1806.
29 October,
FEUILLETON.
Ho, 254.
44e Jaargang.
Maandag
Gemeente bestuur.
Meuttrt 1 ilt
EEN LEVENSBEELD.
tfelaspslê (nrnt
Wt fitïil. Isslipilil,
pene JMellsl c*
BiïïEanlaiidsGhe berichten.
jfazijplt iimkzisg.
VLISMMMHE COURANT.
Prijs per drie maanden #3 ja iföaooo jpöï pos® 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADVEKÏENTÏËN: van 1—4 regels ƒ0.40, 'Voor eiken rege®
meer 10 eent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der-zelfde
advertentie wordt de prijs slechts tieeemaaJ berekend. Groote letters
en cüché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, nitgezonderd ©p Zon- en feestdagen.
Telepluoiiiiummei' 10,
Abonnements-Advei'tentiiin op zeer voordeelige voorwaarden.
NATIONALE MILITIE.
Tweede kennisgeving voor de loting van da
Nationale Militie, lichting 1907.
Burg. en Weth. van Vlissingen
gelat op art. 26 en volgende der militie-
wat 1901
brengen ter kfnnia van belanghebbenden
dat de loting der in dit jaar voor de
militie ingeschrevenen in deze gemeente
aal plaats hebben ten Raadhuize op Dins
dag 6 November 1906, des voormiddags
ten 10 ure
dat gedurende vijf dagen, te rekenen
van den dag, waarop de loting heeft plaats
gehad, tegen de wijze waarop zij is ge
schied, bij Gedeputeerde Staten bezwaren
kunnen worden ingebracht door belang
hebbende lotelingen of door hun vader of
voogd
dat de bezwaren moeten worden inge
diend door middel van een door de noo-
dige bewijsstukken gestaafd verzoekschrift
op ongezegeld papier, onderteekend door
hem die ze inbrengt, welk verzoekschrift
bij den Burgemeester moet worden over
gebracht tegen bewijs van ontvang
dat op de navolgende dagen, telkens
dea voormiddags van 10 tot 1 ure, ten
Raadhuize zitting zal worden gehouden
tot het opmaken van de getuigschriften
ter bekoming van vrijstelling wegens broe-
derdienst, bedoeld in art. 53 der militie-
wet 1901, als
op Maandag den 12 November 1906
voor hen wier geslachtsnaam begint met
de letters A tot en met G
op Dinsdag den 13 November 1906,
idem als voren met de letters H tot en
met R
op Woensdag den 14 November 1906,
idem als voren met de letters S tot en
met Z
dat zij, die op zoodanige vrijstelling
aanspraak maken, op gemeldeu tijd ten
Raadhuize zullen moeten verschijnen ver
gezeld van twee bij den Burgemeester
bekende meerderjarige ingezetenen, terwijl
op broederdienst reclameerenden zullen
moeten medebrengen de bewijzen van ge
boorte van hen zeiven en de nog in leven
zijnde broeders, benevens het paspoort of
ander bewijs van ontslag, of een uittrek
sel uit het stamboek, of een bewijs van
werkelijken dienst van den broeder of de
broeders, op wiens of wier dienst zij
hunne reclame gronden.
En is hiervan afkondiging geschied,
waar het behoort, den 27 Oct 1906.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
20.)
.En hebt ge haar toen bessensap
gegeven
„Ja."
.is daar nog iets van voorhanden
.0, de flesch is nog meer dan de
helft vol, mjjn nicht ontkurkte ze eerst
om mevrouw Rechling er van te geven",
riep tante Constance.
„Heeft u dat gezien vroeg de
commissaris, zich tot de oude dame
wendende.
„Ja, zg trok er de kurk af, toen ik
'n de keuken kwam om het scheerwater
T»n mjjn broeder te laten wegkopen
hadelgkdaarop ging ik weer naar binnen,"
.Mag ik die flesch eens zien En
ook het glas, waar de dame uit gedron
gen heeft
„De flesch, met genoegen", ant-
*«®tdde de spraakzame tante. „Maar
De morgen aarzelt te komen, en
vertraagt zijne verschijning eiken dag
meer, in nevelen gehuld.
Een naargeestige verschijning
Wat was hij heerlijk, die laatste zomer
dag al te heerlijk misschien: een be-
driegelgke schoonheid.
De zomernachtsdroom is uitgedroomd
en twee vijandige elementen, of drie
zoo men wil vocht, duisternis en koude,
rukken aan in dichte drommen, om te
strijden tegen het heerlijke beeld van
licht en gloed en kleuren.
