EIOING Woensdag 21 November. 1006. TOT. Na 274. 4% Jaargang» [lelijkste itof. DIENST Bmnenkfidsehe Molfe FEUILLETON* gebracht, gena dooh de Boekt ie onderstaand p, van staan over men loeiende verhak ten en 228 bh ï- H. Prins He, ij 71 Centimete, meter. steravondgenot tvangt het Pakkè nke! EEN JUF tevens bekwaam om te gaan. Br, Bureau „Vlis- AÏEHBIEHST. 6.—, 6.20, 7.—, 0.—, 10.20, 10.40. 12,30, 1.05,1.30*, 4.30, 4.50, 5.20, .20. vm.. 6,10, 6.30, 1.50, 10.10, 10.30, m. 12.10, 12.45, 3.40, 4.10, 4 .40 7.25, 8.—, 8,30, en Zondags nit Middelburg v.v. ■40-j- 5.50f 7.55* 30* l.lö§ 2.—* 5.50S 6.55* !5§. ie Kemise. Ie Zeilmarkt. et Badhuis. 15f 6.25f,8.40* .15* 2.2.45* 0* 6.55§ 7.50* 10f. dan tot de Re- Imarkt. dhuis. &1S1S. 7 6.47.9.27 - 6.40 9,20 18 6.28 9,08 16 6,16 8.66 19 6.09 8.49 0 6.— 8.40 4 5.44 8.24 8 5.38 8,18 7 6.47 9.27 0 6.— 8.40 5.48 8.28 5.45 8.25 5.40'8.20 5 5,35 8.15 acustoE 07. !,23 c)g) 3,50 g) rtrek van feuzen vm. 8,30 e en Neuzen ten hoogste 15 66 van Neuaea VLlSSIWSniE COURANT. Prijs per drie maanden 1=8®, Wsmm pe® posi 1.50. Afzonderlijke nummers 5 ceut Men abonneert zich bij alle Bock handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- A DVER'TEN TIËNvan 14 regels ƒ0.40, Voor eiken regei meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en eliché's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. TelepJuoïi nummei* Ï0. Abonnenients-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. Se katholieken en de minister van oorlog. De „Geld.* geeft een aanstipping van de onderscheiden houding van de katho lieke pers tot den minister van oorlog Het „Huisgezin* houdt den minister tegen zijn aanvallers de hand bov6n het hoofd, omdat hij de militaire lasten wil verlichten. „Centrum" en „Geld.", eerstgenoemd blad omzichtiger, het laatste meer ronduit, waarschuwen even eens tegen overijling in den aanval. Tamelijk wel in dezelfde lijn gaat de „Noordbrabanter", die althans eerst den minister wil laten spreken. Maar de „Maasbode" is voor „la mort saDs phrase", omdat ze in het streven naar een volksleger radicalisme ziet. Steun vindt ze in dit opzicht bij het „Dagbl. v. N.-Brab.", dat wel in beginael de politiek buiten de quaestie wil houden, maar nu het kabinet zsif door zijn solidair verklaring de politiek er heeft bijgehaald eenvou dig „voor of tegen het ministerie" wil zien stetrmen. Maar met die houdiüg van het Bre- dasche orgaan verklaart de „Geld." het oneens te zijn. Men beoordeele een steisel of maatregel op zichzelf. Wat men nadeelig acht voor den lande stemme men af, zelfs onder een bevriend kabi net, en omgekeerd. Het landsbelang primeere een zakelijk voorstel af te stemmen dat men in zijn hart zou kunnen toejuichen, alleen om den tegen stander den voet te lichten, dunkt het blad geen nobele tactiek. Het advies, dat we boven den „Noord- branter" hooren geven wacht af wat de minister in zijn memorie van ant woord te zeggen heeft en oordeel dan, gaf ook de „N. Rott. Ct." Daarvan zegt de „Stand." sarcastisch „Een braaf advies. Tegenwoordig wor den de ministers tenminste gehoord vóór ze gevonnist worden." De „Nieuwe Arnh. Ct." maakt de opmerking, dat de „Geld." bij de jegens den minister van oorlog mild gezinde kath. bladen ook nog het „Huisgezin" had kunnen noemen. Do kans is intusschen groot voegt de „N. Arnh. Ct," er bij dat het door „Ned.", ^Tpd", „Stand.", „Maasbode", „Nieuwe Ct.", enz. zoo lustig aangebla zen vuurtje ten slotte zal blijken een stroovuur te zijn. Want aan het gevaar, dat het miiitairisme nogmaals „de zerk" zal worden, „waarop de rechterijde in scherven" valt, zooals de „Geld." schrijft, zal men zich wel niet durven blootstel len. Het gebeurde is intussehen zeer leerzaam geweest. Eéu ding hebben wij er al vast uit geleerd, dat de positie van het huidige kabinet niet zoo wan kel is, indien het slechts voet bij stuk houdt en zich niet laat intimideeren. 