7 November. eriehten, :e Stand, No. 262. 48e Jaargang. 1805. Dinsdag Binnenlandsclie berichten FEUILLETON. 5 kennis te nemen ht uit Monastir men onverschillig tëj nancieele en admiiq door de Europeescbs eenige waarnaar tó vrede en om weder akker te bebouwen loen van een twiststrijd srde lieeren over Jj9 een patiënt, volgen bode, een twiststrijd ie warmte en diepte - maar de patiënt af e belangstelling van ijzers in zijn arron. den het feit herdacht (ierritsen voor 25 liet Rijksschooltoe- nderwijzers en on- en zich te Breskeu» jubilaris te compli- van hunne waar- gepaste toespraak fd der school in het hoer Barentsen van 'en geachten school. onderwijzend per- bronzen beeld met nde „Le Travail," mi, distriots-sehool- iwoordig, bood den toespraak die van iardeering getuigde, tuk aan. d dankte de Jieer hem toegebrachte net ingenomenheid sest, die steeds het zijn arrondisse- bezielt. Hij sprak srwachting uit, dat i blijken zou, het- jk het onderwijs e g r a af. boowrakkeu. file uitgeslotenen, oeg, hebben heden >e staking aan het geëindigd. Ook de )bea heden, nadat e eeu termijn was voorwaarden het ra Knslantl. Prins Obelinsky, land, is heden be- urator der Heilige lestie afgekondigd epieegd tegen den n de leden van de )ok omvat zij alle door leden van >en, ten doel heb- ng van het Ötaats- Heden heeft Fin- 'onnen. De Ozaar gegeven voor de Het manifest, clien van het volk, den Staats-secre- ng worden voor- lingan Nov. OU WD: 25 j. en C. Sij- C. van Dijk, jm. e Putte, jd. 29 j. 22 j. en M. Goed- iEK: Waard, d. C. b. Boniest, d. vliet, d. E. Ie rger, d. DEN: vrouw van W. P. Kosten, man j. E. Schenk, 89 j. J. J. W. J. Vijg, wedr. j. W. Goede- VLISSIMiSdlls COURANT Prijs per drie maanden f L3A 'ftaae® 'paf posi 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek- handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- ADVERTENTIËN: van 1—4 regels ƒ0.40. 'Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Telephdonnuminer 10. Afooimements-Adyêrtentiën op zeer voordeelige voorwaarden. Twssdo Kamer. De leden der Tweede Kamer der taten-Generaal zijn tegen 14 November j aanst., des voormiddags te 11 uur tot eene openbare vergadering bijeenge roepen. Staatsbegrootiog voor 1906, Aan het Verloopig Verslag van hoofd stuk binnenlandsche zaken der Staatsbe groting voor 1906 wordt het volgende ontleend Sommige leden meenden een waarschuwende stem te moeten doen hooren tegen opdrijving van de uitgaven. In 't bijzonder de uitgaven voor het hooger onderwijs gaven h, i. weinig blijk dat inderdaad ernstig naar zuinigheid zou zijn gestreefd. Verscheidene leden wenschten aan herziening der Armenwet de prioriteit zien toegekend boven andere onder werpen van wetgeving. Anderen vroegen of het niet noodzakelijk is, dat eerst verzekeringswetten tot stand worden gebracht. Wat de herziening zelve betreft werd door sommige leden betoogd dat het afgetreden kabinet krachtens zijne be ginselen meer dan het huidige aange wezen scheen om deze zaak in dier voege to regelen, dat de liefdadige zor- der kerkelijke en bijzondere arm besturen tot haar recht zouden komen. andere zijde werd aangevoerd, dat juist die besturen vaak met groote hard- beid te werk gaan. Door verscheidene leden werd te kennen gegeven, dat, hoe gaarne zij ook dit vraagstuk op ver zoenende wijze wenschten te zien opge lost, dit h. i. nimmer zou mogen leiden tot het prijsgeven van het beginsel van verplichte samenwerking tusschen de verschillende lichamen, die zich met verzorging der armen bezighouden. Van verschillende zijden werd er op aangedrongen dat de regeering, alvorens een ontwerp tot herziening in te dienen, door toezending van een vóór-ontwerp verschillende kerkgenootschappen en instellingen voor armenzorg in de ge legenheid stelle daaromtrent van voor lichting te dienen. Ook met het advies van de Staatscommissie van 1903 in e bedelarij enz. zouden sommige leden gaarne zien