Wij zien nog slechts bouwvallen en,
voorzeker, ook een ruïne kaa schoon
zijnmaar hot bljjft toch een ruïne,
een vervallen grootheid. Wij bezitten
zelfs de macht niet om den bouwval
voor verder verval te behoeden. Als
eens de groote strjjd begonnen is, dan
bezwijkt het eene voor en het andere
na, totdat eindelijk het witte sneeuw
kleed ais een lijkwade de aarde bedekt
met al het gevallene.
Dat is nog slechts een toekomstbeeld.
Maar toch, wanneer de dagvorstin tel
kens in haar nevelkleed te voorschijn
treedtwanneer hare matte stralen
telkens later zegevieren, om telkens
vroeger onder ie gaan in den rossen
gloed der schemering wanneer de kille
adem van het noorden ons reeds be
reikt, dan weten W9 wel, dat we al
reeds aan het begin staan. Nu ruischt
het nog in den hooge als een statig
afscheidslied, maar straks zuilen we
niets meer vernemen dan het gekraak
van het dorre hout, waardoor de bul
derende storm giert, en zullen de ijs
kristallen zieh gaan vormen op de nog
rimpelende wateren.
Ook de zwaluwen hebben ons ver
laten, om den gevaarvollen tocht naar
Afrika's noorden te ondernemen. Ook
zij hebben het bedriegelijke doorgrond
van het helle licht, dat door de half
ontbladerde takken valtzij hebben de
najaarstinten gezien en zij gevoelen het,
wat die verandering aiom zeggen wil.
Zouden zij ook, de fladderende diertjes,
die ons zoo lief zijn, zouden zij ook
vervuld zijn van het heimwee naar de
stroomen uit het zuiden, van dat wee
moedig verlangen naar den zomertooi
onder de vroolijke Juni-zon f
Zeker is het wel zóó. Vandaar
het glas dat zal moeilijk gaan, want
mijn nicht heeft het spoedig nadat het
gebruikt is, afgespoeld en weer bij de
andere glazen gezet."
De commissaris wierp een doordrin
genden blik op Valentine. .Laten wij
dan de flesch halen 1 Waar staat die
Mag ik u verzoeken, mejuffrouw
Met de grootste beleefdheid beduidde
hij Valentine met een gebaar zijn
wensch, dat zjj de flesch zou halen en
hij met haar mee mee wilde gaan.
Zonder een woord te spreken voldeed
zij aan dit verlangen, voerde hem naar
de keuken en liet hem zelf de flesch uit
de kast nemen hij hield de flesch even
tegen het licht en knoopte ze toen onder
zijn jas. In de kamer terruggekeerd,
vorderde bjj, dat Valentine met hem
naar Berlijn zou gaan.
Nu kon tante Constance zich niet
langer stilhouden. „Wilt ge mijn nicht
gevangen nemen P" snikte zij.
„Hoe komt ge toch op die gedachte,
mevrouw
De oude dame begreep, dat zij een
domme streek had begaan en trachtte
er om heen te praten. „Als de politie
komt, krijgt men spoedig zulke ge
dachten,"
immers hun terugtocht 1 Zij hebben
genoten van den vollen zomerrijkdom
maar oogsten als de mensch doen zij
nietzij hebben genoten van de
kostbaarste gaven der natuurmaar
niets bindt hen aan de plaats, waar zij
het nest bouwden aan het huis des
vredes.
Met ons, mensehenkinderen, is het
zoo geheel ander», niet waar Het is
een algemeens terugtocht. De zomer
verliet ons en de zwaluwen met hem
maar wij zijn gebonden aan ons ver
blijf daarom zaaien en oogsten wij
oakwant op do dezelfde plaats ge
nieten wij de zomerweelde en beveili
gen wij ons voor de stormen van den
herfst en de vlagen van den winter
gaan wjj over van het licht in de duis
ternis.
Geen wonder, dat wij ons wei eens
somber gestemd gevoelen en de arbeid
wel eens zwaar valt. Wij, kinderen van
het halve noorden, kennen maar al te
goed de groote overgangen der natuur.
Gelukkigen die wij zijn toch, indien
het licht der hoop voor ons blijft flik
keren, te midden van de nevelen van
den nacht.
Zal dat niet zoo zijn, indien wij slechts
bedenken dat niets ons het uitzicht
kan beneman op het wonder der ver
nieuwing
Waarlijk, wij hebben het inwendige
licht der hoop wel noodig. Want voor
menigeen is moed en kracht een nood
zakelijk wapen in den strijd, die .de
naaste toekomst met zich brengt. Voor
velen zal de zorg niet onverwacht ko
men maar toch zal zij drukken. En
al mochten zorg en lijden ona worden
gespaard, de levensweg is voor zeer velen
niet zoo effen, wanneer de elementen
hun kracht en invloed doen gevoelen,
Aan bezwaren en moeiten ontbreekt
het niet.
