Dinsdag
15 Augustus.
'sLIVEN! EB Ei VLOED.
No. 190.
43e Jaargang.
1905„
Binnenlandsche berichten.
FEUILLETON.
VlISSIMGSCHE C0DR4WT.
Prijs per drie maandea f 1„8@0 Franco per post 1,50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187.
ADYERTENTIËNvaa 14 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cliché's naar plaatsruimte.
Vei'aeliijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telepli jon nummer 10.
Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
Be crisis.
Wij lezen in de „N. Ct." Tot nog
toe ontbrak bij de kakinetsformatie blijk
baar de medewerking der vrijzinnig-
democratische partij, al hadden dan ook
enkele leden dier partij persoonlijk zich
tot het aannemen van een portefeuille
bereid verklaard.
Thans echter moet, naar ons ter oore
kwam, de deelneming dier partij als
zoodanig aan de onderhandelingen, de
kans op welslagen van deze aanmer
kelijk verhoogen.
In verband met het bovenstaande
meldt de vrijz.-dem. „Arnh. Ct"
„Naar van goedingelichte zijde ons
wordt medegedeeld, mag thans met ver
trouwen de spoedige vorming van het
nieuwe kabinet worden tegemoet gezien,
terwijl nu ook weder van vrjjzinnig-
democratische zijde met kans op wel
aan de onderhandelingen wordt
Inzake de crisis verluidt, dat door
den kabinetsformateur, mr. Goeman
Borgesius, besprekingen zouden zijn ge
voerd met mr. Van Raalte, lid van de
Tweede Kamer voor Rotterdam, voor
één der portefeuilles in het te formeeren
kabinet; naar men zegt, die van justitie.
Zaterdagavond heeft mr. Goeman Bor
gesius ten zijnen huize een samenkomst
gehad met verschillende heeren, ge
noemd in het dezer dagen gemeld bericht
omtrent een ministerieele combinatie.
San lage manier,
De „Ned." schrijft: Dat men voort
gaat met den persoon van dr. Kuyper
op de kaak te stellen, belachelijk te
maken, af te breken, - daartegen ko
men wij niet op. Iemands richting te
bestrijden verveelt het publiek, maar
een persoon af te takelen amuseert het
publiek. Bovendien, het ging immers
eigenlijk alleen om den persoon van
dr. Kuyper. Die was voor de kiezers
een zóó gewichtig man, dat daaraan
alles mocht worden opgeofferd. Liever
geheel de sociale wetgeving stop gezet,
liever al den gedanen arbeid zooveel
mogelijk ongedaan gemaakt, liever arm
iu arm gegaan met de sociaal-demoeraten,
dan een dag langer den gehaten
minister geduld
Wat wonder, dat, met zulke gevoelens
bezield, nog steeds de liberale pers
voortgaat met den persoon des ministers
Mn te vallen.
Maar dat rechtvaardigt toch nog niet
de verachtelijke methode om ook die
aken in het debat te brengen, waarte
gen niemand den minister verdedigen
mag. Zich voordoende als een „vriend
Van baron Melvii van Lynden", en
'Mus bij den lezer de gedachte opwek
kende dat hij van den heer van Lynden
zelf zijn gegevens heeft, vertelt de
Naar het Duitsch.
12.)
Hier hield het meisje stil. Zij opende
tuindeurtje en stond nu onder de
"loeiende lakooien en reseda's van het
'"ortuintje, Ondertusschen had zich voor
"®t venster links van de huisdeur een
'"ouwelijk hoofd vertoond, een oud pok-
®aJig gezicht met een groote blauwe
cp den neus, maar als bij instinct
doelde men, dat onder dat onbehagelijk
Uiterlijk eene schoone ziel huisde,
opoedig daarna verdween het'gelaat van
'oor het venster, de huisdeur ging open
de kleine, door zwaren arbeid gebo-
gon vrouw verscheen in de wij de. opening.
»0) nu doet gij mij eens recht ple-
?!®i baronesje", zeide zij en strekte naar
Ju a band als tot eene groet uit.
