f Maart.
De twee Verschoppelingen.
Donderdag
No, 51.
44e Jaargang,
Van week tot week.
FEUILLETON.
BiDnenlandsche berichten.
IS06.
VMSSIMSME ('IHAVT.
Prijs pel drie maanden !a3@0 Wnuoo -pw 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADYEETENTIËN: van 14 regels ƒ0.40, Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts tweemaal bereirend. Groots letters
en cliehé's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telepli ixmiiuinmei' 10.
Abonneaients-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
Over de OostenrykschHoDgaarsche
quaestie bewaarden wij in denjoDgsten
tijd het stilzwijgen. Al was de spanning
grooter dan ooit, de voorgevallen feiten
waren van minder beteekenis. De eigen
lijke strijd tussehen de kroon en het
parlement van Hongarije is thans aan
gevangen. Los van Oostenrijk is in de
verbonden comitaten vrij algemeen de
leuze. In het parlement is eene meer
derheid van nationalisten, die de ge
meenschap tusschen Hongarije en Oob-
tenrijk geheel willen verbreken. Eenige
kleinere partijen gaan niet zoo ver,
doch verlangen losmaking op militair
en economisch gebied. Jammer dat de
kroon, voor de Oostenrijksche raadge
vers bezwijkende, ten slotte de consti
tutie geschonden heeft en toevlucht
nam tot een staatsgreep de willekeurige
invoering van den absoluten regeerings-
vorm. De keizer had wel het recht de
Kamers te ontbinden, maar bezit geens
zins het recht om geen nieuw parle
ment te doen verkiezen. Z. M. zal het
nu eens probeeren zonder parlement,
natuurlijk steunende op het leger. Een
generaal krijgt in last namens den kei
zer de ontbinding uit te spreken,
de militaire macht wordt om het par
lementsgebouw saamgetrokkenartillerie
ontbreekt niet om de mensehenmassa
desnoods in bedwaDg te houden. De
voorzitter opent de vergadering en con
stateert dat de vrijheid der volksver
tegenwoordiging is geschonden de Ka
mer besluit den brief des konings, die
het ontbindingsdeoreet bevat, ongeopend
terug te zenden aan den gezonden gene
raal, als onbevoegd met het parlement
in verbinding te treden allen verlaten
de zaal en de koninklijke lasthebber
leest het besluit voor de leege bankeD.
In het Huis der Magnaten is het an
dera gegaan en nam men den noodigen
eerbied voor den souverein in acht
maar het Volkshuis heeft nu onverho
len zijn minachting betuigd en dan
spaart men den persoon des grijzen
keizers zooveel mogelijk zijn opvolger
zal men niet sparen.
Wat zullen wij van deze dingen zeg
gen In het streven der Hongaren is
op zich zelf niets onwettigs gelegen.
Hebben zij in den tot dusver gevoerden
niet openlijken politieken oorlog van
onwettige middelen gebruik gemaakt,
dan zijn zij daarin nu door de kroon zelve
overtroffen en wij vreezen dat de treu-
(Een Noord-Beierscbe vertelling.)
19.)
„Mijn vrouw heeft nog een doekje
van haar, dat zij om den hals had
dat ligt in mijn kast, en ik zal het je
laten zien. Morgen, of op een anderen
tijd kun je het zien."
Nannei maakte een afwijzend gebaar
zij zonk dieper op de legerstede terug
an slechts het trekken eu beven harer
schouders bewezen, dat zij nog steeds
het lot harer moeder en haar eigen, met
tranen bescbrëide. Langzamerhand werd
tij rustigerzij was moede geworden
van het vele weenen, en door de ge
beurtenissen van den dag was zij slaperig
geworden. De oude luisterde Daar hare
ademhaling en bewoog zich niet om haar
niet wakker te maken. Een oogenblik
later werd hij ook door den slaap over
meesterd. Toen hij 's morgens ontwaakte
rige gevolgen van het regeeren zonder
parlement niet zullen uitblijven.