Wèl ons, indien wij ons kunnen ia-
ven aan de bronnen van moed en kracht,
waaraan het ook niet ontbreekt. Nog
zijn we genoeg doordrongen van de
zegeningen van het schoone jaargetijde,
om een open oog te hebben voor de
heerlijke tinten van het gele najaars
lover, die den kunstenaar in verruk
king brengen, meer dan de volle zomer
het vermag. Hoe zeldzamer een genot
is, hoe hooger het wordt gewaardeerd
en hoe beter het smaakt. Daarom is
het ons ook zoo heerlijk, wanneer wij
De commissaris lachte fijntjes en
bedacht de keuze zijner woorden om
haar nog meer in het nauw te brengen
docb nu kwam Adoif er tusschen. Hij
maakte zich aan den commissaris bekend
als de rentenier Bauerlich, een bloed
verwant des huizes en stelde met de
grootste voorkomendheid den commissa
ris voor gebruik te maken van zijn
rijtuig, dat nog voor de deur wachtte,
om met zijn nicht naar Berlijn te rijden,
„U staat mij dan wel toe mee te
rijden dan ga ik bij den koetsier op
den bok zitten", zeide hij tot Valentine
met een veelbeteekenenden blik op den
commissaris, die gaarne dit voorstel
aannam.
„Wilt ge ook naar Berlijn, Adolf?"
kreet Constance met tranen in de oogen.
„Moet ik dan bij het lijk alleen blijven P"
De commissaris keek verwonderd en
ontsteld op. Toen Bauerlioh hem gezegd
had, hoe de zaken hier in huis stonden,
gaf mijnheer Kühnel dan ook zijn
oprecht leedwezen te kennen, dat hij op
zoo'n treurigen dag hier als verstoorder
had moeten optreden. Een oogenblik
stond hg in gedachten verdiept en zeide
toen „Ik hoop u van dienst te kunnen
zijn, raevronw 1 Er wacht iemand buiten
nog eens een enkele maal kunnen dwa
len door het gele najaarslover, over de
gevallen bladeren, en de horst zich nog
eens verruimen kan onder de krachtige
ademhaling in de kalme atmosfeer.
Welk een levensbeeld
Hoe herinnert dat alles ons niet aan
onze eigene jeugd, onze levenslente.
Alles was licht en kleurig voor ons,
geen zorgen drukten ons als de val-
lende bladeren, voortgedreven door den
adem van den herfstwind,zoo leefden wg,
Zooals de zwaluw fladderend heen
en weer scheert vóór de groote reis
een aanvang neemt, zoo gingen wij ook
eenmaal in jeugdige zorgloosheid een
leven tegemoet, dat ons scheen toe te
lachen; „Kom en geniet!" De lente
was nog nauwïijks aangevangen, aan
den zomer dachten wij nóg niet, veel
minder aan den herfst.
En thans P weik een verandering
alom Puinhoopen en nog eens
puinhoopen; de wandeling over een
groot doodenveld het kerkhof van onze
hoop en onze verwachting, van ons
wensehen en verlangen.
Yoor velen onzer toch, is 't met den
zomer ook reeds gedaan. De herfst
stormen kondigen zieh in de verte aan
de lucht betrektde nevelen omlijsten
ons; de waterstroomen dreigen en zul
len zich over ons neerstorten op den
dorrenden grond.
Zal dat alies ons neerdrukken, waar
we zooveel kracht behoeven, steeds moer,
naarmate de horizon van ons bestaan
zich voor ons inkrimpt Dat nooit
Weg, sombere gedachten weg, want
wij gelooven aan een nieuwe lente
Het wordt grauw om ons heen en
koud maar we teren op de zoete her
inneringen aan lentevreugd en zomer
weelde. En, daarmee kunnen we het
wei een poosje doen want, we zjjn rgk
aan ervaringen, gelouterd door de be
proevingen, onderwezen door het leven
jj en, waar we dat alles ons ten nutte
willen maken, daór zal nog een schoone
herfst ons deel zijn, zullen we nog een
wijle kunnen genieten van den beschei
den oogst, dien we, zaaiende en arbei
dende mochten verkrijgen.
op me, dat is een vertrouwbaar man.
Ik zal hem binnenroepen en hem last
geven hier te blijven tot aan de terug
komst van uw nicht. Hij zal niet lastig
zijn, u niet storen en mocht het wat
laat worden, ga dan gerust slapen, want
ge zijt onder goede bescherming."
Zonder een antwoord af te wachten,
ging hij de deur achter zich open
latende in de gang, riep een naam
en keerde terug met een eenvoudig
gekleeden, iets jongeren man, wien hg
zacht eenige bevelen gaf. Zonder dit te
laten bemerken, had hij op die wijze
meteen gezorgd voor de bewaking van
het huis en van de eenige daarin blij
vende bewoonster.
