Woensdag 25» Januari. sus den houtvester. No. 20. 1905. JMEIST. FEUILLETON. 43e Jaargang. r MÏ inten TelephDonnummer 10. fiinnenlandsche berichten. Ti «S n m 'na Kamer m Koophandel. VLISMNttSCIIR COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DB VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187- jjlf? ADVERTENTIËN: van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en cliehé's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. p. maand, Tweeds Kamer, Wanneer de Tweede Kamer in de tweede helft van Februari weder zal bijeengekomen zijn om na het afdeelings- onderzoek, de voor afdoening gereed zijnde ontwerpen te behandelen, bestaat bet plan tot kort voor Pasehen door te werken, en dan vóór de algemeene ver kiezingen althans niet meer weder bijeen te komen, aangezien vele leden in de maand Mei in hunne of andere verkie- zingsdistricten den verkiezingsstrijd heb ben mede te maken. 8 SU 7- 0 SO 10 «I I-* 1 25'I 5— 151 8 10 6 8U oio 10 ao 1% lp is+5 4 05 4 851 8 30. 5ar,#a*9 as 5 i 7.65, 9.S»i 1.16. 2.—> L T.-., 7.60, 1 aaf) 3SSc> vertrek vat, De teekomet. J)e afgevaardigde ter Tweede Kamer dr.' W. Nolens schrijft in het „Venl. Weekbl." Bij de algemeene periodieke verkie zingen in Juni zal beslist worden of het tegenwoordig Kabinet een meer derheid in de Tweede Kamer zal be houden of niet, of het „aan" zal kunnen blijven, dan wel moeten aftreden. Indien het tweede het geval mocht I zijn, n.l. dat de meerderheid verplaatst Iwerd, zou het Kabinet door een van richting moeten vervangen worden. Indien het eerste gebeurt, dan sluit dit niet uit,dat enkele leden van 't ministerie andere personen van dezelfde rich- Iting bun plaats afstaan, hoewel dit alleen ldient plaats te hebben bij onvermijde lijke noodzakelijkheid en in het belang Ivan hot algemeen. Ook een minister g met halverwege blijven staan. Hij sdt op, niet om wetsontwerpen in dienen, maar om ze tot het „Staats- d" te brengen. Dit geldt vooral van •die wetsontwerpen, die als 't ware „de de résistance" van den regee- uitmaken. Ook tegenover |zijn collega's en de Kamermeerderheid een minister verplichtingen, voor 'hem geldt ook „samenuit, samen thuis". De Ziektewet. De „N. Ct." openteen artikelenreeks iver dr. Kuyper's ontwerp van wet op le ziekteverzekering, waarvan het blad ffilangs het beginsel van verzekerings- vang tegen de oppositie van prof. ibiua in bescherming nam. Het verbazingwekkende van dit ont- erp zoo luidt de aanhef van het rtikel is, dat de memorie van toe- ickting geteekend is Kuyper. Hier ligt nu voor ons een proeve van sociale jetgeving, onderdeel van werklieden- TOzekering, afkomstig van hem, die bij de behandeling der ongevallenwet (le editie-Lely) met klem van redenen en (door de indiening van zijn groot amen- Bment) metterdaad pleitte voor de van de groepen der No*®» DB i wachten ■- Borrrv-;®# ikt. Bewerkt door AMO. »0> dat hindert niet j ik heb er ook een, den sleutel heb ik in mijn zak." wvrouw Von Melnik baalde een bos eh 'e voorschijn en maakte daar te der kleinste van los. Hij maakte het jfi® open, en vond daar een cassette jte aantal juweeldoosjes. Met bevende den greep Melitta daarnaar en opende Haar echtgenoot, die de laatste inblikken zwijgend toeschouwer was 'oost, hielp haar daarbij. Hot geld is hierik weet hoeveel tor li onSeveer bezatzij kan slechts Hl.kleine som in haar portemonnaie gehad hebben," zei hij. 