RENTE.
30 October.
No. 255.
43e Jaargang.
1805.
CS
erii
AID1EHST
ÏB-sccuuie.
Maandag
iiMraiMöOil een Mjvoeisel.
In de goede richting.
Umttri «i k
FEUILLETON.
Twseiiisgziistm.
VifislügKiu (mui
wt 6(1. taÈpMsl,
Binnenlandsclie berichten.
Kitste JfeÉitiÉ a
Mizilpk Bloemlezing.
fc ZOON
n rente van 41/. er
1000, 500 en 1Cq
Verslagen van den toe-
non en Aankoopetl
n belaste waardoQ
KT.
egrafenisfonds
NE.
andsche Effecten Pre.
aan alle deelnemer,
llis--eet inet prijzen
sn 3 Rente,
DUYSEN Co.
«U'S
IS Ml III W,
[SSIKQEN
voor het Is veras vao
droge au ca'te war-
*1 ir-garicht voor uit-
isch -wasseben en
s r 1 e i artikelen.
werck's
Cacao.
jste theobromin-gehalte.
I e eIi g!
Hste Poeder-öacao ia hart
gepersd.
id, fijne geur, deliciease
„.-matigheid des dranks.
Cacao-harten=45cent.
I cent 1 kop Cacao.
H. Oonfisenrs, Banket-
I srs enz.
alius Mattenklodt,
lalverstvaai 103.
en-Middelburg v.v.
;3N (Remise:)^ v.m,
erkdagen) 5.50.
,m. 7.55, 9.30, 11.-,
.15, 2.—, 2)45, 3.30,
-, 7.50, 8.40, 9.30,
RQ (n. Zeilmarkt
15*, 6.20*. 8.40, 10.15,
1.20, 2.05, 2.50, 3.35,
05, 7.55, 8.45, 9.35,
ijden slechts tot de
vm. 6.6.20, 7.
10.—, 10.20, 10.40,
12.30,1.—*, 1.25*,
.55, 4.25, 4.50, 6.10,
uis: vm. 6,10, 6.30,
5, 9.50, 10.10, 10.30,
Nm. 12.10, 12.45,
3.10, 3.40, 4.10, 4.35,
8.—, 8.30.
vallen Zondags uit.
905.
nm. 3,23 en 6,10 c)
nm. 3,50 en 6,40.
1,55 a) en 4,45.
nm. 3,23 en 6,10 c)f)
nuten na het vertrek
ke n. Neuzen vm. 8,30
rssele en Neuzen ten
minuten wachten.
Borssele en
VLISSINtiSCIE COURANT
Prijs per drie maanden 3L8©» Franco (te pni 1,50.
Afzondei lijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADVERTENTIESvan 14 regels .ƒ0.40, Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de, prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters
en cliehé's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telephooiiiiummer 10.
Abonnoments-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
zonder de dreigende gebeurte-
in ons eigen vaderland, een paar
geleden, en zonder de onrustba-
feiten, welke thans in Rusland
i grijpen, zouden wij het er sinds
over eens zijn geweest dat de
een verschijnsel is hetwelk
oiet behoorde voor te komen, en dat
alleen het ontbreken van een behoorlijk,
wettelijk geregeld arbeidscontract, oor-
zaak mag zijn dat het nog wordt geduld.
Maar ook onder hen, die in alle ge
tallen en onder alle omstandigheden
je werkstaking beschouwen als een ge
oorloofd middel tot verbetering van
arbeidsvoorwaarden, begint de overtui
ging veld te winnen, dat die verbete
ring ook zonder werkstaking te ver
krijgen is en die weg de voorkeur
verdient. Nog zeer onlangs hebben wij
jaarvan het bewijs gevonden in een
artikel in het „Sociaal Weekblad", van
de hand van den welbekenden heer
H. Spiekman, wien zeker niemand ver
denken zal van minder welwillende ge-
zindheid tegenover de arbeidersbeweging.
Onder het opschrift„verbetering van
arbeidsvoorwaarden zonder werksta
king", wijst schrijver op de onjuiste
voorstelling van hen, voor wie de woor
den „werkstaking" en „loonbeweging"
klanken van gelijke beteekenis zijn, en
die zich van een vakvereeniging geen
denkbeeld kunnen vormen, zonder dade
lijk aan een werkstaking te denken.