39.) „Ja, doe dat", riep Agnes levendig uit, „zend u daar iemand heen." „Daarbij kan het geld van Rechling goede diensten bewijzen 1* „Neen, neen I laat Koenraad er buiten, voor zulke zaken deugt hjj niet. Ik bezit het noodige", voegde zij er bijna beschaamd bij, „u kan gerust over mijn kas beschikken." „Maar, mijnheer Rechling „O, ik zal dat wel met hem in orde brengen. Als hij er op gesteld is, kan bij mij later alles terugbetalen," „Hij zal zich tooh niet geheel ter zij do laten zetten", merkte Lageman op. „Hé, ik wenschte, dat er maar een oven instortte of een kleigroeve onder vater liep, of zoo iets, zoodat hij een paar weken aan de fabriek moest blij ven", «ai Agnes met komisohen ernst. Het blijvend gedeelte bij de Infanterie. Een der militaire berichtgevers van het „Hbld." schrijft De geringe sterkte van het blijvend gedeelte, dat dezen winter bij de infan terie onder de wapenen blijft, zal ver moedelijk op bezwaren stuiten, vooral als de achtmaanders der lichting 1907 onder de wapenen komen. Behalve dat het onderhoud van kleeding, wapens enz. daaronder zal lijdeD, zullen de officieren vaak geen oppasser meer kunnen hebben. Art. 173 vandenlnw. j Dienst, waarbij bepaald wordt, dat de i officieren gerechtigd zijn een soldaat als oppasser te bezigen, zou dan niet kun nen nagekomen en feitelijk buiten wer king gesteld worden. Verder zullen naar aanleiding der aanschrijving vaa het departement van oorlog van 15 Mei 1906 j.l,, korporaals somtijds gecommandeerd moeten wor den voor diensten, waarvoor zij eigen lijk in verband met hun prestige niet gecommandeerd moeten worden. Vooral in het garnizoen Middelburg wordt de toestand hoogst eigenaardig, de sterkte van het blijvend gedeelte aldaar is bepaald op 18 man, waarvan worden gedetacheerd naar Amsterdam 8 man, terwijl het aantal militiekader dat daar blijft 9 man sterk is, zoodat er i slechts 1 man voor den dienst be schikbaar blijft. Naar aanleiding van een en ander is door den minister van oorlog bepaald, dat, zoo noodig, meerdere officieren zich gedurende de wintermaanden met een gemeenschappelijken oppasser moeten tevreden stellen, ja het desnoods zonder militairen oppasser moeten doen. Verder behoort het geven van ver lof op werkdagen uitzondering te zijn en moet 't alleen verleend worden, bij dringende noodzakelijkheid of voor zoo ver het zonder stoornis voor den goeden gang van zaken kan plaats vinden. In het aantal manschappen, die van de garnizoenen Middelburg en Does burg waren aangewezen voor een deta cheering naar Arasterdam, zal te zijner tijd wijziging worden gebracht. Wat betreft het dienstdoen van korpo raals eventueel als de soldaat in het gelid, hoopt de minister bij de uitvoe ring van de getroffen maatregelen te kunnen rekenen op de volle medewer king van allen, van den hoogaten tot den laagsten in rang. Da tien epeanten. Het „Hbld." vestigd er de aandacht op, dat zoowel dit jaar als in bet vol gende, zoo voor Nederland als voor Nederl. Indië, op niet onaanzienlijke meevallers mag worden gerekend. Na uiteengezet te hebben, welke die voor Nsd.