LDERS 1906. Vrijdag 9 Februari. ADYEKTENTIËNï van 14 regels ƒ0.40. ifoor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzeiftle advertentie wordt Je prijs slechts twee maal berekend. (Jroote letter» en cliché's naar plaatsruimte. k twee Verschoppelingen. No* 34. 44e Jaargang. off ie; sper. 1.50. ICHE SI Gemeentebestuur. FEUILLETON. VLISSIMSfHE COURANT. Prijs per drie maanden L8@s 'ftaac© pee posi 1,50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. M. Vcrsehynt dageljjks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Teleph jonmimmer 10. Abonnements-AdvertentiUn op zeer voordeelige voorwaarden. emleziog." [TRAID1EBST ssktgea-Midielbnrg ï-'| SINGEN (Remise) v.i op werkdagen) 5.50. -| rktv.m. 7.55, 9,30. 11.— 2.30, 1.15, 2.-, 2.45. 3M .05, 7. 7.50, 8.40, 9.301 ELBURG (n. Zeilmaijkl .m. 5.15*, 6.20*, 8.40, 10.11 2.35, 1.20, 2.05, 2.50, 3.31 .10, 7.05, 7.55,^8.45, 9.3| i rijden slechts tot ngen: vm. 6.6.20, 7,-1 >5, 9.30, 10.—, 10.20, 10.40,1 Tm. 12.—, 12.30,1.—*, 1.251 3.25, 3.55, 4.25, 4.50, 6.10, 35, 8.20. iuitensluis: vm. 6,10, 6.3 30, 9.15, 9.50, 10.10, 10.301 11.50. Nm. 12.10, 12.451 2.50*, 3.10, 3,40, 4.10, 4 05, 7.25, 8.—, 8.30. aarten vallen Zondags SSTEH-SCHELöBj bruari 1906. ;elijks. a) b) nm. 3,23 e) g) 12,25 a) nm. 3,50 g) nm. 1,55 f) nm. 3,23 c) minuten na bet vertrek val kenskerke n. Neuzen vm. 8,3'| aar Borssele en Neuzen t» ste 20 minuten wachten, lar Borssele en Neuzen >e gste 30 minuten wachten. as niet gemaakt. boot van 1,55 van NsuM'j ten wachten. VCTMti PLAATSELIJKE BELASTINGEN. Verordeningen op de heffing en op de invordering van loonen voor het keuren van vee, afgehakt vleesch en spek. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen doen te weten dat door den Raad dier gemeente, in zijne vergadering van den 27 October 1905 is genomen het navolgend besluit, hetwelk bij Koninklijk Besluit van 8 December 1905, No. 49 is goedgekeurd De Raad der gemeente Vlissingen gezien de voordracht van Burgemees - ter en Wethouders galet op de adviezen zijner Commis- Biën voor de Belastingen en voor de Financiën gelet op de artikelen 232239 en 254 der Gemeentewet Besluit: Vast te stellen de navolgende Verordening, regelende de hef fing van loonen voor het keuren van slachtvee, afgehakt vleesch en spek, in de gemeente Vlissingen. Art. 1. Voor het keuren van slacht vee, afgehakt vleesch en spek zal een loon geheven worden volgens onder staand tarief lo. voor iederen os, koe, stier, pink, vaars of paard f 0.50 2o. voor ieder varken of kalf ouder dan 3 maanden f 0.25 3o. voor ieder kalf van 3 maan den of jonger, schaap, speenvarken of geit f0.10; 4o. voor van elders inge voerd wordend versch, gezouten, gerookt, gekookt of gedroogd paarden-, ossen-, koe-, rund-, vaars-, kalfs-, schapen-, varkens- en geitenvleesch óf' spek voor eene hoeveelheid tot en met 50 K.G. per K.G. fO.Ol. Voor ieder K.G. daar boven fO.OO6; Gedeelten van K.G. wor den voor geheele berekend. De bepaling sub 4o. is niet van toepassing op van elders in hermetisch gesloten bussen ingevoerd vleesch. Art. 2. Deze verordening treedt in werking met den le'n Januari 1906, Aldus vastgesteld door den Raad der gemeente Vlissingen, in zijne vergade ring van den 27 October 1905. De Voorzitter, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 8 December 1905, no. 49 Mij bekend. De Minister van Binnenlandscbe Zaken, (w. g.) P. RINK. Overeenkomstig het oorspronkelijke, De Secr.