Dt zoon van den houtvester.
Donderdag
2 Februari.
No. 27.
43e Jaargang.
1905.
Van week tot week.
FEUILLETON.
35» r
Binnenlandsche berichten.
DIENST,I
Telepboonnummer 10.
Gemeentebestuur
VLISSIMSCBE ('OHKANT.
i 1 Da ar kil
,.40,10.15,1
2.05, 2.60,1
7.55, S.tóf
- 6 20 T-_
.0 20 104®
1—1S5J
5-
ÏLÖ&
905.
im.
1 550
a. 3 28c)
vertret
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADVERTENTIËNvan 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cliché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden.
BEKENDMAKING.
Aangifte van nieuwe leerlingen voor de
openbare lagere scholen A, B en F.
Burg. en Weth. van Vlissingea
brengen ter kennis van belangheb
benden, dat met 1 Maart a. s. als leer
lingen op de scholen A (Coosje Bus-
kenstraat), B (ïïooikade) en F (Joost
de Moorstraat) kunnen worden toege
laten, kinderen van on- en minvermo
genden, die op den len Maart a.s. den
zesjarigen leeftijd hebben bereikt,
terwijl voorts voor zooverre de beschik
bare schoolruimte dit toelaat voor plaat
sing in aanmerking komen degenen,
die op dat tijdstip nog geen zes jaren
oud zullen, zijn.
De aangifte der nieuwe leerlingen
kan geschieden van Woensdag 1 Fe-
Ij.itan tot en met Dinsdag 14 Februari
pfc. des voormiddags van 9—12 uren
ter Gemeente-Secretarie (Griffie).
Ylissingen, 31 Januari 1905.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
W1TTEVEEN.
IJlt de berichten, door ons geregeld
medegedeeld omtrent de troebelen in
bet Czarenrijk, blijkt vrij duidelijk dat
de politieke werkstaking geen succes
heeft. Wij zeggen politieke werk
staking want ofschoon de staking be
gonnen is in een machinefabriek met
vele duizenden arbeiders, waar men
evenmin als elders met de loonou ter
Treden is, mag toch als vaststaande
worden aangenomen, dat loonsverhoo-
ging niet het eenige doel is geweest.
Dat revolutionaire elementen zich de
beweging ten nutte maakten om den
stroom in politieke richting te leiden
kan eveneens als bewezen worden be
schouwd. Reeds hadden vele fabrikan
ten in loonsverhooging toegestemd, na
dat de staking eene nagenoeg algemeene
was geworden, toen het bleek dat de
leider of de leiders niet wenschten dat
de arbeid werd hervat, vóór alle pa
troons hadden toegegeven. De meeste
werklieden zijn thans met hunne werk
gevers tot overeenstemming gekomen,
zonder dat de positie der werklieden
(die in Rusland 'op tamelyk lagen trap
Staan) er aanmerkelijk door verbeterd
is. Beide partijen waren toeschietelijk
een ander bewijs dat de eigenlijke staking
Bewerkt door AMO.
8 2«1
akt.
van h'1!
18,)
„Neem me niet kwalijk juffrouw, dat
ik daar mijne verwondering over uit
spreek. Men heeft mij verteld, dat ge
haar sedert haar vroegste jeugd gekend
hebt."
„Daarom juist verschrik ik daar niet
ran," antwoordde zij, terwijl ze ging
zitten. Het kwam den inspecteur voor,
dat ze daarbij den stoel zoodanig plaatste
dat hij haar niet recht in het gelaat
kon zien. „Gertrude is verstandig en
voorzichtig, ook heeft ze een vasten wil.
Het is mijn overtuiging, .dat ze-goede
reden heeft gehad om dadelijk weg te
reizenvandaag zal er wel een brief of
telegram komen met de tijding, dat ze
te Hannover is aangekomen."
„Ge vergist u, de jonkvrouw heeft
geen geld en geen kleeren meegenomen."
