging op in zijn muziek, ont trokken aan de wereld. De rimpels in zijn gelaat, gevormd door droefheid en nadenken, verzachtten, de oogen straalden helderder, verloren in de betooveringen, die zijn eigen talent schiep. Paul Carmichael werd in zijn spel gestoord door 't luidruchtig binnenko men van een kort, donker mannetje, Wiens rood, alledaagach gezichtje ge- tuigde van zenuwachtige opgewonden heid en wiens armen zich uitstrekten in Wild gebaar. Zijn stem klonk toornig 't Ia gemeen, monsterachtig 1 Ver week te Chelton, deze week te kunnen even goed in verachting neer zien op onze eigene arbeidskrachten, of op het brood dat wij eten. Iets waar we niet buiten kunnen, omdat de in riohting der samenleving dat meebrengt, kan geen slijk wezen. Men ruilt bot geld tegen levensbehoeften en, indien men er in slagen kan, door inspanning en vlijt, Dog iets meer te verwerven dan voor die levensbehoeften noodig is, dan ruilt men het ook tegen wat an ders, iets wat genot of gerief verschaft men maakt er zijne omgeving wat aan genamer door besteedt het voor nut tige dingen of tot verzekering van zijn toekomst, iets meer dan men anders zou kunnen doendoet, zoo het moge lijk is, wèl aan anderen of bevordert er goede doeleinden mee. Op die wijze doorgaande zou men haast nog kunnen komen tot de uit spraak dat geld gelukkig maakt. Welnus die uitspraak behoeven we ons niet te schamen. Het geld van hem die het verkwist, dat wil zeggen, het uitgeeft zonder doel of waarde-verkrijging, maakt hem zeker niet gelukkig, en het geld van den gierigaard, die anderen zooveel mogelijk afwoekert en zijn eigen lichaam niet eens genoeg geeft, strekt hem en anderen ten vloek. Het geluk dat het geld verschaft is dan ook niet zoozeer gelegen in het bloots bezit ervan, zooals een mooi kwartje of een mooi dubbeltje voor den spaarpot het kind gelukkig maakt. Dat' geluk is veeleer daarin gelegen, dat wij nu de gezondheid en de krach ten kunnen waardeerec, die ons geschon ken zijn om te arbeiden, de gelegen heid om onze arbeidskrachten aan te wenden en de mogelijkheid om ons zeiven en de onzen die bevrediging eener natuurlijke behoefte te schenken, die wij „genot" noemen. "Wanneer het bezit van geld dan toch wel gelukkig kan maken, dan moet het streve i naar het bezit ervan ook wel geoorloofd zijn. Zeker, wij zouden het tegendeel niet willen beweren maar ook hier hangt weer veel vaa het begrip van de zaak af. 'c Moet ons ook alweer niet zoozeer om bet geld zelf te doen zijn anders zouden wij gevaar loopen van minder nauwgezet te zijn in de keuze der middelen en de oude les der staathuishoudkunde te ver geten die, werken en eerlijk zijn, als het begin en het einde van alle econo mische wijsheid beschouwde en zeker niet ten onrechte. Maar indien wij het oog vestigen op de onzekerheid en wis selvalligheid van al wat ons omringt, wij zelf er onder begrepen, dan moet het wel degelijk plicht schijnen, door arbeid en vlijt te trachten vooruit te komen, dus meer geld te verdienen en te bezitten. Maar, nog eens, niet zoozeer om het geld, maar om de onafhankelijkheid, de zekerheid, de meerdere vrijheid die het schenktin één woord, al wat een zekere mate van behagelijkheid, kleur en voldoening aan het leven kan schenken. Is bet niet waar dat het geld op zich zelf geluk verschaft, en het kan niet waar zijn, omdat de bateekenis, de functie van het geld daarmee in strijd zijn, --- dan moet het ook noodzakelijk onjuist wezen, wanneer men zegt„hoe meer gold, hoe meer geluk." De moge- iijkheid om wel te doen, om het goede te bevorderen, d i e wordt door het geld wel geopend maar de mogelijkheid om alles te koopen wat het hart be geert, dia zal ons nooit worden geopend. Een sleutel die overal past zal het geld nooit wezeD, Als dat waar was, dan zouden het stoffelijke aan de eene zijde, en het zedelijke en geestelijke aan den anderen kant, geen afzonderlijke dingen zijn maar dat zijn ze en zullen ze eeuwig bljjven want zoo is de wereld ordewaarvan wij de strekking noch te bepalen, noch te beoordeelen hebben. Al smachten wij naar liefde en vriendschap, nooit zullen wij die hemel- sehe gaven deelachtig kunnen worden, ais wij het vermogen niet bezitten om de sympathie der zielen te kunnen op wekken. Wij willen ons laven aan de bronnen van weiensohap en kunst, maar wij zullen het nooit vermogen, waar de gaven ons ontbreken, waar dia bron nen alleen uit voortvloeien. Al