De strekking van het artikel is dan
ook, te bewijzen dat een vakvereeniging
niet alleen door werkstaking lotsver
betering voor den arbeider kan bewer
ken, Wei is waar zijn er vele werk
gevers, die elke bemoeiing der vakver
eeniging bij de regeling der arbeids
voorwaarden afwijzen, maar dit duurt
gewoonlijk slechts tot dat er eens een
treffen heeft plaats gehad en verandert
dan meestal, onverschillig of de werk
gever in den strijd al of niet overwin
naar is gebleven.
De heer Spiekman schrijft dit hieraan
toe, dat bij vele menschen het idéé van
„baas te zijn in eigen huis" als het
«re is ingeroest. Naar onze meening
a «set 14
14.)
„Dat waren dan in ieder geval „hare"
leven", viel de graaf haar in de rede
schrift", voegde hij Greville toe,
»was zoo gelijk dat ik nu niet weet,
mg ik misleid ben geworden."
a, het waren hare brieven", ant-
de gravin, hem vast in de
00gen ziende, „gij hebt ze allen gehad.
Haar daarna begon Arabelle weder in
gezondheid achteruit te gaan. Dokter
•Wé bezocht haar voortdurend, maar
on hier hokte de heldere stem en
rilling doorliep do gestalte van
„Bedenk, dat gij niets dan de waar
W zegt", zeide lord Yivian. „Kunt
89 Mij thans in tegenwoordigheid van
beiden en van den hemel, die u
joort, zweren dat gij haar niet vermoord
«ebt
Hij wendde zich toen om. en bedekte
is dat oordeel niet al te billijk maar
het is bovendien onjuistwant anders
zou een werkgever, die bij een treffen
overwinnaar gebleven was, daarna niet
van gedragslijn veranderen.
Wij schx'ijven het verschijnsel in den
regel aan eene betere beweegreden toe.
Het is toch zeer natuurlijk dat een
werkgever over de zaken, het vak be
treffende het liefst met zijn eigen volk
onderhandelt en niet met het vreemde
bestuur der vakvereeniging waarbij
zijne gezellen zijn aangesloten. Yan
den ouden, persoonlijken band tus-
schen werkgever en werknemer is toch
al niet zoo heel veel overgebleven Dat
weinige wil men gaarne nog behouden.
Maar hieruit behoeft niet te volgen,
dat men in beginsel gekant is tegen
het vereenigingsleven in het algemeen
of tegen de vakvereeniging in het bij
zonder en wanneer de werkgever dan
ook met de vakorganisatie in aanraking
is gekomen, dan heeft hij er in het
vervolg minder bezwaar tegen.
En ongetwijfeld zullen alle bezwaren
van dien aard vervallen, zoodra het
blijkt dat de organisatie niet in de
eerste plaats op arbeidsstaking aanstuurt,
maar integendeel de belangen der aan
geslotenen langs anderen weg tracht te
bevorderen.
Yolkomen vereenigen wij ons, wat
dit betreft, met lpet gevoelen van den
heer Spiekman, waar hij er op wijst
dat als maatstaf voor de resultaten der
vakbeweging ook die loonbewegingen
behooren te gelden, die gunstig resul
taat opleverden zonder dat het tot
eene werkstaking kwam, en gaarne
zeggen wij het hem na, dat de schoon
ste zijde van het vakvereenigingslcvcn
hierin bestaat, dat het niet alleen het
zedelijk en verstandelijk peil der arbei
ders langzamerhand verheft, niet alleen
het verantwoordelijkheidsgevoel aan
kweekt, maar ook in stille bemoeiing,
zonder openlijken strijd, hun stoffelijken
levensstandaard verheft en hun werktijd
doet inkorten.
In Duitschland hebben de onaf
hankelijke vakvereenigingen een statis
tiek verzameld en openbaar gemaakt
van de loonbewegingen in 1904, welke
eindigden zonder dat het tot een werk
staking kwam. Het was voor de eerste
maal dat iets dergelijks ondernomen
werd en de uitkomsten waren zeer ver
rassend. De heer Spiekman zegt er te-
zijn gelaat met zijn ééne hand.
„Dat zweer ik voor God zeide de
gravin op de knieën vallende. „Ik zou
u niet willen naderen, noch u aanraken,
als de vlek van zulk eene misdaad op
mij kleefde. Daarvoor heb ik u te lief
Arabelle had u kunnen zeggen hoe ik
haar oppaste en verzorgde en nooit een
hard of ongeduldig woord tot haar zeide.
