No. 4.
Vrijdag
6 Januari.
E-PORT
9 04
Speel;*»!.
nsnieTan „warteMirko."
1905.
Imeid.
H4VE1DIENST.
FEUILLETON.
Binnenlandsche berichten.
43e Jaargang.
vrije
Telephoonnummer 10.
^meisje.
lIDISWST
tri 1905.
biiTtcnstecapsufe
binnenste
VLISSINfiSCHE ('01' R A AT
Wethouders van
sollicitanten op voor
n OUDERWIJZE])
ófdakte aan school fl
xarwedde varieerende
|00, naar gelang van
ren. Stukken in te
huari 1905 aan den
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE YELDE Jr., Kleine Markt, I. 187-
ADYERTENTIËNvan 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters
en eliché's naar plaatsruimte.
per fleseh.
60 cent per fleseh.
per fleseh
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Abonnements-Advertentiön op zeer voordeelige voorwaarden.
II.
;raat.
Het vertrek der Baltische oorlogs
vloot naar het verre Oosten had bijna
moeilijkheden met Engeland opgeleverd
reiend, N. ZANDEE. Het waren trouwens de eerste niet. Ra
de verklaring van Rusland, welke zaken
het als oorlogscontrabande beschouwen
zou, ging men ijverig jacht maken op
zoogenaamde verdachte koopvaarders,
waarvan uit den aard der zaak de Brit
ten het meest last hadden. Maar Rus-
Vio Kilo f0.25, 1S
verkrijgbaar bij
der tegenwoordige,
taagd een Tweede
uw VAN RAALTE.
ld een flinke Dag-
gevraagd, bij Mej.
tkerij Vrouwestraat.
7.per Maand-
bij Mejuffr, VAN
Ig. Loodsensocieteit.
zuiver en volkomen
Kilo f 1 j per lan(J maakte het te erg. Oorlogschepen
van de vrijwillige vloot gingen als koop
vaarders vermomd door de voor oorlog
schepen gesloten Dardanellen, wierpen
don het masker af en gingen in
Roode Zee aan de jacht deelnemen.
Toen volgde het opbrengen van een
Ehgelsch schip door de Russen omdat
dit schip wapens en buskruit aan boord
had, welke goederen echter bleken niet
voor Japan bestemd te zijn. Op de
piotesten der Engelsche regeering was
Rusland genoodzaakt zich te matigen.
[Daarbij bleven de aangelegenheden
inl Thibet een bron van botsingen vor
men. De Engelsche expeditie in dat
land, ter bescherming van een diploma
tiek vertegenwoordiger, had ten doel
Thibet te bewegen tot nakoming van
vroeger gesloten handelsovereenkomsten
met Britsch Indië. Toen een na afloop
der expeditie met Thibet gesloten trac-
taat niet geheel in overeenstemming
bleek met die vroegere overeenkomsten
en aan Engeland zekere rechten gaf,
waarvan wel een handig gebruik zal
worden gemaakt, daar Engeland sinds
bezig is om zijn macht in Centraal-
Azië uit te breiden, wekte dit natuur
lijk den naijver van Rusland, dat op
zijn beurt protesteerde, op groud dat
de suzereiuiteit over Thibet aan China
toekomt.
«Ten slotte kwam het schieten op on
schuldige Engelsche visschersvaartuigen
bij Doggersbank, door schepen van het
uitstoomende Russische Oostzee-oskader,
eene zaak die nog niet is opgehelderd
maar gelukkig den vrede in Europa
niet zal verstoren, daar deze min of
meer geheimzinnige gebeurtenis door
eene onpartijdige commissie wordt on
derzocht terwijl partijen zich verbon
den hebben om zich bij de uitspraak
dezer commissie neer te leggen.
■Wij mogen er niet aan twijfelen of
koning Eduard van Engeland, die zich
Bitteraard veel meer persoonlijk met de
|TNERS van 16, 20,
uik kokende ERW-
Walch. BRUINE
kanbevelend,
IANDEE.
raat.
|n-MiddoIburg t.t.
(Hemiss:) v.m.
Irkfcgsïj5.50. -■
v.m. '7.55, 9.80,
12.80, 1.15, 2.—,
~,5.50, 7.™7.50,
G(n. Zolliaarkt
5, 6.20.8.40, 10.15,
1.20, 2.05, 2.50,
>5, 7.05, 7.55, 8.45,
vm 6— 6 20 7—
i 10— lö 20 1040
12 30 1-* 125*
55 4 20 5- 6 15
pis: vm 6 10 6 30
9 50 10 10 10 30
Nm 12 J0 12 45
10 3 40 4 05 4 35
35 8— 8 30.
vallan Zondag» trlt'
SGHEBGB.