'U haar juweelen en sieraden zijn 'V voegde Melitta er bij, terwijl mspeeteur verscheidene doosjes voorhield, waaruit hem kostbare P m ë01-di gevat tegenfonkelden» Hier viel nu een materie te regelen, waarbij zoo ooit de „aanvullende" staats bemoeiing als zoodanig zich kon doen gelden." En dan betoogt het blad, dat de aard van het object dezer verzekering hier volkomen is miskend. Ieder, die ook maar even in de prac- tijk heeft rondgezien, weet dat juist de ziekte-verzekering zich bij uitstek tot zelfbestuur door de direct-belanghebben- den leent, ja, daarom vraagt, dit als eisch stelt voor richtig beheer. Aller wegen in ons land treft men dan ook het zelfbestuur op dit gebied van sociale werkzaamheid aan en steeds is geble ken dat mits goed geleid (en voor die goede leiding zou juist de wet kunnen en moeten zorgen) dit zelf bestuur voortreffelijke vruchten afwierp eenvoudige administratie, doeltreffend toezicht waar simulatie dreigt, zakelijke behandeling der gevallen. Met die les eener langdurige ervaring is hier allerminst rekening gehouden de dis- trictskas zal een staatsorgaantje zijn, een buaeaucratisch kerntje, een klein regeerings bureautje, waar hoogere en lagere ambtenaren op grond van minis- terieele instructies de ziekteverzekering der goe-gemeente zullen bezorgen. En dit uit den aard der zaak on- j deugdelijke stelsel van ziekteverzekering j zal niet slechts practisch blijken te leiden tot een aanzienlijke vermeerde- ring van ons reeds wassend funetiona- risme, zal niet alleen blijken den drang tot zelf-werkzaamheid der individuen te verslappen, omdat immers de Staat gereed is, ja, er zich op toelegt hun het werk uit de handen te nemen, maar het zal bovendien aan hen, die met deze sociale zorg niets uitstaande hebben, aan hen, die wel belastigplich- tig zijn, maar niet ziektevorzekerings- plichtig, een niet gering bedrag kosten. Yolgens de memorie van toelichting zal voor de subsidie, welke van Rijkswege voor de administratiekosten dezer amb telijke kassen gegeven wordt, „waar schijnlijk jaarlijks een som van f 350,000 voldoende zijn." En het toezicht (wij zeggen het op zichzelf noodzakelijke toezicht) wordt aldus ingericht dat het voor heel het terrein der wet „wel niet meer (sic!) dan f500,000 per jaar vereischen zal". Zoo zal jaar lijks uit 's Rijks kas een klein millioen worden gegeven voor voor wat Voor toezicht op alle ziekenkassen en voor de administratie der ambtelijke klassen Welnu, wij durven hopen dat velen met ons zullen zeggenwanneer van Rijkswege jaarlijks een millioen zal worden beschikbaar gesteld voor eenig „sociaal" doel, dan moest de Staat ook „waar voor zijn geld" hebben, dan moet dat bedrag goed besteed zijn. En wie zal volhouden dat dit het geval is, waar de helft van het millioen slechts strekken moet om de naleving eener sociale wet te verzekeren en de andere „Zij heeft niets meegenomen dan haar horloge met ketting, een broche met een opaal, omgeven door paarlen, en twee kostbare ringen. Ondanks onzen rouwtijd droeg zij die voorwerpen, omdat het horloge en de broche de laatste geschenken van onzen vader waren en wij de ringen van moeders hand hadden genomen, toen zij pas gestorven was. Hier is er ook nog zoo een." „Die voorwerpen hebben in elk geval waarde genoeg om aan een misdaad te kunnen denken", zeide Dietel eenigszins aarzelend. Mevrouw Ton Melnik uitte een luiden kreet en bracht de handen naar de ooren alsof ze die wilde dichtstoppen. „Zeg toch niet zulke verschrikkelijke woorden! In deze vreedzame, veilige streek Dat ben je met me eens, niet waar Lothar vroeg zij haar man. Deze werd daardoor in zijn gepeins gestoord en mompelde iets onverstaanbaars, doch toen hij bemerkte dat de