20 Juli.
No. 168.
OOM EN NEEF
43@ Jaargang.
1905.
Donderdag
Van week lot weet
FEUILLETON.
Binnenlandsche berichten.
Gemeentebestuur.
VLISSINRSUIIE COURANT
Prijs per drie maanden L8ft Franco pe? post 1,50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uit ga ver
R VAN DB VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187.
ADVERTENTIËN: van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters
en eliché's naar plaatsruimte.
Verselijjnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telepliaoimummer 10.
Abonnements-Advertontiën op zeer voordeelige voorwaarden.
BEKENDMAKING.
Verkiezing van één lid van den
Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Vlissingen
maken bekend
le. dat de verkiezing van één lid
van den gemeenteraad in kiesdistrict
no. II (omvattende de wijken E, F, G,
H en I) ter vervulling van de vacature
ontstaan door het overlijden van den
heer J. BOS Az., door hen bepaald is
op Dinsdag den len Augustus 1905
terwij! de eventueele stemming en her
stemming zal gehouden worden respec
tievelijk op Donderdag 10 en Dinsdag
22 Augustus e.k.
2e. dat de opgaven van candidaten
door een of meer der personen, die
haar onderteekend hebben, persoonlijk
kunnen ingeleverd worden op Dinsdag
den len Augustus 1905, van des voor
middags 9 uur tot des namiddags 4
uur bij den Burgemeester, die tot het
in ontvangst nemen van bedoelde op
gaven zitting zal houden ten Raadhuize
3e. dat de lijsten voor bedoelde op
gaven van heden af tot en met den
dag der verkiezing' kosteloos verkrijg
baar zjjn ten Raadhuize (Griffie)
voorts vestigen zij de aandacht op
art. 151 der Kieswet, luidende als volgt
„Hij,die eene opgave,als bedoeld in art.
51 inlevert, wetende dat zij voorzien is
van handteekeningen van personen, die
niet bevoegd zijn tot deelneming aan
de verkiezing, waarvoor de inlevering
geschiedt, terwijl zonder die handtee
keningen geen voldoend aantal voor een
wettige opgave zou overblijven,wordt ge
straft met gevangenisstraf van ten hoog
ste drie maanden of eene geldboete van
ten hoogste honderd twintig gulden.
Met gelijke straf wordt gestraft hij,
die wetende dat hij niet bevoegd is tot
deelneming aan de verkiezing, eene
voor die verkiezing ter inlevering be
stemde opgave als bedoeld bij art. 51,
heeft onderteekend."
Ylissingen, 17 Juli 1905.
Burg. en Weth. voornoemd,
YAN DOORN YAN KOUDEKERKS.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
Nu de Duitsche rijkskanselier in de
vergadering der commissie voor de
buitenlandBche zaken, in den Duitschen
Bondsraad, vertrouwelijke mededeelingen
heeft gedaan omtrent de nota's, door
de Duitsche en Eransche regeeringen
gewisseld in zake de Marokkaansche
aangelegenheden, mag men veilig
aannemen, dat de politieke hemel op
Vrij naar het Duitsch.
12.)
„Een uur en dertien minuten zeide
Stephanie met nadruk, en daarbij sloeg
Z1J een blik vol diep verwijt op den
jongen officier, op wiens gelaat een
vluchtige lach zweefde, toen hij vraagde:
„Hebt ge dat zoo nauwkeurig geteld
„Ik Hoe komt ge op het idéé Ik
geef niets of ge hier zijt of niet!"
Daarop nam zij boos haar werk weder
PP) zonder te bemerken dat er in de
'gewerkte roos eene hemelsblauwe
verdwaalde. Felix, scheen echter
vermenging van kleuren hoogst
interessant te vinden, want hij bleef er
aanhoudend naar kijken.
Na een korte, doch zeer onaangename
auze, begon hij op nieuw
„Dezen middag werd ge op den wal
°w een der gevangenen gegroet. Kent
dit punt weder volkomen is opgeklaard.