„Ik was wreed en slecht, want de
brief, waarin zij u riep tot zich te komen,
werd u te laat gezonden. Maar geloof
mij, Yivian, om 's hemels wil, ik ben
geen moordenares.
„Yerstoot mij niet van u met het
brandmerk van eene misdaad, die ik nooit
begaan heb. Arabeile is een natuur-
1 ij k e n dood gestorven, even zeker als
ik dezen dag de ellendigste vrouw der
wereld ben. O, zeg dat gij mij gelooft,
of ik zal sterven en gij, Yivian, zult
mijn moordenaar zijn!"
„Ja, ik geloof u", zeide de graaf
bitter „gij hebt haar niet vermoord.
Maar volgens uwe eigene bekentenis
wilde zij mij zien en gij hebt haar
wensch ontzegd en mij de treurige troost
ontnomen om haar in haar laatste oogen-
blikken bij te staan en hare oogen te
sluiten. Ja, Eglantine Hereward, ik
recht van, dat zij een klemmend ge
tuigenis zijn van de kracht, die er van
de moderne vakvereenigingen uitgaat ook
zonder dat het tot eene staking komt.
"Wij zullen natuurlijk onze lezers niet
vermoeien met een opsomming van al
de dorre cijfers dezer statistiek. Slechts
enkele zijn voldoende om aan te toonen
wat men er mee heeft willen bewijzen.
Van hoe grooten omvang de gezamen
lijke bewegingen waren, volgt al dadelijk
uit het feit, dat zij zich uitstrekten
over een kwart millioen menschen, in
meer dan vijftien duizend ondernemin
gen en op meer dan dertien honderd
plaatsen. Natuurlijk namen niet al de
arbeiders aan de beweging deeltoch
bedroeg het getal der feitelijke deel
nemers meer dan honderd tachtigduizend.
Het eindresultaat was een lotsverbete
ring voor meer dan twee honderd tien
duizend menschen. Zeer velen verkregen
eene verkorting van arbeidstijd, die na
tuurlijk indirect loonsverhooging betee-
kent en wel een zeer goede vorm van
loonsverhooging, omdat de resultaten van
het onderzoek het bewijs hebben ge
leverd dat de arbeid er noch in quanti-
teit noch in quaiiteit door vermindert.
De overigen verkregen loonsverhooging
in geld, terwijl het ook eene enkele
maal voorkwam dat eene voorgenomen
verlaging van het loon door de tusschen-
komst der vakvereeniging werd afge
weerd.
De heer Spiekman legt ei-'den nadruk
op, dat op die wijze in Duitschland in
één jaar, door de arbeiders een directe
loonsverhooging van twaalf millioen
mark is verkregen, ongerekend het
millioen uren verkorting van arbeid.
W ij zouden er vooral ook op willen
wijzen, hoe op die manier schatten zijn
behouden, die anders zouden zijn ver
loren gegaan hoe niet alleen de stoffe
lijke levensstandaard van den werkman
is verhoogd, maar hij zelf en zijn gezin
voor allerlei ellende en zedelijken
achteruitgang zijn behoed hoe de goede
orde en de goede verstandhouding
tusschen partijen er noodwendig bij
moeten gewonnen hebben.
Als dit de vreedzame weg is,langs wel
ken een der treurigste maatschappelijke
verschijnselen eindelijk ten grave zal
worden gedragen, dan hopen wij van
harte dat hij ook in Nederland hoe
langer hoe meer moge worden be
wandeld.
geloof u, gij hebt haar niet vermoord.
Gij kondt niet vermoorden, wat bijna
dood was. Maar ik zal u in deze of in
de volgende wereld nimmer vergeven."
Het rampzalige meisje boog het hoofd,
alsof hij haar een slag had toegebracht.
„Zeg mij", zeide de graaf op sissenden,
fluisterenden toon zeg mij heeft zij
geen boodschap achtergelaten. Ha, uw
gelaat zegt dat het zoo is. Zij wist dat
ik haar getrouw beminde en zij zou mij
nooit verlaten hebben zonder mij door
een liefhebbend woord of boodschap
getroost te hebbeu, 't Is vreeselijk te
denken, dat mij dit tot op dit oogenblik
onthouden is."
