Kilo No. 123. wan prijs ir. 28 Mei, li .lJfrenU 44® Jaargang. 1906. iTTIl' ISS^Ü Maandag Telephoon nummer 10. Bil öeze Coorant Möorieesliptsel- Gemeentebestuur. De ontdekking der Nieuwe Wereld. Ataictrt V ey it FEUILLETOMe WjjiifsdK (crat Mtt MilIsisfiiisi, Bimenlandsck Berichten Jtaiwe jWlvl (9 jlaftak jjimUzinj. dadelijk Ingaande 'lUkscUe Lüfrente root 1 100 gestort kapitaal. J 7 79 8 i 88 0 87 40 7 1 w 11 11 beste standen Jet huis bevat lorksmer, Keu- poven2 groots amers, Zolder, a geil. zien van Gas, Ichelien en ver loor grootte en inden geschikt, laris PAAP te oegangskaarten verstrekt. ;gis prima lets 121/s cent en ÏKOOL 5 cent bevelend, VLINSIÏGNIIIE ('OIRAH Prijs per drie maaadea ff 1.803 ïltaa©6 p® "pw* ff 1.50, Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zioh bij alle Boek handelaren.. Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- 4DVERTENT1ËNvan 14 regels ƒ0.40, Voor eiken regel meer ÏO cent. -- Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing deraelfde advertentie wordt de prijs slechts (weemaal berekend. Groote letters en cliclië's naar j. laatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Abonnenients-Advertentliin op zeer voordeelige voortvaarden. BEKENDMAKING. Opening tien Zeebaden. Burg. en Weth. van Vlissiagen maken bekend dat de opening der Zeebaden is bepaald op Vrijdag den lsten Juni e.k. VlissiDgen, den 22 Mei 1906. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTE VEEN. II (Slot.) In 1493 volgde de tweede espeditie, met zeventien wel bemande schepen, bij die gelegenheid werd het suikerriet in Amerika gebracht, dat later de aan leiding vormde tot de invoering der negerslavernij. Columbus ontdekte toen de Caraïbische eilanden, doch ging spoedig weer naar Haïti, waar hij tot de vreeselgke ontdekking kwam dat het fort, en de achtergebleven bezetting, die zich, helaas, al dadelijk op de schandelijkste wijze tegenover de in landers gedragen had, was verbrand en gedood, nadat velen reeds gesneuveld waren bij een strooptocht in het binnen land. Columbus was niet afgeschrikt. Hij zette zijn volk terstond op een andere t8 aan den arbeid, om eene nieuwe I kolonie te stichten. Dit was het begin tan zijn val want de Spanjaarden waren gekomen, niet om te werken, maar om hun voorgespiegelde schatten te ver- zamelen. Gelijktijdig werd een tocht naar het binnenland ondernomen, waar men aan oevers der rivieren veel goud hou- ïd zand aantrof. Verwoestende ziekten I noodzaakten den admiraal echter twaalf hchepen terug te zenden, met verzoek i levens en geneesmiddelen en andere Itenoodigdheden te sturen. Om maar 1 zeker van zijn zaak te zijn deed hij verleidelijk, maar onmenschelijk Iaanbod, om inlanders als slaven terug zenden, in ruil voor de gemaakte 4.07 G.47 9.27 12.37 4 6.40 9.20 12.30 3.46 6.28 9,08 12.1 3.36 6.16 8.56 1206 1 3 29 6.09 8.49 11J>» 3.20 6.— 8.10 11.«0 3.04 5.44 8.24 HA 2.58 5.38 8.18 11-2' 4.07 6.47 9.27 12.» 3.20 6.— 8.40 11-30 I 3.03 5.48 8.28 11.» 3.05 5.45 8.25 HA5 3.40 8.20 11A01 2.55 5,35 8.15 11-"5| I.H" BC 9 i-il Cf li j |e,. nm.3,23g)en6,10(«| nm. 3,50 g) en 6,™ |5 a) en 4,45 8,23 en 6,10 c) f) na bet vertrek 7a te n. Neuzen vm- sen Neu30O| NOVELLE. Bewerkt door AMO. nWilt u werkelijk reeds naar huis Pjjft u geen enkel dansje meer «Hoen, heusch niet I Mama wil naar >j»; het is al zoo laat jonkman keek vluchtig op de is, Borssele en van 16 April «Drie uur reeds Wat gaat de tijd pk snel voort, als men zich gelukkig poult 1" jonge dame antwoordde daar niet (Pi maar bleef toch staan, alsof zij nog f' verwachtte. «Mejuffrouw", begon de jonge beeld- l'twer plotseling met gedempte stem 1 met zekeren haast, alsof hij vreesde, een volgend oogenblik de goede genheid tot spreken voorbij zou zijn, ^jnSrouw, juffrouw Margaretha, het kosten. Hij zelf bleef met negen honderd man achter, doch verkeerde weldra in zeer moeilijken toestand, ten gevolge van de ontevredenheid, die onder zijn troep heerschte. Nadat hij nog bet eiland Jamaica ontdekt had, deed hij het merkwaardige stuk opmaken, dat ten eeuwigen dage een beschamend bewijs voor de on wetendheid dier tijden oplevert. Daar Columbus van de Cubanen, die het zelf niet wisten, niet kon te weten komen of hun groot land een eiland was en hij niet in eene omzeilicg slaagde, nam hij eenvoudig aan dat die omzeiling onmcgelijk was. 