de wijzen der aarde zullen tezamen geen wijs mensch van ons maken, al konden wij ze begraven onder osntenaars goud. Eu zóó is het iu vele dingen, veelal in dingen dia aan het leven de grootste waarde kunnen scheuken. Een treurige waarheid Neen, dat schijnt maar zoowant, daargelaten nog dat de mogelijkheid om zich voor geld in bet bezit van elk begeerd goed te stellen, eene ongeljjkhsid van lots- bedeeling zou daarsteiien, die wellicht pijnlijk zou aandoen, staat het vast Derverton, de volgende te Rigstown de vorige maand zelfs te Londen Esn uitverkocht huis I En dat voor een jongen een kind 't Publiek verdringt zich. ideaalEu ons laten ze spelen voor stoelen en banken 1 Mijn tijd is voorbij zuchtte Carmichael. Ze aanbidden de opgaande zon. 't Is niet meer dan natuurlijk. Richardson Vane hoofdsohudde ont kennend. Gekheid I dat is het niet alleen. Er steekt iets achter, eangeheime vijand schap tegen ons. Dat kan ik niet gelooven, ant woordde Carmichael. Dien jongen ken ik niet eens. Maar ik heb hem hooren spelen en ik moet 't eerljjk bekennen zijn roem is verdiend. De pianist stond op, boog over de tafel en zag naar het papier, dat zijn secretaris daar had neergelegd. Op eiken datum, vastgesteld voor zijn eoncert- tournée, was er een andere naam, dien van een concurrent, en altijd was dat dezelfde naamRupert Lispoli, het nieuwste wonderkind in de muzikale wereld, de jongen wien een goddelijke gave scheen toebedeeld. 't Kan niets anders zijn dan puur toeval, zei Carmichael, peinzend. Waarom zou dat kind mij kwaad kunnen doen die kleine Italiaan 't Is een zonderling samentreffen, anders niet. Laten wij niet zoo pessimistisch zjjn, mijn publiek keert weer tot mij terug. Hij sprak op een toon van vertrou wen er was echter geen vertrouwen in zjjn hart. De laatste tien jaar had hij in zijn land gegolden voor den besten pianist van zijn tijd tien jaar bad de zonne schijn der populariteit hem gekoesterd, en 't was een bittere gedachte, dat hij nu plaats moest maken voor een kind, zich verslagen achten door een jongeren mededinger. En er dreigde meer dan gekwetst gevoel van eigenwaarde. Hij had weinig gehecht aan 't geld, dat zoo gemakkelijk werd verdiend. Gespaard had hij niet en de toekomst zag er donker voor hem uit, ais Rupert Rus poli en de mensohen, die achter den knaap stonden, plan hadden hem te verjagen van stad tot stad. Verdiept in sombere gedachten, lette hij weinig op 't voorgezette klaaglied van zijn secretaris, doch een tikje op de deur schrikte hem op. dat zeer veel, wat niet voor geld te koop is, wel degelijk kan verkregen worden door andere middelen, middelen van zedelijken aard, hoogstens een weinig door het geld gesteund en versterkt. Vljjt, volharding, inspanning, die zul len ons kinderen kunnen doen worden van wetenschap en kunst; een onbe rispelijke levenswandel, gevoel voor verplichting jegens anderen, die zullen ons achting en aanzien kunnen ver schaffen. Zulke voorbeelden zijn er vele en het is zeker een heerlijk ideaal, te streven naar het bezit van wat het goud niet schenken kaneen streven dat eerst de ware volheid aan het measche- lijk leven schenken kan. Ten slotte nog ditveel kan men voor geld niet koopen maar wat men eenmaal bezit, dat kan men bijna altijd voor geld kwijt. Een groote waarheid maar ook een zeer treurige, die heel wat rijken arm heeft gemaaktarm ook in zedelijken zin, en dit is da diepste, de meeat gevoelde, do meest vernederende armoede. Twes&o Eamsr. De vergadering werd gisterenavond voortgezet en eerst hedennacht half twee gesloten. De beraadslaging werd voortgezet over hoofdstuk financiën. Door den heer Nolting werden de arbeids-voorwaarden van de werklieden bij de rijks-munt besproken en daarover vele klachten geuit, doch door den heer Patijn werden vele voorstellingen vaa den heer Nolting in strijd met de waarheid genoemd. De heer Troelstra ondersteunde in hoofdzaak het betoog van den heer Nolting. De minister vau financiën beant woordde de sprekers en verdedigde den muntmeester tegenover de aanvallen van de heeren Nolting eu Troelstra. De heer Van Viiet vroeg billijker regeling der toelagea voor de belas - tingcommiezen, beperking van den Zondagsdienst en gelegenheid voor de lagere ambtenaren om zich voor de huogere rangen ts bekwamen. Da heer Troelstra dankte den mi nister voor de verhooging van het rang- traktement der belasting commiezen. Hij hoopte op gunstige overweging van nog andere wenschen van den Com- miezenbond. Hij vroeg verder of wel ge bruik gemaakt wordt van de gelegenheid, die er is voor lagere ambtenaren om tot de hoogere rangen op' te klimmen en of de studie wel aangemoedigd wordt. O, dat is juffrouw Arrington, zei Vane. Ze wilde u een paar liederen doen hooren, die ze morgen op 't concert zal probeeren. Carmichael knikte. Hij controleerde altijd de nummers, uitgevoerd door de andere leden van zijn klein concert ensemble. Eau heel mooi meisje kwam binnen, slank en elegant, zeldzaam bevallig. Ook hare schoone oogen fonkelden van ver ontwaardiging. 