Aar nu komt ge ook een paar uurtjes
mij pratenhet is zoo koel in mijn
schrijver in het „Vad." allerlei bjzon-
derheden omtrent zaken die in het Ka
binet van den minister van buitenland-
sche zaken tjdens het ministerie van
den heer van Lynden zouden zijn voor
gevallen. Zelts de gesprekken met H. M.
de Koningin worden ten tooneele ge
voerd. Nu kan die „vriend van den heer
van Lynden" zooveel fantaseeren ('t
Hollandsche woord is wellicht juister)
als hij wil, want h j weet te voren dat
tegenspraak onmogel jk is, dat ook weg-
bljven moet elke toelichting waardoor
iets, dat eerst zeer laakbaar scheen,
plotseling in een ander daglicht komt
te staan. Op die wjze een politiek man
dood te maken, moet voor iemand die
den aard heeft van een sluipmoordenaar
een heerljk werk zijn, en de bladen
die zich, door het opnemen van zulke
stukken tot medeplichtigen maken van
die handelwjze, verdienen dezelfde ach
ting, die men heeft voor helpers van
zulk een sluipmoordenaar.
Het deed ons daarom bjzonder wel
dadig aan, uit den mond van baron van
Lynden zelf een zoo krachtige en flinke
tegenspraak te vernemen als thans in
de bladen ia opgenomen. Die „vriend
van den heer van Lynden" moet nu
openljk van dezen edelman de woorden
hooren ik ken u niet, ik weet niet
wie gij zijt.
Zeer zeker kan de minister Kuyper
tegenover baron van Lynden onrecht
vaardig en sluw geweest zijn, en kan
evengenoemde bewindsman door hem
zijn verongeljkt. Maar 's lands belang,
ambtsplicht vorderen, dat thans deze
zaken niet besproken worden. Daarom
zwjge zoowel de een als de ander, liever
onrecht ljdende, dan door iets onge
oorloofds te doen zich te verdedigen.
Maar de vriend van den heer van
Lynden zou 't niet juister zijn zich
te noemen de vjand van dr. Kuyper
meent dat „het Nederlandsche volk
er recht op heeft" te weten wat ge
schied is, en gaat daarom maar voort
met lukraak allerlei verhaaltjes uit te
bazuinen. Het publiek vindt dat heerljk
en gelooft het zoo gaarne.
Maar ons dunkt, dat een partj die
tegen zulke laaghartige wjze van strj-
den niet protesteert, zich zelve verlaagt.
Splitsing departement Waterstaat.
Met het oog op de a.s. splitsing van
het departement van waterstaat, handel
en nj verheid in een ministerie van
waterstaat en een ministerie van nj ver
heid, is het wellicht niet ondienstig in
herinnering te brengen hoe in 1877 bj
de instelling van een nieuw departement,
dat van waterstaat, handel en nj verheid,
de loop van zaken is geweest.
In het Kou. besluit van 2 November
1877, waarbj de leden in het kabinet-
Kappejne werden beno.emd, was nog
niet opgenomen de benoeming van den
titularis van waterstaat.
De instelling vau een departement
oudevrjsterskamer en ik kan u ook
eene kleine verfrissching aanbieden.
Wees maar niet bang", zeide zj, toen
het meisje aarzelend op den dorpel bleef
staan „ik bedoel voor" en een
beteekenisvoile blik viel op de kleine
bezoekster „mjn broeder, gij treft
hem heden niet te huis, misschien komt
hj niet voor van avond 10 uren."
Bj de laatste woorden had zj de altjd
nog licht wederstrevende naar binnen
getrokken en spoedig waren z j in haar
kamertje, dat in het oog van het meisje
als de belichaamde poësie was. Wat
buiten nog in den knop stond, bloeide
hier reeds in volle prachthet was of
Flora hier haren schat van heerljke
bloemen had uitgestrooid. Overal zag
men bloemen en een heerljke geur door
stroomde het vertrek.
Hoe dikwjls had Wanda von Rüm-
ming hier gezeten en toch was haar de
poësie van dit liefelijk vertrekje nooit
zoo opgevallen als thans. „Gj woont als
in een hemel, juffrouw Hannchen", zeide
zj, diep ademhalende, terwjl zj zich
op den rieten leuningstoel nederzette,
dien da oude spoedig voor haar had
bjgeschoven. „En daarbj is het eene
vreemde gedachte, dat regen noch zon-
van algemeen bestuur „dat den naam
zal dragen van het ministerie van water
staat, handel en nj verheid" geschiedde
eerst 4 dagen later bj Kon. besluit van
den 6en November 1877 „op het rap
port van den ministerraad van 3 Nov.
en gezien het nader rapport van den
ministerraad van 5 November d. a. v."
