Donderdag 1 November. No. 257. 1906. 44e Jaargang. Van week tot week. FEÜIUAETON. Birmeiiïandsche bericIiteiL VLISSIKSSCHE COIIMNT. Prijs per drie maanden 1.80s Fïaaoo gte© fSQSÈ 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- ADVER FENTIÊNvan i4 regels ƒ0.40, Voor eiken rege! meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt- de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. Yerschflnt dagelyks. uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Telepliooii nummer 10. Aboimements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. Op het oogenblik waarop deze regelen geschreven worden, zijn wij gevorderd tot 30 October. Het is dan de verjaar dag van het bekende keizerljjk mani fest, waarin men het Russische volk met mooie beloften trachtte te paaien, om ten slotte niets te geven en einde lijk nog meer terug te nemen dan men gegeven had. Tegen dezen dag zjjn er in het ge- beele Russische rijk groote werksta kingen en hevige onlusten te duchten en het moet gezegd worden, dat de revolutionnairen er goed voor gezorgd hebben, dat het ten minste niet ont breekt aan wat men „de zenuw van den oorlog" noemt. Een buit van tus- uchen zeven en acht maal honderd duizend gulden, die de aanslag te Sint Petersburg opbracht, is waarlijk niet te versmaden. Yan aanslagen en van inhechtenis nemingen, van de daden van het mili tair schrikbewind leest men nog eiken dagmaar overigens is het in het Czarenrijb, wat de politieke gebeurte nissen betreft, onrustbarend stilwel licht weer de stilte die den storm voor afgaat. Hoogst vermoedelijk zullen wij het zeer spoedig weten. Het nieuwe Fransche ministerie is zeker een zeer merkwaardig ministerie, in zooverre als het voor de eerste maal geweest is, dat een naar het socialisme overhellende radicale Btaatsman als for meerder en voorzitter van een kabinet optreedt. Overigens zullen wij natuur lijk de daden van het nieuwe bewind moeten afwachten. Eene eigenaardigheid in het ministerie Olémenceau is het, dat er in is opge nomen, oDgeveer als in België, een departement van arbeid en bygièue (ge zondheid), waartoe de directiën van openbaren onderstand en van onderling hulpbetoon vereenigd zijn. Dat 't optreden van generaal Picquart als minister van oorlog verschillend beoordeeld zou worden, was te verwach ten. Zeker zouden ook wij niet gaarne wenscben dat er in de als afgedaan beschouwde Dreyfus-zaak opnieuw iets voorviel. Dat zou verkeerd wezen maar overigens zijn wij van meening, dat het feit der benoeming een bewijs is, dat er in de laatste jaren een totale omkeer heeft plaats gehad in Frankrijk. Smadelijk uit het leger gezet, nadat te „Kostte het u geen strijd, uv? vijandin Ma verfrissching te geven?" „Ja, dat kostte het mij", antwoordde Valentine. „Ik ik wenschte „"Wat wenschte u P" Zij antwoordde niet. De levendigheid van daareven was vervlogen met de Woorden, die op haar lippen bestorven "aren, Zij keerde tot de werkelijkheid terug I Daar zat zij in de verhoorzaal tegenover den reohter, wiens hoofd in de Bchaduw bleef, terwijl haar gelaat ten volle beschenen werd door het licht Tan de gaslamp boven de tafel. „Toen verlangde uw gemoed naar ''taak, niet waar vroeg Hausler. Zij zweeg. „Toen kwam de begeerte op, die 'touw dood aan uw voeten te zien P" Sog altjjd zweeg zij zij bedekte vergeefs getracht was hem den mond te snoeren of op andere wijze onscha delijk te maken, heeft bij tegenover de geheele openbare meening en tegen ad zijn chefs volgehouden dat er onrecht was gepleegdeen daad van grooten zedeljjken moed en van buitengewone eerlijkheid. Eerst onlangs met den rang van generaal in het leger teruggebracht, is hg thans, zonderlinge en wonderljjke loop van het lot, de chef zijner bitter ste vijanden. Zoowel in het leger als bij de vloot, zijn de zoogenaamde clericale elemen ten in Frankrijk sterk vertegenwoor digd. Mocht het de bedoeling der nieuwe regeering wezen om den strijd tegen de overmacht der kerk voort te zetten, ook door de clericale elementen uit het leger te verwijderen, dan is Picquart zeker wel de mau om zonder aanziena des persoons te handelen. Het gerucht gaat dat de regeering vast besloten is om, wanneer zij