inspecteur hem scherper aankeek, stemde hij levendig met zijn vrouw in en zei, dat het zeer onwaar schijnlijk was, dat iemand zich aan zijn schoonzuster zou vergrepen hebben met een moorddadig doel. ,Het kqn misschien aea vreemde helft om te zorgen voor de administra tie van staats-organen, die hier zich opdringen op een terrein, waar juist zij de laatste plaats moeten bekleeden?" Wijziging der lager onderwijswet, Het hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen beeft gemeend, het door de regeering bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal ingediende wetsvoorstel „tot herziening van eenige artikelen der wet tot regeling van bet lager onderwijs en aanvulling der wet tot regeling der financieele verhouding tussehen het rijk en de gemeenten en herziening der algemeene regelen ten aanzien der plaatselijke belastingen", in zijne vergadering tot een punt van be spreking te moeten maken, ten einde te overwegen welke houding 1de Maat schappij in zake dat wetsontwefp behoort aan te nemen. Het heeft in eemschrijven aan de departementen en leden bet resultaat van zijne overwegingen mede gedeeld. Dat resultaat, uitvoerig toegelicht, is dat het oordeel niet anders luiden kan, dan dat het ontwerp, indien het tot wet wordt verheven, in tal van opzichten schadelijk zal werken schadelijk voor de algemeene volksontwikkeling scha delijk ook voor het algemeen volksgeluk. Yoldoende waarborgen voor deugdelijk onderwijs, evenals voor deugdelijke op leidingvan onderwijskrachten ontbreken, niettegenstaande het bedrag van het subsidie uit de staatskas aan de bijzondere scholen met millioenen stijgtDoor de begunstiging van het bijzonder onder wijs, waaraan minder strenge eischen blijven gesteld dan aan bet openbare, wordt het bestaan der openbare school op zeer vele plaatsen, niet het minst op het platteland, ernstig bedreigden zulks, niettegenstaande artikel 192 der Grondwet tot dusver dat bestaan scheen te waarborgen. De voor alle kinderen toegankelijke school bestemd om alle kinderen des volks te vereenigen en het besef van volkseenheid en onderlinge waardeering en verdraagzaamheid aan te kweeken zal op tal van plaatsen moeten wijken voor bijzondere scholen van verschillende gezindten en staats partijen ook voor allerlei kleine partij- scholen, zeer ten nadeele van de alzijdige ontwikkeling van de kinderen des volks Meer en meer zullen de kinderen, van hun eerste schoolgaan af het begint n u al op de bewaarschoolworden ingedeeld naar verschillende kerkelijke of politieke partijen en in eenzijdige richting worden opgeleid. Zoo zal niet verdraagzaamheid worden gekweekt noch de blik worden verruimdzoo zullen niet de opvattingen worden ver deeld, maar kortzichtigheid, engheid van oordeel en onverdraagzaamheid worden bevorderd en zal dus het algemeen volksgeluk worden geschaad. landlooper geweest zijn", merkte Dietel op. „Neen, neen," hield mevrouw Von Melnik vol, „ik kan en wil dat niet gelooven." „En aan een vlucht gelooft ge ook niet?" „Wij hebben u reeds gezegd dat jonkvrouw Von Kauffel geheel vrij was om van hier te gaan, wanneer ze wilde," antwoordde Melnik, en zijn vrouw voegde erbij „Zij gevoelde zich zoo gelukkig bij ons „Aan zelfmoord kan dus ook niet gedacht worden," zei Dietel weer. „O, zwijg toch, zwijg riep Melitta. „Maar, mevrouw, er moet toch een reden voor zijn, dat de jonkvrouw ver dwenen is,sprak de inspecteur. Denkt ge dan, dat haar een ongeluk is over komen „Mijn schoonzuster kende deze streek zeer nauwkeurig en was altijd zeer voorzichtig," verklaarde