Met dat al is het op het kantje af
geweest met de quaestie van oorlog of
vrede. Dit blijkt, dunkt ons, zonneklaar,
uit de verklaring, die de afgetreden
minister van buitenlandsche zaken, de
heer Delcassé, van zijne houding in de
Marokkaansche zaken aan een persman
gegeven heeft. Wij willen daarbij aan
nemen, dat deze staatsman met volle
oprechtheid zijn meening heeft te kennen
gegeven en de feiten met juistheid heeft
voorgesteld maar zijn gevolgtrekkingen
moeten wij stellig onjuist noemen.
Zeker is het waar, dat de door Del
cassé bewerkte toenadering tot Enge
land van groot belang en van groote
beteekenis was. Er waren in den loop van
vele jaren zoovele quaesties tusschen
beide rijken, schier in alle deelen der
wereld ontstaan, quaesties die maar
steeds hangende waren gebleven, dat
vroeg of laat Frankrijks handelsbe
langen gevaar zouden geloopen hebben
en Engeland is een zeer goede afnemer
om dezen koopmansterm nu eens te
gebruiken. Maar dat de vriendschap
tusschen Frankrijk en Engeland, die
wel een beetje van jongen datum was,
voor Duitschland een bepaald beletsel
zou geweest zijn om tegen Frankrijk
oorlog te voeren, hiervan gelooven wij
niets, evenmin als wij er iets van ge
looven dat Engeland in geval van oorlog
terstond en zonder bijzondere aanleiding
Frankrijks zijde zou gekozen hebben. In
derdaad heeft deze overigens zeer ernstige
staatsman met echt Fransche lucht
hartigheid de Duitsche bedreigingen
voor niet ernstig opgevat en daardoor
zijn land gebracht op den rand van
een tweede 1870, een ramp die in
1905 heel wat grooter zou geweest
zijn dan 35 jaren geleden.
Delcassé's conclusie, dat het accep
teeren der Madridsche conferentie eene
groote fout is geweest, zal dau ook wel
de grootste fout zijn geweest in de
redeneering van dezen staatsman, die,
bij al zijn groote verdiensten, in zeker
opzicht toch gevaarlijk voor Frankrijk
bleek te zijn en, terwijl hij zich te veel
door persoonlijke antipathiën liet leiden,
geëindigd is met een nieuw bewijs te
leveren voor de waarheid der spreuk
dat zelfs een paard struikelen kan, al
staat het op vier pooten.
Niet zonder gerechtvaardigde be
zorgdheid ziet men in Rusland den
22 Juli tegemoet. Het zal dan zes
gij hem
Hij keek zijne nicht scherp aan, terwijl
hij schijnbaar onverschillig die vraag
deed. Stephanie had ze waarschijnlijk
wel niet verwacht, want zij kleurde en
vond niet dadelijk een. antwoord.
„Kent gij hem herhaalde Felix op
luider toon.
„Ja", zeide het jonge meisje dralend.
„Hij heet Bergfeld."
„Hij is de man, door wiens hand uw
broeder gedood werd. Het schijnt dat
gij dit niet geweten hebt of vergeten
zijt, anders had uw eigen gevoel u moeten
zeggen dat gij van dien kant geen groet
moogt aannemen, laat staan dien beant
woorden."
„En gij hebt wel met hem gesproken
merkte Stephanie op.
„Dat is wat anders!" riep Felix
driftig uit. „Ik had mijne redenen om
hem aan te spreken en bovendien kende
ik hem reeds vóór dat ongelukkige
voorval. Gij daarentegen moest weten
wat er geschied was, toen gij hem voor
de eerste maal zaagt."