-Gen. van Binnenl. Zakeif, (w. g.) DIJCKMEESTER. (Een Noord-Beiersche vertelling.) Verordening, regelende de in vordering van de loonen voor het keuren van slachtvee, afgehakt vleesch en spek, in de gemeente Vlissingen. Art. 1. De loonen voor het keuren van slachtvee, afgehakt vleesch en spek zullen door de slagers en verdere be langhebbenden, ter wier behoeve de keuring heeft plaats gehad, dadelijk na het volbrengen daarvan aan de beëedigde keurmeesters moeten betaald worden, die daarvan behoorlijk aanteekening zullen houden in de daartoe door Bur gemeester en Wethouders voor te schrij ven en door den Burgemeester of door een daartoe door hem aan te wijzen Lid van den Raad, te nummeren en te waarmerken registers met strook en de in den loop der week ontvangen gelden, op den eersten dag der eerstvolgende week ten kanlore van den gemeente ontvanger moeten overstorten. Art. 2. De artikelen 258 tot en met 262 der Gemeentewet zijn ten dezen van toepassing. Art. 3. Deze verordening treedt in werking met den len Januari 1906. Aldus vastgesteld door den Raad der gemeente Vlissingen in zijne vergadering van den 27en October 1905. IJq V rtrtPóifloi1 VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 8 Februari 1906. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. 2.) Hier en daar waren de blauwe kopjes ran asters of purperen van dalia's er als levende edelgesteenten tussehen ge stoken om "de versiering aaneen te houden. De uitgangspoort aan de tegenover gestelde zijde was gesloten en tot mid delpunt of voornaamste stuk der versie ringaangewend daarop liepen de sierlijk gevouwen witte strooken als stralen tot een krans te zamen, in welker midden, Mt glinsterende zonnebloemen bijeen gevoegd, een reusachtige M. prijkte. Op de deel zelve, die in een balzaal her schapen was, stond een tafel met een wit kolossaal laken bedekt, aan welks tanden de roode uiteinden volgens den eenvoudigen smaak der boeren niet ontbraken. Het tafelgoed toonde, dat er Bimenlandsclie kriekten Hst vrijs railverkeer. Het verslag over het afgeloopen jaar begint met een herinnering, dat door de vorige regeering, onder de leuze den nationalen arbeid te zullen bevorderen door middel van een „fiscale" herzie ning van het invoerrechten-tarief, een poging gedaan werd om ook hier aan het beschermende stelsel weder een plaats te schenken in de wetgeving. Reeds in 1903 werd in enkele ge schriften gewaarschuwd tegen de on waarheid der zoogenaamde fiscale her ziening maatregelen werden getroffen om te geraken tot samenwerking der vrijhandelaren van verschillende rich ting, terwijl de kiesvereenigingen in het geheele land onder toezegging van steun een opwekking ontvingen om de plaatselijke propaganda kiachtig ter hand te nemen. Werd in dat jaar hoofdzakelijk gearbeid aan de voorbe reiding van den hernieuwden kamp voor het behoud van de vrijheid van handel, na de indiening van het defini tieve ontwerp in het begin van 1904 ontbrandde allerwegen de strijd. onder het beste wat het huis bevatte, duchtig revue was gehouden, en menig prachtstuk uit de kast was gehaald, dat sedert mensehenheugenis zijn plaats niet verlaten had. Men behoefde niet te vragen of er op den Kogelhof een gast verwacht werd en dat het een veel aan zienlijker man moest zijn dan bijv. een predikant of een grondbezitter ujt den omtrek of zelfs de landBrechter, die bi een ambtelijk bezoek op den Kogelhof afgestapt was. Achter op de deel was een boeren jongen druk bezig met de laatste hand te leggen aan de versieringen en met een uitdrukking van welbehagelijke tevredenheid op het gelaat het geheel nog eens in oogenschouw te nemen, terwijl hij hier en daar het sparregroen dichter opeenschoof, een bloem er tus- schenin stak of een vouw in het linnen beter in de plooien zette. Op den voor grond, op den dorpel van de openstaande schuurdeur zat een boerenmeisje; zij had in baar wit schortje een hoop bloe men voor zich liggen, waaruit zij op eene wijze, die haar goeden smaak te kennen