Woensdag
2 Augustus.
's LEVENS El EN VLOED.
No» 179.
43e Jaargang.
1905.
Binnenlandsche berichten.
FEUILLETON.
VLISSIKieSCHE COURANT.
Prijs per drie maaadea 1.80» Fïaneo fat posé 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert, zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADVERTENTIËNvan 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cliehé's naar plaatsruimte.
Verscli jjnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Teleplijoiinummer 10.
Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
Be crisis.
De „Arnh. Ct." schrijft
Men meldt ons, dat de heer mr. H.
L. Druckör, voorzitter der vrijzinnig
democratische Kamerclub, Donderdag
naar liet buitenland is vertrokken. De
gissing is wel niet gewaagd, dat deel
neming van de vrijzinnig-democraten
aan de kabinetsformatie uitgesloten is.
Naar „Het Centrum" thans uit goede
bron verneemt zouden de pogingen van
mr, Goeman Borgesius, om een vrij
zinnig concentratie-Kabinet saam te
stellen, niet zijn geslaagd. Men ver
wacht nu een „cabinet d'affaires" met
liberalen tint. Als titularissen worden
o.a. genoemd mr. Van Leeuwen, burge
meester van Amsterdam, voor de porte
feuille van binnenlandsche zaken,
mr. Drucker voor justitie, mr. De
Meester, vice-president van den Baad
van Indië, voor koloniën, mr. De Beau
fort, voor buitenlandsche zaken. Onge
veer 14 dagen zouden volgens het blad,
nog verloopen, eer het nieuwe Kabi
net definitief zal gevormd zijn.
De kroniekschrijver in „De Econo
mist" zegt in de pas verschenen Juli-
Augustua-aflevering over den uitslag dei-
verkiezingen o. m. het volgende
Voor een nieuwe partij groepeering
langs zuiver staatkundige lijnen, en dus
met prijsgeving van „de antithese" als
norm van staatsbeleid, schijnt het oogen-
blik thans nog niet gekomen. Toch
moet het daarheen naar onze overtuiging
en zal dus het komende tijdvak er een
moeten zijn van pacificatie en overgang.
En, hoeveel kwaad men van de laat
stelijk tot stand gekomen lager-onder
wijawetten ook terecht spreken moge,
zij hebben, meenen wij, althans deze
goede zijde, dat zij een groot struikel
blok voor het tot stand komen van
zoodanige nieuwe partijgroepeering heb
ben uit den weg geruimd.
Een eerste en gewichtig gevolg van
die te wenschen nieuwe groepeering zal
dit zijn, dat zij den invloed in het
parlement der sociaal-democraten aan
merkelijk zal verzwakken. Blijft daaren
tegen de antithese als scheidingslijn op
politiek gebied gehandhaafd, en wordt
in dezen zin de oplossing der crisis be
proefd, dan zit het groepje socialisten
in het huisje van de weegschaal. Dat
dr. Jiuyper, wiens machtsfeer bij het
uiteenvallen der coalitie zeer aanmer-
inkrimpen, en meer in o ver
ing komen met het relatief
kleine aandeel zijner naaste geestver
wanten in het totaal der Nederiandsche
bevolking, dit euvel het kleinst zal
achten, 13 wel beprijpelijk en in over
eenstemming met zijn democratisch ver
leden. Doch de meer gematigde elemen
ten der thans in de minderheid gebrachte
regeeringscoalitie zullen toch voor het
kwaad op den duur niet
Naar het Duitsch.
1-)
Men noemde den ritmeester Konrad
00 fiümming nog steeds „Heer von
ummingafei(j« en toch bezat hij sedert
aren geen hectare bouwgrond meer op
rflke, uitgebreide riddergoed, waarop
geslacht der Kümmingen sedert
'Wen gewoond had. Het eenige, dat
ritmeester, behalve een heel klein
tag aan baar geld, met billijkheid en
0 zÜa eigendom mocht noemen, was
1 °ude kasteel, de zoogenaamde Rüm-
'"gsburg, omgeven door uitgestrekte
"waarloosdo bloem- eu grasperken, met
rume van eeu gebouw, van welke
Mand kon zeggen waartoe het eens
II fiad de zeldzame steenen
sa medegerekend, die voor een deel
hoofden waren en yoor een ander
a armen hadden, waarop de jaren
blind kunnen blijven. Mocht dus de nu
aanbrekende wetgevende periode getui
gen van een staatsbeleid, sturende naar
een nieuwe partijgroepeering zooals
bovenbedoeld, er zou, meenen wij, dub
bel reden zijn om den uitslag van den
Junistrijd een zegen te achten voor ons
land.