®r q,
a) b)
a)
nm.
3 28e)
3 50
25 nm. 1 55f)
0b)nm. 3 23c)
a het vertrek va
7 50
8 30
Neuzen tsn
alnuten wachten,
reskesu, Bonaslea
gemsJrt,
1 55 van Neuaja
'.(bene schets uit het leven in Bosnië.)
f')
„Boga-mi. Ik geef niet meer dan elf
dukaten voor het paard, het is geen vijf
waard," en Achmed, de paarden koopcr,
rolt zich eene sigarette op met eene
heftigheid, die zeer in strijd is met de
kalme waardigheid der Oosterlingen.
De oude Bosnische boer, tot wien deze
woorden gericht zijn, schudtbedaehtzaam
het hoofd, zoodat de lange, ongevlochten
haarstrengen, die van onder den fez
(muts) als het eenige natuurlijke sieraad
van den overigens-kaal geschoren schedel
op den gespierden nek neerhangen, heen
en weer geslingerd worden. Daarop
steekt hij de handen omhoog, buigt het
hoofd -
eeuigszins voorover, spreidt zijne
vingors uit en begint in deze houding
opnieuw
«Het gaat niet waarde heer. Elf du-
Wen wil elk mijner buren mij voor het
staatsaangelegenheden bemoeit dan wij
len zijne hoogbejaarde moeder, een op
recht vriend des vredes is. Dat is reeds
herhaaldelijk gebleken. Vooral ook met
Erankrijk zijn de betrekkingen zeer
verbeterd. Reeds sinds lang bestonden
met dit land allerlei quaesties van den
meest verschillenden aard, vooral ook
grensregelingen betreffende of wel den
zoogenaamden invloedsfeer in zekere
streken. Zij betroffen Marokko, Egypte,
New-Eoundland, Madagaskar, Siain, de
Nieuwe Hebriden, Gambia, Nigeria enz.
Al die quaesties zijn nu bij tractaat tot
aller genoegen opgelost, waarhij de
hoogst bekwame Eransche minister van
buitenlandsehe zaken, de heer Delcassé,
weder belangrijke diensten aan de zaak
des vredes bewees.
Over het algemeen was voortdurend
ook de Eransche buitenlandsehe poli
tiek zoo vredelievend mogelijk. Trou
wens, geen land heeft grooter belang
dan Erankrijk bij het behoud des vredes
want de sinds 1871 bestaande republiek
is nog altijd niet rotsvast gevestigd, al
weten de andere partijen, in hoofdzaak
de nationalisten, vermoedelijk zelf niet
recht wat zij willen. Ernstige kroon
pretendenten zijn er niettoch werd
af en toe steeds voor het koningschap
of voor het imperialisme gekuipt en
zeker is het dat een oorlog de militaire
elementen weder meer op den voorgrond
zou brengen.
Het leger en de geestelijkheid zijn
stellig voor een aanzienlijk deel anti
republikeinsch. Dit moge voor de veilig
heid van den Staat niet gewenscht zijn,
pogingen om hierin verandering te bren
gen mogen toch nooit anders dan een
loyaal karakter dragen, hetgeen niet
altoos het geval was een feit dat den
vorigen minister van oorlog, den be
kenden generaal André, tot aftreden
dwong.
Onder diens bestuur werden ernstige
pogingen gedaan om eindelijk het volle
licht te doen schijnen over de Dreyfus
zaak, welke vermoedelijk eerlang tot
een bevredigend einde zullen leiden.
Overigens kenmerkte de binnenland-
sehe staatkunde van het Eransche rijk
zich doorloopend door een nog al hard
handig optreden tegen het onderwijs,
door de leden van geestelijke orden
gegeven. De daaruit voortvloeiende
moeilijkheden vermeex-derden nog, toen
ten slotte ook geschillen ontstonden met
het hoofd der katholieke kerk.
Het is hekend dat de rechten en
plichten van Paus en regeeriug, in
paard geven, en het is twee dagreizen
van Andros Kuca naar Prjedor."
„Dat is waar 1" roepen verscheiden
omstanders uit, die, onder het rooken
van eene pijp, reeds derdehalf uur ge
tuigen zijn geweest van de belangwek
kende onderhandelingen.