't Is schandelijk! riep zij uit. De muzikant glimlachte Vane knikte instemmend. U heeft zeker de biljetten gelezen van Ruspoli's concert P Ze zijn hier overal aangeplakt. Carmichael keek op. Dat was de grootste verrassing. Hij had tot nog toe niet geweten dat de knaap in dezelfde stad was een stad, waar de meester altijd stampvolle zalen had gehad. Ja, vervolgde het meisje, hijgend van opwinding als ik u was, meneer Vane, zou ik eens gaan informeeren, wat dat onderhandsch geknoei tegen ons beteekent. De secretaris knikte, nam zjjn hoed en ging vlug heen. Toen hp weg was, Rijkspostspaarbank. Gedurende de maand October werd in de rijkspostspaarbank f 5,391,057.26 in gelegd ent8rugbetaaldf5)329,828.86 w.o. I' 56,793.65 '/g wegens aankoop van in schrijvingen ia een Grootboek, obligatiën of certificaten van inschrijving, zoodat f 61,228.40 meer werd ingelegd daa terugbetaald. Het tegoed op ultimo Oc tober ten name van de verschillende inleggers ingeschreven bedroeg totaal f 135,950,202.86. In den loop der maand zijn 10,147 nieuwe boekjes afgegeven, 1563 geheel afbetaald, zoodat aan het einde der maand 1,247,884 boekjes in omloop waren. Tot ultimo Oct. is een bedrag van f2,578,128.911/! aan inschrijvingen in een Grootboek der Nationale Schuld, obligatiën ten laste van den Staat of certificaten van inschrijving, ten be hoeve van 3257 inleggers aangekocht. Prof- dr. J. A. S. Oudomansf Te Utrecht is gisternacht in den ouderdom van 78 jaar overleden de oud-boogleeraar in de sterrenkunde aan de Utreohtsche hoogesehool dr. J. A. O. Oudematis. Gedurende tal van jaren bekleedde de overledene het hoogleeraarsambt, gedurende 15 jaar onderbroken door zjjn optreden als hoofdingenieur van den geographiaohan dienst in Neder- landsoh-Indië. De overledene was ridder in de orde van den Ned, Leeuw, In 1898 werd bij wegens het bereiken van den 70-jarigea leeftijd opgevolgd door den hoogleeraar dr. A, A. Nijland. Prof. Oudemans was ruim 40 jaar lid der Koninklijke Academie van Wetenschappen Saeiaal-dafflooratsn of slsltjas in don stillen nood. In „L. en V." treffen wij de vol gende driestar aan Telkens wanneer bij een verkiezing op een sooiaal-democratischen candidaat een aantal stommen wordt uitgebracht, grooter dan den vorigen keer, wordt er in socialistische vergaderingen en bladen gejubeld onze denkbeelden winnen veld, onze partp groeit. Yan ander® zijden wordt dan vaak de gissing geopperd, dat niet al dis stemmen van sociaal democraten afkomstig zijn, dat daaron der vesleor vale schuilen van andere richting of zonder bepaalde richting. Thans komt de heer Tak in zijn Kroniek (no. van 8 December jl.) deze gissing op merkwaardige wijze bevesti gen. In zijn bloemrijke taal heet het „Daar zijn in dat stemhokje stillen in den lande, die hunkeren naar lucht wendde zij zich tot Carmichael. Er was een uitdrukking van oprechte smart ia haar gezicht. Dit nieuws heeft u ontstemd, zei zeik wil u vandaag niet lastig vallen met mijn liederen. Hij drong er evenwel op aan, ze zouden repeteeren. Pas waren ze daar- mee klaar, toen Yane terugkwam, nu veel beter gehumeurd triomfantelijk spottend boog hij voor Luey Arrington. Ik heb uw raad opgevolgd en alles vernomen, wat ik weten wilde over dien Ruspoli. Hij is de bescherme ling van een Engelschman, een rjjken advocaat, die zijn opleiding heeft betaald en zelf de datums van zijn optreden vaststelt. Ze hebben geen impresario, maar een soort spion, die onze datums moet uitvisschen en een ander lokaal huren in elke plaats voor denzelfden dag. Hoe heet die advocaat P vroeg Lucy snel. Laurence Ilehester. Beiden schrikten van dien naam. De pianist mompelde Ilehester 1 Ja, nu begrijp ik het begrijp ik alles. (WoiH, ?ems$ i»)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1