Donderdag
7 September.
'slim El Ei ilLOtO.
No. 210.
43e Jaargang.
1905.
Van week tot week
FEUILLETON.
Binnenlandsclie kricliten
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden SjSOU ï'ïaneo pe» poet j 1.50.
Afzondeilijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187.
ADVERTENTIESvan 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cüché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telepluoiïiiummer 10.
Abonnements-Advcrtenticn op zeer voordeelige voorwaarden.
Vóór de verschijning van ons jongste
wekelijksch overzicht, hadden wij daar
voor nog eenige beschouwingen in ge
reedheid gebracht omtrent de quaestie
van oorlog en vredewaarbij wij tot
de conclusie kwamen dat de schaal
naar de zijde van den oorlog oversloeg.
"Wij drukten daarbij de hartelijke hoop
uit dat wij ditmaal mochten dwalen
en inderdaad, wij hadden gedwaald,
want, op dat oogenblik, waren de par
tijen te Portsmouth reeds tot overeen
stemming gekomen. De invloed van
den Engelschen bondgenoot zal in Japan
vermoedelijk wel den doorslag gegeven
hebben.
"Wij kunnen niet zeggen dat de dwa
ling, waaraan wij ons hebben schuldig
gemaakt, ons buitengewoon aaDgenaam
stemt. In het belang der menschelijk-
heid en der algemeene welvaart moet
natuurlijk ieder den vrede toejuichen
maar in het belang van een duurzamen
vrede, een duurzamen gezonden poli-
tieken toestand, kan men het slechts
betreuren, dat de vrede op deze
w ij z e tot stand kwam. Bij ons staat
het vast, dat men in Russische regee-
ringskringen tot het laatste oogenblik
gehoopt had, dat de onderhandelingen
zouden afspringen. Hoe groot de ver
blindheid aan die zijde was, weten wij
nu toch reeds sinds anderhalf jaar.
Werkelijke geestdrift bestaat dan ook
in het Russische Rijk niet en in Japan
is de ontevredenheid beslist zeer groot.
Evenmin als na Simonoseki krijgt Japan
na Portsmouth wat het toekwam en
het moet in dat land wel grove erger
nis geven, wanneer men verneemt op
welk een schandelijke, voor Japan be-
leedigende wijze, de hoogste Russische
regeeringspersonen aan den Czaar kennis
gaven van den vrede. En men zal wel
zien dat Roosevelt niets dan ondank
ondervindt's werelds gewone loon.
Neen, het is in deze omstandigheden
niet mogelijk, aan een duurzamen vrede
te gelooven
Tan de bezwaren die van Japansche
zijde tegen den vrede kunnen worden
geopperd, is de geldquaestie zeker niet
de gewichtigste. Japan zou op dit oogen
blik het geld zeer goed kunnen gebrui -
benmaar de loop der zaken heeft het
crediet van dezen Staat zeer verhoogd
en heeft Japan vele vrienden doen ver
werven. Aan de toekomstige verhoogde
Naar het Duitsch.
32.)
„In het begin maakte mij de schrik
sprakeloos, ik overlaadde hem met ver-
wijtingen en besloot eindelijk de valsche
bandteekening voor de mijne te erkennen
en op den betalingstijd de aanzienlijke
som in gereedheid te houden. Daartoe
ik echter een door uwe beide
onderteekende schuldbekentenis
en van den overste daarbij nog een
«igenhandiggeschreven document, waarin
bij de gansche zaak zoo duideljjk mo
gelijk uiteenzette. Hieraan wilde hij zich
het begin natuurlijk niet onderworpen
en de eergierige officier werd eerst
daarna gedwee, toen ik hem bezwoer,
bit gevaarlijk geschrift eerst dan tot
miJa voordeel te zullen aanwenden, als
•sa of ander lid zijner familie mij aan-
tot toorn gaf of dien plicht der
economische welvaart van het rijk van
den Mikado twijfelt niemand. Rusland
daarentegen heeft in, door en na den
oorlog veler sympathie verbeurd en
trouwens ook geen sympathiën gezocht.
