'sLW EB EN VLIED.
No. 229
43e Jaargang.
1905.
rijda
g
§9 September.
Binnenlandsche berichten.
FEUILLETON.
Telephoonnummer 10.
Gemeentebestuur.
Land- en Tuinbouw,
VLISSINGSCIE COURANT.
Prijs per drie maanden L80. Sïaoeo pst iposi 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren Postdirecteuren of rechtstreeks bij den U i t g a v e r
F. VAN DB VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADVERTENTÏËN: van 1-4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cliché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelyks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
KENNISGEVING.
Verkrijgbaarstelling soldijen Zeemacht.
De Burgemeester van Vlissingen
brengt ter kennis van belangheb-
dat de aanvragen tot uitbetaling van
postwissels voor betrekkingen van offi
cieren en mindere schepelingen te wier
kelioeve, iDgevoige Koninklijk besluit
van 28 Juni 1898, no. 42, een gedeelte
zeetractement of soldij is afgestaan, ter
gemeente-secretarie kunnen worden af
gehaald, dagelijks van des voormiddags
10 tot des namiddags 4 ure, uitgezon
derd Zon- en Feestdagen.
Vlissingen, den 28 September 1905.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
Koninklijk bazoek aan Friesland.
Gisterenmorgen is het vorstelijk echt
paar uit de Frieeche hoofdstad vertrok
ken en werd nog een bezoek gebracht
aan Harlingen. Die stad was ook geheel
in feestdos en de haven leverde een
mooi gezicht op. De vorstelijke personen
gebruikten in deze Frieschehavenstad
het dejeuner op het raadhuis, aange
boden door het gemeentebestuur.
Toen de terugreis naar de residentie
werd aanvaard, hield dss trein nog eenige
minuten stil te Ijlst en Hindeloopen en
ïerd het Koninklijk echtpaar luide
toegejuicht en hadden de Koningin en
de Prins nog enkele huldebetuigingen
in ontvangst te nemen.
Eindelijk werd nog te Stavoren, al
vorens aan boord te gaan van de salon
boot „Friesland" een hartelijk afscheid
genomen van de vorstelijke personen,
waarna zij via Enkhuizen naar den Haag
stoomden, alwaar zij om 9 uur aan
kwamen.
Es eedsaflegging der Kamerleden.
De Haagsehe briefschrijver van de
„Tijd" vertelt het volgende omtrent de
wijze waarop de eedsaflegging der
Kamerleden ten paleize plaats heeft
„Van tevoren krijgt men een gedrukte
uitnoodiging van den minister van
binnenl. zaken, om te tien uur ten pa
leize de eeden of beloften voor H. M.
ie Koningin af te leggen.
Even te voren komt men daartoe ten
paleize, waar men in een ontvangzaal
wacht tot de grootmeester der Koningin
naar voren treedt en een voor een de
«amen der leden oproept in de volg
orde der tabel van de kieswet. Gronin
gen komt dan no. 1, Veghel aan het
eind. Zij worden in de groote zaal op-
in een breeden kring, die het
vertrek omvat. De leden staan
Naar het Duitsch.
51.)
«De heer Brown nam hem op in zijne
®Len, liet hem allerlei privaatlessen
ÈWen en terwijl ik mij doof de ruwe
'«hippers met den voet moest laten
'aftreden, slenterde hij als een gentleman
™°r de straten, in de schoonste kleeren
ta met glacé handschoenen aan.
«Ongeveer vijftien jaar later stierven
5 heer en mevrouw Brown en Emme-
"«h bevond tot zijne niet geringe ver
ding, dat hij door hen tot universeel
''fgenaam was benoemd.- Thans dacht
1) aan mij, maar de hoop dat hij mij
zijn gelijke zou behandelen werd
("et vervuld. Emmerich was werkelijk
he vijftien jaar, die hij bij de Browns
""gebracht had, een voornaam heer
gorden en ofschoon hij mij ook in
1" schoon huis opnam, mg fatsoenlijk
dan tegen de vier wanden, alleen de
twee deuren vrijlatend. Meubelen staan
er niet dan een bescheiden tafeltje met
een exemplaar der grondwet, vlak bij
de deur aan de lange zijde, door welke
de Koningin even later binnentreedt
met den Prins, H. M. met een buiging
de aanwezigen groetend, die met een
gebogen hoofd naar haar staan gekeerd.