Wij willen onze waarde lezers niet
langer lastig vallen met het loven en
bieden der beide kooplieden, waarbij alle
Heiligen, God, de baard zoowel als het
graf der vaderen als om strijd aange
roepen worden, maar de personen liever
iets meer van naderbij beschouwen.
De paardenkooper Achmed uit Travnik
in geen geval een Mahomedaan
van den Bosnischen stam zijn scherpe
aatstrekken, maar yooi'al zijn opge
smukte, ineen gedrongen gestalte bewijzen
duidelijk dat hij van Aziatische, wellicht
Anatolische afkomst is.
Hij draagt een witten tulband, een
blauwen kaftan (overrok), die door een
sjerp van dezelfde kleur en een wapen-
gordel om het middel wordt vastgehou
den, een wijd uitstaanden witten broek
en een teeken van vooruitgang
gescheurde rijglaarzen, hoewel hij toch
als een welgesteld man bekend staat.
De maa met wiea bij onderhandelt
zaken die kerk betreffende, geregeld
zijn hij eene bijzondere overeenkomst,
Concox'daat genaamd. Aan die overeen
komst zal vermoedelijk een einde komen,
door volledige scheiding van Kerk en
Staat, natuurlijk ook de andere kerk
genootschappen omvattende. De kerk
genootschappen zullen dan voojtaan voor
zichzelf moeten zorgenmaar wellicht
zal er een tijdperk van overgang wor
den vastgesteld om de scheiding zoo
veel mogelijk zonder schokken te doen
plaats hebben.
Arbeidswet.
Het 104 bladzijden beslaande Voor-
loopig Verslag der Tweede Kamer is
verschenen over de Arbeidswet.
Met de vrij algemeene ingenomenheid
waarmede, zij het ook niet van alle
zijden in gelijke mate, het wetsontwerp
werd begroet,verklaarden sommige leden
niet te kunnen instemmen. Noch de in
houd, welke in de meeste opzichten bij
hun wenschen ten achter blijft, noch
de techniek konden hen bevredigen.
Dezelfde leden zochten in dit ontwerp
tevergeefs naar specifiek christelijke
beginselen, waartegen werd opgemerkt,
dat geheel het ontwerp, ook blijkens
de memorie van toelichting, op cliris-
telijken grondslag rust. De leden die dit
aanvoerden achtten het wetsvoorstel eeu
verdienstelijk werk van groote beteeke-
nis. Zij brachten de regeering daarvoor
warme hulde en soinixxigen rekenden
het den minister van binnenlandsche
zaken als een groote verdienste toe, dat
hij zich tot het thans bereikbare heeft
weten te beperken. Een derde groep
achtte dezen lof te hoog gestemd, maar
verklaarde zich bereid tot de totstand
koming van dit ontwerp te willen mede
werken.
Verscheidenen bevi'eemdde heteenigs-
zins, dat de regeei'ing nog geen her
ziening van de wet op de Kamers van
Arbeid heeft ter hand genomen. Ver
scheidene anderen verklaarden uitdruk
kelijk, dat zij tegen deze wet bezwaar
zouden moeten maken, indien daarbij
een begin werd gemaakt met publiek
rechtelijke oi'ganisaties, zooals die in do
memorie van toelichting zijn ontwik
keld een zeer bedenkelijke neiging om
terug te keeren tot Het gildewezeu, in
verband waarmede van verschillende
zijden de vvensch wei'd vernomen, het
leerlingwezen uit het ontwerp te lichten,
hetgeen andere leden zouden betreuren.
Een dex'de gi'oep wilde een middenweg
zien ingeslagen.
Bij verscheidene leden had het teleur
stelling gebaard, dat de bedrijven van
landbouw, tuinbouw, boschbouw eu vee
houderij geheel buiten de wet zijn ge
sloten.
is daarentegen een echt, onvervalscht
type van een Bosnischen boer.
Hij is gokleed in een grof linnen
hemd, dat verre van helder is, terwijl
de lederen gordel en de fez natuurlijk
niet ontbreken. Zijn verweerd, bruin
gelaat, zijn donkore, schitterende oogen,
zijn verwarde knevelbaard en voorai
zijne sterk gespierde gestalte zijn een
duidelijk bewijs, dat hij niet tot de
vreedzame boeren kan gerekend worden.