„Dat vindt ze immers alles in haar
geen hoofdzaak was en dat het gebeurde
van Zondag er den schrik in gebracht
heeft. De werklieden trouwens, die niet
gewild hebben wat op den noodlottigen
dag voorviel, zijn geen degelijk voor
bereide revolutionairen. "Wel beweert de
regeering dat er een comité van voor
bereiding bestond en dat men op leden
van dat comité de hand heeft gelegd,
maar het verloop der zaak wijst, dunkt
ons, op iets anders.
Dat keizer en regeering ook verschrikt
zijn, is niet twijfelachtig. De afkeuring
die het gebeurde alom, ook in Frank
rijk ondervindt, moet tot nadenken
stemmen. Ernstige stemmen in het bin
nenland moeten hetzelfde doen. De raad
der Peterburgsche rechtsgeleerden om
de vertegenwoordigers yan alle standen
bijeen te roepen om wettelijke toestan
den voor te bereiden, is een sprekend
bewijs, hoe nabij elkaar de uitersten
vaak gelegen zijn want dat bijeenroe
pen van alle Btanden, terwijl een alleen-
heerscher regeert, kan toch gemakkelijk
leiden tot een vergadering die feitelijk
de leiding der zaken in handen neemt
en aan wie men zich vrjj willig onder
werpt,
Voorloopig zal er wel niets van komen,
vooral nu de onlusten naar de provinciën
erslaan, en van de verzoenende maat
regelen, tot welke in den ministerraad
zou besloten zijn, gelooven wij ook niet
veel. Wat kan men trouwens verwach
ten van een man, die niet meeleeft met
de nooden en behoeften van het volk
een keizer, die geniale gedachten kan
hebben, maar zoo weinig ernstig is, dat
hij, op een vulkaan gezeten, ip tijden
waarvan de ernst, de dagelij ksche vreese-
iijke ernst voor een gewoon sterveling
nauwelijks te omvatten is, den verjaar
dag van een mederegeerend vorst (Keizer
Wilhelm van Duitschland) met een
lekkeren maaltijd gedenkt, zeker vree-
zende dat het vormverzuim hem in de
hoogere politiek kwalijk genomen zou
worden.
En deze man heet te beschikken over
het wel en wee van zoovele millioenen
menschen 1
Feitelijk schijnt de beweging in Rus
land door drie stroomingen te worden
geleid. De burgerij, vertegenwoordigd
in de raden van gewesten en gemeen
ten, is wel hervormingsgezind, maar
wil de hervormingen alleen langs wet
tigen weg verkrijgen. Tegenover haar
staan de revolutionairen of nihilisten,
die er met geweld op los willen gaan,
i tsjsjaiüs&sa»
woning te Hannover. Om de reis te
betalen zal ze wel geld genoeg bij zich
gehad hebben," sprak ze met een glim
lach.
Dietel keek verbaasd op dit vermoe
den lag voor de haod het verwonderde
hem, dat hij daar niet aan gedaoht had.
„Waarom zou zij dat gedaan moeten
hebben
„Dat moet ge aan mijnheer en me
vrouw Von Melnik vragen, niet aan mij,"
antwoordde zij met een blijk van onge
duld. „Zij zal wel reden gehad hebben,
waarom ze niet langer bij ben wilde
blijven."
„Heeft zij u die reden misschien ge
zegd vroeg de inspecteur onmiddellijk,
terwijl hij haar scherp aankeek.
„Ik heb u reeds gezegd, dat ik Bedert
eenige weken jonkvrouw Gertrude niet
gesproken heb," luidde haar antwoord,
terwijl zij eenige verwelkte blaadjes
wegnam van een plant in haar nabijheid,
„Ge zijt hoos op haar," merkte
Dietel op.