mijnheer Yon Melnik, „en toch blijft er geen andere onderstelling over. Zij plukte gaarne waterbloemen en onze meren zijn diep." Hij was zeer dicht bij den inspecteur getreden en had hem die laatste opmer king zacht toegefluisterd, maar zijn vrouw had het toch gehoorde Zij gaf een luiden gil en riep,0, Lothar,je weet Sen bond tegen den oorlog. Er is weer een nieuwe bond opge richt, een anti-oorlog kiezershond, waar van alle kiezers voor de Tweede Kamer, onverschillig van welke politieke rich ting, lid kunnen worden. Deze bond wil een eind maken aan den oorlog door deze middelen 1. uiting te geven aan den diepge- voelden afkeer van oorlog, zijnde oorlog een handeling in strijd met elk juist begrip van recht, beschaving en men- schelijkheid 2. een verklaring der leden, dat allen zijn besliste voorstanders van arbitrage 3. medewerking te verleenen aan het lot stand brengen van een bond tussehen beschaafde Staten, ten doel hebbende alle internationale geschillen te doen beslechten door arbitrage 4. te bewerken, dat de verschillende politieke partijen oandidaten voor de Volksvertegenwoordiging stellen of steu nen, die geheel met het doel van dezen hond instemmen en zich bereid ver klaren, tot bereiking van dit doel krach tig mede te werken. Zitting van Maandag 23 Januari, des avonds 8 uur. Tegenwoordig alle leden. De vergadering werd geopend door den heer H. Loois, als oudste lid. Hij stelde het eerst aan de orde het onderzoek van de geloofsbrieven van de herkozen leden de keeren Jos. van Raalte, J. G. van Niftrik, A. H. Polak en A. E. Dudok van Heel. Deze werden goedgekeurd. De heer Loois wenschte de heeren geluk met het vertrouwen dat de kiezers in hen gesteld hebben en hoopte dat zij zullen blijven medewerken om de belangen van de Kamer te behartigen. Alsnu werd overgegaan tot de ver kiezing van een Yoorzitter. Uitgebracht waren 9 stemmen. Gekozen werd de heer Jos. van Raalte met 8 stemmen, terwijl éen stem was uitgebracht op den heer Dommisse. De heer Loois vroeg den heer van Raalte of hij dit voorzitterschap opnieuw wenschte te aanvaarden. De heer van- Raalte verklaarde zich gaarne bereid die taak weder op zich te nemen. Hij uitte de beste wenschen bij de opening van deze eerste zitting in dit jaar, zoowel voor de leden als hun ge zinnon. De heer van Raalte nam hierna het voorzitterschap weer over. Hij stelde het eerst aan de orde de verkiezing van een vice-voorzitter. Bij eerste stemming werden uitge bracht op de heeren Polak 4, van Nif trik 3, Auer en Dommisse ieder 2 stemmen. Er moest nu een tweede vrije stem ming plaats hebben. iets, je..." Zij greep zijn arm, doch met een ongeduldige beweging maakte hij zich los en zeide op verwijtenden toon „Maar, lieve Melitta, als ik wist, waar je zuster gebleven is, zou ik toch niet overal naar haar laten zoeken en zeker zou ik dan het gerecht niet te hulp geroepen hebben." „Wij moeten niet dadelijk het ergste denken," vermaande de inspecteur. „Jonge dames volgen soms haar eigen hoofdje misschien krijgen we nog een vroolijke, geheel onschuldige ontknoo ping. Zijt ge er zeker van, dat jonkvrouw Yon Kauffel geen kleeren heeft meege nomen P" „Niets als wat ze aan het lijf had ik zag haar heengaan zij had niets bij zich dan haar parasol," verklaarde Me litta beslist. „Dat zal je ook nog wel weten, Lothar." Mijnheer Yon Melnik schudde het hoofd, en nu voegde zijn vrouw er bij O, neen, ik herinner me, je waart al vroeger heengegaan om eenden te schie ten." „Wanneer is de jonkvrouw heenge gaan vroeg Dietel. Mevrouw Yon Melnik legde de