IEISJE, ODE. No. 126. Si! Va* week tot week. 44e Jaargang. 1906. ,R. g e r, Itelegraaf- D1EKS1 Ponderdagr 31 Mei, Gemeentebestuur. FEUILLETON. MOiSt Bmaenianiisck berichten oonmaak esehaften stof van lijken tijd SLBURG-. et minden f o werkt. MS ikt bezit tot baar on, allerlei i, groenten, ieerd te zijn, men volkomen ia. jegen. i e t Ld res Mejuffr. kt. ïD eene nette buize van den Ilddelborg t.t Remise) v.rn lagen) 5.50. 7.55, 9,30. 11.—. 2.-, 2.45. 3.30, 7.50, 8.40, 9.30, (n. Zeilmarkt i>.20*, 8.40, 10.15, 2.05, 2.50, 3.35, 7.55, 8.45, 9.35, Bleekta tot de LYÊiüïENST. I. 6—, 6.20, 7.—, -, 10.20, 10.40, 12.30, 1.05,1,30*, 4.30, 4.50, 5.20, .20, 9.10. vm. 6,10, 6.30, ff.50, 10.10, 10.30, lm. 12.10, 12.45, 3.40, 4.10, 4 .40 7.25, 8.-, 8.30, len Zondags uit EN„ 1.07 3.47 9.27 12.37 t,— 6.40 9,20 12.30 13.43 6.28 9,08 12.18 3.36 6.16 8.56 12.06 6.29 6.09 8.49 11.59 S 20 6.— 8.40 11.50 3.01 5.44 8.24 11.34 1.58 5.38 8.18 11.28 14.07 6.47 9.27 12.37 13.20 6.— 8.40 11.50 3.03 5.48 8.28 11.38 ls.OS 5.45 8.25 11.35 1 3.5.40 8.20 11.30 2.55 5,35 8.15 11.25 -aCHELöS. am. 3,23 g) en 6,10 im. 3,50 g) «n 6, 40 a) en 4,45 !23 en 6,10 c) f) ia het vertrek van l a. Neuzen vni. 8,30 Borsaele en Neuzen 3 en Neuzen YLISSIMfSdlE COURANT. o Prijs pet drie maaadee L80. ft»m 3© pöjr jpöBz jr 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of reohtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADVERTENT1ËN-: van 14 regels ƒ0.40, Voor eiken regel meer 10 cent. - Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie word! de prijs slechts toemaal berekend. Groote letters en cliclié's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelyks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. BEKENDMAKING. Opening den Zeebaden. Burg. en Wetb. van VliBsingen maken bekend dat de opening der Z e e b a d e n is bepaald op Vrijdag dm laten Juni e.k. Vlissingen, den 22 Mei 1906. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. Hoe weinig verwachting wij ook had den van het antwoord der regeering van den Czaar aan de Rijksdoema, hoe zeer wij ook overtuigd waren dat veel van het gevraagde niet voor inwilliging, allerminst voor dadelijke inwilliging vatbaar was, de werkelijkheid valt ons toch tegen. De regeering heeft zich het moet erkend worden uitgesloofd, in zooverre als zij, het adres van ant woord tegen alle gebruiken nog weer beantwoordende, een stortvloed van woorden van fraaie gezegden ten beste gaf. Jammer dat het geheel een samen stel van holle klanken is want er wordt inderdaad niets beloofd, integendeel zeer veel onvoorwaardelijk geweigerd ter wijl van de amnestie voor de staatsge vangenen geen woord werd gerept, en juist dit was het eerste en voornaamste wat men verlangde. Geen wonder dan ook dat onverholen ergernis in de gehouden redevoeringen werd te kennen gegeven en dat ten slotte een motie van wantrouwen tegen het ministerie geslingerd werd. Men ziet nu eens wat uit zulke wan gedrochten geboren wordt. Deze cari- catuur van een volksvertegenwoordiging, die geen vrucht is van samenwerking tusschen kroon en volk, en dus altijd te veel of te weing moet zijn, is het spook, dat de regeering zelf opgeroepen heeft en dat zij thans bezweren wil, zonder het te kunnen. Al dadelijk ia de oorlog verklaard, inderdaad met ver» metelen moed, omringd door een geheel leger van soldaten, met het grootste ge mak in staat om de geheele Doema in een oogenblik van de aarde te doen verdwijnen. Maar de Czaar en zijne regeering zullen toch niet durven vergeten, dat de