Snel keerde zij zich naar hem toe en
zeide op verbitterden toon „Ah, men
heeft u reeds gesproken van hetgeen er
hier gebeurd is. Nu ja, ik was ik
ben. erg boos op Gertrude. Dat hadden
maar eigenlijk niet weten wat ze zullen
opbouwen, na alles te hebben afgebro
ken, en de geschiedenis vooral der
Fransche revolutie bewijst voldingend
dat een schrikbewind de brug is, waar
over de reactie nadert.. De eigenlijk-
gezegde sociaal-democraten staan tus-
schen deze twee groepen in. In afkeuring
van den bestaanden regeeringsvorm
stemmen de drie groepen vrijwel overeen.
De berichten van het oorlogstooneel,
waar de actie opnieuw begonnen is en
de Russen opnieuw onfortuinlijk streden,
zullen ongetwijfeld op den verderen
loop der gebeurtenissen niet zonder in
vloed blijven.
De Duitsche regeering was van plan
om de handelsverdragen tot na de be
handeling in den Bondsraad geheim te
houden. Mededeelingen in "Weener bla
den omtrent het Duitsch-Oostenrijksch-
Hongaarsch verdrag hebben dat voor
nemen verijdeld. Een Duitsch blad heeft
nu een verbeterde editie gegeven van
de lezing der Weener bladen. Het Wijkt
dat de Duitsche regeering vast hield
aan het hoofdbeginsel, dat de voort
brengselen van den landbouw zoo hoog
mogelijk beschermd moeten worden.
Men is erin geslaagd, de bestaande han-
delsverdrageu in zoodanigen vorm te
vernieuwen, dat zij niet alleen den land
bouw brengen in veel gunstiger om
standigheden maar ook der nijverheid
het bestaan niet wordt bemosilij kt. Het
verdrag met Oostenrijk treedt eerst 15
Februari 190(j in werking. De verdragen
loepen alle tot 31 December 1917.
De uitslag der Hongaarsche verkie
zingen zal op de zaak wel niet zonder
invloed blijven. De onafhankelijkheids
partij komt thans aan het roer, die op
het standpunt staat van de economische
scheiding van Oostenrijk, van het zelf
standig Hqugaarseh leger en van de
personeels unie (de keizer alleen koning
over Hongarije, maar overigens de beide
landen gescheiden).
Het nieuwe Fransche ministerie heeft
zijne opwachting bij de Kamers ge
maakt. Het trof al heel slecht, dat de
zaken van den Russischen bondgenoot
er zoo slecht bijstaan. De Ozuar en zijn
regeering muesten er menig hard woord
hooren, waarvan de indruk niet geheel
door het protest der regeering kon
worden weggenomen.
De verklaring waarmede de regeering
voor de Kamers optrad was in tamelijk
wij niet aan haar verdiend. Op eene
onverantwoordelijke manier heeft zij met
het hart van mijn zoon gespeeld,'1
„Om gewichtige redenen heeft zij de
betrokking met hem verbroken," zeide
de inspecteur met nadruk.
Juffrouw Eltester richtte het hoofd
op. „Het is volstrekt onmogelijk, dat zij
geloof heeft geslagen aan hetgeen haar
zwager hem ten laste legt. Daartoe
zouden bewijzen noodig geweest zijn."
„Die bewijzen zijn haar geleverd."
„Men veroordeelt niemand zonder dat
hij zich mag verdedigen. Dat had zij
mijn zoon niet moeten weigeren riep
de weduwe met fonkelende oogen
de diep gekrenkte moeder sprak uit haar.
„Men zegt, dat uw zoon de grootste
moeite heeft gedaan om daarvoor in de
gelegenheid te komen men beweert,
dat hij de jonkvrouw overal is nage
slopen."