Zutphsn.
De „Ned." schrijftHet spel tegen
over den heer Tutein Nolthenius is
weer begonnen.
Omdat deze waarlijk vrijzinnige zich
losmaakt van de bekrompen liberale
politiek, tracht men hem door grove
bespotting onmogelijk te maken.
fieeda in 1901 gebeurde dit. Dagen
achtereen verscheen toen in de „N. K.
Ct." een correspondentie uit het district
Zutfen, waarin een lachwekkend over
zicht van zijn redevoeringen op de ver
schillende dorpen en de daarbij plaats
hebbende rustverstoringen werd gegeven.
Zelfs menigeen der onzen, die hem niet
kende, dachtdie heer Tutein Nolthe
nius schijnt een „wonderlijk seigneur"
te zijn.
Later bleek o.a. uit zijn boek over
Amerika, dat bij een fijnbesnaarde geest
van groote bekwaamheid en rijke karak
tereigenschappen, is, terwijl tevens uit
onpartijdiger beschrijving der bedoelde
meetings aan het licht trad, dat „eeu
ongemanierde in-de-war-stuurderjj van
eenige Zutfensche heeren" (zooals een
der bladen schreef) hem overal op de
dorpen in het spreken belemmerd had.
Een optreden waartegen b.v. te Warns-
veld de aanwezigheid der politie verzocht
werd.
Thans begon weer dezelfde bespottings
tactiek in de „Zutph. Ct.", De onlangs
door den heer Nolthenius in het district
gehouden rede werd als een „amuse
ment" voorgesteld. Het „Vaderland"
drukte dat stukje met welgevallen over.
Zoo krijgt deze caadidaat weer in
rijke mate zijn deel van den smaad der
linkerzijde.
Een spoorslag te meer voor de onzen
om hem met warmte te steunen.
Over eau benoeming.
Wij hebben melding gemaakt van
het artikel van het „Vad." waarbij de
benoeming van den anti rev. heer J. C.
Wirtz tot schoolopziener in het district
Winschoten, als een partijdaad werd
gegispt. Ook het „Hbl." noemde deze
benoeming een ergerlijk staaltje van
partijdigheid en zeide dat de positie van
den heer Wirtz niet te benijden was.
De „Tijd" schrijft uu naar aanleiding
hiervan De heeren, die hi r met stee
nen werpen, schijnen te vergeten, dat
ze zelf in een glazen huisje wonen. Zijn
ze vergeten, dat onder vroegere vrijzin
nige ministeries in de overwegend katho
lieke provincies Noord-Brabant en vooral
Limburg zooveel liberale schoolopzieners
werdeu benoemd, dat het de sehoolin-
reeds mos hadden doen groeien en die
niettegenstaande hun in het oog vallende
mismaaktheid aan verschillende soorten
van woekerplanten, bij haar opwaarts
groeien tot steun dienden.
In het nieuwe kasteel, het zoogenaamde
paleis, dat door den vader van den rit
meester gebouwd was, was een kapitalist
uit de stad komeu wonen. Men wist
niet met welk recht hij er op gekomen
was genoeg, op zekeren dag, kort vóór
den dood der laatste vrouwe Von Büm-
ining, verscheen de ritmeester in het
oogloopend bleek aan de ontbijttafel,
waar de jeugdige opvoedster vau zijn
eenig dochtertje als vrouw des huizes
fungeerde. Hij deelde haar mede, dat zij
zich zoo spoedig mogelijk tot verhuizen
moest gereed maken, daar men reeds
binnen drie dagen het huis verlaten en
naar hei reeds sedert jaren voor onbe
woonbaar gehouden oude kasteel ver
huizen zou, daar het riddergoed eeu
nieuwen heer had gekregen.
