Dinsdag 20 Februari. ia twee Verschoppelingen. Ho. 43. 44e «Jaargang. 1906. Stand» Bmnenlandsche berichten. FEUILLETON. Gemeentebestuur. adeling nemen een invoering van een •eerde briefkaarten er-Fulda om Tece- Daarna komt de de orde, waarvoor Z3hnhoff een vol- 3eft uitgewerkt. Gisteren voormid. ntat nrortairtvr v->l l irsohot van koning ilotkerk naar het dienet werd de de kerk gedragen en klokgelui. dicht bezet met ngen vormden de i. Overal heerechte j orde. otte eerbiedig het ijtrekken van den iwam de stoet aan kist in den wagen de trein naar R^. het lijk van den r te Roakilde aan van den overleden plechtigheid naar de lijkstoet aan le kist werd door gedragen.Daarop eid plaats, na af- rstelijke personen ugkeerden. 'olstoi heeft, naar usse" bericht, een at als tital draagt olutionnairen, het rnkort in een der tden verschijnen, n het eerste hoofd - ek op de tegen- er Russische re eft zijn tgd gehad, inblik niet alleen ilks, maar is voor een reeds lang len. Niet het ver- lekomst kan het niet redden door dslag van een of :em, door de mi- de galg, maar >s volks het ideaal :echtigheid, lief- leid, welk ideaal en gemakkelijker t van uwe tegen- behoeft ge niet een ideaal, dat .ussische volk ia arin bestaat, dat uurlij k en wette- jond wordt terug- Matin" geeft de een der gedele- |'s tactiek is, om, aanstaande alge- in Frankrijk, de ig te rekken. Op midden in den je geruchten vau euden,.die op de >ed zullen uitoefe socialisten zullen gevolg, dat er Jaar dat Frankrijk hfzien. Men mag erachtiger is, de o iets als zijn of de eorrespou- die het telegra- |het bericht, dat sr laatste vertrou wen meo een dui- voor den dag zou dan zooda dat onder de sou- iltan de organisa- ir officieren van Steekenende staat- I en Holland. Dat blijven bij alle ijdie belangen in d g e n Febr. WD: nel, jm. 24 j. en 20. j. F. van A. M. ten Ha- iEN: sperse, d. M- luimeester, z. z. M. Koo- M. Theune, IEN: ban van R. S. Dupont, ongeb. der Burg,vrouw 38 j. M. C. 0. J. Poerstam- onasse, 63 j, van J. F. de asoon, wedr. van VLISSINGSCÜE COURANT. Prijs per drie maanden 1,S0D imw (pet jpusï 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zieh bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DB VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- ADVERTEN TIËJS vaa 14 regels /Ö.4D, Voor ©Ik en regel meer 10 eent. -- Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing dentelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letter» en cliché's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Teleplioomiumnier 10. Abonnements-Adrertentiën op zeer roordeelige voorwaarden. HINDERWET. Burg. en Weth. van Vlissingen Gezien de artt. 6 en 7 der Hinderwet geven bij deze kennis dat bij hen is ingekomen een verzoek ven N. ZANDEE, te Vlissingen, om vergunning tot het oprichten en in werking brengen eener koffiebranderij in perceel I 162 gelegen aan den Vrij- gaug, Kadastraal bekend in sectie D no- 1554 dat dit verzoek met de bijlagen, ge durende veertien dagen, te beginnen met Vrijdag den 16 Februari 1906 op de gemeente-secretarie ter visie zal gelegd worden en dat den 2 Maart 1906 ten raadhuize, des namiddags ten 2 ure, gelegénheid zal gegeven worden om bezwaren tegen het oprichten der inrichting in te brengen, terwijl gedu rende drie dagen vóór dat tijdstip, ter gemeente-secretarie van de ter zake ingekomen schrifturen kennis kan ge nomen worden. Vlissingen, den 16 Februari 1906. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. Het nieuwe departement. Naar men verneemt, is, naar aan leiding van de bezwaren van verschil lende zjjden in de Tweede Kamer ge maakt tegen wettelijke voorziening ter zake van de instelling van het minis terie van landbouw, nijverheid en handel, in verband waarmede de behandeling van dit wetsontwerp in de vergadering der Kamer van 23 December werd geschorst en verdaagd tot na het Kerst reces dezer dagen een wijziging te wachten van het Kon. besluit van 7 September 1905 (Staatsblad no, 264) waarbij het nieuwe departement werd ingesteld. Het hoofdbezwaar tegen de door de regeering genomen maatregelen bestond hierin, dat in genoemd Kon. besluit de werkkring van het nieuwe departe- ternent niet behoorlijk was omschreven. Natuurlijk is nu ook het daarmee samenhangend wetsontwerp geheel om gewerkt. Lager ouderwijs. Het hoofdbestuur der vereeniging van hoofden van scholen in Nederland heeft tot den min. van binnenlandsche zaken de vorige week een verzoekschrift ge richt met een memorie van toelichting, omtrent wenschelijke wijzigingen in de wet op het lager onderwijs en omtrent hare toepassing. Deze wenschen handelen lo. de regeling der minima van jaar wedden. De minister wordt verzocht van de bevoegdheid, bij de wet verleend, om voor plaatsen, waar het noodig is, de minima te verhoogen, gebruik te maken voor plaatsen, die niet voldoen aan deze beide kenmerken a. dat zij zijn allerkleinst en goedkoopst, zoodat de levensstanddaard er het laagst is, en b. dat er het minst van den onderwijer gevorderd wordt. 2o. de bijdragen voor het pensioen fonds van weduwen en weezen. Om te voorkomen, dat vele onderwijzers van deelneming aan het rijkspensioenfonds worden uitgesloten wegens karige be zoldiging, worden maatregelen verzocht om de meest aigemeene deelneming mogelijk te maken. 3o. Wegneming van onbillijkheden, voortspruitende uit de wijze waarop in de wet van 1905 de verdeeling der gemeenten in klassen is geschied voor de minima-jaarwedden der hoofden van scholen. 4o. Belooning bij het herhaiingson- derwijs. Hieromtrent wordt noodig ge acht, dat de laagste belooning, in art. 27 der wet genoemd, enkel gelde voor de boven onder lo. genoemde gemeen ten, en dat aan het hoofd der herha- lingssehool een afzonderlijke vergoeding wordt uitgekeerd voor de leiding en de administratie. öo.herziening van art, 26 (jaarwedden) en wel aldus, dat voor de periodieke verhoogingen voor de hoofden ook me detellen de jaren als onderwijzer door gemaakt, dat de verplichte verhoogingen binnen korteren termijn en tot een hoo ger bedrag worden toegekend, en dat de wettelijke minima worden verhoogd, Erkenning van vakvereenigingen. De „N. Rott. Ct." is van. oordeel, dat er bij de discussie over de vak vereenigingen in de Tweede Kamer wel eenig misverstand was. Komt de vraag later onder een of anderen vorm nog weer eens op het tapijt en het Uad verwacht dit dan zal het goed zijn zoo de discussiën worden ingeleid met een duidelijke verklaring van hetgeen men onder een ambtenaars-vakvereeni- ging verstaat. Wel verklaarde de heer Takniemand spreekt tegen, dat zij een heel ander karakter heeft dan eene vakvereeniging in de vrije bedrijven doch aan dergelijke uiting heeft men niets, zoolang niet daarbij wordt aan gegeven welk karakter men haar dan wel wil hebben toegekend. Evenmin komt men verder met eene vage aan duiding, als de heer Troelstra gaf, volgens wien de vakvereeniging is het middel om te komen tot betere ont j wikkeling van het maatschappelijk leven Men zal duidelijk moeten aangeven waar het op aan komt, in den geest, als de heer Talma dat deed. Eene eigenlijke-vakvereeniging, zeide hij, is eene economische organisatie, een strijd vereeniging. Eerst in de tweede plaats iB zij de advocaat voor de belangen der individueele arbeiders. Vergissen wij ons niet, dan was het de vakvereeniging als strijdvereeniging, welke de heer Lohman en ook de beer Talma met recht bestreed Daarvoor is in het ambtelijke leven geen plaats. Vakaetie, werkstaking, is ia het ambte lijke leven onduldbaar, omdat daar van een onderhandeling, een strijd over de arbeidsvoorwaarden geen quaestie zijn. Maar eene vereeniging van ambtenaren, welke door adressen en requesten hunne belangen willen be pleiten Wij zouden niet