De betrekkingen met Frankrijk zijn
verkoeld. De toenadering tot Duitsch-
land is een anti-Engelsche beweging,
die vooral van Duitschland uitgaat.
Tan de Russenvrees is de wereld ge
nezen.
En welke zullen de gevolgen van den
vrede zijn voor het inwendige van het
achterlijke Czarenrijk Elke verstandige
regeering zou uit het gebeurde wijze
lessen putten en zich nu met ernst op
de staatkundige en economische ont
wikkeling van het land gaan toeleggen.
In Rusland zal men juist het tegenover
gestelde zien gebeuren. De bureaucratie
is niet gefnuikt en blijft machtig te
genover de progressistische beweging,
die, voor zoover ze in der regeering
vijandigen geest zich uit, straks met
eenige honderdduizenden vrjjgekomen
sabels en bajonetten, desnoods in stroo
men bloeds zal worden gesmoord. Met
een caricatuur van een volksvertegen
woordiging gesust zooals men een kind
sust met een stuk koek, blijft het groote
Rusland een tooneel van schijnvertoo-
ningen, zoöals de geheele Russische
politiek steeds de politiek van den schijn
wasblijft het laud aan stelselmatige
onderdrukking, armoede en hongersnood
ten prooi en blijft ten slotte van den
langen oorlog niets over dan de magere
troost, dat onder den drang van het
door den oorlog nog meer verbitterde
volk, en omdat men het tijdelijk, juist
door den oorlog, niet in bedwang kon
houden, de eerste schrede is gezet op
den weg, die Rusland, maar in een zeer
verre en vermoedelijk zeer ver verscho
ven toekomst, een bescheiden plaats in
de rij der constitutioneele staten zal
geven.
Het is een schijnbaar zonderlinge
conclusie, maar men moet er wel toe
komen, dat een langer voortzetten van
den krijg, met aanmerkelijk minder
gunstigen afloop, voor het Russische
volk zelf oneindig beter ware ge
weest. Vermolmde, maar ouderwetsche
gebouwen hebben heel wat noodig eer
ze ineen storten, en verstokte zondaars
heel wat eer ze zich bekeeren.
Wij hebben opzettelijk bij dit onder
werp langer dan gewoonlijk stilgestaan,
omdat het ons vermoedelijk in den eer
dankbaarheid jegens mij vergat te ver
vullen. Op dit oogenblik was ik zonder
erbarmen het offer dat ik hem brengen
moest was immers te groot en zijne
handelwijze jegens mij, die hem altijd
als een ware vriend trouw geholpen
had, was buitendien meer dan schurk
achtig.
„Acht dagen later betaalde ik met het
rustigste gelaat der wereld mijne dertig
duizend tkalers uit en niemand vernam
iets van het schaamtelooze bedrog, dat
ik daarmede bedektehet donkere ge
heim lag hier in mijne borst en in die
uwer moeder begraventhans is het
geheel iets anders, in plaats van twee
is het nu aan vier bekend en den vierden
geef ik mijne volkomene toestemming
om de schandelijke geschiedenis aan
iedereen mede te deelen, als ik mijn
aan hem gegeven woord niet kan houden
en Amata von Wilden niet binnen drie
maanden zijne wettige vrouw is gewor
den. Maar" viel hij zichzelven in de
rede, „laat mij voortgaan. Uw vader
overleefde dien verschrikkelijken dag
niet lang, hij stierf nauwelijks een jaar
later aan „een smartelijk hartlijden, dat
in de zes laatste maanden ontstaan was",
zooals de artsen zeiden. Ik was echter
sten tijd niet zoo vaak meer zal bezig
houden als in de jongste maanden het
geval was. Het politieke nieuws was
trouwens schaarsoh. Er is nog al heel wat
te doen geweest over do uitwijzing uit
Pruisen, van den lastigen Hollander,
den heer Catz, die als correspondent van
het „Handelsblad" door zijne vrijmoe
dige uitlatingen onaangenaam was aan
de regeering te Berlijn. Die in Pruisen
de drukpersvrijheid beschouwt als een
geoorloofd middel om tegen verouderde
of belachelijke toestanden, tegen een
star conservatisme te ijveren, of ook
maar als een middel om te zeggen wat
hij denkt, is niet aan het rechte kantoor,
en ditmaal moet Nederland dit eens
ondervinden.
