Zaterdag
17 Maart.
I twee Verschoppeliiegeii.
No. 64.
Binnenlandsche berichten.
FEUILLETON.
Watervloed.
44e Jaargang.
11*06.
VLISSISdiSSiB COtlRAAIT.
Prijs par dria maaadea 1§0. feaaas $e? ptai i.50.
Aftooderlijke Biuamsra 5 cent. Men abonneert aoh bij alle Boek
handelaren Postdirecteuren of rechtstreeks bij de» Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
1 i 1
ADVEETENTIËN: van 14 regels ƒ0.40. Veer' elk an rogeS
aaeor 10 «ent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing deraeïtü®
advertentie wordt de prijs sleehts tweemaal bereksad. 8-roota
sa «liehé's naar plaatsruimte.
Vcrscliynt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telephaoimummer 10.
Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
Niet van pas.
Uit den Zeeuwschen watersnood slaat
„De Maasbode" munt tegen de reis van
den heer Kraus,
Zij schrijft„Terwijl een watervloed
onze dijken heeft doorboord en in een
groot deel van ons land bittere ellende
geleden wordt, zit de man, die dit eigen
lijk alles aangaat en dus meer dan
ooit op zijn post moest wezen, rustig
in een kajuit le klaBse op weg naar
Chili.
Als de havenwerken van Valparaiso
maar goed in orde komen, dan kan
Zeeland en N.-Brabant wel voor een
goed doel verdrinken en op veel andere
plaatsen eindelooze jammer worden
Maar de heer Veegens is dan toch
naar de bedreigde plaatsen 1
O, ironie van het lot, een econoom,
een man van sociale wetgeving bij een
doorgebroken dijk of een ineengestorte
spoorlijn
Het „Vad". zegt naar aanleiding
hiervan het volgende
„Natuurlijk is thans de afwezigheid
van een bij uitstek deskundig man als
Kraua te betreuren. Maar dit rechtvaar
digt het optreden van „De Maasbode"
niet. Om drie redenen niet.
Omdat door niemand bij de bespre
king van het ministerieel verlof een
waterstaatsramp, als thans Zeeland teis
tert, is voorzien en kon worden voor
zien.
Omdat er in Zeeland zelf ingenieurs
aanwezig zullen zijn met meer locale
kennis dan waarover de heer Kraus
beschikt.
Omdat, ware de ramp onder het
vorige Kabinet voorgevallen, de „ironie
van het lot" niet een minister-ingenieur,
maar den jurist mr. De Marez Oyens
zou hebben geplaatst „bij een doorge
broken dijk of een ineengestorte spoor
lijn.»
Hemd en rok.
Met genoegen hebben we den aan
drang ondersteund van mensohlievende
landgenooten, die aan de slachtoffers
van de Fransche mijnramp steun willen
bieden.
Menschelijkheid schrjjft hier een ge
dragslijn voor.
Toch moge men niet vergeten, dat,
al sloeg deze ramp ginds talrijke offers,
al veroorzaakte zij verliezen aan men-
schenlevens die niet te herstellen zijn
ook ons land, ook een deel onzer
bevolking in deze dagen zwaar beproefd,
ernstig getroffen is.
'raDaar het myngas hier het water,
daar verlies aan broodwinners, hier
verlies van broed.
Het een is al even erg als het andere.
Daarom gelde in dit geval, met een
variant op het bekende, „wie spoedig
(Een Noord-Beiersche vertelling.)
32.)
„Ik herinner mij wel in het doopboek
■mjm voorgangers gelezen te hebben
dat hij het pasgeboren kind van een
onbekende vrouw, die niet meer spreken
kon, maar door het teeken des kruises
dat zij nog met stervende hand op het
gelaat toekende, zich als eene katholieke
deed kennen,gedoopt had.En zie",vervolg
de hij.„Aan den voet van het stuk is door
den regiments-kommandant de verkla-
5jng bijgevoegd, dat monsieur Jules de
iinerling in een gevecht met de Ara
iren gevallen was en diens weduwe
!'eb naar Duitschland wilde begeven om
aldaar de bloedverwanten haars mans op
geeft, geeft dubbel" geeft dubbel èn
geeft spoedig! („L. en V.")