gaf, er eenige tot een grooten ruiker te zamen bond. Het was niet moeilijk te raden van waar die bloemen Er verscheen een nieuwe serie ge schriften waarin verschillende punten van algemeenen of bijzonderen aard aan een nader onderzoek werden onder worpen en het ware, protectionistische karakter van het ontworpen tarief bloot werd gelegd, een serie geschriften, waarvan de verspreiding met kracht werd bevorderd. Met de verspreiding der vliegende blaadjes werd in 1905 irtgegaan. De nummers 18 tot en met 37 werden, tot een tweedeB bundel vereenigd, opnieuw uitgegeven, en alge meen verkrijgbaar gesteld. Voorts wer den een drietal nieuwe geschriften op ruime schaal verspreid. Dan gaat het verslag voort "Wij meenen reden te hebben te mogen gelooven, dat de geschriften ook in de kiescampagne goede diensten hebben bewezen talrijk toch waren de aanvragen, welke bij den secretaris inkwamen, zoodat van sommige num mers niet minder dan 25.000 exemplaren werden verspreid. Voorts werden meerdere malen om trent het tarief inlichtingen verstrekt aan personen, die in vergaderingen als sprekers wilden optreden of die aan het debat met proteetionisten deel wensch- ten te nemen. Ten slotte moge worden vermeld, dat in 33 districten de verkiezing der vrijhandelsgezinde candidaten meer in het bijzonder gesteund werd. Het resultaat van den bijna drie- jarigen arbeid Hoewel het vraagstuk bij de jongstleden verkiezingen minder dan in 1897 op den voorgrond is ge treden, kan met vreugde worden ge constateerd dat het werk van de voor standers der vrijheid op het gebied van den handel niet te vergeefseh is geweest. Mede aan huil krachtige actie mag de voor den freetrade gunstige uitslag in vele distrieten worden toe geschreven. Het door den verslaggever over 1901 geuite vertrouwen op het goed recht onzer beginselen is niet be schaamd. Dat goed recht heeft, gelijk hij voorspelde, luide van zich doen spreken. Stellig is het aan de kracht der beginselen te danken, dat ook thans eyenals in het verslag over 1897 „met groote voldoening en dankbaar heid mag worden herdacht het feit, dat de Juni-stembus de proteetionisten in de Tweede Kamer in de minderheid liet, dat het dreigend gevaar eener tariefsherziening in beschermenden zin althans voorloopig afgewend is. Na gedanen arbeid heet het goed rusten zeker, doch door de voorstan ders van den vrijhandel moge het „rust roest" niet worden vergeten. Intuaschen maken de politieke omstandigheden het voor de vereeniging niet noodig voor loopig een andere dan een afwachtende houding aan te nemen. De strijd zal, zoodra daarvoor reden mocht zijn, worden hervat. Het ledental der vereeniging nam ook kwameB, want op een geringen afstand lag tegenover de deel, door kleine sta ketsels omgeven, de bloementuin in den vorm van een vierkant voor het huis, waar naast en tussehen de bedden met groenten de salie geurde, de lavendel bloeide, het gras rond do perken groeide en riddersporen en andere bloemen het oog verrukten. Da suiker was reeds tamelijk groot, maar nog scheen de maakster niet genoeg te hebban en zij hield hem voor zich als om de maat te nemen van hetgeen er nog bij moest gebracht worden, om hem op de ver- eischte grootte te brengen. Te gelijker tijd was ook de jongeling met zijn werk klaar gekomen en stond nu op zijn gemak op den achtergrond der schuur uit te rustenzijn blik was op het meisje gevestigd, doch wendde zich snel er weder van af toen zij eene beweging maakte alsof zij wist dat ze gadeslagen werd. Het was een liefelijk beeld, dat die twee gestalten vormden op zichzelven genomen hezat elk eene niet alledaag- sche schoonheid en bij elkander geno men zou men niet heel licht zulk een paar vinden. Beiden waren in den eer