Nadat de Koningin enkele woorden
heeft gewisseld met den minister van
binnenl. zaken, die ook aanwezig is,
zegt de grootmeester tot H. M. de
woorden van den eed en noemt achter
eenvolgens de namen der 100 Kamer
leden. De genoemde de heer Drucker
eerst treedt een stap naar voren,
buigt voor de Koningin, die zich naar
hem heeft toegekeerd, spreekt dan de
woorden van den eed „Zoo waarlijk
helpe mij God Almachtig," of „dit ver
klaar en beloof ik," maakt een buiging
en herneemt zijn plaats. Zoo gaat het
de rij langseerst voor den zuiverings
eed, daarna voor den eed van trouw.
Na afloop buigt de Koningin voor al
de aanwezigen en verlaat de zaal."
De Eerste Kamer-verkiezing.
De „Zutph Ot." schrijftNaar wij
vernemen, is bij de jongste verkiezing
van een Eerste Kamerlid voor de Staten
van Gelderland, een krachtige aandrang
door de anti-rev. fractie uitgeoefend, om
als zoodanig te benoemen dr. Kuyper.
Onder de r.-kath. fractie waren er
echter velen, die met voldoening bij de
linkerzijde de bekende uitingen van toe
nadering en zucht tot pacificatie hadden
opgemerkt, en die in de verkiezing van
dr. Kuyper tot lid der Eerste Kamer
in de bestaande omstandigheden iets
uitdagends zagen, dat er zeker niet toe
zou medewerken de gemoederen te ver
zachten.
Daar de anti rev., zonder steun van
de r.-kath. in de Staten van Gelderland
niet over een meerderheid beschikken,
zagen zij vervolgens van het geopperde
plan af, en werd baron Mackay gekozen.
H. M. de Koningin en de Prins
vertrekken Zaterdagochtend tusschen 6
en 6Yg uur naar Dobbin, om op het
kasteel aldaar geruimen tijd verblijf te
houden.
De Koningin-Moeder gaat 12 October
naar het buitenland, om eenigen tijd
in eene andere luchtstreek te vertoeven.
De minister van financiën heeft aan
de ontvangers der registratie verzocht,
aan zijn departement zekere gegevens
te verstrekken. Deze opdracht duidt op
herziening van een deel der successie
wet.
Staatsbsgrooting.
Aan de waterstaatsbegrooting ont-
leenen wij nog het volgende
Het voornemen bestaat voor de inge-
liet gekleed gaan en mij een mooie
kamer voor mijn eigen gebruik afstond,
was ik toch slechts zijn bediende en
durfde het nooit in tegenwoordigheid van
anderen te wagen, hem Emmerich te
noemen. Desniettemin bezat ik nog steeds
zijn vertrouwen en alzoo deelde hij mij
eens mede, dat hij naar Europa terug
verlangde en reeds stappen gedaan had
om zijne zaken aan den kant te doen.
Een half jaar later bevonden wij ons
reeds op de tehuisreis. Onder onze reis-
genooten was een jonge man met aan
gename manieren, Georg Hollander
genaamd, wiens uiterlijk reeds in de
hoogste mate boeide, ja ik moet beken
nen dat ik zelden zulk een schoon ge
zicht gezien heb. Hij was evenals wij
geen geboren Amerikaan, hij had daar
slechts in behoeftige omstandigheden
verkeerd en wilde nu naar Europa terug
om zijn toestand te verbeteren. Eerst
toen tusschen hem en Emmerich een
vertrouwelijke omgang ontstaan was,
vertelde hij hem zijne geschiedenis, o.a.
dat hij aanspraak maakte op een majo
raat en daarop recht had en ook om
zich baron Von Rümming te laten
noemen, welke rechten hij met de stuk
ken kon bewijzen. Daarop liet hij Etn-
nieurs der telegrafie de volgende trakte-
mentsverhooging ongeveer overeen
komende met die van de ingenieurs van
den waterstaat toe te passen.