vertegenwoordiging hun eigen pro duet is en dat niet het volk zulk NOVELLE. Bewerkt door AMO. van 16 April tot 4-) „Maar, kind, je doet waarachtig alsof je weer klein geworden bent. Je vraagt en verder niets, mama Maar het ka rakter is juist een der voornaamste punten. Doch nu genoeg hierover." Mevrouw Hansen wilde heengaan. Bij do deur keerde zij zich nog eens om en zei„Wat ik zeggen wilde, Margaretha, leg je ivoren waaier voor de hand, ik heb hem morgen noodig de mijne is gebroken.". „Die waaier riep het meisje uit. „Ah juist daar heb ik geheel niet meer aan gedacht." „Hg is er toch „Wel zeker dat wil zeggen hg is er niet namelijk niet te huis. Maar ik weet waar hg is ik zal hem een soort van Kamer verlangd heeft. De Czaar zal wel weer her- en der waarts geslingerd worden en nog weer eens den storm der revolutie boven zijn hoofd zien opsteken. Hij heeft zulke onhandige vrienden Of zijn het geen onhandige vrienden, die samenzweerders waarvan men spreekt, die buiten zijn toestemming een aanval op de Kamer zouden willen doen en den beruchten Trepof tot dictator proclameeren Men wist reeds eenige dagen te voren, dat het mis zou loopen. Nadat in het laatste half jaar in het Russische rjjk vier en twintig ministers zijn benoemd en ontslagen, is de Czaar nu aan zijn derde twaalftal begonnen, 't Doet na tuurlijk alles niets tot de zaak. De ministers zijn nog iets minder dan des Czaren agenten. Zijn ze te fatsoenlijk om den grooten heer of de reaction- naire kliek al te veel ter wille te zjjn, dan gaan ze heen en anderen, wat min der fatsoenlijk, zijn bereid hun plaats te vervangen en te doen wat een ander niet aandurft. Wij zullen opnieuw de gebeurtenissen moeten afwachten doch waarlijk, ge rust zijn wij er niet op. Het doet ons genoegen dat nu ook in het Engelsche Hoogerhuis de vroeger besproken vermindering van oorlogs lasten tot een punt van debat is ge maakt. Men kent nu de gevoelens der liberale Engelsche regeering en die der geheele vertegenwoordiging en als zoo danig is het thans volledige debat een feit van beteekenis, dat de geschiedenis behoort op te teekenen. Wij voor ons blijven van gevoelen dat, zoolang het Duitsche rijk zich zoo afkeerig blijft toonen van wijziging in de oorlogsinrichtingen, van de verlich ting der zoo drukkende oorlogslasten niets kan of zal komen. Eveneens zijn wij van meeniDg dat veel meer te ver» wachten ware van een daad van zede lijken moed en dat die beter kan uit gaan van een kleine, dan van een groote mogendheid. Een kleine mogendheid kan veel gemakkelijker zijne improduc tieve uitgaven tot het allernoodzakelijk ste beperken, om dan het bewijs te leveren, hoe de welvaart van een land door zulk een maatregel noodwen dig moet toenemen. Men beschuldige de regeeringen vooral niet te veelwant ook de volken willen niet. Ware het anders, de goede zaak zou reeds een stap verder gekomen zijn. dadelijk laten halen." „Zoo waar is hg dan Ga je daar zoo lichtzinnig mee om Weet je dan niet hoe buitengewoon kostbaar hjj is en dat hij bovendien een erfstuk van onze familie is dat Hare Majesteit hem eigenhandig aan je grootmama heeft vereerd Ik had hem je niet in handen moeten geven." Felix Haardt heeft hem van het bal, waar ik hem had laten liggen, mede naar zijn atelier genomen, mama." „Nu Margaretha, dat vind ik toch opmerkelijk," „Och mama, u weet wel, kunstenaars hebbenzoo hun grillen zeide Margaretha verontschuldigend. „Het kan zgn, maar ik zal den waaier dadelijk laten halen." „Mama! daar beleedigt u hem misschien door. Kunstenaars zijn „Je bedoeltmeisjes zijn soms onge looflijke, dwaze schepsels", viel mama in. „Ik wilde zeggen het is van avond toch onze ontvangavond. Misschien wil u me wel toestaan, mijnheer Haardt een uitnoodigingskaart te zenden en hem dan tevens te verzoeken den waaier mee te brengen." „Ik hoop, dat ik je dit kan toever- T e 1 e p h 3 o ji u u in m e r 10. Yermoflijeiife zal in den eersten tijd weer ee f iteiDig van onze aandacht worden gevraagd voor de Hongaarscbe zaken, nu het Parlement te Budapest door keizer Franz Jozef in persoon is geopend. Het moet, dunkt ons, den grjjzen monarch als een wonder zijn geweest. Meer dan zestien maanden vermeed bij de hoofdstad van zijn ko ninkrijk. De zaken stonden dan ook waarlijk zoo ernstig mogelijk en thans, nu de souverein door zijn persoonlijke overkomst toonde den tusschen Kroon en Parlement gesloten vrede te willen bezegelen, hebben de bewoners der hoofdstad hem eene geestdriftige ont vangst bereid. Het algemeen stemrecht komt nu daadwerkelijk ter, tafel. Welken invloed zal het, eenmaal irgevoerd, hebben op den loop der politieke gebeurtenissen in de monarchie waarlijk, er is niet al te veel van te zeggen, noch te verwachten. Ofschoon in Frankrijk de algemeens verkiezingen de republiek hebben be vestigd en aan de partij der nationa listen een gevoeligen slag hebben toe gebracht, schijnt de uitslag toch ook in anderen zin voor de toekomst niet zon der beteekenis. Immers, in het noorden hebben de socialisten een groote over winning behaald en deze overwinning is niet ten goede gekomen aan de socialisten in hef, algemeen, maar zeer bepaaldelijk aan dft vereenigdo.grospen, die tegenover de onafhankelijken staan en niet, zooals dezen, den strijd op economisch terrein voeren, maar zich meer en meer tot omwentelingspartij gaan vormen. De gematigden onder de radicalen zien het gevaar hiervan zeer wel in en daarom is er sprake van dat de partij der radicalen zich tegenover de socialisten zal stellen met Clémen- ceau aan het hoofd. Terwijl Noorwegen rouw draagt over het heengaan van een zijner grootste zonen, van Ibsen, den grijsaard, wiens wereldberoemde letterkundige voort brengselen een overwegenden invloed hebben geoefend op de geschiedenis der letteren in het algemeen, vooral in de laatste vijf-en-twintig jaren, viert men in Spanje feest ter eere van het huwe lijk van den jongen en sympathieken vórst, met oen Engelsche prinses, eene gebeurtenis, ongetwijfeld voor Spanje zelf niet zonder beteekenis. Uit een politiek oogpunt toch kan deze verbin- trouwen, doe het dan maar", besliste mevrouw Hansen. In zeer gedrukte stemming ging Felix Haardt dien avond op weg naar de woning van mijnheer Hansen. De vreugde die hem anders het ontvangen van eenige regelen van Margaretha's hand zouden verschaft hebben, was hem nu vergald, omdat de regelen de vraag naar den waaier behelsden. Hij verweet zich zeiven, dat hij niet reeds lang het noodlottige verdwijnen van dit voorwerp aan Margaretha had bekend. „Nu, een waaier is toch een waaier er zal wel een ander voor in de plaats te krijgen zijn", dacht hij, maar hij was toch bevreesd voor den slechten indruk bij de familie, aan wier welwillende gezindheid voor hem zooveel gelegen was. Zijn stemming werd er niet beter op, toen hij aan de deur mijnheer Hansen samentrof met een andere genoodigde, een heer, dien hij niet mocht lijden en in wien hjj bovendien een mededinger naar Margaretha's hand vermoedde. Felix kende hem van vroeger als den zeer lichtzinnigen zoon van een geacht koopman, die