-Indië zijn, schrijft bet blad voorts Ook bij de middelen van Nederland zijn dergelijke meevallers te verwachten en niet enkel bij die, welke in den gewonen maandeljjkschen staat worden „Dat zijn fraaie weasehen 1" „Helaas, ze zullen niet vervuld worden", zuchtte zij, „wij zuilen hem dus een beetje om den tuin moeten leiden. De eigenlijke hoofdpersonen zijn wij 1 God geve, dat wij onze zaak winnen „Ik begin thans oenigs hoop te koeste ren wij hebben een paar troeven in de hand", verklaarde de advocaat. Jubelend sprong zij op. „O, als dat eens waar wasIk weet niet wat u dan wel van mij zou mogen eischen 1" Hij antwoordde daar niets op, maar drukte haar band vast in de zijnezij gevoelde het bloed naar heur wangen stijgen en nam haastig afscheid, om niet verder in verwarring te komen. De kantoorchef moost nog een langen tijd wachten eer hij gescheld werd. Lageman zat voor zijn schrijftafel en zijn potlood teekende of schreef her haalde malen eenige sierlijke letters, zonder dat hij ten volle bewust was telkens den naam Agnes op hot papier te brengen, „Ik kan eischen, wat ik wil her haalde hij. „Agnes, wilt ge den prijs betalen, dien ik eischen zal dien ik al strijdende wil verdienen Ja, ik kan, opgenomen. "Wij bedoelen het aandeel van den Staat in do winst der Neder landsche Bank. Tengevolge van den hoogen rentestand en de ruimere cre- dietvraag heeft de winst dezer instelling in de zeven maanden van het loopende boekjaar reeds ongeveer f 1.200.000 meer bedragen dan in de overeenkom, stige maanden var, het vorige jaar. De Staat ontvangt van die meerdere winst zoodat veilig mag aangenomen wor den, dat bij in 1907 minstens een mil- lioon, misschien wel anderhalf millioen meer uit dat middel zal ontvangen. Evenmin als met tin in Iadië, mag men er op rekenen, dat deze bate van blij venden aard zal zijn en mag deze toevallige bate geen aanleiding zijn om, met het oog op de steeds klimmende uitgaven, de blijvende versterking onzer rijksmiddelen tegen te houden of te vertragen. Maar er valt op nog een anderen meevaller te wijzen de aan zienlijk boogere dividenden o. a. bij de Deli-tabakmaatschappijen, waardoor de opbrengst der bedrijfsbelasting aanzien lijk zal stijgen. Ook op deze ruimere bron van inkomsten valt niet voortdu rend te rekenen. Maar nu dergelijke meevallers zich voordoen, ligt de vraag voor de hand is nu de tijdelijke bela3tingverhooging (de 10 opcenten op de bedrijfs- en de vermogensbelasting) voor 1907 nog wel dringend noodig Schoolconcili®. Sterk woelt bij het openbaar onder wijs de neiging, om de school onder een school-concilie te plaatsen, zegt de Alle onderwijzers en personen aan de school verbonden, zullen een soort raad vormen en in dien raad zal een beslis sing vallen, hoe 't in de school zal toe- Het hoofd blijft dan, voorsbands nog, voorzitter van dien raad, maar ook de voorzitter moet zich aan de besluiten van den raad onderwerpen. Maar er is geen enkele roden, waarom men ook dit niet veranderen zou. Best mogelijk toch, dat er onder de andere onderwij zers één is, die beter presideeren kan. Eigenlijk kan men dus het hoofd wel afschaffen, afschaffen ook het examen voor hoofd en stellig hat hooger tracte- ment van het hoofd. Voor dit alles bestaat geen reden meer. Gelijke mon niken, gelijke kappen. De republiek in de school. Vrijheid, gelijkheid, broeder schap ook hier. Moet 't dan blijven geljjk het is? Alleen het hoofd over alles zeggen schap en de anderen niets dan de blinde uitvoerders van zijn wil Stellig niet. Reeds het feit, dat soms het hoofd jong is en er onder de onder wijzers mannen van rijper leeftijd en meer ervaren zijn, ontraadt dit. Consultatie is'als vanzelf hier geboden. Het hoofd kan vergadering houden, met zijn onderwijzers overleggen en ik wil, ik moet dien door strijd ver dienen riep hij uit, terwijl 'n trotsche glimlach om zijn lippen speelde. „Ik zie nu mijn pad afgebakend. Niet te ver geefs zal je in mij je vertrouwen gesteld hebben, geliefde Op den weg, dien je mij hebt aangawezen, hoop ik een doal te bereiken, waarvan je niets vermoedt 1" Nog een geruime poos liep hij in de kamer te peinzen toen schelde hij en beval den agent Mobius nog dienzelfden avond bij hem te ontbieden, ELFDE HOOFDSTUK. Na