sten bloei der jeugd en beiden konden dit jaar weer eenigszins toe, het klom namelijk van 725 op 743. Be staatkundigs invloed der R. Katholieken. De „Tijd" maakt enkele kantteeke- ningen bij een artikel van prof. v. d. Vlugt in „Onze Eeuw," waarin een nieuwe partijgroepeeriug, los van ge loofsverdeeldheid, wordt bepleit. Deze groepeering moet katholieken en libe ralen nader tot elkander brengeD, maar de vrees wordt geuit door den hoog leeraar, dat de liberalen uit anti-papisme dien weg niet zullen willen opgaan. Trots allen wrevel tegen de antithese-politiek wil toch oen gedachte aan samengaan met de roomschen bij de liberalen niet aanslaan. "Wantrouwen weerhoudt hen. Prof. v. d. Ylugt waar schuwt de liberalen. Gij vreest, zegt hij, de macht der roomschen. En te recht. Maar daarom juist moet gij voor een bondgenootschap met hen niet terugschrikken, want bij de huidige politieke constellatie zijn het juist de roomschen, die de lakens uitdealen. „Wie ook de zege danke aan de stem bus, zoo laDg de tegenwoordige partij groepeering stand houdt, blijft Rome leiding geven aan het spel. Onder een ministerie van rechts, vóór het voet licht, met officieele mede-verantwoor delijkheid. Onder een, als het tegen woordige, van achter de schermen, en zonder, vormelijk, tot rekenschap te zijn verplicht." Naar aanleiding dezer woorden merkt „de Tijd" op „Nog al naïef van een hoogleeraar om zóó rondborstig te zeggen, dat de liberalen, mochten ze bij de katholie ken ooit om samenwerking bij de stem' bus komen aankloppen, met de ver sterking van het roomsche kiezerskorps eigenlijk niet anders in het schild voeren dan verzwakking van den in vloed der katholieke staatspartij. Of houdt de Leidsche professor de katho lieken voor zóó naïef, dat ze, hoewel gewaarschuwd, in dergelijk bondgenoot- rchap zullen toestemmen?" Statistiek. De veertiende aflevering van het „Tijdschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek" bevat als naar ge woonte in de eerste plaats opgaven der Kamers van Arbeid omtrent „gewoon loon" en „gewoonlijk voorkomenden dagelijkschen arbeidsduur" in het 2e kwartaal van 1905, de verdere gegevens nopens loon en werktijd, door de Kamers onverplicht verzameld, eveneens over genoemd kwartaal (23 Kamers deden opgaaf omtrent plm. 345 ondernemingen met 5408 werklieden), en gegevens betreffende den stand der arbeidsmarkt, alsmede de overige punten, waaromtrent door de Kamers geregeld opgaven wor den ingezonden. In afwachting van het jaaroverzicht der werkstakingen en uit- als toonbeelden van hun stand en hun geslacht gelden. De slanke en toch ge spierde gestalte van den jongeling kwam door het vlugge buis van grijze wol, den geborduurden gordel, de korte le deren broek en de stevige beenen met de kuitkousen tot haar volle recht, en het groene berghoedje met breede randen en de hanenveer zat op het bruine krul haar als ware het opzettelijk voor dezen, schoonen, in het bewustzijn zijner kracht eenigszins trotschen knaap, uitgevonden geworden. Ook het meisje was in de toenmaals het is meer dan veertig jaar geleden gebruikelijke kleederdracht der berg- bewoonsters gekleed, welke thans alleen nog door oude lieden en in afgelegen dalen gedragen wordt, tot welke telegraaf en spoorweg hun weg nog niet gevonden hebben, zoodat menigeen, die thans de bergen bereist, zich in zijne verwachting bedrogen ziet en den verteller verdenkt van hem fabelen en vertelsels opgedischt te hebben, welke door de werkelijkheid weersproken worden. Het meisje was niet kostbaar gekleedklaarblijkelijk behoorde zij niet tot de rijken in de streek maar alles wat zij aan had, stond haar net om het lijf gesloten en. sluitingen, dat eerst gepubliceerd wordt wanneer alle