Van harte te hopen voor de Oosten
rijksche monarchie is, dat geen poli
tieke verwikkelingen den vrede in ge
vaar brengen want op de Hongaren
valt evenmin te rekenen als toen het
indertijd tegen Pruisen ging. De drie
bond zou door den onwil der Hongaren
groot gevaar kunnen loopen te meer
daar, zooals wij vroeger opmerkten, in
Oostenrijk zelf ook reeds stemmen tegen
een samengaan met het Duitsche rijk
opgaan.
Uit een constitutioneel oogpunt maakt
het Engelsche rijk een vrij wat ver
heffender indruk. De macht van een
koning van Eogeland is onbeteekenend
in vergelijking van die van een vorBt,
die elk oogenblik in staat is zich de
absolute heerschappij te verwerven. De
Britsche vorst is feitelijk de gekroonde
president eener republiek, maar het volk
eerbiedigt er hem niets minder om en
nergens minder dan in Engeland bestaat
gevaar voor omverwerping van het be
staande.
Juist zulke natiën ais het Eugelsehe
behooren heel voorzichtig te zijn met
hun reputatie en daarom is het te hopen
dat onder de nieuwe regeering Enge-
lands houding naar buiten een krach
tige en waardige tevens zal zijn. Een
krachtig Engeland is uitteraard een
waarborg voor den vrede, omdat dkar
de oorlog allerminst afhaDgt van den
invloed van één enkel persoon of van
den invloed welken op dien persoon
door zijne raadslieden wordt geoefend.
Vandaar dat wij iets bemoedigends
vinden in de woorden van den koning,
bij het uitspreken der troonrede dat
Z. M. hoopt dat de conferentie te Al-
geeiras bevorderlijk moge zijn aan de
handhaving van den vrede onder alle
volken.
j Een bemoedigend woord is trouwens
wel noodig, waar het blijkt dat ook het
vertrouwen van den grijzen Italiaan -
schen staatsman, die de conferentie leidt,
gèschokt is. Het is niet zonder betee
kenis, wanneer een man als bij verkla rt
dat het onverrichter zake uiteengaan
der vergadering stellig op eeno versto
ring van den vrede zal uitloopen tenzij,
zouden wij er bij willen voegen, tenzij
men Duitschland alleen laat staan. Tot
Zaterdag bleven Duitschland en Frank
rijk in zake bank en politie in Marokko
hopeloos verdeeld en wanneer er nog
eens zulk een zitting moet komen, kan
en naar de legerstede zag, was deze ledig.
By het aanbreken van den dag was
Nannei stil en voorzichtig, om hem niet
wakker te maken, de deur uitgeslopen.
Ondertusschen was de heimelyke
vlucht vau Nannei ook op den Kogelhof
niet onbesproken gebleven.
In het groote woonvertrek van den
Kogelhof was het 's avonds na den
gewichtigen dag veel gezelliger en hui-
selgker dan in de boschhut van Pechler.
De kamer was evenals het gansche huis
met ouderwetsehe meubelen gestoffeerd,
en sedert meer dan anderhalve eeuw
waren hier geene veranderingen of ver
beteringen aangebracht. De zoldering en
het houtwerk langs de muren droegen
de sporen dat zy uit een tyd afkomstig
waren, toen er in de streek nog meer
eikenboomen dan thans gevonden werden.
Zg waren geheel van de schoonste balken
en planken van dit hout getimmerd en
hadden door het lange tydsverloop een
zoo donkerbruine kleur gekregen, dat
de grootste kunstenaar niet in staat zou
geweest zyn zulk eene kleur te voor-
schyn te brengen. Ook de langs de
wanden geplaatste banken, de kolossale
tafel eu de zoogenaamde Brüeke (of
men wel naar huis gaan. Alleen keizer
Nicoiaas van Rusland schynt van
meening dat beide landen nog tot eene
overeenstemming zullen geraken die een
tgdperk van vrede verzekeren zal maar
Diemand zal ons betwisten, dat er nog
wel profeten zyn die beter grond onder
hun voeten hebben.