Daags daarna bj Zr. Ms. besluit van
7 November werd met ingang van den
Sen d. a. v. benoemd tot minister van
waterstaat enz. mr. J. P. R. Tak van
Poortvliet.
Predikanten pn da politiek.
De algemeene synode der Ned. Her
vormde Kerk heeft een rapport behan
deld van prof. Gooszen over 47 adres-
sen bj de vergadering ingediend, die
alle ten doel hebben, dat de Synode
bepalingen zal maken, waarin wordt
uitgesproken, dat het lidmaatschap der
Staten-Generaal ODvereenigbaar wordt
verklaard met de waarneming van de
betrekking van predikant. In enkele
adressen wordt daarbj de uitdrukking
gevoegd „alleen bj booge uitzondering".
In enkele adressen wordt dit uitgebreid
tot het verzoek, om predikanten te
verbieden als politieke agitatoren op te
treden, in andere wordt gevraagd de
goedkeuring van den kerkeraad zjner
gemeente te eischen, terwjl weder an
dere dit willen uitbreiden tot alle tak-
ken van volksvertegenwoordiging. Som
mige willen verandering van het regle
ment op de kerkeraden, anderen op
dat van de vacaturen. De heeren M.
J. en F. H. van Lennep vragen in
een adres aan de Synode deze adressen
niet in behandeling te nemen, anders
te verdagen. Het rïpport raadt aan alle
bespiegeling te laten varen en zich te
stellen midden in het leven.
Met bljdschap spreekt de rapporteur
het uit, hoe hooge waardeering vau het
ambt van predikant aan de ingediende
adressen ten grondslag ligt. Een predi
kant is niet in de Tweede Kamer
noodig, zoo spreekt het rapport.
Een lid der commissie is voorstander
van de vrjheid, terwjl de overige leden
eenparig voorstellen in art. 1 van het
reglement op de vacatures een toevoeging
te plaatsen de vacature ontstaat mede
door het optreden als lid van een der
Kamers der Staten-Generaal, of het
zitting nemen als lid in eenig ver
tegenwoordigend lichaam. Vier leden
stellen voor als 2e alinea toe te voe
gen dispensatie van die bepaling kan
worden verleend met goedkeuring van
den kerkeraad, de kerkeljke besturen
gehoord, door de Algemeene Synode.
Het rapport werd voor de leden ter in
zage gelegd.
Indische tweede-lnitenants.
De Van-dag-tot dag-schrijver in het
„Hbl." heeft het over een verschil in
behandeling tuaschen de 2e luitenants
van het Nederlandsche en die van het
neschjn, maar uwe kleine dikke oude
vingers dit alles geschapen hebben."
Juffrouw Hannchen glimlachte, en een
onuitsprekeljk gelukkige glans verhei
derde het bruine, door de pokken ge
groefde gelaat. Toen trippelde zj naar
de ouderwetsehe kast, deed dien open
en haalde behoedzaam, als een heilige
relequie, een kosteljken bruidskrans uit
eeu doos te voorschjn. .Voor de grap
wilde zj met dien krans het kuische
hoofd van haar lieveling tooien, maar
slechts een enkele blik op hare wonder-
Ijke kleeding en de myrten lagen weder
in de kast. „Neen, dat past niet," zeide
zj verdrietig „enfin eenmaal zal uw
hoofd toch prjken met een diadeem en
dit zeg ik u, niemand dan de oude
Hannchen zal de bruidskroon voor m jne
lieveling opzetten." Hare goede, trouwe
oogen stonden bj die woorden vol tranen.
„Ja, ja", zeide zj halfluid, terwjl zj
haar bril afzette en hare tranen af-
wischte „het moet toch schoon zjn zoo
gesierd met den geliefden man voor het
altaar te treden." Het kon wel zjn dat
de kleine jonkvrouw deze dweperj niet
beviel, want zj veranderde opnieuw van
toon en merkte lachend op„Dat ailes
is echter niets voor m j en zal voor mj
Indische leger, ten nadeele van de
laatsten.