weten, waar om zij niet zou kunnen worden gedoogd. Noem haar dan vakvereeniging, het is per slot van rekening een naam, waar aan men niet behoeft te blijven hangen. Dat voelde de heer Ketelaar ook wel, toen hij verdedigde, dat naast eene officieele groepsvertegenwoordiging, eene vakvereeniging onmisbaar zoude zijn.... bij wijze van kiesvereeniging. Wij ge- looven niet, dat de heer Lohman er veel op tegen zal hebben. Maar als de heeren Troelstra en Tak, en misschien ook wel de heer Ketelaar, zich voor de ambtenaars-vakvereeniging op de bres stellen, denken zij, als wij ons niet vergissen, niet in de eerste plaats aan eene kiesvereeniging. Laten zij dit een volgenden keer dan eens ronduit verklaren. Reorganisatie Hamers van Koophandel. Naar de „Middenstandsbond" ver neemt, zijn door de staatscommissie voer den middenstand tot leden der sub-commissie voor de reorganisatie plannen der Kamers van Koophandel benoemd, de heeren R. P. J. Tutein Nolthenius, J. Rutgers Jzn., Jules Schaepkens Jr., L. de Vries Wzn., en J. S. Meuwsen. (Een Noord-Beiersohe vertelling.) 11.) „Een mooie hulp, waarbij ik, haar eigen broeder, uitgesloten werd", zeide de boer, „terwijl mijnheer de oppetklerk als verre neef het gansche vermogen opgeslokt heeft. Is mijnheer nog bij de rechtbank „Reeds lang niet meer." „Ha, is hij ontslagen geworden „Wel, waarom nietIk ben uit mijzelven gegaan ik had genoeg van het pennelikken, ik heb een zaak gekocht en ben nu koopman. Ik ben eigenaar van den grooten winkel op de fflarkt, en de firma „Raaf en Gier", staat met gouden letters boven mijne huisdeur." „Dat doet me plezier, dat doet mij sier", lachte de oude honend, „dat erfenis in zulke goede handen is gevallen en voor dat blinkend verguldsel voldoende was." Hij wilde opstaan, maar de kramer hield hem tegen. „Blijf, neef", zeide hij, „en laat mi met u spreken Een ieder is immers zich zeiven het naast. Dat moest elk bedenken en dan de oude koeien niet meer uit de sloot halen. Maar ik wil alles weder goed maken en dat is de reden waarom ik hier gekomen ben „Zoo, zoo I Nu, daar ben ik werkelijk nieuwsgierig naar", zeide de boer, maar de kramer, meer naderbij tredend, ging voort „Wij zijn beiden reeds op een leeftijd dat men er aan denkt orde op zijne zaken te stellen. Ik zou de zakeu hoe eer hoe liever aan mijn jongen overdoen dan heb ik alleen voor mijn dochter meer te zorgen. Gij hebt ook maar éen zoon, wat zoudt gij er van denken, als wij van die twee eens een paartje maakten f" „Een paartje? Van mijn zoon en uwe Hij voleindigde den begonnen volzin niet, maar barstte in een luid gelach uit, waarbij hij zoo duchtig op de tafel sloeg dat de glazen en ileasehen dansten. voor zoover het der gehuwde vrouw, sinds eeuwen in rechte als onmondig behandeld, alvorens hare privaatrechte lijke sfeer te verruimen, publiekrechte lijke bevoegdheden wil toekennen, in stede van het omgekeerde te doen III. een legislatieve fout, doordat het, zonder dat van een voldoende volksovertuiging te dien aanzien gebleken is, in de be staande wetgeving, op grond van ge yoeisargumenten, wenscht in te grijpen IV. een historische fout, voor zoover het, terwijl blijkt dat, bij de Grond wetsherziening van 1887, vrouwenkies recht, na gezet overleg is verworpen zonder noodzaak breekt met de histo rische lijn. Deze stellingen zu'len weerlegd wor den door mevrouw W. Wynandts FranckenDyserinck. Wijziging der Militiewet, In een rapport van het Centraal Bu reau der Organisatie van R.K. miliciens, verlofgangers en landweermannen waarvan het Kamerlid Passtoors voor zitter is lezen wij „Wij durven de verzekering geven, dat van katholieke zijde binnen afzien- baren tijd een voorstel zal komen tot wijziging der Militiewet, waardoor de derde herhalingsoefening vervalt." Ingevolge een verzoek van den mi nister van waterstaat, handel en nijver heid aan zijn ambtgenoot van