Dc omstanders, waarvan sommigen in
stads anderen in boerenkleeding, zou
den eene waardige plaats vinden in het
atelier van een schilder. Wel voeren in
hunne kleeding de „schi'eeuwende kleu
ren" den boventoon, maar toch ziet men
naast den witten vrouwenrok der Alba-
neezen de verschoten uniform van een
politiedienaax-, naast linnen hemd en
kaftan de Montenegi'ijiische beiac (witte
rok)daarbij dragen alle aanwezigen
tulband en fez, sommigen zelfs beide
tegelijk.
„Gij krijgt het zadel nog op den
koop toe, zoo moedigt Andro den paar
denkooper aan, terwijl hij door een for-
sohen ruk aan den halster het paard uit
den zoeten droom wekt, waaraan het
zich met gebogen kop had overgegeven,
Ook de uitsluiting van hotel-, koffie
huis- en restaurantbedienden werd van
verschillende zijden betreurd evenals
die van het schippers- eu visschersbedrijf
en het personeel werkzaam bij spoor-
en tramwegen.
De vraag werd gedaan, in hoever
kantoor en handelspersoneel door de
wet zal worden gebaat, en in hoever de
handelsreizigers onder de bepalingen
der wet zullen vallen.
Met betrekking tot den huisarbeid
waren de gevoelens verdeeld. Algemeen
werd erkend, dat toeneming van den
huisarbeid is te vreezen en enkele leden
wenschten dan ook een algeheel verbod,
hetgeen anderen onmogelijk achtten,
maar die betreurden, dat geen ingrij
pende regeling wordt voorgesteld,
Gewezen werd op de wenschelijkheid
van het tot stand komen van interna
tionale overeenkomsten betreffende de
huisindustrie.
Een niet onbelangrijke groep keurde
het in menig opzicht beperken van de
huisindustrie af.
Er waren leden die er zich volstrekt
niet mede konden vereenigen, dat men
de klein-industrie aan dezelfde bepalin
gen wil binden, welke voor de groot
industrie doelmatig zijn.
Aangedrongen werd op de mogelijk
heid van onvoorwaardelijk verbod van
den arbeid met lood verbindende stoffen
ook voor mannen, waartegen andere
leden opmerkten, dat het gevaar voor
mannen niet zoo groot is als voor
vrouwen en jeugdige personen.
Betreurd werd, dat de verschuiving
van de bestaande leeftijdsgrens van 12
op 13 jaar uit het voor-ontwerp in
het ontwerp niet is overgenomen, ter
wijl andereu daartegen juist bezwaar
zouden hebben gehad.
Enkelen waren togen de h. i. te wijde
strekking van het algemeen verbod van
kinderarbeid, omdat dan ook een voor
de oudei's verrichte boodschap onder de
wet zou vallen.
In de bepaling, dat een vader die
zijn kind boodschappen voor zich laat
verrichten niet als vader maar als
„hoofd" of „bestuurder" van het'„be
drijf" zal worden gesti-aft, werd een
poging gezien om in naam de vader
lijke macht te eerbiedigen, doch langs
een omweg daaraan toch te raken.
Het stelde teleur, dat veenarbeid voor
jongens, meisjes en vrouwen niet on
voorwaardelijk is verboden. Ook de ar
beid als machinist of stoker, meende men
moest aan meisjes geheel verboden zijn,
evenals werkzaamheden tot het uitoefenen
van kunstverrichtingen aan jongens en
meisjes.
De beperkende bepalingen omtrent
den arbeid aan „voor de eerbaarheid
aanstootelijke voorwerpen" werden be
schouwd als een nieuwe uiting van
het puritauistisch streven van deze
regeei'ing, waartegenover werd gesteld,
dat soortgelijke bepalingen ook in
buitenlandsehe wetgevingen
in afwachting van de dingen die komen
zouden.
Nadenkend strijkt Achmed langs zijn
baard, werpt nog een onderzoekenden
blik op het paard en roept ten laatste
uit„Nu, omdat gij het zijt zal ik
twaalf dukaten geven
Wellicht zou bet loven en bieden van
den paardekooper nog langer geduurd
hebben als niet de rechter van het
district de hoek der straat had omge
slagen. Hij had aangenomen dezen voor
15 of 16 dukaten een paai'd te bezor
gen. Vol eerbied voor den beambte
neemt hij de cigarette uit den mond en
raakt buigende voorhoofd^" mond en hart
aan, welke beweging të kennen geeft,
dat men den begroete verstand, spraak
en liefde aanbiedt.
„Goeden dag, mijnheer roepen de
overigen den beambte toe, en deze ver
volgt zijn weg zeer ten nadeele van zijne
eigene beurs.