een strengen winter was eindelijk de lieve lente gekomen en tooide de bloemen met jeugdig loof en de weiden met haar frisch groen. De zaden ont kiemden in den akker en crocusaen, hyacinten, viooltjes, anemonen en tulpen, sierden hun omgeving als juweelen uit de schatkist der lente. Iu den boomgaard hij de fabriek van Koenraad Rechling bloeiden de boomen in volle pracht. Ia den tuin kregen de beschuttende denneboomen weer jeugdig groen de vlierboomeu liepen uit en de tuinman had reeds de fraaiste planten uit de kas genomen om daarmee het groote bloembed voor het boerenhuis en, hen bennen in alles wat op de regeling betrekking heeft en zoo heel het personeel tot orgaan, in plaats van tot machine maken. Maar Vat nooit kan en heel de school ontwrichten zou is, het hoofd, tegen zijn overtuiging en tegen zijn eigen inzicht, te willen noodzaken te doen, wat zijn personeel bij meerder heid van stemmen besluit. Dan is er geen hoofd meer. Dan is het sohooleoncilie het hoofd geworden. En hiermee valt de schooleenheid weg. Staatscommissie tramwegpersoneel. De minister van waterstaat deelt in een nota naar aanleiding van het verslag der Tweede Kamer mede, dat er be paalde aanleiding aanwezig is om aan bovengenoemde Staatscommissie en quête-bevoegdheden toe te kennen. Mocht toch het advies dar Staats commissie leiden tot het nemen van maatregelen betreffende de dienatvoor- 1 waarden yan het tramwegpersoneel, dan is het voor hen die omtrent zoodanige I maatregelen zullen hebben te beslissen, van het hoogste belang, dat dat advies niet zij uitgebracht dan na een zoo i deugdelijk mogelijk onderzoeb.Die deug- delijkheid ban slechts door enquête bevoegdheden ten volle worden gewaar borgd. Vrouwenarbeid bij da posterijen, Zaterdag is door de presidente en secretares van het Nat. Comité inzake wettelijke regeiing van vrouwenarbeid, den minister van waterstaat aangeboden een rapport van da enquête door dat comité ingesteld. De minister ontving de dames zeer welwillend en onderhield zich geruimen tijd met haar over de quaestie die in het rapport wordt uit eengezet (de werking van het Kon. besl. van 2 Maart 1904.) De conclusiën waartoe het onderzoek heeft geleid, luiden aldus 1. dat het Kon. besluit van 1 Maart 1904 de ambtenaressen bij den post-, telegraaf- en telefoondienst in Nederland belem mert in het aangaan van een huwelijk, terwijl het haar die huwen, in meerdere of mindere mate fiaantieele schade be rokkent, een schade die een enkele maal zelfs nijpend wordt gevoeld 2. dat uit geen der door den minister aangevoerde argumenten de gegrondheid van het Kon. besluit van 2 Maart 1904 is ge bleken; 3. dat Nederland met zijn on verbiddelijk Kon. besluit van 2 Maart 1904 alleen staat, want dat in geen ander land de rijksambtenaressen in alle drie takken van dienst, èn post, èu telegraaf, èa telefoon, in geval van huwelijk ontslagen worden 4. dat overal waar in het buitenland in één of meer der genoemde takken van dienst getrouwde vrouwen werkzaam waren, noch zwangerschap, noch andere, in Nederland opgeworpen bezwaren een op te sieren. In den moestuin en op de velden zag men overal vroolijke bedrijvigheid in de kleigroeven en rondom de ovens zag man een gewemel, dat in de verte veel gelijkenis had met de bedrijvige werk zaamheid der naar een vast plan wer kende mieren. Uit do vorstendommen Lippe en uit Silezië waren troepen arbeiders gekomen om als gewoonlijk gedurende den zomer op de pannen- en steenfabrieken in de Mark te werken. Zooals de zwaluwen en ooievaars het oude nest weer opzoeken, vonden zij ook meerendeeis eik jaar weer werk op dezelfde fabriek, waarbij men verscheidene arbeiderswoningen had opgericht om hun een onderkomen te verschaffan. In de steden waren