op 11 December mocht komen te staan tegenover een opstand tegen de wet op de scheiding van kerk en staat, aan de Kamer zal voorstellen maatregelen te nemen, die reeds thans in beginsel zijn vastgesteld en die de onwilligen tot gehoorzaamheid aan de wet zullen dwin gen. Yan anderen kant evenwel komen berichten die op zachtere maatregelen schijnen te wijzen j waarop wij voor het tegenwoordige niet verder zullen ingaan. De terugkeer, van het stoffelijk over schot van den Hongaarschen vrijheids held Rakoczy, van het Turkeche grond gebied waarop het rustte, naar het Hongaarsehe vaderland, iö een daad van piëteit en van verzoeningsgezindheid, die keizer Frans Jozef, die er toestem ming toe gaf, bij het Hongaarsehe volk zeker weer in achting zal doen Rakoczy was een van de vrijheids helden, die het meest door de groote kunstenaars van het Hongaarsehe vader land verheerljjkt zjjn in den nooit ge- eindigden strijd tegen het Habsburg- sche huisbij was de ziei van den minder bekenden opstand yan westelijk Hongarije uit den tijd van den Oosten- rijksohTurkschcn oorlog. Die opstand duurde van 1701 tot 1711. Vogelvrij verklaard, leefde de held op Turksch grondgebied tot 1735, toen hij te Ro- doato stierf en begraven werd. Bij keizerlijk besluit was hij even wel tot rebel verklaard en keizer Frans haar gelaat mat de handen en zonk kermend in haar stoel. De rechter liet haar geen tijd om zich te herstellen onmiddellijk vroeg hjj „En op dien wensch volgde de daad toen meDgde u vergif in het water, niet waar P" Die woorden hadden toch niet de uitwerking, die hij zich daarvan had voorgesteld, het verschilde echter niet veel. „Als ik op dat oogenblik een wapen in de hand had gehad, zou ik het tegen haar gebruikt hebben, geloof ik", antwoordde zij. „Dat zou tenminste eervoller en moediger geweest zijn, dan u op verraderlijke wijze van vergif te bedie nen", sprak de rechter op strengen toon. „Ik had noch het een, noch het ander", antwoordde Valentine, die weer in dezelfde moedelooze stemming verviel, waarin zij bjj het begin van het verhoor verkeerde. „Dus u erkent, dat u meyrouw Reobiing het vergif heb toegediend P" vroeg de reehter nu ronduitna al het gesprokene was hij tet de overtuiging gekomen, dat dit jonge, schoone meisje in een soort van waanzin de vrouw, die haar zoo bitter gekrenkt had, het Jozef is thans zoo onbekrompen ge weest, die wet in te trekken zoodat de dag kon aanbreken, waarop het over schot van den vurigen patriot op vader- landschen bodem kon terugkeeren. De hertog van Cumberland heeft dan toch waarlijk nog eens kans om ge roepen te worden tot den troon van Brunswijk. Men wenscht in het hertog dom weer eens een eigen landvorst, wat heel natuurlijk is, en daarom heeft de Landdag zich dan ook vereenigd met een voorstel, waarin verklaard wordt dat zonder een stelligen en vol- ledigen afstand van alle leden der hertogelijke familie van Cumberland van den Hannoverschen troon, er niet gehoopt mag worden op eene schik king tusschen de Pruisische kroon en den hertog van Cumberland schikt de familie zich nu in de zaak en houdt ook de hertog niet langer vast aan zijne aanspraken op Hannover, dan zullen de Brunswijkera hem zeer zeker uitroepen. Naar verluidt zou dit echter zeer tegen den zin van keizer Wilhelm wezen, die niet alleen in het Welfische Huis zijn natuurlijken vijand ziet, maar ook gaarne zou zien dat een zijner zoons den her togshoed verkreeg een familieregeering dus, waarmee men toch waarschijnlijk in het hertogdom zelf niet zoo hoog zou wegloopen. Het komedie-boevenstuk van Kiipe- nick is uit en onze lezers weten op hoedanige wijze het geëindigd is. De schoenmaker, wiens naam ongetwijfeld vereeuwigd zal worden, is ten slotte het kind van de rekeningmaar wij zouden ons best kunnen vereenigen met de meening, in een ander blad uitge sproken, dat deze schoenmakorsknecht, die misschien niet eens meer met pik draad en spanriem weet om te gaan, het officieel Pruisen tot zijn dupe ge maakt heeft. Yooral zouden wij ons kunnen ver- eenigen niet de conclusie, waartoe dat blad komt „Maar wat voor de wereld van meer belang is dan voor hemzelf, is, dat hij ten aanschouwe van ieder, een