't Was hem alleen te doen om een afdoend bewijs dat bij het vaste land van Azië had gevonden. Hij liet daarvan door een ambtenaar een verklaring opmaken en stelde alle schepelingen in de gelegenheid thans nog hunne bezwaren daartegen in te brengen. Die later op de zaak terug kwam zou zeer streng worden gestraft I Zóó werd, zonder tegenspraak, de groote dwaling officieel als de waar heid vastgesteld I Op Haïti teruggekeerd vond Colum bus daar zijn broeder Bartholomeus, die met drie schepen ter ondersteuning was zonden maar een der schepen was weer teruggekeerd, en daarmede eenige ontevredenen uit de nieuwe kolonie, die, in Spanje aangekomen, openlijk als aanklagers vaa den admiraal optraden, Met de inboorlingen kwam het spoe dig tot vijandelijkheden, deels weer als een gevolg van de uitspattingen der kolonisten, maar de vreesachtige inlan ders konden niets uitrichten. Columbus liet hen ten deele door bloedhonden verscheuren. Het gevolg was dat het geheele eiland onderworpen en schat plichtig werd verklaard. De arme be volking moest voortaan goud en katoen opbrengen. Harde arbeid was haar deel. Hongersnood en ziekten braken weldra uit en de groote ontvolking van Amerika nam een aanvang. Nogmaals in Spanje teruggekeerd en nogmaals als een groot held en ver overaar gehuldigd, wist hij de plan nen van hen die hem hadden aange klaagd alsnog te verjjdelen en bracht het zelfs zoo ver, dat het doen van ontdekkingsreizen aan alle anderen dan de familie Columbus verboden werd. Eerst in 1498 ving de derde reis aan. De uitrusting kostte veel tijd en moeite en toen Columbus, in zijn woede daarover, een hooggeplaatst ambtenaar mishandelde, verloor bij de gunst van het hof. Die derde ontdekkingstocht was zeer ongelukkig. Men leed onuitsprekelijk veel door de hitte, omdat men veel zuidelijker doorgedrongen was. Trinidad werd ontdekt en het vaste land van Zuid-Amerika bereikt, dat Columbus natuurlijk weer voor Aziatisch grond gebied hield. Daarna keerde hij naar Haïti terug, waar zijn broeder intusschen bezig was, de stad Sint-Domingo te stichten. Hij hal echter met oproeren en pogingen tot opstand van de zjjde der bevolking te kampen. De laatste had er maar al te veel reden tóe, daar de Indiaansehe vrouwen werden weggeroofd en den Indianen schattingen werden opgelegd en door de wreedste folteringen afge perst. Columbus vroeg alweer hulp bij den koning, maar hjj was niet in staat goud te zenden, zooals hij beloofd had en zond nu maar een massa slaven. De opstandelingen wieten echter ook tot het hof de wetenschap te doen doordrin gen van de willekeurige en hebzuchtige wijze, waarop Columbus en zijn broeder te werk gingen. Het op nieuw zenden van slaven was tegen den wenscb vooral van Isabella. Al de Indianen werden in vrijheid ge steld en teruggezonden. Een afgevaar digde werd naar Amerika gezonden om den stand der zaken te onderzoeken. De oproerige Spanjaarden waren intusschen tevreden gesteld door de uitgifte van gronden, die de Indianen dan in heeren dienst moesten bebouwen, op straffe van slaaf te worden. Voor het overige wist Columbus verder de orde te bewaren, maar niet zonder het doen voltrekken van talrijke doodvonnissen. Toen de gezant des konings kwam, waren het eerst wat hij zag de lijken van gehan genen 1 De gezant, Bobadilla genaamd, ver zegelde de schatten in het huis van Columbus aanwezig, Verzamelde getui gen tegen den admiraal, liet hem ge vangen nemen en zond hem naar Spanje. Bobadilla was zoo partijdig mogelijk en het was er hem in de eerste plaats om te doen om als het hoofd der bezittin gen op te treden. Toen Columbus in Spanje aankwam keerde de openbare meening ten gunste is heden de derde maal, dat ik het geluk heb u in gezelschap te ontmoeten. Nu gaat u heen en ik bljjf achter met de vraag „Zal ik zoo gelukkig zijn u ook oen vierde maal te ontmoeten De tijd dor wintergezelschappen loopt ten einde...." „Mijne ouders ontvangen hunne vrien den in elk jaargetijde", antwoordde het meisje zacht, zonder de oogen naar hem op te