De R.-K. Hamerclub en het kiesrecht.
Naar aanleiding van hetgeen „Het
Huisgezin" over dit onderwerp schreef
zegt „Het Centrum
Het wil ons voorkomen, dat onze
geachte collega hier wel wat kras is in
zijn oordeel en feitelijk ook meer zegt,
dan te bewijzen valt.
Immers, uit niets blijkt, dat de Ka
merleden nu zullen „gaan uitmaken,
welke meening katholiek Nederland ten
aanzien van het kiesrecht-vraagstuk is
toegedaan, althans behoort te zijn toe-
weken geleden gelijkvloers in zijn kamer
gevallen, maar al ligt hij in een ver
band, gebroken schijnt het been niet,
slechts gekneusd. Wel moet hij met 't
oog op zijn leeftijd volstrekte rust houden,
reden tot ernstige bezorgdheid geeft zijn
toestand echter niet."
Op niemands vrijheid wordt, voor
zoover wij weten, eenige aanslag voor
bereid, en de mogelijkheid lijkt ons
geenszins buitengesloten, dat de Kamer
club zal trachten op de conclusies van
haar rapport de sanctie onzer kiezers-
organisaties te verkrijgen.
Van een „voogdijschap" kan dus
voorshands geen sprake zijn, al geven
wij het „Huisgezin" toe, dat het wen-
echeiijk had kunnen schijnen, wanneer
aan de commissie een breedere grond-
Blag ware gegeven.
Men heeft echter óók in 't oog te
houden, dat het de Kamerleden zijn,
die binnen korter of langer tijd voor
een beslissing zullen komen te staan
en dat het dan hoogst gewenscht is,
dat zij althans tot overeenstemming zijn
gekomen, een overeenstemming die dan
misschien de geheele rechterzijde zal
kunnen omvatten.
En dit is toch een zaak van niet
gering belang,
In 't algemeen lijkt ons dus de ont
boezeming van „Het Huisgezin" te
hard, al valt de democratische idee,
welke daaraan ten grondslag ligt, te
apprecieeren.
Het „Leidsehe Dbl." bevestigt het
berioht dat de heer Mr. W. van der
Viugt, lid der Tweede Kamer, om ge
zondheidsreden eenigen tijd rust zal
nemen. De heer Van der Vlugt deelde
namelijk aan de redactie mede, dat hij
op advies van zijn medicus zich voor
korter of langer tijd naar Les Avants,
boven Montreus, zal begeven, omdat de
Zwitsersehe berglucht en de rust naar
het oordeel van zijn huisdokter hem
zeker zal bevrijden van de slapeloos
heid. en daaruit voortvloeiende gejaagd
heid, waaraan hij thans lijdende is,
vooral na inspannenden arbeid, zooals
in de laatste weken weder bleek toen
de afgevaardigde zich inwerkte in het
on twerp-arbeidscon tract.
De „Tjjd" had gemeld dat de oud
voorzitter der Tweede Kamer, mr.
Gleichman, ernstig ongesteld ishij zou
een dijbeen hebben gebroken. De „Arnh.
Ct." zegt echter: „Volgens onze inlich
tingen is dit berioht gelukkig niet weinig
overdreven. Mr. Gleichman is een paar
zeo vrooljjke en spotzieke stemming in
eene van verbazing overgegaan en by
bijna allen gingen de oogen open, zelfs
de burgemeester nam bij de toespraak
des pastoors langzaam zijn hood af,
omdat het hem was alsof hij zioh ir de
kerk bevond.
Het minst van allen kon Peohier
Kaspar zijne aandoening verbergen ®f
zelfs bedwingen. Hij weende en snikte
tegelijk. Hij en zijn goede vrouw waren
het immers geweest, die be' sjo
opgenomen en grootgebracht had:,en,
hunne liefde tot het arme weesje was
nu schitterend gerechtvaardigd en ook
zijn wensch, dat allen, die zijne lieveling
beleedigd en haar zoo ruw in het gemoed
gegrepen hadden, hun loon zouden krij
gen, was verdwenen, sterker dan hij ooit
in zijn stoutste dröomen had kunnen
verwachten.