rekening gehouden. Verscheidene leden, die hiervan niet gering oponthoud vreesden, oordeelden dat het wellicht de voorkeur zou ver dienen het vóór-ontwerp openbaar te Van verschillende zijden werd ge vraagd, van welken aard de moeilijkhe- bij de toepassing der gewijzigde Drankwet zijn, welke de regeering, blij kens de Troonrede, door wetswijziging wenscht op te heffen. Vele leden wenschten, dat de wijziging zich moge beperken tot het volstrekt loodzakelijke. Zij vreesden dat sommige door K. D. VAN OLDEPADE. gemeentebesturen anders reeds aanstonds met de toepassing der wet de hand zouden lichten. Sommige andere leden zouden gaarne ook eenige principieele wijzigingen zien aangebracht. Zoo werd gewezen op het verbod van drankyerkoop op booten» Ook werd de aandacht gevestigd op de weduwen, die haar recht op vergunning hebben verloren zeer urgent werd door eenige leden geacht wijziging van som- mige bepalingen, welke met vaste datums in verband staan, als b.v. ten aanzien van verlofbouders. Verscheidene leden achtten thans reeds principieele wijzigingen niet wenschelijk. Gevraagd werd of het niet wenschelijk zou zijn, dat de regeering bijtijds hare afgevaardigden naar het internationale congres voor den strijd tegen het alco holisme, dat in 1907 te Stockholm zal worden gehouden, aanwees, en dezen opdracht gaf, naar da werking van het Gothenburgerstelsel ter plaatse een on derzoek te doen. De wensch werd geuit, dat de in trekking van het wetsontwerp tot wijzi ging der gemeentewet niet tengevolge zou hebben, dat de gemeentewet op dit stuk voorioopig niet aan herziening- kon worden ondeïworpon. Op betere regeling der zekerheids stelling van gemeente-ontvangers werd aangedrongen, eveneens op het afleggen van een bemoedigende verklaring door de regeering nopens een spoedige rege ling van de pensionneering van gemeente ambtenaren en hunne weduwen en weezen, onafhankelijk van het verslag der staatscommissie in zake de gemeente- financiën en de motie ter zake der bedoelde pensionneering bij de Kamer 2.) De hoozo wereld zegt, dat die ééne stem behoort aan een man, die tegen de verlichting is, doch die eene mooie dochter, eene weergaasch knappe meid beeft, die misschien, nou ja, waarom de zaak uitgesponnen De burgemeester is tijk en hij heeft maar één zoon en die is wat simpel, weet ge Gek is het woord niet, al zei de dokter van Dam- werve dat ook al, neen, gek niet, alleen laaar een beetje simpel. Dus, ja, wie weet "Wie weet De man, die tegen de verlichting is stemt er voor. „Dat gebeurt wel meer zoo en ook wel op andere plaatsen dan te Hamel- borst", zegt de dokter van Damwerve alweer. Maar die vent, voor de zieken Gewenseht werd scheidsrechterlijke bepalingen voor gemeentewerklieden, minimum salaris voor gemeente-veld wachters, gemeentelijke belastingheffing ook van ongebouwde eigendommen gewenseht, doch door anderen weer be streden, de opneming van het beginsel in de gemeentewet, dat bij grenswijzi ging een belangrijk verkleinde gemeente een uitkeering zou krijgen van rijkswege. Door vele loden werd gevraagd, welke de plannen der regeering zijn met be trekking tot het middelbaar onderwijs. Men vroeg nadere inlichtingen omtrent de beteekenis van de in de troonrede voorkomende mededeeling, dat bevorde ring van den bloei en de ontwikkeling van het vakonderwijs op den voorgrond zal staan. In 't bijzonder vroeg men naar de voornemens der regeering in zake het middelbaar technisch onderwijs, nu het wetsoutwerp betreffende oprich ting van een technicum is ingetrokken. Dat in de troonrede geen wijziging der wet op het lager onderwijs is aan gekondigd, was naar het oordeel van sommigen, een blijk van de verzoe ningsgezindheid der regeering. Andere leden konden deze onthouding van de regeering niet als een blijk van ver een bovenste weetjeAls hij zegt „Is er een testament dan weten de men- schen al hoe laat het is, dan is er geen kruid