Het geval met een Franseh-Alge-
rijsch onderdaan, die ook al onaange
naam was, en wel aan de regeering van
den Sultan van Marokko, en daarop
werd gevangen genomen, maar ha het
flink optreden der Fransche regeering
weer losgelaten, dreigt een muis met
een staart te zullen worden. De Fransche
regeering eisclit genoegdoening en de
Sultan, vermoedelijk in blinden waan
op Duitschland steunende, wil die niet
geven. Daarmede kan de Fransche re
geering geen genoegen nemen en het lijkt
ons niet waarschijnlijk dat de Duitsche
haar zal afvallen, wat in dit geval zeer
bedenkelijk zou wezen.
Ware Duitschland voor eenigeh tijd
niet een spaak in het wiel komen steken,
dan zouden wij de Fransc'ue suldaten
nu al in Marokko hebben gezien, waar
van de wereld zeker niet slechter zou
geworden zijn dat heeft de geschiedenis
van Algiers ons genoeg geleerd.
In de Oostenrijksch-IIongaarsche quaes
tie nog steeds geen opklaring van den on-
reinen atmosfeer.Wij zouden ons kwalijk
kunnen vereenigen met de meening door
een Hongaarsch oud-minister uitgespro
ken,dat de oppositie-partij en niets winnen
zullen met het weigeren van belasting
betalen. Alsof het niets 'oeteekent, wan
neer de onderdeelen van den staat aan
den staat de gehoorzaamheid opzeggen
En alsof het niets beteekent wat die
staatsman zelf verklaarde, dat het ge
voel voor het gezag ondermijnd wordt
en het volk bezwaarlijk tot den orde
lijken toestand zal terugkeeren
Het gerucht heeft geloopen dat de
keizer in alles zou toegeven, behalve in
het gebruik der Hongaarsche taal bij
het leger. Die commando-quaestie schijnt
van een ander gevoelen in het geheim
ben ik tot het lijk doorgedrongen, dat
men zoo zorgvuldig voor alle vreemde
blikken verborg, dat men na den dood
strijd dadelijk in de kist legde, terwijl
men deze zoo spoedig mogelijk sloot. Ik
zag hoe vreeselijk zijne gelaatstrekken
verwrongen waren en ik was er van
overtuigd dat hier iemand lag, dien God
niet tot zich geroepen had de artsen
logen en de attesten van overlijden be
vestigden hunne loochenachtige verkla
ringen. De overste Von Wilden scheen
mij toe volstrekt niet aan de gevolgen
van een langdurig lichaamslijden ge
storven te zijn de bedrieger had nog
in den dood bedrog gepleegd hij had
strychnine ingenomen
Een smartelijke kreet en pijnlijk ge
kreun ontwrongen zich aan Amata's
borst, maar Hollander lette er niet op,
hij ging rustig voort: „Uwe moeder
bevond zich natuurlijk in een hulpeloo-
zen toestand. Tan alle zijden kwamen
de schuldeischers opdagen, men legde
beslag op haar bezittingen, roerende en
onroerende j ja, zelfs mocht zij de klee
deren harer kinderen, de allernoodigste
uitgezonderd, niet eens behouden. En
wie was de man, tot wien men zich
wel het zwaartepunt te zijn in dezen
wedloop met hindernissen.
Het is inderdaad te hopen dat de
wijze gematigdheid van den vijf en ze
ventigjarigen vorst alsnog een uit
weg mogelijk make. Men zou gaarne
het Hongaarsoh-Oostenrijksehe geschil
zien opgelost in den zin van het Noor-
weegseh-Zweedsche maar wij vreezen
steeds dat, hoewel het einde te voorzien
is, dat einde langs een minder zachten
weg zal worden bereikt.