Maar de Indische officieren zegt h j
mogen in geen enkel opzicht bj hun
collega's in het moederland achterstaan
Zj hebben zwaarder dienstin een
tropisch klimaatin Atjeh, Boni,
Bandjermasin, Djambimorgen weer
elders.
Wat is de quaestie Wanneer de offi
cier van het leger hier te lande vier
jaar dienst heeft en bevordering waard
ie, wordt h j le luitenant, of de formatie
het toelaat of niet. Dat is billijk: eerste
en tweede luitenants doen dezelfde dien
sten, en wanneer men de officieren te
lang laat dienen op een minimum-trak
tement, raken zj al licht in schulden.
In Indië is men, helaas, zoo wjs niet.
Bj de infanterie zjn er nu nog vjf
2e luitenants die 1 Augustus 1901, drie-
en-dertig die den 5n October 1901 be
noemd werden. Er zal nog haast een
jaar noodig zjn voordat deze 38 man
nen, waaronder er zjn van 32-, 31-,
30-jarigen leeftjd (de drie jongsten zjn
26 jaar hun eerste bevordering maken
dan volgen er 57, die 22 Juli eu 17
September 1902 bun benoeming ont
vingen en dus ook al weer meer dan
vier, wellicht 5 jaar dienst zullen moe
ten hebben voordat zj le luitenant
worden.
Bj de militaire administratie zjn er
nog twee 2e luitenants, die reeds vjf
jaren dien rang bekleeden, 31 en 32
jaar oud.
Zoo moet immers de ambitie wel
verzwakken, en we hebben, in Indië
bovenal, in alle rangen officieren noo
dig bj wie daaraan niets ontbreekt
Het kan, dunkt me, wel niet anders
dan ontstemmend werken als de luite
nants in Indië zien dat hun tjdgenooten,
in het Hollandseh vredesgarnizoen,vlug
ger promotie maken dan zj, van wie,
vooral in da laatste jaren, zoo bjzonder
veel gevergd wordt
Met het oog op den totalen diensttjd
van de Indische officieren de hoogste
in rang, de leger-kommandaut, heeft 36
jaar dienstzou het billijk zju als
men, waar in het moederland voor de
tweede luitenants een diensttjd van hoog
stens vier jaar is bepaald, voor Indië
het maximum op drie jaar stelde. Zegt
men ons: bj den tegen woordigen toestand
der Indische geldmiddelen is daaraan
niet te denken, het zou misschien wel
f 30.000 kosten dan antwoord ik
tegenover de totale kosten van 't leger
is dit cjfer zeer gering, en de goede
geest onder een paar honderd officieren
is meer waard
Maar laat het zjn, dat men op dit
oogenblik zoover niet wil gaanzeker
is 't geldeljk argument uiet overwegend
wanneer men den diensttjd der Indische
tweede luitenants op hoogstens vier jaren
stelt. Zj hebben daarop recht, omdat
zj niet mogen achtergesteld worden bj
hun Hollandsche collega's.
Men wjfc in Indië gaarne alles wat
nooit iets zjn, maar het verleden stelt
mj daarvoor schadeloos en ach, baro
nesje, dat is veel schooner geweest dan
gj misschien wel gelooft."
"VVanda had lachend naar haar ge
luisterd thans haalde zj spottend de
schouders op. „Zoo, hebt ge dus ook
eene liefdelente gekend 1 Nu, Gode zj
dank, ik kan er een missen. Evenwel
zullen mjne denkbeelden omtrent dit
onderwerp u, Hannchen, toch niet be
letten, hoop ik, mj iets uit uw leven
te vertellen. Maar" viel zj zichzelven
in de rede „daar vergeet ik u het
nieuwste nieuws mede te deelen. Ja,
zie mj maar niet zoo verbaasd aan. Wj
hebben bezoek gekregen zoo'n neef
uit Amerika, die hier gestudeerd heeft,
is het plotseling ingevallen met ons
kennis te makenhet is een kolossaal
geestig man en daarbj doctor in de
medicjnen. Wj zullen ons een tjdlang
moeten verlustigen in geleerdheid, want
zooveel heb ik uit zjne vervelende ge
sprekken met papa kunnen opmaken,
dat hj eerst voornemens was slechts kort
te bij ven, maar toen papa hem verzocht
de oude boeken van zjne bibliotheek in
orde te brengen, heeft hj besloten ons
een langeren tjd met zjn aangenaam.
verkeerd is aan de Tweede Kamer. Welnu,
ik waag een voorspelling wanneer de
minister van koloniën in den bovenaan-
gegeven zin de belangen der Indische
luitenants voorstaat, zal geen enkel lid
van de Kamer zich daartegen verzetten,
integendeel
Tflissingeiis, 14 Aug.