de timmerlieden en metselaars reeds druk aan het werk en daardoor was de voorraad der pannen- en steenfabrieken bij na geheel verscheept. Nauwelijks was dan ook een oven met nieuwe klinkers gereed, of men zag de helder roode klinkers op een kar weg voeren naar de schuiten, die in het nabijgelegen kanaal hun lading innamen om ze naar Berlijn en elders te brengen. Aanhoudend hoorde men het stampen storenden invloed op den geregelden gang der dienstzaken hebben uitgeoefend. Het Propaganda Comité voor Grond wetsherziening en algemeen kiesrecht, bestaande uit vertegenwoordigers van den Vrijzinnig Democratischen Bond en het Alg. Ned. Werkliedenverbond, is thans als volgt samengesteld Th. M. Ketelaar, Amsterdam, voor zitter, J. Kok, idem, penningmeester, J. F. Van Emmerik, Haarlem, P. W. J. van Hassel, Utrecht, C. H. Kouw, LeideD, Herman Snjjders, Middelburg, en H. Groenewoud, Scheveningen, secretaris. Te Utrecht is opgericht de „Natio nale Vereeniging voor den Volkszang" welker doel isa. het samenbrengen en doen samenwerken van alle perso nen en veresnigingen, die met het doel der ver8eniging instemmen b. het op richten van plaatselijke vereenigingen o. het oefenen van invloed op het zang onderwijs in de scholen d. het houden van zangavonden voor kinderen en volwassenen e. het uitgeven en ver spreiden van losse liederen en lieder- bundeis. Tot leden van het bestuur werden gekozen de heeren Wouter Hutsohen- ruyter, te Utrecht, voorzitterG. C. F. van der Laan, te 's Gravenhage, en Th. Nolen, te Rotterdam. Tot secretaris werd benoemd de heer J. S. M. Haver- mans, te Rotterdam. Nog andere heeren zullen worden uitgenoodigd in het be stuur zitting te nemen. De minister van landbouw heeft aan de Commissarissen der Koningin in de onderscheidene provineiën een schrij ven gezonden, waarbij zij, naar aan leiding van de omstandigheid, dat in den laatsten tijd de hondsdolheid zich in het zuiden das lands stsrk heeft verbreid, worden verzocht, de burge meesters uit te noodigen, steeds zorg te dragen voor eon spoedige en nauw keurige tospassing der wettelijke voor schriften, met betrekking tot genoemde ziekte uitgevaardigd, alsmede voor een streng toezicht. Vlisaïngen, SO Nov. Schouwburgzaal Stofkaper. Een zoo spoedig hernieuwde kennis making met het „Bronjgeest eusemble" hadden zeer velen niet verwacht. De herinnering aan „Neef" toch ligt nog versch in het geheugen en nu reeds werd het publiek weder in de gelegen heid gesteld het keurig spel van dit En semble te bewonderen. Voor een stampvolle zaai werden gisteravond opgevoerd „Discipline" van Friedrieh von Kon ring en „De dochter van Jephta" van Feliee Cavalotti. Het eerste echt Duitsche stuk, waar- en het gefluit der locomobiel, die de kleigroeven drooghoudt, zoodat de aard- werkers de kiei kunnen uitgraven. Voortdurend zag men deze kostbare aardspecie in karren naar de fabriek rijden, waar zij in pannen of steenen zal worden veranderd. Overal zag men ijve rig werkzame arbeiders, die door hun werk weinig bemerkten van de nijvere drukte rondom hen, die slechts onder broken werd door hunne schafttijden. Daar luidde juist de klok het signaal om het middagmaal te gaan gebruiken. De arbeiders uit de vorstendommen Lippe hadden een hunner als kok aan gesteld en deze zorgde er voor, dat zij dagelijks hun middagmaal konden doen met erwten en spek. Ofschoon da menu nooit veranderd werd, aten ze met grooten eetluBt tooh eiken dag hun erwten met spek op. De Sileziërs aten uit het pannetje, dat iu de gemeen schappelijke keuken op een smeulend turfvuurtje had gestaan en de arbeiders, die in de nabijheid woonden, verorber den hun maal, dat door hun vrouw of kind was gebraoht. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1