voor den zieke gewassen, en de knapste professor krijgt er hem niet bsven op Maar anders, een beest. Zie daar, een varken doet nog net alsof het dankt, als het knorrende op den vollen trog aanvalt, de hoenders loven nog den Schepper, als zij drinken. Waarom zouden ze anders altijd den kop in de hoogte houden bij dat werk „Het water zou uit haar bek loopen zegt die ongeloovige man, die bij var kens en hoenders een lesje zou kunnen nemen, en die zeker zoo vóór de ver lichting is, omdat hij bang in het donker is, zoo'n zondaar Onder de Hamelhorstenaars is er één, die het bij nacht tegen de kat durft opnemen. Die een is de nachtwaker der gemeente. Nog een paar maanden, dan heeft hij dertig jaren lang bij nacht en ontijd, bij maanlicht en aardedonker, de bezittingen der goede gemeentenaren tegen drieste en bloeddorstige roovers, zoowel als tegen sluwe en geslepen dieven behoed. Aan zijne linkerzijde heeft hij aan een lederen riem, die hem tot onder de oksels komt, een slagzwaard zoeningsgezindheid aanvaarden. Bij de bestaande politieke vérhoudingen zou het voorstellen van een reageerende wetswijziging een zeer gewaagde onder neming zijn. Er waren intusschen leden, die het betreurden, dat in de troonrede met geen enkel woord óver het lager onder wijs wordt gerept. De aandacht werd er op gevestigd, dat geen wettelijke regeling is vastgesteld voor de berekening van de rijksbijdrage waarop de gemeenten krachtens de nieuwe bepaling van art. 45, lo. onder a. der wet op het lager onderwijs, bij voorschot over 1905, aanspraak zouden hebben gehad. j Bedenkelijk zou men het achten, indien, zooals naar men meende te weten in Zuid-Holland is geschied, de gemeentebesturen van den Commissaris der Koningin eene uitnoodlging zouden hebben ontvangen, niet de volgorde naar anciënniteit in acht te nemen, maar uit de aanwezige onderwijzers diegenen uit te kiezen, voor wie de j bijdrage uit hoofde van een gering aantal dienstjaren of gemis der hoofd- i aete het geringst is. Gevraagd werd of inderdaad eene j dergelijke uitnoodiging tot de gemeente- besturen is gericht, eu of de regeering die in overeenstemming acht met de bedoeling der werkgevers. Gevraagd werd of de regeering niet voornemens is, de verbetering van de j opleiding der onderwijzers ter hand te j nemen. Aangedrongen werd op her- ziening der techniek van de leerplicht wet en op opheffing van de bevoegd heid van de sehoolautoriteiten om de kinderen wier ouders of vr rzorgers het schoolgeld niet hebben betaald van de school te verwijderen. Zeer wenschelijk achtten sommige leden het, gelden beschikbaar te stellen voor aanstelling van schoolartsen. Enkele leden wenschten wettelijke regelen omtrent den duur van de schooltijden en reorganisatie van het herhalingsonderwijs. Gevraagd werd of de minister voor nemens is zich met het hoogst belang rijk punt betreffende opleiding van spraakleeraren bezig te houden en men YToeg tevens of 's ministers ambtsvoor ganger een begin van uitvoering heeft gegeven aan de door hem ontwikkelde denkbeelden. Voorts werd o.a. nog de wenschelijk- heid uitgesproken van het voorstellen van een bepaling krachtens welke onderwijzeressen op lageren leeftijd kunnen worden op pensioen gesteld dan mannelijke onderwijzers, en van opne ming der gymnastiek- en teekenonder wijzers in de rijkspensioenregeling. Men verlangde inlichtingen aangaande de bemoeiingen der onderwijsautoriteiten inzake de toezending aan de school hoofden van de veelbesproken circulaire, betreffende plaatsing op de kweekschool voor zeevaart te Leiden. Legerplannen, „De Standaard" wijdt een artikel aan i de „ministerieele legerplannen". Het blad onderscheidt in de voorstanders i van een volksleger twee groepen de j eene groep wil uit liefde voor het va- j derland een gewapend volk, voor de andere groep de revolutionnairen is de afschaffing van het bestaande en de invoering van een volksleger in