Bij aanstelling f 2000na 2 jaren
dienst als ingenieur f2400; na 6 jaren
f2700; na 10 jaren f3000; na 14
jaren f3200; na 18 jaren f3400; na
22 jaren f3600.
Zulks met dien verstande, dat den
ingenieur in algemeenen dienst op grond
van zijn bijzonderen werkkring f200
meer zal worden toegekend, dan waarop
hij naar bovengenoemde schaal aan
spraak zou hebben.
Het voornemen bestaat om voor de
opzichters de volgende schaal vast te
stellen; bij aanstelling f1000; na 2
jaren f1300; na f1600; na 10 jaren
f1800; na 14 jaren f2000; na 18
f2200; na 22 jaren f2400; onder
toekenning van f200 toelage aan hen,
die als opzichter in algemeenen dienst
werkzaam worden gesteld.
Bestond aanvankelijk het voornemen
de buitengewone geëmployeerden bij
den rijkstelegraafdienst, gewezen amb
tenaren van de Zuid Afrikaansche re
publiek of in dienst van de Zuid-
Afrikaansche spoorwegmaatschappij, niet
voor goed aan dien dienst te verbinden,
thans is, vermits een deel hunner er
niet in slaagde betrekkingen elders te
verkrijgen, besloten hen in vasten dienst
te doen overgaan, op zoodanige voor
waarde evenwei, dat het bestaande per
soneel daarvan geenerlei nadeel in pro
motie kan ondervinden.
Meende men in 1905 met 1892
brievenbestellers te kunnen volstaan,
voor 1906 dient op 2087 bestellers te
worden gerekend.
In verband met het feit dat voor de
telegrambestellingen jongelingen van 16
tot 20 jarigen leeftijd worden gebruikt
die een loon genieten van f4 tot f7
per week, naar gelang van leefiijd en
diensttijd, behoeft voor 1906 slechts
op 208 in plaats van op 336 telegram
bestellers te worden gerekend en is uit
dien hoofde op den desbetreffenden
begrootingspost f 64,865 minder uitge
trokken.
Het voornemen bestaat tot aanleg
van een nieuw systeem index op de
namen der inleggers bjj de rijkspost
spaarbank, zoomede om, telkens wan
neer zulks wenschelijk voorkomt, door
ambtenaren der directie langs den weg
van persoonlijke aanraking met de in
leggers, op spaarbankaangelegenheden
oontróle te doen uitoefenen.
Zondagsrust.
De Nederlandsche Yereeniging tot
bevordering van Zondagsrust hield gis
teren te Dordrecht hare algemeene ver
gadering, onder voorzitterschap van den
heer D. van Veen, die in zijn openings
rede wees op de stille kracht waarmede
de vereeniging werkt en die als resul
taat van haar werken kan noemen dat
merich zijne papieren zien zij waren
geldig glimlachend liet hij er op volgen:
„„In het begin wilde ik er geen ge
bruik van maken, omdat ik de illusie
maakte door eigen krachten mij in de
nieuwe wereld voort te helpen. Doch
de illusiën verdwenen spoedig en dus
hier haalde hij de schouders op, „wie
zal het mij ten kwade duiden, dat ik
mijne rechten wil doen gelden en een
jongeren broeder van de plaats verdring
die toch mij alleen toekomt"
„Onze tehuisreis was over het alge
meen alles behalve voorspoedig, want
niet alleen dat in het begin zeer vele
passagiers aan zeeziekte leden, maar ons
trof nog een grootere ramp. Het schip
strandde, en onder de weinigen die
gered werden waren wij, Emmerich,
Hollander en mijn persoontje. De beide
eerstgenoemden hadden erge kwetsuren
bekomen, en ik was de eenige die er
onverlet was afgekomen. Zooals te be
grijpen is bezorgde ik mijne reisgezellen
dadelijk in een hospitaal. De dokters
bevalen dat ik bij mijn heer zou blijven
en zoo kwam het dat ik tot in de minste
bijzonderheden het geheim te weten
kwam. Beiden waren door zware stukken
van het gestrande en «it elkander ge-
het besef, dat Zondagsrust is een recht,
toegenomen is.