„Neen, dat wist ik niet", verdedigde
zich Stephanie. „Ik vermoedde niet wie
de gevangene was, dien ik zoo dikwijls
op den wal zag. Eerst later hoorde ik
maanden geleden zijn dat het bloedbad
te Sint Petersburg plaats had, omdat
„vadertje" niet genaderd wilde worden.
YYanneer „vadertje" op dien gedenk-
waardigen 22en Januari had kunnen
voorzien, welk verloop de toen pas aan
gevangen gisting nemen zou, dan zou
hij zich heel wat moeite en zorgen
hebben kunnen besparen. De beheer-
scher van zoovele millioenen blijft echter
een mensch, al wordt hij ook als een
half-god vereerd. YYel moet hij een
mensch wezen met buitengewone be
gaafdheden en eigenschappen, maar de
geschiedenis bewijst dat deze hoedanig
heden, al werden ze ook in Rusland
wel eens bij den alleenheerscher ge
vonden, geen erfgoed zijn, dat van ge
slacht tot geslacht overgaat. Met den
tegenwoordigen alleenheerscher hebben
de Russon 't zeker al heel slecht getroffen
en het verhaal komt ons niet al te dwaas
voor,dat de Czaar zelf inziet,niet voor een
reuzentaak berekend te zijn en er liever
maar heelemaal af zou wezen. Maar
wanneer het op een uitvoering aan
komt, zullen er wel anderen zijn, die
er een stokje voor steken. Met zoo'n
Czaar, die nooit weet wat hij wil en
altijd doet wat degene wil die hem
tijdelijk weet te beïnvloeden, kan men
het een heel eind brengen en onze
goede Nicolaas is niet de eenige Ro-
manof van wien de geschiedenis iets
dergelijks getuigt.
Met dat al mag men met de vredes
onderhandelingen wel een beetje voor
zichtig wezen. Nu weer zou de heer
Witte naar het Yerre YVesten gaan om
er vrede te sluiten maar niets waar
borgt ons dat de heer Witte inderdaad
gaan zal, en al is hij een vrede-man
van de bovenste plank, dat geeft nog
geen de minste zekerheid dat zijn meester
ten slotte inderdaad vrede zal sluiten.
Dat hangt van het weer af, of van iets
anders. Maar wanneer het den Japanner
gaat vervelen, zal de oorlog op niet
malsche wijze worden hervat en is het
Czarenrijk uitwendig en inwendig on
herroepelijk voor de poes.
Men schijnt er zich nog al over ver
wonderd te hebben, dat de onderhan
delingen, eerlang over den vrede te
voeren, buiten China om zullen gaan.
Zooals men weet heeft China inderdaad
eene poging gedaan om aan die onder
handelingen deel te nemen, en is dit
voorstel door Japan verworpen. Hoe de
Russische regeering er over denkt weten
het van Weidenau en vernam tevens
veel, dat den afschuw, dien ik in het
begin koesterde, in medelijdon deed ver-
keeren. Gij moet den armen man niet
zoo meedoogenloos veroordeelen als mijn
vader. Hij ziet er zoo bleek uit en lijdt
zoo onder het ongeluk, dat hij zich tegen
zijn wil op deu hals gehaald heeft."
„Gij schijnt een bijzonder belang in
hem te stellen", spotte Felix, maar de
spot klonk vinnig scherp en bitter. „Mag
ik u vragen wanneer gij deze gewich
tige waarnemingen over zijne bleekheid
en ongeluk gedaan hebt De dochter
van den commandant heeft toch zoover
ik weet geen omgang met den gevangene."
Het jonge meisje wierp trotsch het
hoofd in den nek.
„Ik ben zeer dikwijls bij mijne vrien
din, mevrouw van Weidenau, en de
vensters van hare kamer hebben uitzicht
op den wal. Wij zaten er altijd als wij
lazen en werkten.