„Kunt ge hem dat ten kwade dui
den vroeg zij, van haar stoel opsprin
gende. Hij heeft haar liefgehad, zoo
lang hij haar kende zij was hem alles
in alles. Om haar heeft hij geleerd en
gewerkt, om haar heeft hij zich vele
ontberingen laten welgevallen om een
ambt te verkrijgen, dat voor haar stand
algemeene bewoordingen vervat.IIet was
te verwachten, daar het vorige bewind
vooral om redenen van persoonlijken
aard is heengegaan. Dit Kabinet stelt
zich natuurlijk ten doel, eene ontspan
ning en kalmeering van de gemoederen
teweeg te brengen en door een herstel
van de republikeinsche eenheid zoo
spoedig mogelijk de hervormingen door
te drijven, die van dringenden aard
zijn verklaard.
Het beste is nog dat het ministerie
dit wisten wij trouwens de vrede
lievende politiek wil doorzetten, die
Frankrijk heeft gemaakt tot een be
vorderaar van de internationale een
dracht. Jammer dat te kwader ure het
hondgenootschap er bij gehaald werd,
want toen kwamen dé tongen los en
niet geheel ten onrechte want dit bond
genootschap telt ook in Frankrijk wei
nig oprechte bewonderaars.
Gelukkig verkreeg de regeering ten
slotte een votum van vertrouwen met
een overweldigende meerderheid, een
vrij gewoon verschijnsel trouwens, dat
voor de toekomst weinig bewijst. Wij
kunnen dus slechts hopeu dat de fortuin
Frankrijk gunstig moge zijn en het
eerstvolgend tijdperk door rustigen ar
beid zich moge kenmerken, die het land
de voorgenomen sociale hervormingen
brengt, die de meerderheid wezenlijk
wil en die inderdaad voor welvaart en
ontwikkeling noodig zijn.
De pretendent-sultan van Bandjermasin
Bij het bericht betreffende het sneu
velen van den pretendent-sultan van
Bandjermasin teekent de „N. R. Ct."
het volgende aan
Nadat de overste Van Daal en in de
Zuidor- en Ooster-afdoeling van Borneo
was aangekomen, vroeg hij de uitzending
van den luitenant Ohristoffel met drie
brigades marechaussee aan, om in het
genoemde gewest op te treden. Aan dit
verzoek werd door den gouverneur-
generaal dadelijk gevolg gegeven en
luitenant Christoffel vertrok met onge
veer 30 marechaussees via Singapore
naar Bandjermasin.
Den 14n December jl. reisde de overste
Van Daalen, vergezeld van den kapitein
van den generalen staf P. A. Mollinger,
den luitenant-kolonel Drijber (geweste
lijk militaire kommandant) en den of
ficier van gezondheid Van Genderen
Stort met het noodige hospitaal-personeel
per ss. „Kwartel" naar Poeroek Tjahoe
om een tocht naar het Djaan-gebied
voor te bereiden, met het doel de pe-
Qm dezen zomer in haar nabijheid te
kunnen wezen, is hij als boschwachter
hier bij mijnheer Dorn gebleven, of
schoon hij op een veel betere betrekking
aanspraak kon maken. In tegenwoordig
heid en met goedkeuring van haar
moeder heeft ze zich met hem verloofd
en nu zoo dicht bij het doel..."
Hevige aandoening deed de goede
vrouw verstommen.
„En heeft hij haar gesproken
Juffrouw Eltester ging weer zitten
haar stem klonk onvast, toen zij ant
woordde „Ik weet het niet het kan
zijn, dat hij haar gedwongen heeft hem
aan te hooren, en dat zij daarom weg-
gereisd is."
„Heeft uw zoon dat gezegd
Zij schudde het hoofd.
„Waar is hij
„Hij slaapt."
„NuP Bij klaarlichten dag."
„Hij is den geheelen nacht ter jacht
geweest. Hij kwam in den morgen thuis
en is toen dadelijk naar bed gegaan."
„Weet hij dan niet, dat jonkvrouw
Von Kauffel vermist wordt?" vroeg de
inspecteur.
„Dat zou ik u niet kunnen zeggen."
goestian (Sultanpartij) te verrassen en
zoo mogelijk gevangen te nemen. De
marechaussee zou daaraan deelnemen
en een afzonderlijke mobiele colonne
vormen. Tevens werd aan den detache-
montskommandant Toembang Kwatan,
den kapitein der infanterie A. C. L.