In zijn rede wees spr. verder op het
nationaal congres voor Zondagsrust voor
4 jaar gehouden, en deelde mede, dat
het succes met dat congres behaald,
aanleiding heeft gegeven tot een in de
gisteren gehouden hoofdbestuursvergade
ring genomen besluit, in April 1907
een tweede Dationaal congres voor Zon
dagsrust te organiseeren. Verder her
innerde spr. er aan dat het vorig mi
nisterie, hoewel de Troonrede wijziging
der Zondagswet in het vooruitzicht
stelde, in dit opzicht niets bracht en
hij sprak de hoop uit, dat de tegen
woordige regeering, die niets beloofde,
wel iets zal doen in het belang van
Zondagsrust.
Hierna las de secretaris het jaarver
slag, waaruit blijkt, dat hoewel het
aantal leden der vereeniging stationair
blijft, de belangstelling in Zondagsrust
toeneemt.
Verder blijkt uit het jaarverslag dat
in verband met een in de vergadering
te Leeuwarden aangenomen voorstel het
hoofdbestuur zich gericht heeft tot den
betrokken minister om wijziging van
het algemeen reglement op het vervoer
bij de spoorwegen, waarbij het aanne
men, afhalen enz. van bestelgoed op
Zondag en algemeene erkende Chr.
feestdagen verboden wordt en den post-
pakketdienst op die dagen op te heffen
op dat verzoek is nog geen antwoord
ingekomen.
Voorts is tot de regeering het ver
zoek gericht tot wettelijke regeling
van de Zondagsrust van zeevarenden
in den geest van de DuitBche en Noor-
sche wetten. Een volledig overzicht
van den Zondagsdienst bij den Rijks-
en gemeente-telefoondienst, waarnaar
door afdeelingen en correspondenten
een onderzoek zou worden ingesteld,
kon nog niet worden gegeven.
Voorts bevat het verslag berichten
van afdeelingen en correspondenten.
Amsterdam I deelt mede, dat door
haar invloed het magazijn La Bourse
Zondags gesloten werdDordrecht
werkte in het belang van Zondagsrust
voor werklieden der gemeentereiniging
en der slagersgezellen 's-Gravenhage
voor de melkslijters Leiden voor de
koetsiersRotterdam klaagt over te
weinig belangstelling harer leden en
verwacht alleen verbetering ten opzichte
van Zondagsrust van een algemeen
bindende wetUtrecht wendde zich
tot B. en W. tot wering van de Zon
dagsrust verstorende betoogingen en
tot den aartsbisschop in het belang van
Zondagsrust voor handeldrjj venden.
Het verslag eindigt met er op te
wijzen, dat in het 24-jarig bestaan der
vereeniging veel door haar is totstand
gebracht.
Het centraal bestuur van het Alg.
Ned. Werkliedenverbond heeft een adres
gericht aan den minister van financien
slagen schip bijna onkenbaar geworden,
overigens herstelde Emmerich zichtbaar
en reeds de gedachte dat hij geen schade
aan zijn vermogen geleden had, bracht
daartoe het zijne bij. Hij had, evenals
Hollander, zijne legitimatiepapieren (zijn
vermogen) in papier op zijn borst gehad
en was nu niets armer dan te voren.
De arme Hollander had overigens veel
te lijden hij had een zwakker gestel
dan mijn heer, ja, de dokters schudden
bedenkeljjk het hoofd, en ook wij waren
in de overtuiging dat de vriendelijke,
beminnelijke man niet lang meer bij ons
zou zijn. Wij hadden ons niet vergist
in den derden daaropvolgenden nacht
blies de ongelukkige den laatsten adem
uit. Op verlangen van mijn heer kregen
wij geen andere zieke meer in onze
zaal. Niemand buiten mij waakte en
zoo kon dus ongestoord datgene gebeu
ren, wat Emmerich reeds, volgens zijne
eigene bekentenis, sedert bijna vier en
en twintig uren overdacht had.