hoofdzaak een politieke quaestie. Met die revolutionnaire groepen „wer ken de radicalen, ook ten onzent, half- slaaps mede". De anti-revolutionnairen moeten dus bij de actie voor een volks leger voorzichtig zijn. Zij moeten steeds op zulk een hervorming van onze legerorganisatie aandringen, die in ge val van nood aan onze natie het maxi mum van weerstandsvermogen tegenover een buitenlandsch belager van onze nationale zelfstandigheid waarborgt maar anderzijds moet scherp door hen worden toegezien, dat ze nooit of nim mer in de kaart der revolutionnairen spelen. Wil men ten onzent tot een volks leger komen, dan kan van een wet die dit invoert, voorshands geen sprake zijn, maar moet voorafgaan een omzetting van den volksgeest en van de volksge woonten van jongs af. Wat wil nu het ministerieel plan vraagt „De Stand." Wil het de legerorganisatie van 1901, die pas over 15 jaar kan hebben door gewerkt, plotseling omver stooten, dan eiseht dit onzerzijds verzet, wijl het heel onze existentie weer op losse schroeven zou zetten. Wil het de revolutionnaire gedachte, de idee, de theorie van het tegen het gezag gewapende volk, al was het slechts in beginsel, tot wet verheffen, elk goed anti-revolutionnair zal er zich met hand en tand tegen verzetten. Wil het daarentegen leemten in de bestaande organisatie aanvullen, en voor de volksjeugd van haar 10e tot het 20e jaar een leiding scheppen, die de liefde voor het vaderland aankweekt, aan tucht gewent, en militair voorbereidt, dan kan het op onzen steun rekenen, mits het zich niet tot een voorberei ding tot het 12e jaar bepaalt. Licht ia hier noodig. Het kabinet ontsluierde zich als een kabinet van radicale richting. Dit maant tot scherpe controle. Met name ook het financieele plan moet vooraf geheel opgemaakt. De hee- ren Pierson en Eland hebben ons in 1901 door opbetrouwbare cijfers misleid. Hun plan blijkt van achter veel duurder te zijn dan ze aangaven. hangen. De oudste Hamelhorstenaars beweren, dat het een oud beulszwaard is, waarmede in den goeden, ouden tijd de heeren van Hamelhorst hunnen onderhoorigen de beleefdheid bewezen het lichaam een hootd kleiner te maken om zoodoende ontslagen te zijn van de kosten een hoed te moeten dragen. Wat ervan aan is, weet ik niet, doch moet de waarheid, dat het lemmer in de schede al sedert het oudste menschen- geheugen vast geroest is, ten bewijze verstrekken, dat dit enkel en alleen komt vanwege een zekere roode vloei stof waarmede het van tijd tot tijd be sprenkeld werd, nu, dan zal het wel waar zijn, en ik wil den goeden gemeen tenaren hunnen eerbied en hun ontzag voor dat zwaard der gerechtigheid even spookachtig als deze spookachtige nacht, niet ontnemen. In de rechterhand draagt de nachtwaker een koddestok, en als men nu nog weet, dat hij een twintig jaar geleden uit de berenmuts van een grenadier zichzelven een harig hoofd deksel, en uit eene oude altna-viva van een kunstschilder een langen mantel met rooden baai gevoerd wist te knut selen, en dat hij muts en mantel onaf scheidbaar vereenigd acht met de ge De „Köln. Zeit." meldt, dat H, M. de Koningin en haar gemaal den lOen dezer den groothertog van Baden een bezoek zullen brengen. De „Schwab. Merkur" bericht dat H. M. de Koningin en de Prins ook nog Stuttgart zullen wichtige betrekking van nachtwaker, dan zal men eenigszins kunnen voor stellen, dat het bestuur der gemeente Hamelhorst zich ontsterfelijk heeft ge maakt, bij gelegenheid dat het zulk een dapper en heldhaftig man aanstelde om de bezittingen der ingezetenen te be schermen. Op voorstel van den dapperen en waakzamen klepperman zeiven had het dagelijksch bestuur goed gevonden hem te gelasten voortaan met het slaan van heel uur niet meer te kleppen of te roepen. „Dat is net zoo goed, alsof je aan de dieven roeptbergt je, ik kom aan om jelui te snappen", had hij den burgemeester gezegd, en deze verstan dige opmerking vond