slaan. „De gelukkigen, die tot hunne vrien den behooreni" „O, mijne ouders behooren niet tot degenen, die een kunstenaar onder de nuttelooze menschen rekenen." „Werkelijk, juffrouw Margaretha?" vroeg de jonge beeldhouwer verheugd en daarbij drukte hij de hand der jonge dame zoo hevig, dat een Engelsche gouvernante in haar verontwaardiging, zeker een appelflauwte had gekregen. „U kunt niet gelooven hoe gelukkig ik mij gevoel door deze verzekering I" Als eenig antwoord op deze woorden meende de jonge kunstenaar een zacht drukje van haar hand te bemerken tegen alle regelen der wellevendheid had hij nog altijd haar hand in de zijne. „U zult er dus niet boos om zijn, van den beroemden man en ook aan het hof begreep men, dat hij niet alB gevangene voor den koning mocht wor den geleid. Hij werd dan ook in vrij heid gesteld, mocht zich rechtvaardigen en behield zijn vroegere voorrechten en waardigheden, met uitzondering van de voornaamsteonderkoning kon hij niet blijven. Hij had het bewijs ge leverd, geen koloniseerend genie te wezen en hij was in de nieuw ontdekte lauden innig gehaat. Nog eens, in het voorjaar van 1502, heeft Columbus een reis, de vierde, ondernomen. In dien tuBschentijd waren door Portugeezen verschillende ontdek kingstochten gemaakt, die meer licht over de gesteldheid der wereldbol had den doen opgaan. Columbus begreep nu althans, dat Zuid-Amerika niet hot eigenlijke Azië was, maar hij meende dat het ten zuiden van het Aziatische vasteland lag, daarvan door een zeestraat gesoheiden, en die wilde hij nu zoeken. Hij ging o.a. naar Cuba en naar de baai van Honduras, vervolgens langs de kust van Hidden-Amerika, poogde nog eens, doch te vergeefs, eene kolonie te stichten, verloor al zijn schepen, bracht eenigen tijd op Jamaica door en kwam eindelijk, na een ongelukkige reis, met een gehuurd schip, te Cadix aan. Isabella stierf kort daarop en ko ning Ferdinand was niet te bewegen hem op nieuw tot onderkoning te be noemen. Dit verhaastte het einde van den lijdenden man en achttien maanden later trad hij van het woeiige tooneel der wereld af. Columbus' ontdekkingen,op dwalingen zonder einde gegrond en de komst der Spanjaarden in Amerika, zijn voor dat groote land tot een vloek geworden, waarvan vele deelen ervan nog heden ten dage de droevige gevolgen moeten dragen. Margaretha, als ik, een onberoemd beoefenaar der kunst, het waag uwe ouders Zij schudde bijna onmerkbaar het hoofd. „Ik kom, ik kom", riep zij daarbij eene dame toe, die in de verte naderde. Met een knikje tot afscheid keerde zij zich tosn af van den jonkman, die in zijn verbijstering vergat een kus op haar hand te drukken en haar als in een droom nastaarde. Nauwelijks had de jonge dame echter een paar schreden gedaan of zij keerde zich om en riep „Och, mijnheer Haardt, mijn waaier ligt daar nog op een stoel." Meer woorden waren niet noodig om den jongen kunstenaar in den grootsten ijver naar het bedoelde voorwerp te doen heensnellen. Hij kende dien waaier zeer goed en drukte hem met teederheid aan zijn lippen. Bij zijn terugkeer was de jonge dame reeds verdwenen. Te vergeefs wachtte hij nu goruimen tijd aan de deur der kleedkamer, of zij uit die deur weer te voorschijn zou komen. Toen hij eindelijk de hoop moest opgeven haar nog eens te zien en met een vriendelijkenglimlach beloond te worden, verliet hjj de balzaal, die hem nu ledig Jaarvergadsrïngea. Er zijn op Hemelvaartsdag weer heel wat jaarvergaderingen gehouden de meeste te Utrecht Daar vergaderde o. a. de „Nat. Bond van handels- en Kantoorbedienden", die wegens de scheu ring zijn ledental zag dalen van 1019 tot 609 in 16 afdeelingeD. Tot commis saria in het ondersteuningsfonds werd herbenoemd de heer A. Winkelman, als scheen, en ging de straat op. Achteloos dwaalde de jonkman nog langen tijd in zoet gepeins door de straten, voor hij zijne woning opzocht en ter ruste ging. Den volgenden morgen was Felix Haardt in zoo'n gedrukte stemming als niemand zou vermoed hebben hij zelf allerminst. Hij zat in een poover gemeubileerd kamertje, dat eigenljjk een aanhangsel van zijn werkplaats daarnaast was. Hij was bezig iets te doen, maar hield daarmee op en liet droevig