De Klerk, opgedragen van daaruit met
een gelijk doel te ageeren en werd op
die plaats een Dajaksche hulpbende ge
formeerd, die onder leiding van den ln
luitenant Z. M. C. E. Valckenier de
Greve zou komen te Btaan.
Het is nu deze breed opgezette actie,
die volgens het ook door ons gisteren
gemeld telegram 't succes heeft gehad,
dat de steeds in verzet zijnde pretendent-
sultan opgevat werd en wel door den
onvermoeiden woudlooper Christoffel,
die ten spijt van pessimistische 'ver
wachtingen zijn werkzaamheden op dat
hem onbekende terrein weer aanving
met een daad, De pretendent zal zich
niet goedsehiks hebben willen overgeven
of wel hebben willen ontvluchten en
daarbij neergelegd zijn.
In herinnering wordt gebracht, dat
juist een jaar geleden Goesti Mohamad
Seman, de pretendent-sultan, zijn wensch
te kennen had gegeven zich te onder
werpen, daartoe zich tot vlak bij onzen
post Poeroek Tjahoe ophield, maar op
het laatste oogenblik zich bedacht en
weer verdween. Geruimen tijd is daarna
van onderwerping geen sprake meer
geweest, totdat in de maand November
jl. de pretendent door het eenig ver
trouwde hoofd, Raden Djaja Kesoema,
de onderhandelingen met ons bestuur
weer liet openen. Daar men echter toen
van plan was desnoods met geweld van
wapenen ons goed recht in de Boven-
Doesoen te handhaven, wilde ons bestuur
niet den weg van onderhandelen op, te
meer niet, omdat men eenig verband
zocht tusschen de te velde staande padi
en de vredelievende gezindheid van den
pretendent.
AVy gelooven intusschen niet, dat de
dood van den pretendent-sultan veel
verandering ten goede zal brengen in
den toestand van de Boven-Doesoen.
Zijn plaats zal wel dadelijk door een
ander worden ingenomen en Goesti
Mohamad Seman beteekende als persoon
niets.
Bij het hoofdbestuur der Nederland-
sehe Natuurhistorische Vereeniging zijn
plannen in overweging om zooveel
mogelijk het behoud te bevorderen
van natuurmonumenten, het bewaren
in hun tegen woordigen toestand van
grootere of kleinere plekjes in ons
vaderland, die merkwaardig zijn om
hun plantengroei en dierleven of na
tuurschoon.
Beroepstelling en woningstatistiek.
Bij Gebr. Belinfante te 's Gravenhage
is ook verschenen het deel der „Bijdra
gen tot do statistiek van Nederland,"
uitgegeven door het Centraal Bureau
„Dan wil ik het hem zelf vragen.
Wees zoo goed juffrouw, mij bij hem te
brengen."
Ik zal hem onmiddellijk gaan roepen.
„Neen, dank u, ik ga liever zelf naar
hem toe."
Hunne blikken ontmoetten elkaar
juffrouw Eltester begreep op dat oogen
blik, dat de inspecteur kwade vermoe
dens koesterde, en dat eene weigering
hem daarin slechts zou versterken.
„Volg mij dan," zeide zij en stond op.
Zij geleidde den inspecteur door een paar
kamers, die even eenvoudig gemeubi
leerd waren, als de voorkamer, maar
die nog meer en schoone of zeldzame
planten bevatten.
„Het ziet er hier uit als bij een ge
oefend bloemkweeker," zei de inspecteur,
terwijl hij verwonderd staan bleef. „Wie
verzorgt al deze gewassen
„Ik," antwoordde juffrouw Eltester
met eenigen trots maar treurig voegde
zij er bij „Die bloemen zijn mijn
vreugde. Toen mijn man gestorven was,
dacht ik dat ik dit huis zou moeten
verlaten."
IWr<D