Op alle verbaasde vragen, waarom
zoo plotseling deze verandering opgeko
men was, antwoorddede ritmeester slechts
met een kort„vraag mij verder niets
en zoo werd het aan ieders verbeelding
overgelaten zichzelve, de zaak te verkla-
spectie gedurende eenigen tijd overwe
gend liberaal moest heeten Denken zij
er niet aan, dat op het oogenblik nog
de hoofdinspecteur over het schier uit
sluitend katholiek gedeelte van ons va
derland een geprononceerd en zeer actief
liberaal is Dat meerderen onder zijn
ondergeschikten van gelijken geest be
zield zijn?
Deze toestand deed de vrijzinnige
organen nimmer van „ergerlijke partij -
daden" spreken ook vond men het heel
natuurlijk, dat het onderwijs van katho
lieke kinderen te controleeren „levens
taak" werd van mannen, die zelf vrij
zinnig dachten.
Is dat meten met twee maten of niet
In het „Handelsblad" vinden wij voor
de zooveelste maal de valsche voorstel
ling, dat een christelijk onderwijsman
min of meer ongeschikt is om het toe
zicht te houden over niet-christelijke
scholen.
Eerst eene vraag waarom acht men
niet-christelijke onderwijsmannen dan
wèl geschikt voor schoolopziener over
christelijke scholen Grooter inconse
quentie is niet denkbaar.
De veronderstelling, dat een christe
lijk schoolopziener niet deugt of althans
minder geschikt is om het neutraal
ouderwijs te „controleeren", berust op
eene, zij het onbewuste, miskenning
van de christelijke levensopvatting en
levensroeping. Krachtens deze acht een
christelijk schoolopziener zich verplicht
om overeenkomstig de voorschriften der
wet, den goeden gang en de volmaking
van het openbaar en bijzonder onder
wijs, neutraal of niet neutraal, te be
hartigen.
Niets hoegenaamd belet een christe
lijk schoolopziener re Uoeu Wat des
schoolopzieners is.
Zou hij integendeel niet meer geschikt
zijn dau vele anderen om de naleving
der schoolwet te bevorderen Het open
baar onderwijs moet opleiden tot „maat
schappelijke en christelijke deugden".
Wie nu zal voor die deugden meer oog
eu hart hebben, wie zal zich meer
moeite geven om hare aankweeking in
de harten der kinderen aan te moedi
gen, een christelijke onderwijsman of
een vrijdenker, die van geen Christen
dom, of erger nog een socialist, die
noch van Christendom noch van vader
land hooren wil
Vooral in deze dagen, nu het jongere
geslacht der openbare onderwijzers met
nooit gekende driestheid en cynisme
veelal voor de anti-christelijke geestes-
strooming en voor een deel zelfs voor
het socialisme partij kiest, kan het geen
kwaad, dat het openbaar onderwijs ge
steld wordt onder toezicht van mannen,
wier overtuiging ons borg blijft, dat
zij de opleiding tot maatschappelijke
en christelijke deugden, binnen de gren
zen der wet, door hunne controle zoo
veel mogelijk in de hand zullen wer
ken. De benoeming van dergelijke man
nen behoeft daarom volstrekt niet uit
ren. Er kon onmogelijk een verkoop
hebben plaats gehad het goed was
onbezwaard en toch verklaarde de
ritmeester, toen hij verhuisd was naar
zijn voorvaderlijk erfgoed, dat hij bijna
tot den bedelstaf gebracht was mis
schien had hij slechts de waarheid ge
sproken en in het geheel niet overdreven
want zooals hij tot nu toe met bijna
vorstelijken luister geleefd had, zoo
armoedig werd zijn leven daarna.