geschillen in 1905 uitge broken geëindigd zijn, is in deze afle vering een voorloopig overzicht der in genoemd jaar uitgebroken stakingen en uitsluitingen gegeven, waaraan wij het "volgende ontleenen. Het aantal stakin gen bedroeg 125 (tegen 85 in 1904, 149 in 1903, 128 in 1902 en 115 in 1901). Het aantal stakers plm. 4852 (bij 124 geschillen) (tegen plm. 4432 bij 84 stakingen) in 1904, plm. 33.487 (bjj 136 geschillen) in 1903, plm. 12.652 (bij 119 stakingen) in 1902 en plm. 4182 stakers (bij 58 stakingen) in 1901 het aantal betrokken ondernemingen 318 (bij 123 geschillen). De meeste stakingen braken uit in Noord-Holland nl. 55, daarop volgt Zuid-Holland met 27 stakingen. Het aantal geschillen in Noord-Brabant nam sedert 1902 in ver houding tot de andere provinciën ge stadig toe. In 1902 bedroeg het percentage nl. 2.34 in 1905 9.6. In 121 stakingen werden 64 eischen tot loonsverhooging gesteld, 8 tegen loonsverlaging, 23 an dere looneischen, 7 betreffende den ar beidsduur, 5 tot erkenning der organi satie, 23 tot wederindienstneming van ontslagenen, 21 tot regeling van het werk en 38 andere eischen. In 2 gevallen bleven de eischen onbe kend. Eén staking was een solidariteita- geschil. Het aantal looneischen in het algemeen maakte 42.41 procent van alle eischen uit, (tegen 47.41 proeent in 1904). De fabricage van voedings- en genotmiddelen werd het zwaarst getroffen nl. door 37 stakingen. Het leeuwenaandeel, 35 stakingen, komt in deze groep ten laste van de tabaks- bewerking. In de bouwbedrijven hadden 34 stakingen plaats. Yan de 125 stakingen in 1905 uit gebroken duren er nog 5 voort. Yan 3 der 120 geëindigde stakingen bleef de uitslag onbekend (2.5 pCt.) 21 ge schillen (17.5 pCt.) vielen ten gunste der werklieden uit, 54 (45 pCt.) wer den geschikt en 42 (35 pCt.) eindigden in het nadeel der werklieden. Het aantal uitsluitingen bedroeg zes. Yoorts bevat deze aflevering een sta tistiek der kleinhandelsprijzen van 1896 tot 1905, een statistiek van een 14-tal Nederlandsche arbeidsbeurzen en pla- ceeringsbureaux. Een uittreksel uit het jaarverslag .van de Rijksverzekerings bank over 1904 en uit de statistiek van het armwezen over 1903. Wat het buitenland betreft, worden mededeelingen gedaan omtrent de ar beidsbeurs te Zurich, de loonbeweging in Duitscbland in 1904, het loon en den arbeidsduur in de Oostenrijksche bergwerken in 1904, de jeugdige fa brieksarbeiders en vrouwen in de Duit- sche industrie eveneens over 1904, ter wijl de mededeelingen op sociaal-eco nomisch gebied door een viertal Neder landsche consuls ingezonden het slot der aflevering vormen. getuigde van goeden smaak. Ook toen zij gezeten was, stonden haar het zwarte keurslijf met den zilveren ketting, even als de met rijke franjes afgezette borstlap en de zwarte halsdoek van krip met zilveren knip recht goed. Het meisje had haar hoed afgezet en naast zich gelegd, het was' haar zeker lastig geweest het bindgaren om den bloemenstengel, te binden, zoodat zij het eene uiteinde met haar witte tanden vasthield en er eenigs zins onbeholpen knoopen in maakte. Zooveel te beter kon men nu het gelaat zien, een meisjesgezicht dat juist niet bijzonder schoon was, maar het had eena aangename en vriendelijke uitdrukking, en om den mond speelde steeds een glimlach, terwijl uit de oogen een kleine trek van spotternij en moedwil blonk. Hoezeer zij ook in haar werk verdiept was, vond zij toch nog tijd om nu en dan een vluehtigen blik op den knaap te werpen Het scheen alsof haar eene vraag op de lippen lag, die zij echter goed vond steeds terug te houden. Den jongeling scheen dit zwijgen eindelijk te lang te duren. Words vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1906 | | pagina 1