„Mag ik u nu beleefd verzoeken,
mejuffrouw zeide hij daarop tot Va
lentine. Terwijl zij haar hoed opzette
en haar mantel omsloeg, week hij geen
oogenblik van hare zijde.
Gaarne zou Valentine nog even bij
het lijk van haai' vader gegaan zjjn, om
het een laatst vaarwel toe te roepen,
want zg had een voorgevoel, dat zij niet
zou terugkeeren, zoo lang haar vader
nog boven aarde stond. Zg begreep
echter, dat de commissaris haar niet
alleen ia de kamer zou laten gaan en
Stemming voor de Tweede Kamer te
Leiden.
De uitslag der gisteren gehouden
stemming voor een lid der Tweede
Kamer in het district Leiden is de
Aantal kiezers 5964. Aantal uitge
brachte geldige stemmen 5181. Vol
strekte meerderheid 2591.
De volgende candidaten kregen het
achter hun naam vermelde aantal stem
men Dr. J. Th. de Visser (ehr.-hist.)
2757, H. Paul (lib.) 1976, jhr. mr.H.
Smissaert (lib.) 119, mr, M. Mendeia
(soe.-dem.) 329.
Gekozen: Dr. J, Th. de Visser.
Bg de algemeene verkiezingen in
1905 was de uitslag bg de eerste stem
ming op Vrgdag 16 Juni de volgende
Aantal kiezers 6075. Aantal uitge
brachte geldige stemmen 5361. Vol
strekte meerderheid 2681.
De volgende eandidaten kregen toen
het achter hun naam vermelde aantal
stemmenDr. Th. G. den Houter
(antir.) 2446, mr. W, van der Vlugt
(lib.) 2276, O. Plug (chr.-hist.) 294,
F. van der Goes (soe.-dem.) 194, mr,
M. W. F. Treub (vrijz.-dem.) 151.
Bg de herstemming op "Woensdag 28
Juni 1905 werden uitgebracht 5617
geldige stemmen en werd gekozen mr.
W, Van der Vlugt (lib.) met 2910
stemmen, terwgl dr. Th, G. dea Houter
(antir.) 2707 stemmen kreeg.
De „N. K. Ct." zegt over dezen uit.
slag Dat wij den uitslag der Leidsehe
stembus zeer betreuren, behoeven wij
niet uitdrukkelijk te verklaren. Dat de
strijdlustige ehristelgk-hietorische pre
dikant, die, blijkens zijn optreden te
Leiden, allerminst in verzoeningsgezinde
stemming naar het Binnenhof terugkeert,
de plaats van onzen uitnemenden Van
der Vlugt gaat bezetten, konden wg
natuurlgk niet anders dan met leedwezen
vernemen. Wij hadden het van harte
anders gehoopt.
Of het bericht van de verkiezing van
dr. De Visser voor ons echter ook on
verwacht kwam Zeker niet. Hadden
bij de eerste stembus van 1905, even
als thans, de stemmen van al de ker
kelijke fracties zich op één candidaat
vereenigd, dan zou deze zelfs tegenover
een man ais Van der Vlugt dadelgk de
overwinning behaald hebben. Bg de
eerste stemming op 16 Juni 1905 toch
verkreeg dr. Den Houter (antir.) 2446
en ds. Plug (ehr. hist.) 294 stemmen.
Gezamenlijk worden dus op deze twee
kerkelijke candidaten 2740 van de 5361
geldige stemmen uitgebracht, terwgl de
volstrekte meerderheid 2681 bedroeg.
Het aantal stemmen op dr. De Visser
is nog iets grooter dan dat op de beide
wilde liever heengaan zonder een iaatstan
kus op het voorhoofd te drukken, dan
dit te doen in tegenwoordigheid van
een vreeraden man, die haar wantrou
wend bewaakte. Volgens haar uiterlijk
geheel bedaard, omhelsde zij de weenende
tante en fluisterde haar toe„Tot
spoedig wederzien!" Zelf geloofde zg
daar eehter niet aan.
De commissaris bood haar zgn arm,
geleidde haar naar het rijtuig, opende
het portier, hielp haar instappen en
kwam tegenover haar zitten, terwgl
Bauerlich op den bok plaats nam en
wegens den kouden Februariwind de
kraag van zgn jas omhoog haalde.
In snellen draf resd men den langen
weg van Wilmersdorf naar het commis
sariaat van politie in ds wijk Moabit.
Gedurende den rit word tusschen den
commissaris en Valentine geen enkel
woord gewisseld. Zg had haar sluier
voor het gelaat getrokken en in een
hoek van het rgtuig plaats genomen
tusschenbeide meende de commissaris
haar tanden te hooren klapperen.
(Wordt vervolgd,)