Eienstnsming bij ds marïns.
„De Ned." schrijft over dit onder
werp
De „Arnh, Ct." vindt het geen
ziekelijkheid maar verblinding, niet in
te zien dat het onzedelijk is jongens
van 13 of 14 jaren te kluisteren aan
een verbintenis, welker niet nakoming
zwaar gestraft wordt. Alle vergelijkingen
van dienstneming bij de marine met
andere beroepen gaat daarom niet op.
Vergissen wij ons niet, dan ia ook
voor het marine-personeel, als inder
daad van totale ongeschiktheid blijkt,
het losmaken van de eenmaal aange
legde kluisters nog wel mogelijk, zij
het ook niet anders dan met goedvinden
van de marine-overheid zelve.
Maar dit nog daargelaten, hebben
niet de nieuweren ons voortdurend ge
leerd, dat die vrijheid in het gewone
bedrijf geene vrijheid is dat de ar
beider, slechts de keus hebbende om
van honger te sterven of heen te gaan,
gelijk staat met den slaaf. En al is dit
overdreven, is het toch niet waar, dat
voor ontelbare bedrijven, niet alleen in
de wereld van den handenarbeid, maar
bijna overal, de vrijheid om heen te
gaan enkel bestaat op het papier Het
is nu eenmaal zoodat wij niet vrij
zijn dat wij in den regel slaven zijn
van de omstandigheden waaronder wij
leven. Waarom dan dat misbaar, als
aan een jongen van 14 jaar uit den
arbeidersstand, in dien stand vrij wat
meer mans dan een jongen in de meer
gegoede klassen der maatschappij, de
gelegenheid wordt geboden zich te ver
binden voor een betrekking, die hem
de zekerheid verschaft om zijn geheele
leven lang in eigen onderhoud te voor
zien en zijn allicht behoeftige ouders te
ontlasten Indien hij daardoor slaaf
werd, dan voorzeker ware de verbinte
nis onzedelijk en dus ook de raad om
die aan te gaan. Maar een man in
's lands dienst is geen slaafzijn rech
ten en bevoegdheden zijn geregeld in
dien hij wil kan hij zonder zichzelf
te vernederen zijn dienst ten einde
brengen. Mag een onderwijzer niet
onderstellen, dat in een jongen
wilskracht zit om gedurende een
weder om hulp wendde Natuurlijk
tot mij, Georg Hollander. Mijn ver
mogen was immers nog niet uitgeput
door die dertig duizend thalerEn,
dwaas die ik was, ik werd ook geroerd
door de tranen uwer moeder ik opende
op nieuw mijue beurs en mevrouw Von
Wilden werd van hare schuldeischers
bevrijd. Ditmaal had ik echter niet
voorwaardeloos geholpen wie zou mij
dat kwalijk nemen Ik leidde een een
zaam leven, Amata, en op een leeftijd,
dat men zulks het smartelijkst begint
te gevoelen. Ik trok de stoute schoenen
aan en verlangde van uwe moeder dat
zij na verloop van een jaar hare hand
in de mijns zou leggen. In het eerste
oogenblik staarde zij mij vol ontzetting
aan. Do barones Ton Wilden, geboren
gravin Von Richtkuben kwam bij haar
boven, het trotsche bloed kwam in op
stand tegen zulk eene mesaillance. Ook
andere gedachten lieten zich bij haar
gelden. Aan den eenen kant bedacht zij
dat deze verbintenis, welke wel is waar
aan haar naam de kroon ontroofde, haar
toch als vergoeding daarvoor op sene
andere wijze rijkdom aan geld en goe
deren schonk, ik was toenmaals reeds
in het bezit van Riimmingsfelde geko
paalden tijd zelfs datgene te volbrengen,
wat hem tegen de borst stuit
Ja, -maar die strafbedreiging
Het is voor menigeen heilzaam te
weten dat bij moet, en menig man zal
zich op later leeftijd er over verheugen
dat er oogenblikken in zijn leven ge
weest zijn, waarin hij niet kon, zonder
zich bloot te stellen aan straf. Maar
indien dat nu zoo verschrikkelijk is
voor jongens uit de minder gegoede
klasse, waaroiq heeft men dan nooit
van diezelfde zijde bezwaar gemaakt
tegen de wetsbepaling dat jongelieden
van 15 jaren, die wenschen opgeleid
te worden tot officier, zich moeten ver
binden voor den tijd van zeven jaren,
eveneens onder bedreiging met de straf
fen op desertie Voor jongens uit meer
gegoede gezinnen mag het wel voor
hen is zulk een verbintenis niet on
zedelijk, maar wel voor de jongens
waaruit het scheepsvolk geworven wordt!