binnen landsche zaken, om te willen bevorderen, dat reeds op de scholen wordt onder wezen het schrijven van een duidelijk en volledig adres op de per post te verzenden stukken, is door de inspec teurs aan het schooltoezicht verzocht, daartoe medewerking te verleenen. De minister van waterstaat, handel en nijverheid zag n.l. gaarne, dat de leerlingen gewezen werden op de wen- schelijkheidle. om op alle stukken steeds den naam en de woonplaats des afzenders te vermelden, waardoor èn het publiek, dat zijne correspondentie ingeval van onbestel baarheid terug ontvangt èn de postadministratie, we gens vermindering van werkzaamheden, zou worden gebaat, en 2e. om de postzegels, te bezigen voor frankeering van brieven en andere stukken, steeds in den rechterbovenhoek te bevestigen waardoor de afstempeling der stukken, vooral hij het gebruik der electrische stempelmaehine, zeer zou worden ge baat. Den hoofden van scholen wordt daar om verzocht, bij schrijf- en taalonder wijs voortaan met de wenschen van den minister rekening te willen houden. Vrouwenkiesrecht. In de openbare vergadering morgen te Amsterdam te houden zal mr. Arnold Levy de volgende stellingen verdedigen Het streven naar toekenning van kiesrecht aan de vrouwen is volstrekte- lijk af te keuren, daar dat streven lij dende is aan I. een logische fout, voor zoover het uitgaat van een geheel wil lekeurige, abstracte gelijkstelling van man en vrouw, twee ongelijksoortige grootheden II. een methodische fout, „Nu, wat valt daarom te lachen riep de kramer geërgerd uit „Ik spreek in vollen ernst en zie niet in dat ik iets belachelijks gezegd heb." Nog steeds lachend ging de boer voort „Ga hebt gelijk neef. Het zou ook eigenlijk meer om te schreien zijn. Daarom is het echter niet." „Zoo? En waarom dan wel?" „Waarom Ten eerste omdat geene stadsjuffer op mijn hof deugt en ten tweede omdat, als ik toch naar eene schoondochter moet uitzien, in ieder geval er eene kies, die recht is van lijf en leden en geen bochel heeft." De kramer was snel opgesprongen en blies zich op als een adder, die zich, zooals het volkspraatje luidde, tot een sprong gereed maakt op zijn vijand hij hijgde en het vast op den boer gerichte oog fonkelde venjjnig. „Zoo", stamelde hij, „is dat een antwoord op zulk een voorstel Goed zooDat is nu juist een recht brutaal boerenantwoord. Maar het beste zal wel zijn, dat ik zulk een antwoord voorloopig niet aanneem. Ik blijf nog heden hier, en morgen, als wij er eens op geslapen hebben, zal ik u nog eenmaal de vraag doen. Misschien komt ge wel nog tot Augustus j.l. ter eere van den geboor tedag van H. M. de Koningin en die op 17 November, ter herinnering aan Neerlands onafhankelijkheid, gedurende het bookjaar 1 Maart 190528 Februari 1906 een bedrag van f 23,000 wordt uitgekeerd. Dank zij de belangstelling en den steun die deze vereeniging van het Koninklijk Huis, van de regeering, van de kern der burgerij en niet het minst van het Nederlandsche leger, zoowel van officieren als van minderen, ten deel valt, kon zij gedurende haar 27 jarig bestaan het aanzienlijk bedrag van f 388.000 aan bijslag op het pensioen der leden en aan onderstand aan hunne weduwen uitkeeren. De Vereeniging is dan ook zeer er kentelijk voor de belangstelling en offer vaardigheid haar betoond, doch zij acht het noodig de woorden in herinnering te brengen die haar eere-voorzitter, luit.