hand De heer Polak verzocht op hem geen stemmen uittebrengen daar naar zijn meening de heer van Niftrik, de aftre dende vice-president deze betrekking steeds geheel naar wensch heeft waar genomen. De tweede vrije stemming had tot uitslag dat waren uitgebracht op de heeren Polak en van Niftrik ieder 4 en Auer 1 stem. Er moest nu een herstemming plaats hebben tussehen de heeren Polak en van Niftrik. De heer Polak verzocht nogmaals op hem geen stemmen uit te brengen. Gekozen werd evenwel de heer Polak met 5 stemmen. De heer van Niftrik verkreeg er 4. De heer Polak meende echter voor de benoeming te moeten bedanken. Er had nu een geheel nieuwe ver kiezing plaats, die tot uitslag had dat waren uitgebracht op de heeren van Niftrik 4, Bos en Dommisse ieder 2 en Auer 1 stem. Bij een tweede vrije stemming ver kregen de heeren van Niftrik 4, Bos 3, Auer en Dommisse ieder 1 stem. Een herstemming tussehen de heeren van Niftrik en Bos had tot uitslag dat gekozen werd de heer van Niftrik met 5 stemmen, terwijl de heer Bos 4 stem men verkreeg. De heer van Niftrik verklaarde zich bereid deze benoeming opnieuw te aan vaarden. Hierna werden de notulen der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd. Mededeeling werd gedaan van ver schillende ingekomen boek- en druk werken, o. a. het programma van de tentoonstelling te Londeneen uitnoo- diging tot deelname aan het congres te Luik en het rapport der commissie voor de oprichting eener handels-hooge- school. Al deze mededeelingen werden voor notificatie aangenomen. Overgelegd werd het rapport van het verhandelde op de samenkomst te Am sterdam van afgevaardigden der Kamers van Koophandel en Fabrieken in Neder land op 15 en 16 Juli 1904. Het bureau dat deze vergadering en de werkzaamheden heeft geleid deelt mede dat het in de bedoeling ligt een tweede conferentie van afgevaardigden bijeen te roepen, waar onderwerpen, het internationaal postverkeer rakend, zullen worden besproken en de samenkomst op zoodanig tijdstip te doen plaats hebben, dat het verslag daarvan den directeur-generaal tijdig vóór het in het dit jaar te Rome te honden internatio naal postcongres bereikt. Het bureau spreekt de hoop uit, dat, waar de in Juli gehouden bijeenkomst gebleken is goed te zijn geslaagd, deze Kamer door het zenden van een of meer afgevaardigden tot het welslagen der tweede samenkomst zal willen medewerken. et voorhoofd en dacht een oogen- blik na. „Dat zal omstreeks vier uur geweest zijnwij gebruiken hier altijd het middagmaal om twee uur, en ik had juist mijn middagslaapje. Van het balkon riep ik haar nog toe, dat ze niet weer zoo ver weg moest gaan. Ach had ik kunnen denken, dat ze in het geheel niet zou terugkeeren Zij brak in een stroom van tranen uit en zonk afgemat in een stoel neer. De inspecteur keek peinzend voor zich deze twee personen schenen hem alles gezegd te hebben, wat zij wisten, en toch kon hij zich maar niet losmaken van de gedachte, dat men hem iets verzweeg en dat mijn heer Yon Melnik zijn vrouw geen oogenblik verliet, uit vrees, dat zij iets zou zeggen, dat hij geheim wilde houden. Alleen om het gesprek nog te rekken, vroeg hij„Hebt ge jonkvrouw Yon Kauffel niet ontmoet op haar zwerftocht, mijnheer Yon Melnik?" „Neen," antwoordde deze kortaf, doch hij scheen oogenblikkelijk den hierdoor beganen misslag te gevoelen en voegde er daarom zeer vriendelijk aan toe „La ten wij nu naar de eetzaal gaan, mijnheer! Daar zal het ontbijt nu wel gereed slaan." Ferajt

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1905 | | pagina 1