Gelukkig voor Frankrijk, hebben de
socialisten, die eerst de regeering wil
den dwingen tot het geven van ophel
deringen omtrent den stand der quaestie,
besloten het haar niet lastig te maken.
Zg zyn verstandig genoeg geweest om
te begrijpen dat, wanneer zg de regee
ring tegenwerken, zg Duitschland in
de kaart spelen en de oorlogzuebtigheid
der Duitsche regeering prikkelen, die
op verdeeldheid by het Fransche volk
rekent. De Duitsche regeering is de
doodvyandin der socialisten, maar de
Fransche socialisten zouden haar
toch zeer goed kunnen dienen.
hemelsbreed van elkander verschillend'
het beste van de zaak hopen.
In Oostenrgk en Zweden zyn thans
in gedaan in democratische rich
ting wat Oostenrgk betreft zeer zeker
niet met bedoelingen van democrati-
schen aard maar dat, is om 't even.
De in Oostenrgk tot dusver geldige
indeeling van de kiezers in klassen
(groot-grondbezit, Kamers van koop
handel, steden, platteland) zal vervallen.
De bedoeling is dat geen landaard de
anderen zal kunnen overheerschen, en
zulks tot groote ontevedenheid van de
Duitschers, die altyd het leeuwen
deel voor zich eischen. Er komt nu
algemeen Btemrecht en bovendien een
enkelvoudig kiesrecht. Alleen krank
zinnigen en misdadigers zullen uitge
sloten zgn. 't Ziet er dus werkelgk erg
democratisch uit.
Niet zoo ver is men in Zweden ge
gaan, waar ook een meer algemeen
kiesrecht is voorgesteld doch waar ook
personen, die lezen noch schrg ven kun
nen en zg die gebrek aan verstandelgke
vermogens hebben (zoogenaamde idioten)
uitdrukkelyk zgn uitgesloten. Voor een
aristocratisch land als Zweden is deze
stap inderdaad belangrgk genoeg en dat
men bet tamelyk groot aantal analpha
beten uitsluit moge niet erg democra
tisch klinken, men kan wel iets ge
voelen voor de meening dat personen
op den laagsten trap van verstandelgke
ontwikkeling wel iets te laag staan om
een gezond, zelfstandig oordeel over
de publieke zaak te vellen.
Laat ons voor bygaande staten, zoo
bank), die achter den grooten kacheloven
in den hoek tot rusten uitnoodigde,
waren van hetzelfde hout gemaakt en
met de omgeving zoo in
kleur in overeenstemming als waren zg
uit denzeifden boom gesneden. De niet
groote, diep in den dikken muur inloo
pende vensters, hadden kleine, ronde in
lood gevatte ruiten, waardoor het licht
slechts gedempt binnendrong, zoodat de
bewoners het reeds vroeg noodig geacht
hadden eene olielamp aan te steken, die
nauwelyks voldoende was om het ver
trek flauw te verlichten en de zich
daarin bevindende voorwerpen te on
derscheiden.
De knechts en meiden hadden reeds
den avondmaaltyd genuttigd, het tafel
gebed uitgesproken en zich naar hunne
slaapvertrekken begeven. Tooh stond de
tafel in den hoek nog gedekt, en, evenals
bg de komst des konings, waren er twee
prachtige kleeden over uitgespreid, alsof
er nog gasten verwacht werden. Deze
vertoefden nog op hunne kamersmis
schien lachte hun eeu gesprek met den
Kogelboer, na hetgeen voorgevallen was,
niet genoeg aan om zich aan dendisch
te scharen voor het eten opgedragen was.
De oude Kogelboer, die aan den
Minister Krans' verlof.
Bg Kon. besluit is bepaald, dat het
aan den minister van waterstaat, handel i
en ng verhèid, den heer J. Kraus, ver-
leend verlof tot afwezigheid zal ingaan
met 3 Maart 1906, zoodat op dien dag
tevens ingaat de interimaire waarne
ming van het beheer van het departe» j
ment van waterstaat, handel en nyver- j
heid door den minister van landbouw, 1
ngverheid en handel, den heer mr. J.