Ieder was zoo met aichzeWc bezig,
dat zij, dia in deze geschiedenis de
hoofdrol speelt, voor een oogenblikgeheel
vergeten scheen te zjjn. De pastoor
bemerkte het eerst hars afwezigheid,
maar Pechler raadde het eerst waarom
en naar welke plaats zij gegaan was.
Zonder een woord te spreken, zich met
zijn mouw het gelaat afdragende, ging
Van Sol—Enschedé.
„Het Volk" heeft nog eens bij mevr-
Van Kol geïnformeerd en ook zij ant
woordde, dat er van het „Telegraaf"-
bericht, als zou de heer Van Kol be
danken voor het Kamerlidmaatschap,
„geen jota" waar ie.
Bij het partijbestuur is er niets van
bekend, dat reeds in Juni de heer Van
Kol ernstig plan had om wegens zijn
wankelende gezondheid zich niet meer
beschikbaar te stellen, maar dat hij toen
op aandrang van zijn partij nog heeft
toegegeven.
Dr. Kuypar.
Naar de „N. Ct." verneemt, wordt er
in calvinistische kringen op gerekend,
dat dr. Kuyper in Mei a. s. de leiding
van de „De Standaard" als hoofdredac
teur weder op zich zal nemen, en tevens
zich beschikbaar stellen voor het ver
vullen van den Kamerzetel voor Ede,
die dan door dr. Brants zou worden
ontruimd.
Sec illusie.
De „S. D. A. P." schijnt bedenkelijk
ziek te zijn, zegt „De Standaard."
Erg gezond is ze eigenlijk nooit ge
weest. Ze heeft steeds te veel bij het
oogenblik geleefd en alleen door eterk-
werkende middelen kon ze in staat ge
steld worden om d-..groot rumoer
eenige kracht uit te oefeuen.
Middelen, die als een soort opium
tijdelijk de zwakte van het gestel kon
den verbergen.
Nu die middelen hebben uitgewerkt
en er voorshands geen andere verkrijg
baar schijnen, komen de kwalen voor
den dag, en openbaart de zieke de
neiging om over die kwalen te klagen
en ze als ernstig voor te stellen.
Eerst de ruzie over de leiding tussohen
Troolstra eenerzijds en Van der Goes
o.s. anderzijds. Daarna de geschiedenis
van Polaks landhuisje en het gala
kostuum van Van Kol. Dan de gerucht
makende zaak Hugenholtz-Wijnkoop.
Vervolgens wijst „de Stand." op een
stuk van Schaper, die zich daarin als
niet veel meer dan een gewonen bur
gerlijken demooraat ontpopt wat
hij trouwens, ondanks zijn meester
schap in het socialistisch jargon, volgens
dat blad altjjd is geweest.
En nu, om van het gerucht betreffende
het vertrek van Van Kol naar het
buitenland te zwijgen, het gekke figuur
dat de leiders ten opzichte van het
arbeidscontract maken.
Geen wonder, dat „Het Volk" zelf
spreekt van slapte in de party.
Vrijzinnig-democraten wrijven zioh
daarbij in de handen en vleien zich met
de hoop, dat de zieke geneeskracht zal
zoeken bij hen dat de sociaal-demo
craten zich zullen scharen onder de
banieren van Drucker en Treub. Nu,
als hun klein groepje met eenige dui
zenden socialisten kon worden versterkt,
het zou voor de vrijzinnig-democraten
wel gewenscht zjjn.
Er zal echter niets van komen.
De heeren zien één ding over het
hoofd. Dit, dat de „S. D. A. P." al
tijd een zwakke partij is geweestdat
de kracht, die van haar uitging, het
meest door de anarchisten en dergelijke
malcontenten werd aangebracht. En die
lieden sluiten zich hij geen enkele
politieke party aan.
Ze komen alleen voor den dag, als
er kabaal gemaakt wordt, zooals in 1903
en verleden jaar bij de stembus.