De bedienden werden met uitzondering
van een oud erfstuk, dat reeds in de
familie diende toen de ritmeester nog
een kind was, ontslagen. Die persoon
werd nu voor alle diensten gebruikt,
ja, zelfs de familie-juweelen werden
verkocht en in huis werd alles op klein
burgerlijken voet ingericht. Intusschen
was de nieuwe bezitter, een zekere keer
Hollander, met veel pracht op het rid
dergoed aangekomen, had aan de door
gaans adellijke buren bezoeken gebracht
en tegenbezoeken ontvangen ja, zij
waren werkelijk allen gekomen, de
trotsehe graven en baronnen, eensdeels
omdat zij nieuwsgierig waren om te
weten hoe deze eenvoudige burgerluidjes
het wel maakten op het reusaohtig
groote riddergoed, eu ten anderen ook
te gaan van partijmannen, in de on-
gunstige beteekenis van het woord
een goed inzicht in de tegenwoordige
schooltoestanden en bezorgdheid, dat
de schoolwet zoo volmaakt mogelijk
worde uitgevoerd, kunnen eveneens tot
zulk eene benoeming leiden.
Gedenkteeken voor Koningin Emma.
Naar het „Hbl." verneemt is H. M.
de Koningin-Moeder uitgenoodigd tot
bijwoning van het gedenkteeken teharer
eere te onthullen op het Kegentesseplein
te 's Gravenhage, doch heeft zij voor
die uitnoodiging bedankt.
De regelingscommissie heeft zich ge
wend tot de Koningin en Prins Hendrik
met hetzelfde verzoek doch nog geen
antwoord ontvangen. Tevens is aan H.
M. overgelaten een datum voor de ont
hulling vast te stellen. Er bestaat kans
dat die zal samenvallen met het bezoek
van den Shah van Perzië aan de resi
dentie.
i Het ligt niet in de bedoeling van de
commissie de onthulling met groot ver
toon te doen plaats hebben. Men denkt
I over een kinderkoor of iets dergelijks.
Yan de militaire autoriteiten zullen
slechts de gouverneur van de residentie
eu de corpscommandauten uitgenoodigd
worden. Yan militair vertoon is geen
Bij Kon. besluit van 20 Juli 1905 is
j bepaald, dat door de postambtenaren
I voortaan geen vergoeding meer zal
worden genoten voor hun bemoeiingen
i betreffende den dienst der rijkspost
spaarbank.
De in dienst zijnde ambtenaren ont
vangen echter jaarlijks een toelage tot
het bedrag, dat zij tot nu toe voor hun
bemoeiingen ontvingen. Deze toelage
vervalt echter bij verhooging van tracte-
ment. Ook wordt de toelage niet ver-
i strekt, indien het aandeel beneden een
zeker bedrag blijft.
De directeur generaal der posterijen
en telegraphie maakt bekend, dat voor
het in Augustus a.s. te houdeu examen
voor surnumerair der posterijen en te
legraphie 25 plaatsen, waarvan ten
hoogste 3 voor ongehuwde vrouwelijke
eandidaten, beschikbaar worden gesteld.
Ned. Var. tol afschaffing van alcohol
houdende dranksn.
Ouder voorzitterschap van den heer P.
v. d, Meulen, van Tiel, werd gisteren
te Utrecht de algemeene vergadering
gehouden van de „Ned. Yereeniging tot
afschaffing van alcoholhoudende dran
ken." Het jaarverslag, reeds iu druk
rondgezonden, werd goedgekeurd. Ds.
A. v. d. Heide en P. U. Schmidt wer
den als hoofdbestuursleden herkozen,
terwijl de heer P. v. d. Meulen, van
Tiel, als redacteur van „De Blauwe
Yaan" herbenoemd werd. Naar het iu
ter wille van de vrouw van den heer
Hollander, die van hooge afkomst en de
weduwe van zekeren overate Yon Wil
der was.
Met de bewoners van den Riimmings-
burg zocht Hollander, die, de hemel
weet hoe, den titel van Kommerzienrath
had verkregen, geen omgang, ja, om
alle verkeer met hen onmogelijk te
maken, liet hij tusscken zijne bezittingen
en het oude slot een dikken muur bou
wen, dien hij echter, toen het publiek
hem daarover uitlachte, weder liet af
breken.