bij alle gemeente- naren zulk een bijval, dat zij hunnen nachtelijken dienaar van het gerecht voortaan „nachtwaker" inplaats van „klapperman" noemden. Ook nu was onze nachtwaker bezig de gewone ronde te doen, doch zoodra hoorde zijn geoefend oor niet den zwaren stap van een man of hij kroop met een van heldenmoed' popelend hart achter een dikken eik. Hier kon niemand hem vinden en kon hij als een waakzaam nachtwaker de gangen van den eenzamen wandelaar bespieden, en hem, als hij bezoeken, waar zij de gasten van den Koning van "Wurtemburg zullen zijn. "Vrijdag brachten hertog Jan Albrecht en zijn gemalin een bezoek op Raben- steinfeld en Zaterdag heeft het Konink lijk echtpaar een tegenbezoek op Willi- grad afgelegd aan dan hertog en de hertogin. Naar verluidt moet dr. Kuyper zich op het oogenblik te Sebastopol bevinden, een der Zuid-Russische steden waar, gelijk men weet, de revolutie 't ergst woedt. Bij zijn aftreden heeft luitenant-ge neraal Snijders de volgende dagorder voor het wapen der infanterie uitge vaardigd „Opper-, hoofd en verdere officieren, kader en manschappen. Op mijn verzoek gepensioneerd, leg ik heden de betrek king van inspecteur van het wapen der infanterie neer. Aan hen die mij bij de vervulling van mijne taak hebben ge steund, breng ik daarvoor mijnen wel- gemeenden dank en mijnen afscheids groet." Bestrijding van het Nieuw Malthusianisme. Het hoofdbestuur der vereeniging tot bestrijding van het Nieuw-Malthusia- nisme heeft zich bij monde van zijn voorzitter, dr. Pinkhof te Amsterdam, en dr. D. Snoeck Henkemans te 's-Gra- venhage, secretaris,gewend tot de geeste lijken van alle gezindten in Nederland per uitvoerige circulaire, om hun aan dacht te vragen voor de uitbreiding, die het kwaad, welks bestrijding da vereeaiging zich ten doel stelt, ook in Nederland bezig is te verkrijgen en reeds verkregen heeft. Het bestuur meent van de instem ming der geestelijken van alle gezindten zeker te kunnen zijn, wat aangaat de veroordeeling van het kwaad, dat do vereeniging wil bestrijden en is over tuigd dat het in menigeen hunner, dia tot nu toe misschien nog huiverig was, zich op dit gebied te bewegen, een mede-bestrijder zal vinden van het groote kwaad, dat volgens hem de maatschappij drukt, als door hen maar ernstig aan dacht wordt geschonken aan de enorme uitbreiding die het Nieuw-Malthusia- iiisme reeds heeft verkregen. V"lissing@ns 6 Nov. De tot kapitein bij het 3e reg. inf benoemde le luit. A. C. Couvée van het 5e reg. inf., wordt ingedeeld bij het 4e bat. alhier in garnizoen. Yan 1419 Mei en van 28 Mei tot 2 Juni 1906 zullen resp. ongeveer 225 en 180 landweerpliehtigen onder do wapenen komen en in de militaire ka zernes alhier worden gohuisvest. voorbij was,nasluipen.Terwijl hij dit plan achter den boomstam beraamde en hem daarbij het heldenzweet op het trillend heldengelaat uitbrak en het kippenvel do rechterhand, die reeds naar het machtige heupzwaard greep, machteloos maakte, stapte de nachtwandelaar den eikenboom waar achter een beleidvol en dapper vijand zich verborg, voorbij. Zijne schre den waren lang zoo vast en vlug niet meer dan zoo even op den weg. Met stok en hand voor zich uit tastende om zich tegen de stomme eikenstammen het hoofd niet te bersten te stooten, bromde hij„Eene duivelsche geschiedenis Zou er dan in dit ellendige kraaiennest geen enkel sterveling meer op zijn Ik zie geene huizen ook en hier moet het dorp toch zijneen paar minuten geleden hoorde ik nog de torenklok slaan De man bleef een oogenblik staan en de dappere zwaarddrager achter den eikenstam, dat gebrom van den vreemde gehoord hebbende, begon al te vreezen, dat men dezen nacht ziju onverschrokken heldenmoed weder voor den omstreeks elfdnizendsten keer tevergeefs op da proef zou stellen, en zuchtend klonk het „Dat is geen dief!" üVi/t i'iTtW, 1.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1905 | | pagina 1