„Zij liet dezen ring met haar voor u",
zeide de gravin, sprekende alsof elk
woord haar door de pijnbank ontwrongen
werd.
„O, mijne lieveling", kreet de graaf
in eene uitbarsting van hartstochtelijk
verdriet, „moet ik denken dat ik op dien
verschrikkelijken dag in uwe tegenwoor
digheid was en geen acht sloeg op uwe
engelachtige gestalte, niet wist dat mijne
getrouwe geliefde daar dood voor mij
lag. Ik dacht dat het slechts Eglantine
was."
Hij ontrukte aan de bevende gravin
Verkiezing te Breda.
Gisteren had de stemming plaats voor
de verkiezing van een lid van de Tweede
Kamer in het district Breda ter ver
vulling der vacature, ontstaan door het
ontslag nemen van den heer mr. L. P.
M. II. baron Michiels van Yerduynen.
De uitslag was, dat werden uitge
bracht 5229 stemmen. Hiervan ver
kregen de heeren W. H, Boogaardt te
Batavia (kath.) 3183, mr. W. Ingen
Housz te Breda (kath.) 1219 en dr. J.
van den Brink te Breda (soc.-dem.) 827
stemmen, zoodat gekozen is de heer
W. H. Boogaardt.
Ba Grondwetsherziening.
Het Kon. Besluit tot benoeming van
een Staatscommissie voor de Grondwets
herziening geeft verschillende bladen
aanleiding tot bespreking.
De „N. Ct." zegtDe omstandigheid,
dat de commissie uit niet meer dan
zeven leden bestaat die van 1883
telde er zestien duidt op de bedoeling
dat zij haar taak beperkter zal opvatten
dan haar voorgangster en niet een al
geheels Grondwetsherziening heeft voor
te bereiden. Maar uit de woorden van
haar opdracht valt dit niet af te leiden
het is ons althans niet mogelijk aan het
woordje „nog" in de boven aangehaalde
formule zulk een diepe beteekenis te
hechten, als daaraan volgens den heer
De Meester moest worden toegekend.
Het zal dus van de Staatscommissie
zelve afhangen hoe ver zij haar arbeid
wil uitstrekken en hiermee kan men
tevreden zijn, daar dit zeker aan nie
mand beter dan aan haar is toevertrouwd.
Het „Centrum" merkt op, dat de
commissie zich niet met de artikelen 80,
127 en 143, die op het kiesrecht be
trekking hebben, zal hebben te bemoeien,
daar de regeeriug voornemens is een
voorstel te doen om den gewonen wet
gever volle vrijheid te geven bij de re
geling der kiesbevoegdheid.
Maar daar zijn nog andere quaesties,
die bij een herziening onzer hoogste
staatswet aan de orde kunnen, misschien
wel moeten komen.
Eiseht bijv. ook de invoering der
Evenredige Vertegenwoordiging zulk een
herziening niet P Neen, zeggen sommi
gen. Ja, zeggen de messten.
En voorts is daar de allergewichtigste
vraag der erfopvolging voor het onver
hoopte geval, dat H. M. de Koningin
kinderloos mocht komen te overlijden,
Over die vraag is men het, blijkens
in de pers gevoerde discussies, niet eens
en het mag toch zeer zeker hoogst wen-
scheiijk heeten, dat daaromtrent niet de
minste twijfel besta.
den ring, dien zij voor den dag haalde
en hem aanbood en drukte hem telkens
en telkens weder aan zijne lippen.
„Slechts" Eglantine
Het was de wreedste straf, die hij
kon uitgedacht hebben, toen hij aldus
zijne liefde voor hare zuster zoo woest
uitte en baar zelve zijne volkomen on
verschilligheid te kennen gaf.
Elk woord van liefde voor Arabelle
trof haar met de scherpte van een dolk
tot in het binnenste van hare ziel.
„Ga voortbrulde de graaf, die zijne
hevige ontroering op het gezicht der
laatste gift van Arabelle bedwongen had.