- generaal A. Kool, ter gelegenheid van de herdenking van haar 25 jarig bestaan o. a. uitte „die offervaardigheid zal deze vereeniging nog in jaren niet kunnen ontberen, zal zij op dezelfde wijze al thans voort kunnen gaan met haar zegenrijk werk. Mogen de vrienden der vereeniging dit beseffen en nieuwe vrienden voor haar aanwinnen." De minister van oorlog heeft bepaald, dat voor de 270 miliciens van de lich ting van dit jaar, die bij het korps genietroepen te Utrecht worden inge deeld, zullen worden bestemd het per soneel bij den telegraaf- en den spoor wegdienst (ongeacht hun lengte), tele grafisten, assistenten en klerken bij de telegrafie. Wijders zullen daarvoor wor den aangewezen, van het personeel bij den spoorwegdienstopzichters, ploeg bazen, wegwerkers, remmers, rangeer ders, ambachtslieden en arbeiders; voorts instrumentmakers, eleetriciens en riet- of stroodekkers, en verder aangevuld met timmerlieden, smeden, aard dijk en polderwerkers. De Koninklijke Vereeniging van gepensioneerde onderofficieren en min deren van het Nederlandsche leger, op gericht in 1879 naar aanleiding van de militaire pensioenwet d.d. 29 Mei 1877, waarbij de pensioenen der militairen hier te lande aanmerkelijk werden verhoogd doch welke verhooging niet van toepas sing was voor die militairen, die bij het in werking treden der wet reeds ge pensioneerd waren, zal op 19 Februari a.s. ter voortdurende herinnering aan den geboortedag van wijlen Z. M. Koning Willem III, aan 155 hulpbehoevende leden dezer Vereeniging en aan 130 weduwen van oud-gedienden een bedrag van ruim f 9000 uitkeeren, waardoor, met inbegrip van de uitkeering op 31 andere gedachten, want ik zeg u vooruit „Neef, denk er goed over na; het kon u licht berouwen." Hij verwijderde zich snelnog meer door den boozen blik dan door de bedreiging getroffen, keek de boer hem achterna. „Wat beteekent dat nu mompelde hij bij zichzelven. „Die slechte kerel bedreigt mij. En waarmede kan hij den Kogelboer bedreigen I" Hij voleindde zijn woorden nieter scheen plotseling eene gedachte bij hem op te komen, die hem deed beven, alsof hij werkelijk door den bliksem getroffen was. Hij streek zich peinzend over het hoofd en ging toen vastbesloten naar de zijdeur der schuur, uit welke zich naderende stemmen en schreden lieten hooren. De koning was reeds uitgerust en maakte zich tot de afreis gereed, „Zijt ge reeds uitgerust vroeg de boer, hem tegemoet tredende. „Ge hebt het maar kort gemaakt, Majesteit. Neem het mij niet kwalijk als ik u nog een oogenblik lastig vallen moet. Gij hebt vroeger gezegd, dat ik u e'en verzoek mocht doen. Thans heb ik er over gedacht en is mij iets ingevallen, waarom Een van Neerland's meest bekende tooneelspelers, Frits Bouwmeester, is te Soerabaja overleden. Hij behoorde onder de beste spelers van ons land en be reikte den leeftijd van 60 jaren. Hij werd in 1846 te Middelburg geboren. Het eehte tooneelbloed zat er bij hem in, want toen hy 10 jaar oud was, speelde hij reeds in den Rotterdamschen schouw burg. Frits Bouwmeester was niet alleen een uitnemend tooneelspelerook als musicus heeft hij naam gemaakt, hij was nl. een uitstekend violist. Vlissingen19 Febr. Wij vernemen dat het op de werf der Kon. Maatsch. „de Schelde" alhier in aanbouw zjjnde stoomschip „Rind- ik u verzoeken wilde. Maar ik kan het u slechts alleen zeggen en geen ander mensch mag het hooren.' De goedhartige vorst was dadelijk gereed beiden gingen ter zijde van de schuur. Met een ernstig gelaat luisterde de vorst naar het verzoek van den boer. Het was blijkbaar geene kleinigheid, want het scheen den boer niet gemakkelijk te vallen zijn verzoek voor te dragenhij moest herhaalde malen ophouden, hjj haalde dikwijls diep adem en het kostte hem zichtbaar moeite zich op de been te houden. Eindelijk was het onderhoud, dat door allen met verbazing aanschouwd was, maar door niemand verstaan werd, afgeloopen. De koning trok zijn portefeuille uit, waarin hij eenige woorden aanteekende en reikte toen, als teeken van goedkeuring, den verzoeker de hand, welke deze, zonder dat de vorst dit verhinderen kon, aan zijne lippen drukte. „Gij moet mij dat niet weigeren 1" riep hij uit. „Het is voor mjj de grootste genade, dat ik de haud van zulk een goeden koning kussen mag." Word! vo velt. d.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1