levend stukje maatschappelijke geschiedenis van Pruisen heeft opgehangen, en dat hij ons allen bigde heeft gemaakt, dat wij niet leven in het land, waar de „Pickelhaube" god is." vergift had toegediend, doch hij had ook een openhartige bekentenis verwacht. „Gelooft u dan, dat ik mevrouw Rechling vergiftigd heb luidde haar wedervraag. „Mejuffrouw", zei de reehter met nadruk, „volgens de wettelijke bepalin- lingen behoeft niemand zichzelf te be schuldigen. Het is zelfs de plicht van den rechter d® betrokkene daarop te wijzendaar staat tegenover, dat een bekentenis niet noodzakelijk is om eene veroordeeling te kunnen uitspreken. Bij voldoende bewijzen „En gelooft u die te hebben viel zij in. „Al heb ik ze nog niet geheel, dan zal het onderzoek ze wel aan het licht brengen voer hot oogenblik is er reeds gegronde reden om u gevangen te nemen." „Ik had niet anders verwacht", ant woordde zij onderworpen, hopende dat de rechter het verhoor nu zou sluiten. Daarin vergiste zij zich echter. Nogmaals ging de jonge en daarom nog ijverige rechter de zaak in alle bijzonderheden met haar door en deed moeite haar te doen begrijpen, dat mevrouw Reehling 't vergif nergens anders kon ingekregen Nabij hat doode pant. Het heeft er iets van in de rechtsche pers stipt de „Nieuwe Ct." aan of het ministerie nu maar zijn koffers moet pakken. De rechterzijde moet haar kruit droog houden, omdat de gevolgen van een conflict zich „misschien zeer spoedig" kunnen voordoeD. Intussehen acht de „N. Ot." het op merkelijk, dat in de organen, welke aan verantwoordelijke personen zeer na staan, een andere toon wordt aange slagen. Zóó de „Nederl." en de „Stand.", welk laatste blad al zeer kalm is en zelfs aan de rechterzijde nog een vrien delijk standje geeft, dat zij in het voor- loopig verslag over hoofdstuk I te veel aan politiek heeft gedaan, nl. bedenkin gen tegen het beleid van den minister van oorlog aldaar zijn onderdak gebracht. „De bedoeling daarvan is natuurlijk" Bchreef de „Stand." „hierdoor de politieke befeekenis van het geding scherp te doen uitkomen, en dit kan zijn nut hebben. Maar het heeft toch het nadeel, dat men zoodoende van oorlog meer of min een kabinetsquaestie maaktiets waardoor het oordeel on vrij wordt." Volgens de „Nieuwe Ct." komt hierin duidelijk de vrees uit, dat de tegen den minister van oorlog te ver wachten oppositie, wellicht gevolgd door een dien bewindsman treffend votum, het gansche kabinet tot heengaan zou kunnen dwingen. Dit zou in de be rekeningen van de „Stand." blijkbaar niet te pas komen. „Rechts toonde steeds dat zij haar tijd kan afwachten", zegt de „Stand." En die tijd schijnt nog niet daar. Zelfs de anti-rev. „Rotterdammer", die het ministerie al vallen ziet, meent, dat „van christelijke zijde wel geen staatsman lust zal gevoelen om een nieuw christelijk ministerie te vormen, dat voorloopig met een minderheid in de Kamer het bewind zou aanvaarden, totdat Kamerontbinding noodzakeljjk zou blijken." Geeft men zich van de beteekenis van dergelijke uitspraken rekenschap, dan ziet men in meent de „Nieuwe Ct." dat voor de vrienden en ver wanten van het kabinet na Leiden meer reden tot ongerustheid niet behoeft te bestaan dan daarvoor. De grondslag van het kabinet is dezelfde gebleven. Niettemin, sterk is die grondslag niet, en dit zal het kabinet telkens nopen tot een nuchtere overweging van cijfers, feiten en verhoudingen. Men bewijst het dus geen dienst door het, gelijk het ,/Vad," nog onlangs deed, bij elke ge legenheid den ministerieelen „code d'honneur" in de hand te dringen. Het gevolg daarvan zou wel eens kunnen zijn, dat men het ministerie door al te sterke prikkeling van het eergevoel moreel zou nopen zijn taak neer te hebben dan bij haar bezoek te Wil- mersdorf. „En daarom moet ik het haar gegeven hebben sprak Yalentine schouder ophalend. „Niet daarom alleen", maar ook om de omstandigheden, die er mee gepaard gaan", antwoordde de rechter. „U geeft toe, dat die vrouw u doodelijk beleedigd had en dat u den diapsten wrok jegens haar koesterde. Bovendien stond zij tusschen u en uw beminde. Haar dood gaf hem de vrijheid om met u in het huwelijk te treden.