„Ik weet niet hoe ik u het overige
moet vertellen", stamelde de ongeluk
kige vrouw met een spookachtig bleek
gelaat. „Ik vatte het denkbeeld op
de hemel vergeve het mij mij voor
Arabelle uit te geven. Gij waart dag en
nacht de eenigo gedachte, die mij bezig
hield. Ik wist, dat, indien de brief welken
ik met „Arabelle" onderteekende, nog
tijdig voor uwe komst u bereikte, gij
den leugen zoudt ontdekken en daarom
"Vivian vervloek mij niet heb ik
hem achtergehouden. Gij weet het
overige."
Met de volle zwaarte van haar liohaam
Deze en nog andere quaesties zal de
commissie hebben te bestudeeren, en
het lijkt niet vermetel, te voorspellen,
dat hare taak er een van langen adem
zal zijn.
Hoeveel jaren heeft ook de voorbe
reiding der revisie van 1887 niet ge
duurd Maar zelfs wanneer de commissie
met meer dan gewonen spoed haar
arbeid ten einde mocht weten te brengen,
dan nog zullen de voorstellen der re
geering wel eerst aan het einde van
1909 de Kamer kunnen bereiken.
En gelet op de meerderheid, welke
voor zulke voorstellen wordt vereischt,
zullen er, ook in 't gunstigste geval,
nog wel een paar jaren mede gemoeid
zijn, alvorens ze hun beslag krijgen.
Over het blanco-artikel bijv. valt nog
heel wat atrjjd te verwachten.
Intusschen is de grondwetsherziening
thans officieel aan de orde gesteld, en
blijft zij natuurlijk aan de orde.
De samenstelling der commissie is
tamelijk eenzijdig.
Tegen twee leden van rechts telt zij
er vijf van links, om van den secretaris
te zwijgen, wat niet klopt met de ver
houding der partijen in het land en in
de Kamers.
De „Residentiebode" zegt
Het zal, dunkt ons, voor de oppositie
wezen een afwachtende houding
aan te nemen en de inmiddels komende
voorstellen op ander gebied naar dezer
eigen waarde te toetsen.
Wij herhalen echter, dat het ons
verwondert, geen sociaal-democraat en
geen vertegenwoordiger der Kuyperi-
aansche anti-revolutionairen in de oom
missie te zien zitting nemen. Is dit
nopens den sociaal-democraat verklaar
baar, omdat daardoor volkomen nutte-
Iooze debatten over de afschaffing van
het koningschap en boekdoelen rapport
daarvrn, vermeden zullen worden, ten
opzichte der anti-revolutionnairen noe
men wij dit voorbijgaan een onver
schoonbaar verzuim.
Het blad treft met genoegen in het
Kon. besluit de bepaling aan, dat het
elk van de leden der commissie zal
vrijstaan een afzonderlijk advies tot de
Koningin te richten, indien hun gevoe
len van dat der meerderheid afwijkt.
Wij twijfelen er niet aan, of de leden
der commissie die grondwetsherziening
in het algemeen nog niet urgent achten
zullen in de bepaling van de 3e alinea
gelegenheid vinden, zoo hun meening
ook in andere opzicht en van het ge
voelen der meerderheid van de com
missie afwijkt, aan hunne denkbeelden
omtrent de noodzakelijkheid der her
ziening in het algemeen uiting te geven.
Nederlml en België.
In de „Petit Bleu" van gisteren ver
haalt de heer Baie, wat drie Kamerleden
viel zij tegen den arm van sir Hilde-
brand, die haar ondersteunde, terwijl
lord Deloraine met een van woede en
drift gloeiend gelaat, en fonkelende
oogen tot haar trad en haar ruw bij den
arm nam.
„Moge de vloek
„Neen, Vivian, spreek dat woord niet
uit", schreeuwde de gravin, op de knieën
vallende. „Mijne straf is even zwaar als
mijne schuld. Ik kniel voor u neder om
uwe vergiffenis af te smeeken. Yivian,
ik heb u zoo bemind. Ik had slechts één
wensch, uwe vrouw te zijn."
„Eu dat zijt ge niet, en zijt het
nooit geweest", antwoordde de graaf
verachtelijk. „Gij hebt mij gedwóngen
eene zonde te begaan, die ik echter in
de grootste onwetendheid beging. Maar
gij hebt niet gedacht aan ons huis en
aan onzen tot nu toe onbevlekten stam
boom 1 Ik word krankzinnig als ik
daaraan denk
„Ben ik niet uwe vrouw Heb ik u
gedwongen tot een zonde!" herhaalde
Eglantine verbaasd.
(Slot volgt.)