reeds vele schuine streken Aboiinenieiits-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. tenis het sterk afgedaalde Spanje slechts ten goede komen, maar dit is bij zaak. De verlichte, in geheel andere denkbeelden en begrippen opgevoede, naar overtuiging proteetautsche vorstin, zal misschien op den langen duur de sympathie der sombere, wantrouwende Spanjaarden wel niet kunnen behouden, maar toch ongetwijfeld een beduidenden en blij venden invloed oefenen op de meeningen en beschouwingen van haren jeugdigen, voor indrukkend thans nog zoo vatbaren gemaal. Wij gevoelen ons ie veel mensehen van onzeD tijd om den overgang van jonge vorstinnen tot een ander kerk genootschap uit een staatkundig oog punt te kunnen toejuichen. Een der gelijke daad, waarbij het individualisme van den mensch geheel ondergaat, kan nooit onze sympathie hebben. Yoor het overige hopen wij van harte dat Spanje, door denkbeelden van verlichting en vooruitgang' geleid, onder het bestaan dezer vorstelijke verbintenis een betere toekomst zal tegengaan. Het bericht van den Haagschen cor respondent der „N. Gr. Ct.," dat het Hof hier een groot deel van den zomer zou komen doorbrengen, is naar de „N. Ct." meldt volkomen uit de lucht gegrepen. Alleen Z. K. H. de Prins zal misschien enkele dagen hierdoor brengen voor bet bijwonen van.den een of an deren wedstrijd. Maar overigens zal, evenmin als vorige jaren, Den Iiaag de zomerresidentie van H. M. zjjn. Rijks-inkomstenbelasting. Naar de „Avondp." verneemt moet het nieuwe wetsontwerp der Rijks-in komstenbelasting van minister De Mees ter eene samensmelting vormen van de Vermogensbelasting en de Bedrijfsbe lasting. Vrijzinnig-democraten en Unie-liberalen. "Wij hebben al enkele koeren gelegen heid gehad om te wijzen op het verschil van gevoelen dat tusschen da beide groote vrijzinnige groepen bestaat. Vooral prof. Treub heeft den leider der Unie-liberalen, rat. Goeman Borgesius, nog al wat men noemt „waargenomen," omdat men niet weet wat men aan hem, Borgesius, heeft. De heer Tak in de „Kroniek" acht het volkomen juist gezegd, dat meu beter weet wat men heeft aan Van Houten dan aan Borgesius, en meent, dat er genoeg gegevens zijn om te weten wat men aan Treub hebben kan. Maar dat neemt niet weg, dat ook de richting der .vrijzinnig-democraten sterk genuan ceerd is, wat men wel zien zal als het groote shibboleth van het kiesrecht komt. Dan zullen zij blijken onderling te ver schillen over de vraag hoe zij het willen, welke beperkingen van den volks wil naast dat kiesrecht in de Grondwet zullen worden opgenomen. „De democratie aan den ketting, dat zal het devies van de Grondwetscom missie zijn. Dan eerst kan men de ware scheiding tusschen de blaneo-mannen maken. En al zal dan de heer Treub aan den goeden kant staan, het is niet zoo zeker of hij er al zjjn partiigenooten zal vinden, en of niet enkele Unie- mannen hem door hun medewerking zullen verrassen. Daarom komen deze twisten te vroeg. Nu zijn zij samen blanco. Kleur bekennen komt eerst straks. Daarom is dit kijven thans den inkt nog niet waard. De groote vraag wilt gij al of ni6t een in zijne werking onbelemmerd algemeen kiesrecht, werd in dezen twist nog niet gesteld. En daar zal het binnenkort op aankomen." De „Kamper Ct." is van oordeel, dat de heer Treub, die van de Unie-liberalen sprak als van „politieke avonturiers,'' zelf niet geheel vreemd is aan politieke avonturen. Het eerst deed hij van zich spreken toen hij in '88 met eenige andere jonge liberalen uit Amsterdams KiesvereenigiDg „Burgerplicht" trok, omdat hare meerderheid niet genoeg geavanceerd was. De nieuwgevormde fractie noemde zich „radicaal." Doch al heel spoedig werd een deel der leden uitgedreven, omdat ze den heer Treub hl te radicaal waren. En toen Treub in Schoterlaud tegenover Domeis Nieuwenhuis atond en met de stemman alleen van de „radicalen" er niet komen kon, noemde hij zich geavanceerd-libe raal. Later, toen Gerritsen de leiding nam, werd de radicalenbond opgericht, welke echter ook al geen succes had, waarom ten slotte „radicaal" werd her doopt in „vrijzinnig-democraat," een naam, welke trouwens al even weinig zin had. Indien deze vrijzinnig democraten thans verreweg de minst talrijke groep vormen onder de vrijzinnigen, dan ia dit slechts te wijten aan hun eigen politiek inzicht. Hun afscheiding, waar door de kracht der vrijzinnige begin selen werd gebroken, was de font. Ook hadden zij behooren in te zien, dat de overgroote meerderheid van het libe rale gedeelte des lands gediend is noch van radicalen noch van vrijzinnig-de mocraten, geen verbrokkeling van kraoh- ten wil maar nauwe aaneensluiting van alle liberale elementen. Maar wat men thans van de vrijz.-democr. woord en penvoerders to hooren en te zien krijgt, is zeer weinig in staat om die aaneen sluiting te bevorderen. had verricht. Onder de jongelui zijner kennis stond hg te boek als een genot zuchtige zonder beginselen. Zijn voor komen en zijns manieren waren oorzaak, 1 dat hij toch nog in gezelschappen werd toegelaten en ware Margaretha niet zoo'n fijngevoelig meisje geweest, zeker zou Felix een gevaarlijken medeminnaar in hem gevonden hebben. De jonge beeldhouwer vertrouwde echter ten volle op Margaretha en daarom bleef hij uiterst koel tegenover de iro- nische, afdalende minzaamheid van den jongen koopmanszoon, j Felix haastte zich echter zijn veront schuldiging in te brengen, voor de andere heer daarvan getuige kon zijn. j Hij trad 't eerst de ontvangzaal binnen. Bij het haastig uittrekken van zijn overjas bemerkte hij niet dat uit een zijner zakken een papiertje viel. Zoodra hjj er niets meer van kon bemerken, - nam de jonge koopman Yolkman geheeten het van den grond en las hetgeen er op geschreven stond. De ophelderingen van den jongen beeldhouwer omtrent het verlies van den waaier werden door de familie aan van kelijk vriendelijk aangehoord. Op be koorlijke wijze trad Margaretha zelve bij Gerechtskosten in Strafzaken. De minister van justitie zegt in de Memorie van Antwoord betreffende de haar mama als zijne pleitster op. Felix was haar daarvoor nog te dank baarder, nu hij voor het eerst en tot zijnen grooten schrik vernam hoe kost baar de waaier was en welke bijzondere waarde hij voor de familie had. Ook mijnheer Hansen sprak er niet verder over. Terwijl Felix zich met de dame in gesprek begaf, werd mijnbeer Hansen door den inmiddels binnengetreden jongen koopman ter zijde genomen en naar een vensternis geleid. „Mijnheer Hansen, ik hoorde zoo even de verklaring van dien heer", begon Volkman met gedempte stem en wees daarbij op den beeldhouwer, die volstrekt niet vermoedde dat over hem gesproken werd mijnheer Hansen knikte. „"Wellicht mag ik u daarom lastig vallen met het verzoek om dit papiertje eens te lezen." De oude heer nam het aan en begon te lezen. Zijn gelaat betrok daarbij en hij vroeg zacht „Hoe komt u daaraan, mijnheer Yolkman „Het viel mijnheer Haardt uit den zak, toen hij in het partaal zijn jas uit trok." «fertis vervoig

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1