„Ha, zooWaarschijnlijk aan het
open venster
„Zoo lang het mooi weer was, meestal
Felix, wees zoo goed mijn werk
mandje met rust te laten. Gij gooit toch
alles door elkander
Felix had inderdaad in zijn moeilijk
wij niet. Men houde echter goed in het
oog, dat China eene onzijdige mogend
heid isdat er alleen oorlog bestaat
tusschen Japan en Rusland en dat on
derhandelingen over den vrede alleen
tusschen de oorlogvoerenden kunnen
plaats hebben. YYat daarna gebeurt
is evenwel eene geheel andere zaak.
Rusland heeft nooit eenig eigendom in
China bezeten. Het pachtte Port-Arthur
en de omstreken het legde een spoorweg
aan door Mantschourije en hield er
politie-toezicht doch zoodra er sprake
zal wezen van afstand van grondgebied
aan Japan, is het China en niet Rusland,
dat daarover te beschikken heeft. Hot
is volstrekt niet de vraag, of China
machteloos is en alles moet slikken wat
het voorgezet krijgthet is alleen maar
de vraag van recht en het ware wen-
schelijker geweest indien men zich vooraf
verzekerd had, dat het vredes-tractaat
(het is er nog niet geene bepalingen
zal bevatten, waartegen China op grond
van wettige rechten zou kunnen protes-
teèren. Hoe de zaak ook moge loopen,
ook met China zal door de oorlogvoe
rende partijen een tractaat moeten wor
den gesloten en dit rijk zal daarbij niets
mogen doen of nalaten, waardoor een
duurzaam goede verstandhouding in het
Oosten in de waagschaal zou worden
gesteld. De Europeesche mogendheden
en de Amerikaansche Unie zouden daar
tegen terecht bezwaren hebben.
Uit een en ander volgt dat wij hoogst
waarschijnlijk nog niet aan het einde
der verwikkelingen zijn en het zal goed
wezen een en ander bij het volgen van
den loop der gebeurtenissen in het oog
te houden.
Het zijn maar kleinigheden, maar ze
zijn meer dau teekenend voor den toe
stand in Rusland, dat het de bepaalde
bedoeling der revolutionnairen is ge
weest om de geheele Oostzeevloot ten
bate van den opstand aan te wenden.
Slechts door een toeval mislukte het
plan, voeg daar nu bij het bericht
nu al weer oud omtrent het gevecht
te Warschau tusschen soldaten en ko
zakken, en anderen van dien aard, die
er dagelijks bij komen dan blijkt daar
uit zonneklaar dat de ontbinding ook
is ingetreden in die deelen der staats-
machine, die in het allerlaatste oogen-
blik den bestaanden regeeringsvorm te-
gen de wassende zee der omwenteling
zouden moeten beveiligen. Nog kan het
eene deel van het leger, of van de vloot,
tegen het andere, het revolutionaire, 1
té verbergen ergernis het werkmandje
opgenomen en een verwarring onder de
sierlijk geordende woldraden aangericht.
Thans schoof hij alles met eene snelle
beweging van zich af en sloeg weder
dien eigenaardigen, bespiedenden blik
op het gelaat zijner nicht, die levendig
voortging
„Ik heb een ongelukkige niet willen
grieven door zijn groet, dien hij op
zekeren dag schuw en eerbiedig uit de
verte op mij richtte, niet te beantwoor
den. Sedert dien tijd pleegt hij mij steeds
te groeten."
„Steeds De jonge officier sprong
op, thans kon hij zich zeiven niet langer
meer beheerschen. Al zijn gevoel van
rechtvaardigheid, zijn sympathie voor
den gevangene, voor wien hij vroeger
zoo moedig bij den generaal in de bres
was gesprongen, bezweken voor de
jaloezie, welke door de "ontmoeting als
een vonk in zijn ziel was geworpen en
die thans in heldere vlammen uitbarstte.