„„Neem den doode uit zijn bed en
leg hem op het mijne", zeide hij fluis
terend maar gejaagd „ik ga in zijn
bed liggen. Begrijpt gij mij dan niet,"
voegde hij er ongeduldig bij, toen ik
hem met wijdgeopeuden mond aanstaar -
over de exploitatie van staatsdomein-
grond. Adressant brengt twee punten
meer bij zonder onder de aandacht van
den minister, met verzoek bij gelegen
heid van nieuwe verpachtingen daarmee
rekening te willen houden, en wel lo.
het feit, dat de verpacht wordende per-
ceelen te groot zijn en alzoo ontoegan
kelijk voor de arbeiders, en 2o. dat in
de voorwaarden nauwkeuriger bepalin
gen kunnen worden opgenomen omtrent
de behandeling van het verpachte, met
het doel om den grond zooveel mogelijk
in productiviteit te doen stijgen, terwijl
in aansluiting met punt 1 eenige faci
liteiten kunnen in het loven geroepen
worden ten opzichte van de door den
pachter te stellen zekerheid voor de
betaling der pachtsom, bijv. in dezen
geest, dat ook zedelijke lichamen als
borg kunnen optreden, of dat die licha
men zelf pachters kunnen zijn met reeht
om het gepachte in gebruik aan de leden
uit te geven.
Tot lid van de Prov. Staten van Zuid-
Holland in het district Rotterdam III,
is bij herstemming gekozen de heer C.
Kolff, (lib.) met 1637 stemmen, tegen
1429 die waren uitgebracht op den heer
A. van Wijngaarden (chr. hist.)
De vloeibare uitwerpselen
van het vee.
Is dit een onderwerp, "waard om er
een bespreking aan te wijden 't Zou
me niet vei wonderen, indien door som
migen deze vraag gedaan werd.
Zeer zeker is ons antwoord. De waarde
der urine voor de bemesting is bij vele
veehouders nog niet, of te weinig be
kend. Iedereen weet wel, dat ier een
uitmuntende meststof is, doch de mees
ten zoeken de oorzaak daarvan op de
verkeerde plaats, omdat zij de ier be
schouwen als een aftreksel van vaste
uitwerpselen. Daarom hechten zij ook
bijzonder hooge waarde aan het bezink
sel, dat zich b.v. in een zinkput of in
de iersloot vormt. Als de iersloot te
vol wordt, gaat de boer er gemakke
lijk toe over, een deel der vloeistof te
laten wegioopen in het bezinksel schuilt
toch, naar hij meent, de meeste waarde.
De heer O. Nobel, Rijkslandbouw-
leeraar voor Noord-Holland, heeft het
zijne gedaan om de veehouders van hun
dwaling in deze te overtuigen, en hen
te wijzen op het groote geldelijk voor
deel, dat opgesloten ligt in een zorg
vuldige bewaring van de ier. Mede
door zijn ijverige bemoeiingen heeft de
„Vereeniging tot ontwikkeling van den
landbouw in Hollands Noorderkwartier"
het vorige jaar en ook nu weder premiën
uitgeloofd aan hen, die in 1905 een
ierkelder laten bouwen, welke een in
houd heeft van minstens 15000 liter,
doelmatig is ingericht, van deugdelijk
de „van nu aan ben ik Georg Hol
lander en pretendent op het Riimming-
sche majoraat."
„De oogen gingen mij open, aldus
had de sluwe man het overlegd en
ik weigerde het niet, omdat ik, hoe het
ook afliep, toch nooit anders dan voor
deel uit de zaak zou halen. De zaak was
spoedig geëindigd, wij stonden op het
punt ons te verheugen in het feit van
een gevaarlijk waagstuk goed te hebben
volbracht, toen plotseling de deur open
ging en onze bewaker voor ons stond.
Reeds in zijn blik las men dat hij ons
afgeluisterd had. Ik voelde dat mijn
bloed ijskoud werd maar de man was
rustiger dan wij en ging zacht naar het
bed van mijn heer, aan wien hij vroeg
„Wilt gij mijn zwijgen koopen
„„Dat wil ik, Willms Biaidrup", zeide
Emmerich vastberaden. „Hoeveel vor
dert gij
„„Voorloopig slechts eene kleinigheid
tien duizend thaler. Later zal ik u echter,
als gij eenmaal heer zijt der trotsche
bezitting, tot welker erfgenaam gij u
zei ven gemaakt hebt, bezoeken, maar dan
zal ik misschien meer vragen."
Wqtrdi v&roo^d^