,Kom mee iu het koffiehuis, Andro,
dan zal ik u daar het geld uitbetalen."
,Neen, mijnheer," antwoordde deze,
terwijl hij op geheimzinnige wijze lacht,
eerst naar den geldwisselaar."
„Wel, nu nog mooier, Wlaeh (spot
naam van een Griekach christen) gij ge-
Van het verbod van moederarbeid
hij de steenfabrieken vreesden sommigen
toeneming van den abortus provocatus,
terwijl anderen het verbod zells uitge
breid wensohten tot anderen zwaren
arbeid. De termijn (tot den zesjarigen
leeftijd van het jongste kind) werd te
lang geacht.
Men wenschte schadevergoeding aan
zwangere vrouwen en jonge moeders
voor de derving van verdienste ge
durende de periode van 8 weken, waarin
haar de arbeid is verboden.
Verkeerde tegenstelling
„De Ned." acht de tegenstelling door
„De Stand." gegeven aan de politieke
partijen als vóór of tegen den Christus,
niet juist. Ware de staatkundige tegen
stelling zóó absoluut, vervolgt het Chr.-
hist. orgaan, dan zouden, onder welke
omstandigheden ook, de groepen der
tegenwoordige rechterzijde nimmer en
onder geen beding zioh mogen losma
ken van wat nu genoemd wordt „de
coalitie".
„De Ned," echter acht zich geens
zins gerechtigd alle groepen der linker
zijde onder de tegenstanders van den
Christus te rekenen, evenmin als het
allen, die de rechterzijde steunen, houdt
voor belijders van den Christus.
Het blad houdt zulke tegenstellingen
voor hoogst gevaarlijk, omdat zij on
willekeurig het volk leiden tot ver
keerde gevolgti-ekkingen.
„Dit alleen schijnt ons geoorloofd te
beweren, dat de linkerzijde niet erkent,
niet inziet het onverbreekbaar verband
tussohen het staatkundig leven en de
belijdenis van den Christus. Men kan
den Christus belijden en toch op dit
punt een andere, zij 'tdau ook een
ayerechtsche meening zijn toegedaan-"
Het blad besluit„Het stellen door
vele liberalen van de sociaal-democra
ten boven een Christen die het verband
tusschen Christendom en Staatkunde
wil erkend zien, schijnt ons in de hoogste
mate bedenkelijk, ja 't zij met den
noodigen eerbied gezegd dom en
kortzichtig. Deswegens evenwel hen
die dat doen te rekenen tot de tegen
standers van Christus, achten wij even
eenzijdig en onbillijk, als dat R.-Katho-
lieken, omdat wij niet het Pauselijk
gezag erkennen, ons houden voor in
beginsel revolutionair en verwerpers
van alle
De minister van binnenlandsche zaken
heeft een schrijven gericht aan de Ged.
Staten der px'ovinciën, waarbij hun wordt
verzocht, de aandacht van de gemeen
teraden, die nog geen voorschriften,
als zijn bedoeld in art. 1 der woningwet,
hebben vastgesteld, er op te vestigen,
dat door de Tweede Kamer reeds is
goedgekeurd het wetsontwerp tot wij
ziging van de artt. 8 en 51 van de
woningwet, waarbij de termijnen, in
die artikelen gesteld, met een jaar wor-
looft toch niet dat Achmed, de koopman,
u zal bedriegen Maar toch volgt
Achmed den boer zonder verder een
woord te zeggen, naar den geldwisselaar.
Deze ziet zijne klanten reeds van
verre aankomen, haalt zijn weegschaaltje
te voorschijn, veegt met een doek zijn
oude hoornen bril af en wacht zijne
bezoekers op.
De toeschouwers zijn de beide koop
lieden gevolgd en geven nu allerlei aan-
en opmerkingen ten beste, terwijl de
geldwisselaar de muntstukken één voor
één weegt en Achmed en Andro hierop
scherp toezien.
„O, wat een prachtig goudstuk is
dat!" zoo hoort men uit aller mond.
Een breed geschouderde jouge man van
22 tot 26 jaar ongeveer, met een scher
pen adelaarsneus, vooruitstekende kin
en brutale grijze oogen, die naar zijn
uiterlijk te oordeelen een Bosnisch-
Dalmatisch gx-ensbewoner is, zegt geen
woord, maar houdt zijne oogen onafge
broken op het geld gevestigd, terwijl hij
werktuigelijk zijn tabakspijp stopt.
[Wordt vervolgd.)