Vlissingen in 1904.
(Uit liet Gemeenteverslag.)
Vervolg).
Onderwjs, Kunsten en
Wetenschappen
Aan hét openbaar onderwjs is voor
1904 ten koste gelegd aan Jaarwedden
der hoofden, onderwjzers en onder-
wjzeressen f 67091,34l/s, kosten van
stichten, en in stand houden of huren
der schoolgebouwen f 7123,181/s, kosten
van het aanschaffen en onderhouden
der schoolmeubelen, schoolboeken en
schoolbehoeften der leerlingen f 5308,005,
kosten van schoonhouden van en licht
en brand, benoodigd voor de school
lokalen f3821,62, tegemoetkoming aan
de gehuwde onderwjzers in de
huur f 1100, kosten der
schoolcommissie en van de,
tot wering van schoolver:
subsidie voor voedsel en k|
schoolgaande kinderen f f
herhalings-onderwjs, 264,201/s,
uitgaven, als advertentiekosten, brauli-
waarborg, vergoeding personeele belas
ting, reis- en verbljfkosten, enz,
f1175,701/,, totaal f86128,571/»-
Zondag-, werk- en bewaarscholen.
Een van het departement tot Nut van
't Algemeen met 1 onderw jzeres en 4
helpstersdeze school werd bezocht
gemiddeld door 51 jongens en 68
meisjes.
Een evangelisch-protestantsche, met
1 onderwjzeres en 8 helpsters, werd
bezocht door 49 jongens en 62 meisjes.
Een roomsch-katholieke, met 2
onderwjzeressen en 4 helpsters, (waar-
Voor fungeeren verschillende zusters vau
liefdadigheid), werd bezocht door 85
jongens en 91 meisjes.
Een voor bjzonder onderwjs op ge
reformeerden grondslag, met 1 onder
wjzeres en 2 helpsters, werd bezocht
door 19 jongens en 35 meisjes.
Een der Nederd. Herv. gemeente
genaamd „Bethel," met T onderwjzeres
en 1 helpster, werd bezocht door 17
jongens en 48 meisjes.
Een der Ned. Herv. gemeente in de
Glacisstraat, met 1 onderwjzeres en 1
helpster, werd bezocht door 36 jongens
en 49 meisjes.
Een voor onderwjs in slöjd, met 1
onderwjzer, werd bezocht door 12
jongens.
School voor middelbaar onderwjs.
Aan de burger-avondschool bestond het
onderwjzend personeel uit 1 directeur,
bjzjn te vereeren."
Het kleine gezicht had een hoogroode
kleur aangenomen en zj scheen zeer
opgewonden te zjn, toen zj er snel
bj voegde: „De goede man achjnt mj
toe een zeer licht ontvlambaar hart te
bezittenzeg uw broeder dat hj maar
spoedig met zjn verzoek voor den dag
komt, anders sta ik voor niets in."
Met een gedwongen lach zeide zj dit,
maar plotseling brak de toorn bj haar
los en met den voet stampende barstte
zj hartstochteljk uit„Denk eens,
Hannchen, die afschuwel jke Amerikaan-
sche mjnkeer heeft mj onomwonden
doen gevoelen dat een meisje, hetwelk
in mannel jke lichaamsoefeningen genoe
gen vindt, nog beneden nul is. Maar",
liet zj er verder op volgen, en een
oubeschr jfel j ke verlegenheid veranderde
plotseling de uitdrukking van haar ge
laat, „ik zou wel eens willen weten of
het zoo moeiljk is die deugden zich
toe te eigenenen, waarop die onbeschaam
de neef zoo stoft ach, Haanchen
ik geloof dat uit zulk eeu ruwdiugaL
ik nooit een bedaarde goede huisvrouw
groeien kan.
QWonZt veriijL dj