D, 1
Rapporteurs.
De afdeelingen der Tweede Kamer
bobben benoemd tot rapporteurs over
het wetsontwerp tot vaststelling van
verplichtingen en bevoegdheden van de
militaire macht bg haar optreden tot
hulp van het burgerlgk gezag en ten
aanzien van de burgery, en over dat,
houdende bepalingen omtrent openbare
inzamelingen, de heeren Heemskerk,
Van Veen, Plate, Schokking en De
Beaufort.
De arbeid der gehuwde vrouw.
Het „Nationaal bureau voor Vrouwen
arbeid" heeft in een adres aan de
Tweede Kamer de wenschelykheid uit
gesproken, dat in d© voorgestelde wet
op het Arbeidscontract aan de gehuwde
arbeidster het recht op het door eigen
arbeid verdiende loon worde verzekerd.
Daardoor zal het voorgestelde artikel
1637f beter aan het doel beantwoorden.
Dit is te meer noodig, aangezien min
gunstige neigingen van den echtgenoot
(zooals byv. drankzucht, zwakzinnig
heid, onbekwaamheid tot werken door
lichamelyke ofgeestelgke oorzaken) mede
menigmaal oorzaak zgn dat de vrouw
„gaat verdienen," in welke gevallen het
toch zeker gewenscht is, dat de meer
arbeidskrachtige vrouw die het geld
verdient ook erover beschikken kan.
Voorts wordt gewezen in het adres
op de artikelen 1637f en 1639m van
het wetsontwerp. Waar omtrent het
eerstgenoemde artikel te erkennen valt,
dat hier een poging gedaan wordt om
de gehuwde vrouw als recht te ver
zekeren, wat tot nog toe slechts als ge
woonte voor haar bestond, is in het
tweede genoemde artikel aan dit juist
toegekende recht aanzienlyk afbreuk
gedaan. Waar toch de echtgenoot de
bevoegdheid zal hebben indien zyner-
zgds de meening bestaat dat de door
haar aangegane arbeidsovereenkomst na-
deelige gevolgen zal hebben of heeft
voor vrouw of huisgezin zich tot
den kantonrechter te wenden met het
schriftelyk verzoek de overeenkomst
ontbonden te verklaren, daar wordt met
binnenhoek van de tafel zat, vormde in
elk opzicht met deze omgeving een goed
geheel. Hg was zelf een stuk uit den
ouden tyd, evenals boven zgn hoofd het
kleine huisaltaar met het gesneden, door
rook zwart geworden kruisbeeld en de
uit wit papier gevouwen figuur, welke
eene duif als zinnebeeld van den Hei
ligen Geest verbeelden moest. Achter
het kruis stak een bosje kruiden, uit
verschillende planten byeengebonden, en
dat evenals de gewyde roode waskaars
die op de tafel walmde, de geheime
kracht bezat den bliksem af te leiden
en het huis voor het oc weder te behoeden.
De oude had juist uit het in de ven
sternis liggende dikke en versleten boek
„De Sleutel des Hemels" van pater
Kochen, zgn bril, die op zgn neus ge
klemd zat, genomen en den huisalmanak
van den wand afgenomen. Hg bladerde
er in toen de deur openging eu Lenz
binnentrad, die zich rustig op de bank
bg de kachel zette, misschien wel om
op de dingen te wachten, welke dien
avond nog komen zouden. Daar hg
echter zag dat zgn vader in zgn lezen
verdiept was, Yond hg het niet geraden
met dezen een gesprek aan te knoopen.
Het was hem hierom ook niet te doen,
deze bepaling een goed eind terugge
komen op de aanvankelyke vryheid van
handeling aan de gehuwde arbeidster
zoo vrygevig verleend.