Misschien kunnen Schaper en Hugen-
holtz en nog eenige heeren naar het
kamp der vrijzinnig-democraten over-
loopen maar de werklieden, die tot
heden socialisten stemden, krijgen ze
niet. Die werklieden zullen bij her
stemmingen anti-elericaal stemmen.
wanneer de vrijzinnigheid maar reke-
ninghoudt met hun wenschen eneisehen.
hij naar de poort van het kerkhof
Niet ver van het beenderenhuis, voor de
witte rozenstruik lag Nanuei op het
gras nedergeknield.
Haar hart had haar gedreven om aan
de arme ongelukkige moeder, die daar
in het graf rustte, het eerst mee te
deelen dat op hare nagedachtenis thans
geen vlek meer kleefde en haar thans
eerst eene ongestoorde eeuwige rust kou
toegewenscht worden.
Pechler bleef op de plaats staan. Vele
nieuwsgierigen waren hem gevolgd,
maar niemand stoorde het biddende
meisje.
Er was immers iets veel gewichtigers
en aangenamers te doen, namelijk zoo
snel mogelijk naar alle kanten heen het
nieuws te verspreiden dat Nannei van
Pechler van den Kogelhef hare ouders,
ofschoon zij beiden reeds overleden
waren, had wedargevonden, dat zij eigen-
Ijjk eene barones en de oude baron
Steinerling von Stein, dien elk kind ia
de streek kende, haar grootvader was,
Thans beijverde zich elk om, wat hij
van de zaak wist, te voorschijn te bren
gen, en uit al die herinneringen werd
een luchtkasteel gebouwd en bijna
niemand kon begrijpen hoe alles zoo
Den raad van handel en nijverheid.
Vanwege den Alg. Ned. Bond van
Industrieelen en Handelslieden, ge
vestigd te Rotterdam, is gisteren in een
der zalen van het hotel „Bellevue" te
Utrecht een vergadering gehouden van
belangstellenden in de oprichting van
een raad van handel en nijverheid.
Het doel van dezen raad zou zijn,
volgons ontwerp-statuten, vertegen
woordiging van den handel en de nij
verheid in den meest idealen vorm,
hoofdzakelijk om de regeering van ad
vies te dienen, zoowel op haar verzoek
als op eigen initiatief.
De raad van handel en nijverheid
zal bestaan uit afgevaardigden van Ka
mers van Koophandel en Fabrieken,
van handels- en njj verheidsvereenigin-
gen en vertegenwoordigers der minis
teriën van waterstaat, handel en nijver
heid, financiën en binnenlandsche zaken.
De raad benoemt commission voor
het verkeer, geld-, bank- en beurszaken,
het eigendomsrecht, de inkomende en
uitgaande rechten en den uitvoerhandel,
den kleinhandel, de sociale handels
politiek. Ook kunnen nieuwe commis
sion hieraan, worden toegevoegd.
De bedoeling is dus eene betere
handels vertegenwoordiging' bij den
minister te krijgen,
Op de vergadering waren vertegen
woordigd afgevaardigden van de ver-
ooniging van Werkgevers in het Veem-
bedrijf te Amsterdam, den Ned, Bond
van Mineraalwater-fabrikanten en Bier
handelaren, de vereeniging van Boter
en Kaashandelaren, enz.
Eene commissie werd benoemd om
propaganda te maken, terwijl op voor
stel van den „heer Joh. SchoemakerB de
volgende motie werd aangenomen „De
afgevaardigden van de bonden en ver-
eenigingen zich bewegende op handels-
en njjverheidsgebied, bijeengekomen in
het hotel „Bellevue" te Utrecht, den
15 Maart 1906, spreken den wensch
uit, dat do regeering bij reorganisatie
van de handelsvertegenwoordiging in
Nederland het beginsel zal huldigen,
neergelegd bij het ontwerp-reglement
van den Raad van Handel en Nijver
heid, zooals dat door den Alg. Ned.
Bond van Industrieelen en Handelslieden
is samengesteld."
lang verborgen had kunnen blijven
Voornamelijk de vrouwen werden het
nimmer moede elkander te vertellen, dat
zij altjjd geloofd hadden, dat in Nannei
iets bijzonders stak, omdat zij in vele
dingen zoo geheel anders geweest was
dan andere menschen, ja, zjj herinnerden
zich nu heel goed, welk voornaam voor
komen zy dikwijls gehad had, als ware
zjj eene vermomde prinses, die zich als
boerin verkleed had. Men herinnerde
zich zelfs zeer nauwkeurig dat men
altjjd bijzonder veel van haar gehouden
had, haar nooit iets in den weg gelegd
en slechts de burgemeester alleen haar
in zijn overdreven ambtsijver gekrenkt
had.