Zijn wij blind, als wij op die vragen
geen antwoord kunnen geven
Een vertrouwelijk schrijven van dan
minister vaa oorlsg.
Zooals door ons reeds onlangs werd
medegedeeld, is door den minister van
oorlog een vertrouwelijk schrijven ge
richt aan den inspecteur der infanterie.
Z.Exc. behandelt daarin den minder
goeden geest, welke gedurende de laatste
jaren in de onderscheidene rangen van
het leger heerscht.
Met verwijzing naar de noodlottige
gevolgen, bij de Kon. Ned. Marine uit
een gelijksoortigen geest voortgevloeid,
ontvouwt Z.Exc. de oorzaken, die hiertoe
hebben geleid en welke dienen te ver
vallen.
Rekening dient gehouden met de bo-
ciale inzichten van dezen tijd. Weder
zij dsch vertrouwen en waardeering van
eikanders inzichten behooren te worden
bevorderd van boven af. Zoodoende zal
ook de antipathie verdwijnen, die een
groot deel van het officierskorps gevoelt
voor de opperste leiding bij de infanterie.
De schrijver verwacht bij zijn streven
naar het scheppen van degelijke en ge
zonde toestanden volle en hartelijke
medewerking van den inspecteur der
infanterie.
Ook aan de behandeling der officieren
is een deel van den inhoud gewijd.
(»Tel-a)
Qn&erwijzerspensioenen.
De minister van binnenl. zaken heeft
tot de Colleges van Gedeput. Staten
volgend schrijven gericht:
Art. 23 der Weduweuwet voor de
onderwijzers 1905 en art. 6 der wet
van 5 Juni 1905 (Stct. no. 154), welke
wetten 1 Januari 1906 inwerkingtre
den, laten belanghebbenden vrij, de hun
toegedachte pensioensaanspraken al dan
niet te aanvaarden. Dienaangaande moe
ten zij beslissen vóór 1 April 1906 en
het is dus wel van belang, dat gega-
men terwijl aan den anderen kant
haar de diepste armoede van een altijd
durend weduwschap tegengrijnsde. Ten
slotte reikte de schoone vrouw, wien
niemand het kon aanzien dat die lange,
onbeholpen vijftienjarige jongen haar
eigen vleeschelijke zoon was, mij de hand.
„Ja, ja, lieve Anna", mat deze woorden
wendde hij zich nu rechtstreeks tot
zijne arme, weenende vrouw, „zoo kwam
het nu dat gij mijne vrouw zijt gewor
den. Nu, ik geloof niet, dat gij ooit
reden hebt gehad u er over te beklagen
de pracht hier op het trotsche ridder
goed moest u toch wel beter bevallen
dan het ellendige vlieringkamertje, dat
gjj u reeds tot woning hadt uitgekozen.
„Of spijt het u toch, dat gij de vrouw
van den kommerzienrath Hollander
geworden zijt, mijne schoone comtesse
ging hij spottend voort, toen zij nog
steeds, met haar zakdoek voor de oogen
gedrukt, in haar stilzwijgen volhardde
„zou u het droge brood, dat uwe
edele spruiten aan de deuren der rijken
hadden moeten bedelen, boter gesmaakt
hebben dan de lekkernijen op het kasteel
Riimmingsfelde
Wordt