Met kracht wordt daarom verzocht
het daarheen te leiden, dat het voorge
stelde artikel 1639m niet in de wet worde
opgenomen, op grond dat het een
struikelblok zou kunnen worden voor
enkelen onder die hard werkende huis
moeders, wier lot eu leven niet anders
kan stemmen dan tot den wensch, haar
zware taak te verlichten. Mocht het
onmogelyk blgken het bedoelde artikel
1639m weg te laten, dan wordt ver
zocht om vooralsnog in dit artikel op
te nemen de alinea, voorkomende in
het overeenkomende artikel 1639n in
het oorspronkelyk wetsontwerp, inge
diend in de zitting 19001901, lui
dende „De rechter willigt bet verzoek
niet in, indien hg de meening des mans
ongegrend oordeelt" enz.
Maatschappij tct Nat van 't Algemeen.
De 100-jarige sterfdag van Jan
Nieuwenhuyzen, den stichter der Maat-
sehappy tot Nut van 't Algemeen, werd
gisteren herdacht.
Om half twee kwamen het hoofd
bestuur, de leden der commissie van
art. 41, voorts afgevaardigden ter al-
gemeene vergadering dan vele leden van
het departement Amsterdam, sommigen
met hun dames aan den steiger voor
het Centraal station te Amsterdam be
stemd voor passagiers van de Noord-
Hollandsche stoomtram aan de overzyde
van het IJ, bgeen, waar de extra booten
gereed lagen om de pelgrims naar de
extra tram over te brengen en naar Mon
nikendam te vervoeren. Dat het uiterlgk
van dezen optocht nu niet direct geleek
op een bedevaart naar het graf van den
dierbaren afgestorvene, zal wel niemand
verwonderen, maar toch dient gezegd,
dat over dit optrekken een waas van
piëteit lag voor den man, die 100 jaren
geleden, 't hoofd kon neerleggen met
de gedachte te hebben verricht wat zgn.
hoofd en hart hem hadden ingegeven
en opgelegd, en in de vaste overtuiging,
dat zgn stichting een zegen zou kunnen
worden, vooral voor de onderste lagen
der maatschappy, wat het Nut dan in
derdaad ook was," is en, naar wg hopen,
zgn zal.
Om 3 uur kwam men in Monniken
dam aan en nu ging het in plechtsta™
tigen optocht naar de Groote Kerk,
naar het graf van Jan Nieuwenhuyzen,
bg het binnentreden van welk antiek
gebouw bet orgel bespeeld werd.
Zoodra allen hadden plaats genomen,
werden door de dames Bertha Siisshoiz
en Dymphona Bruinings en de heeren
M. Viorgeno en C. Butter enkele
liederen uit het Volksliederenboek vier
stemmig gezet door Dan. De Lange
voorgedragen, aan het einde waarvan
de voorzitter van het hoofdbestuur, de
heer mr. D. J. Vau Stockum, de ge
dachtenisrede uitsprak en een krans na-
want zgn uiterlgk teekende eene ge
druktheid, die geheel in tegenspraak
was met zyne gewone vry moedigheid.
Het was alsof hg zich in zgn geest met
iets bezig hield, dat zgne opmerkzaam
heid van uitwendige dingen aftrok
het was alsof hem zgn moed eenigs-
zins ontzonken was.
De Kogelboer had juist de aan het
eind van den almanak aangehechte bla
den, waarin naar oud gebruik de merk
waardigste gebeurtenissen uit den kleinen
huiselyken kring van den boer opge-
teekend waren, opgeslagen.
„Ik mag niet vergeten den dag in de
kalender te schrg ven, toen de koning
op den Kogelhof het middagmaal ge
bruikt heeft", zeide hg in zichzelven,
terwgl hg een klein inktglas van de
eenvoudigste soort en een kolossaal
groote veerenpen in orde bracht, welke
beide voorwerpen bewezen dat zg tot
die zaken behoorden, welke op den
Kogelhof het minste gebruikt werden.
„Waar vindt ik nu zoo dadelyk een
ledig plaatsje ging hg bg zichzelven
voort, waarop hg eenige reeds beschre
ven bladen halfluid overlas.
Wc.rdi