Ook haar vaders beeld, van den jongen
baron Steinerling, verrees steeds hel
derder uit de nevelen van het verleden.
Men herinnerde zich hoe hjj er uit gezien
had en altjjd met zijn vader, die hem
hard en streng behandelde, op gespannen
voet verkeerde en dat hjj op eens de
wijde wereld ingegaan en verdwenen
was. Allen, met den vader er bij, hadden
hem vergeten en gedacht dat hjj reeds
lang vergeten en begraven was.
Ook daarover was men het spoedig
eens dat de vreugde van den ouden
Blijkens bij het departement van
marine ontvangen bericht, is Hr. Ms.
pantserdekschip „Friesland", onder be
vel van den kapitein ter zee J. B.
Snethlage, 12 Maart j.l, van Curagao
vertrokken en den I4en d. a. v. te St,
Thomas aangekomen.
De kommandant was voornemens op
laatstgenoemden datum de reis naar
Nederland voort te zetten op welke reis
de haven van Ponta Delgada zal wor
den aangedaan,
Officiëeie postverzendingen voor de
„Friesland" naar laatstgenoemde haven
zullen niet plaats hebben in verband
met de onzekerheid of de zendingen
tijdig zullen aankomen.
Vlissingen, 16 Maart.
Op initiatief van den heer Manse-
Damave, in overleg met ©enige andere
heeren, was gisterenavond eene vergade
ring belegd in de Kleine zaal van het
Concertgebouw.
Vooral zij waren uitgenoodigd, die
gerekend konden worden te behooren
tot wat men noemt de kleine burgerij
en den middenstand.
Overtalrijk was de opkomst, zoofat
de zaal eivol was en velen geen plaats
konden krijgen.
Als voorzitter van het voorloopig
comité uit den middenstand opende de
heer Manse de vergadering. Hij wees
er in zjjn openingswoord op, dat een.
groote ramp Vlissingen heeft getroffen.
Verder dat er reeds een comité is ge
vormd om hulp te verleenen aan die
behoeftigen die door den watersnood
van 12 Maart j.l. in groote ellende zjjn.
Echter er zijn tal van anderen, die
ofschoon volstrekt niet behoeftig, tooh
groote schads hebben geleden.
In de eerste plaats neringdoenden,
waaronder er zijn, die, als zjj niet ge
holpen worden, binnenkort broodeloos
zullen zijn, en anderen, die zuchten
onder een enorme schade in hun bedrjjf
en huishouding.
Ook dezen moeten geholpen, hun
nood gelenigd en hun schade eenigszins
vergoed worden. En met het oog daarop
baron over de onverwacht wedergevon
dene kleindochter niet erg groot zou zjjn;
zjjne hardvochtigheid en gierigheid
hadden immers dan zoon uit het huis
gedreven. Hij was sedert dat oogenblik
nog gieriger geworden en stond sinds
zjjn huwelijk met de rijke brouwers-
weduwe zoo erg onder de pantoffel, dat
men met zekerheid kon voorspellen
welke ontvangst het boerenmeisje ten
deel zou vallen, dat zich aan hem als
kleinkind en erfgename voorstelde. Hoe
ingewikkelder eohter de toekomst tegen
over een ontsluierd verleden zioh voor
deed, des te aantrekkelijker was de
gebeurtenis,diezeker een menschenleven
lang als de voornaamste geschiedenis in
de dorpskroniek zou prijken.
En toch zouden er spoedig nog veel
gewichtiger dingen op te teekenen zjjn.
De vruchtbare kiem daartoe lag in
hetgeen met den Kogelhof gebeuren zou,
want dat het vraagstuk, wie bezitter of
erfgenaam zou zjjn, niet maar zoo da-
deljjk na de eerste uitspraak van den
landrechter beslist zou zijn, was voor
elkeen duidelijk.
Wordt vervolgd.)