het hoofd administrateur benoemd do beer Torré, te Amsterdam. Met 20 tegen 19 stemmen werd in beginsel besloten tot fusie met „Mer- curius". De „Bond van Technici" zag zijn ledental klimmen van 613 tot 683. Be sloten werd tot oprichting van een ondersteuningsfonds en van een fonds tot uitkeering bij overlijdende lid maatschapsbijdrage werd met f 2 ver hoogd. De „Yereeniging van commiezen der posterijen en telegrafie" heeft 't volgend program van actie vastgesteld lo. het toepassen van bezoldiging volgens dienst jaren in het commiezencorps, zoodat na 15 dienstjaren het traktement, thans verbonden aan den rang van commies le kl., voor alle commiezen verzekerd zij 2o. regeling van bezoldiging der directeuren, geëvenredigö aan den om vang van het geheele verkeer3o. spoedige regeling van den rechtstoestand der ambtenaren4o. verplicht ontslag na veertigjarigen dienst5o. toelage voor woninghiiur op sommige plaatsen 6o. toelage aan surnumerairs. Bij motie sprak de vergadering haar leedwezen uit over de in den laatsten tijd bij herhaling gedane bevorderingen bij keuze, waarbij bekwame ambtenaren werden gepasseerd en waardoor do ambitie der gepasseerden verlamtver der werd leedwezen geuit, dat de com miezen door de toekenning van vele 7 de klasse kantoren aan de klerken en de afschaffing der spaarbankvergoeding zeer in hunne belangen zijn geschaad, zonder op andere wijze daarvoor te zijn schadeloos gesteld. Een andere bond op postaal gebied, die van assistenten der posterijen eu egrafie, heefc eveneens te Utrecht vergaderd. De voorzitter klaagde er over, dat de assistenten over 1905 een stap terug zijn gegaan financieel mogen zij in betere conditie zijn gekomen, doch niet in hunne positie. Het leden tal steeg tot 185 j er is een batig saldo van f 140. De voorzitter, de heer P. Melbert, werd belast met de hoofdleiding van het orgaan de vergadering meende, dat het bondsorgaan een minder slappe houding moest aannemen. Besloten werd, bij de autoriteiten te klagen over de slechte coupe der uniformen. Met groote meerderheid gaf de ver gadering als haar meening te kennen, dat gehuwde vrouwen geen ambtenaar behooren te zijn. De „Bond van Horlogemakers" zal pogingen aanwenden om een interna tionalen bond van horlogemakersbonden op federatieven grondslag op te richten. Plannen worden beraamd om 't volgend jaar 't feit te herdenken dat in 1657 aan Christiaan Huygens octrooi werd ver leend op zijn uitvinding der toepassing van den Blinger op de uurwerken. De En waarmede was hij bezig Met het inpakken van verschillende voorwerpen van waarde, die hij in een reistasch deed, welke geopend voor hem op de tafel stond. Meermalen hield bij even op, om in de kamer heen en weer te loopen en half luid tot zichzelf te spreken. Dit laatste was een gewoonte, die het gevolg was van zijn eenzaam leven, dat hij geheel aan de kunst wijdde. „O, mijne ouders behooren niet tot diegenen, die een kunstenaar onder de nuttelooze menschen rekenen", heeft zij gezegd. Dat klonk bemoedigend. En hoe lief zei ze dat 1 Maar zou ze hetzelfde wel zeggen als ze mij bezig zag met hetgeen ik nu doe Ea dan haar ouders, haar vader, die rijke consul Hansen 1 „Ja, mijnheer Hansen 1" zou ik moeten zeggen, als hij nu kwam binnenstappen „de jonge beeldhouwer Felix Haardt is juist bezig zijn kostbaarste voorwerpen in te pakken om ze naar de lom merd te brengen. De nog onberoemde en uwer familie onwaardige beitelaar wil u beden een beleefdheidsvisite brengen, om naar den welstand uwer dochter te informeeren. Daartoe ont breken hem echter eenige noodzakelijke dingen, om zijn uiterlijk een behoorlijk aanzien te geven. Zoudt ge het u kunnen voorstellen, mijnheer Hansen P Dat jong- mensch is tot over de ooren verliefd op uwe dochter en zou haar liefst dadelijk naar het huwelijksaltaar geleiden." Bij deze woorden onderbrak Felix zijn alleenspraak met een bitteren lach en zette zijn wandeling in de kamer met zenuwachtige haast voort. Daar viel zijn oog op den waaier, die haar toebehoorde. Hij nam hem op, wikkelde met zorg het papieren omhulsel er af en drukte het voorwerp aan zjjn lippen. L"

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1