® Bij deze woorden, die een rechtstreek- sche beschuldiging bevatten, sloeg Ya lentine vrij en frank op den reehter een blik, die van vertwijfeling sprak, doch hem als het ware de ziel doorboorde. Hierna zonder een woord te kunnen spreken, liet zij het hoofd op de borst vallen en barstte overmand door smart, smaad en hoon, in tranen los. ZEVENDE HOOFDSTUK. Agnes von Beeren's koolzwart haar was door schrik en toorn vergrijsd, toen men haar, zij telde toen negentien jaar en was sedert een jaar gehuwd heur echtgenoot, eea flink, knap officier. leggen op een oogenblik, dat niet alleen de verantwoordelijke mannen van rechts, maar de Kroon en heel het land er hoogst verlegen mee zouden zijn. De verkiezing te Leiden. Over den uitslag der verkiezing te Leiden nemen wij nog de volgende persbeschouwingen op De „Tijd" juicht dat Leiden dus gebleken is niet gelijk van ouds rechter- en linker-zijde meenden een twijfelachtig district te zijn. Yoor het succes der rechterzijde zijn Blechts noodigeensgezindheid en trouwe op komst. De „Tijd" aeht het thans de vraag of een zichzelve noemend liberale re geering, zonder eenige meerderheid in een der beide takken der volksvertegen woordiging, nog kan en mag regeeren volgens liberale beginselen. Yoor wet ten, door die beginselen bezield, mag toch zeker den steun van groepen der rechterzijde niet worden verwaeht, Slotsom is, dat alleen „neutrale" ont werpen kans van slagen hebben. Het „Centrum" meent te mogea conatateeren, dat de coalitie rechts is gebleken hechter te zijn, op steviger basis te staan dan de coalitie links. Katholieken en anti-rev. hebben met even grooten ijver op De Viseer ge stemd als de ohristelijk-historisohen zeiven. Het ging als in 1905 „bloc" tegen „bloc" en de kracht van het christelijk bondgenootschap, dat men door den val van het ministerie-Kuyper zooal niet gebroken, dan toch ernstig geschokt achtte, bleek niet verminderd te zjjn. De Leidsche verkiezing is daarom van groote moreele beteekenis. Zij beeft niet slechts de rechterzijde in de Tweede Kamer versterkt met een man, dien zij ten vorigen jare noode daaruit verdwijnen zag, zij brengt niet slechts de meerderheid van links tot de kleinst mogelijke afmeting terug, maar zij mag ook worden beschouwd als een teeken, dat goede dingen belooft voor de toe komst. De rechterzijde is ten vorigen jare wel geslagen, maar niet verslagen. In den storm van Kuyperophobie en in de verwarring, door anti-elericale en andere leuzen gesticht, waarbij als derde factor de twijfelachtige houding van een dee! onzer bondgenooten kwam, heeft men de meerderheid weten te verplaatsen. Maar die overwinning is gebleken een overrompeling te zij s, waarby per soonlijkheden, het toeval en omstandig heden van zeer voorbijgaanden aard een voorname rol vervulden. Zoo ging Kam pen verloren, werd Leiden niet heroverd, dolven wij hot onderspit in Gorinchem en andere districten, die onder normale omstandigheden zoo al geen vaste, dan toch zeer kansrijke districten zijn, waar de reohterzijde over de meeste stemmen beschikt. Nu te Leiden opnieuw de zege werd bevochten door de partijen dien zij hartelijk liefhad, thuis bracht met een doodelijke verwonding. Hj was gekwetst in een tweegevecht. Da aan leiding daartoe was voor haar diep krenkend en bracht haar tot de erken tenis, dat Yon Beeren haar niet uit liefde gehuwd had, doch uit eigenbelang, daar zij de dochter was van rijke burgerlijke ouders. Deze ontgoocheling had de jonge vrouw zwaar getroffen en was oorzaak, dat zjj zich reeds jaren, lang uit de wereld had teruggetrokken. Zij was gezond naar lichaam en geest, en bezat groote veerkracht, beminde de kunst, speelde verdienstelijk op het klavier, beoefende den zang en trachtte zoo haar leed te vergeten, al was het haar thans na aeht jaren nog niet geheel gelukt. Kort na elkander waren haar vader en moeder gestorven, zjj was daardoor meesteres geworden van een aanzienlijk vermogen, had een kleine villa gekocht, die naar haar smaak laten inrichten en braoht hier in een kleinen, met zorg gekozen kring een gedeelte van het jaar door den overigen tjjd was zij op reis. (Wordt vervolgd,)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1