Hij vond in haar gedrag een minachting
van den stand haars vaders, een onrecht,
gepleegd aan de nagedachtenis van haar
overleden broeder. Hij ging eindelijk
zoover dat hij op stelligen toon verbood
den gevangene te groeten en gebood de
worden aangewend. De tijd zal komen
waarin ook dit niet meer mogelijk ia
en dan heeft de revolutie gewonnen
spel.
Rusland vertoont in onze dagen het
beeld van een drom ontboeide of zich
zelf ontboeiende slaven, die in het zon
derling zinbedwelmend gevoel hunner
vrijheid alles kort en klein slaan wat
onder hun bereik komt, en eer een volk
heeft leeren staan in een vrijheid die
het nooit gekend heeft, moet het me
nige bladzijde van zijn geschiedboek
omslaan.
Toakeastbespiogelingan.
De „Tijd", de artikelen over het al
of niet voortbestaan der christelijke
coalitie van „Stand." en „Ned." overne
mend, bespreekt daarna eveneens deze
quaestie en schrijft o. a.
Samensmelting met de antirevolutio
naire en christelijk-historische partij is per
sé, altijd en onder alle omstandigheden,
uitgesloten. Door dergelijke fusie zou
de aard en het wezen der onderschei
den fracties verbasterd worden.
Yoor fusie bedanken wij derhalve.
Wij zijn er ook niet bevreesd voor,
omdat wij, Nederlandsche Katholieken,
zoolang wij onze eigen geschiedenis, en
traditiën, en beginselen en idealen niet
absoluut verloochenen, ons met geen
enkele andere partij vereenzelvigen
kunnen.
Thans echter de coalitie te verbreken,
ware ondankbaar en zou gebrek aan
trouw verraden.
Een „samenblijven onder alle om
standigheden" te eischen of te verlangen,
zou van gemis van staatkundig inzicht
getuigen, aangezien onderscheidene frac
ties in de politiek behalve gelijke, ook
ongelijke desiderata hebben en de coali
tie derhalve springen moet op den dag,
dat één der aangesloten groepen een
politiek zou volgen, welke met de be
ginselen der andere groepen in strijd is.
Anderszijds evenwel werd er gedu
rende de vier jaren, dat wij als regee-
ringspartijen samengingen, herhaaldelijk
en met recht op gewezen, dat het zeer
onpolitiek en voor de verschillende frac
ties hoogst nadeelig zou zijn, indien
één dezer geschilpunten voorloopig door
één der groepen aan de orde werd ge
steld, met het onvermijdelijk gevolg,
dat het bondgenootschap zou worden
opgelost.
Wij zeggen voorloopighoelang de
coalitie moet stand houden, werd nim
mer bepaald, maar steeds werd toch
op den voorgrond gesteld, dat aan de
christelijke partijen de tijd moet worden
gelaten om haar gezamenlijk christelijk-
sociaal program te verwezenlijken, om
bezoeken bij mevrouw Weidenau op een
ander uur van den dag af te leggen.
In het begin luisterde Stephanie ver
legen en toen ontsteld naar hem. In de
verste verte vermoedde zij niet wat hem
zoo heftig deed zijn zij gevoelde slechts
de onrechtvaardigheid van zijne verwij
ten en bij de laatste woorden sprong zij
eveneens op en riep met vonkelende
oogen
„Ik begrijp niet wat u het recht geeft
op zulk een toon tot mij te spreken
Als mijn vader mij zoo iets verbood,
zou ik zulk een verbod misschien eer
biedigen, maar gij hebt er niet het minste
recht op."
„Ik heb het recht, dat mij bloedver
wantschap geeft Iriep Felix, steeds
driftiger wordende, uit. „Het recht van
den man, die tot uw echtgenoot bestemd
was."
„Die het echter nu eu nimmer worden
zal", viel Stephanie hem op denzelfden
toon in de rede. „Ik zie nu eerst hoe
goed ik deed, mij in het begin tegen
deze verbintenis te verzetten."
(Wr>rdt vervolgd.)