Overigens werd op de riddergoederen
in den omtrek, ja, zelfs aan het hof,
veel gesproken over de verwijdering der
beide buren. Er werden interessante
geheimen over deze verhouding elkander
in de ooren gefluisterd en een ieder
beijverde zich om licht in deze zaak te
verspreiden. Ja, zelfs Zijne Doorluch
tigheid, de oude vorst, verwaardigde
zich nieuwsgierig te zijn en trachtte bij
eene toevallige ontmoeting met den
ritmeester dezen tot eene bekentenis uit
te lokkeu, maar het gelaat vau Konrad
von Rümming werd ernstig en zag er
op eena vreesaanwekkeud uit: „Uwe
Doorluchtigheid vergeve 't mij", zeide
September a.s. te Luik te houden Inter
nationaal Congres voor opvoeding en
bescherming van kinderen in het huis
gezin werd R. Casimir benoemden E. U.
Schmidt als plaatsvervanger en naar het
10e Internationaal Congres tegen het
alcoholisme in Sept. 1905 te Boedapest
te houden, A. Willemse, te Utrecht.
Aan het hoofdbestuur werd opgedra
gen eeu onderzoek in te stellen naar de
mogelijkheid van een uitgave van eeu
wetenschappelijk tijdschrift.
Besloten werd van het orgaan een
weekblad met denzelfden naam te maken.
Aangenomen werden de voorstellen
van het hoofdbestuur dat de Ned. Yer
eeniging een blijvend deel zal uitmaken
van het gereorganiseerd congres tegen
alcoholisme en in een eventueel gere
organiseerd congres-comité het houden
van een tweede maatschappelijk congres
aan de orde zal stellen.
Vlissingen, 1 A.ug.
Bij de heden gehouden verkiezing van
eed lid van den gemeenteraad in het
Ho district werden officieel candidaat
gesteld de heeren H. Chr. Beijerman
en H. J. van der Meer.
Het stoomschip „Mizar," voor reke
ning der reederij van Nieveldt, Gou-
driaan Co. te Rotterdam, gebouwd
aan de werf der heeren Bonn Mees,
te Rotterdam, en door de Koninklijke
Maatschappij „de Schelde" alhier van
machine en ketels voorzien, heeft giste
renmiddag ter reede met uitstekend ge
volg proef'geatoomd.
Het Nederlandsehe stoomschip „Rot
terdam" kan tegen den 9 dezer alhier
verwacht worden met eene lading pe
troleum komende van New York.
Aan het centraal telefoon-bureau al
hier werden gedurende de maand Juli
6814 aansluitingen tot stand gebracht.
De sergeant-majoor Bekker van het
4e bataljon alhier en de sergeant-majoor
van Dijk van het 3e bataljon te Bergen
op Zoom zullen op 10 Augustus e.k.
onderling vau bataljon en garnizoen ver
wisselen.
Naar aanleiding van van hoogerhand
gegeven wenken is bepaald dat de dienst
voor den sergeant-majoor-administrateur
iu den vervolge geheel van administra
tieven aard moet zijn, terwijl do ver
richtingen don inwendigen dienst be
treffende aan den sergeant majoor-in
structeur worden opgedragen.
Aan het postkantoor Ylisaingen werd
gedurende de maand Juli 1905, in de
hij op vasten toon „ik wil elk uwei-
vragen beantwoorden maar deze kan
ik niet
De vorst, die hem in jaren overtrof
en altijd e9n beschermer, bijna een vriend
der Rümmings geweest was, schudde
afkeurend het hoofd. „Ritmeester," zeide
hij eindeljjk en keek scherp in de groote,
bruine oogen van Konrad „dan vrees
ik ook, dat gjj met dien man daarboven
op het kasteel gespeeld en aan hem uw
huis en have verpand hebt."
„Doorluchtigheid I" Het rood van den
toorn en van gekrenkten trotsch ver
scheen plotseling op het kloeke, ernstige
mannengela.it. „Ik gespeeld en wel
met dien man Neen, zoo laag
moogt gij niet van mij denken, zoo
ver vergeet zich een Rümming niet",
wilde hij zeggen, maar op zeldzame
wijze hield hij zich in en voegde er snel
bij „zoover vergeet ik mg niet..
Daarmede was de zaak, zooals Zijne
Doorluchtigheid geloofde, voor altijd uit
en niemand waagde het verder eeu vraag
te doen.
Wordt verwijd.)