Zaterdag 29 October. Binnenlandsche berichten. QttlA «a 1ST lift No. 256. 42e Jaargang. 1904. Gemeentebestuur. VLISSINGSCIE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zicli bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADVEBTENTIËN: van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Abonneinents-^dyertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. HINDERWET. Art. 8 der Hinderwet Burgemeester en Wethouders van VIjs- singen gezien het verzoek van AJ. DE VRIES ZONEN te Rotterdam, om vergunning tot het oprichten in in wer king brengen eener Darmenwasschei'j en Vetsmelterj in perceel Z no. 214c overwegende, dat de ingewonnen ad viezen daaromtrent nog niet volledig zijn; gelet op art. 8 der Hinderwet besluiten de beslissing daaromtrent te verdagen tot een nader te bepalen tijdstip. Ylissingen, 22 Oct. 1904 Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTE VEEN. De strijd o*er het tarief van invoer rechten. „Het Vad." heeft over dit onderwerp een artikel van mr. N. G. Pierson, die betoogt, dat de freetraders reden heb ben zich te beklagen over de wijze, waarop sommigen hen thans bestrijden. Letterlijk van alle kanten, zegt zij, is het vraagstuk der bescherming door mannen onzer richting beschouwd. Geen argument werd ten gunste, van protec- tié aangevoerd, of met de meeste nauw gezetheid is de waarde daarvan onder zocht. Aan de ingewikkelde problemen van het internationale ruilverkeer, de wisselkoersen, de verspreiding der edele metalen is bijzondere aandacht gegeven. Ër is degelijk werk verricht, en het heeft allerminst ontbroken aan pogingen om den tegenstander te hegrijpen, zich te verplaatsen in zijn gedachtenkring. Dit nu wordt door sommigen geheel geïgnoreerd. De leer yap den vrijen handel wordt door dezulken eenvoudig verklaard eeu „dogma" te zijn, een ge loofsstelling, een vooropgezette meening, voor bewijs onvatbaar. Daartegen wenscht schrijver een krachtig woord van protest te doen hooren. VEXJTT.T.ETON. bewerkt door AMO. 9.) „Als eer» baron zal je leven met haar ik zal een huis inrichten, dat je ont- ïgen kan als een prins, nooit zal je dgebrëk kennen, doch heb haar lief en maak haar gelukkig 1" Esther wierp zich aan haar vaders horst en weende van geluk en zaligheid 'oen zonk zij Golinski in de armen, die baar frissche lippen met duizend kussen bedekte. Zwijgend reikte Leopold zijn vader de hand dit oogenblik verzoende 1 met veel wat hem van zijn vader I verwijderd had gehouden. In dit hart, soms zoo onbarmhartig, leefde een krachtige liefde voor zijne kinderen en dit gevoel was de drijfveer van al zijne I handelingen, zelfs van slechte. Het was de fabel van de pelikaan, die zijn jongen voedt met zijn hartebloed. III. Sedert twee maanden was Vollmar 'P het kantoor van mijnheer Hoen I Werkzaam, en wel tot volkomen tevre- I denheid van zijn patroon. Nauwkeurig jtoet klokslag was hij present, en nam J blijk aan den grooten lessenaar plaats IotB de ingekomen ;brieven in te zien eb Ij® noodige beschikkingen te nemen. J Overigens werkte hij tamelijk zelfstan- I Hoen had spoedig ingezien, dat hij Een tweede grief, die hij tegen de bestrijders van de freetraders aanvoert, is dat sommigen onder hen, als ware het opzettelijk, de quaestie in nevelen schijnen te bullen. Yrje handel, zoo spreken zij, maar die heeft nooit bestaan! Wat gij vrijen handel noemt, is „een zijdige yrjje invoer". Vrije handel zou beteekenenvrij ruilverkeer fusschen ftjle ycilken onderling, en dat is er niet, zoolang er gro.ote staten zijn, die van het beschermend stelsel niet willen scheiden, Mr, Pierson noemt dit verwarring stichten, een quaestie die zoo klaar was als de dag, met nevelen omringen. Na tuurlijk, zegt hij, is elke freetrader een voorstander van algemeene toepassing der zienswijze, die hij is toegedaan maar dit is het wezen, de ware kern der vrjhandelsleer, dat vrije handel ook dan nog voordeelig is voor een volk, wanneer andere volken hooge invoer rechten blijven heffen. Verduistering van het geschilpunt, zoo gaat de schrijver voort, is ook te ontdekken in iets anders, dat in den laatsten tijd sterk op den voorgrond wordt geplaatst. Het bestaande tarief, hier te lande, zoo wordt gesproken, is met de vrijhandelsleer niet in volkomen overeenstemming. Hoe vele artikelen belast het niet met 5 percent. De be staande heffingen mogen fiscaal zijn naar de bedoelingen, maar feitelijk geven zij toch bescherming. Ook wij beoogen geld in de schatkist te brengen. Het gansche geschilpunt komt neer op een meer of minder. Ik antwoord hierop, schrijft mr. Pier son, met een besliste tegenspraak van de bewering, als zou het geschilpunt iu hoofdzaak een quaestie van meer of minder zijn. Dat moge het worden in de gevolgen,maar dat is het niet principi eel Het ware geschilpunt is ditacht gij hooge invoerrechten bevorderlijk of schadelijk voor de welvaart Deze vraag beheerscht de gansche tariefpoli tiek, en men kan haar niet ontgaan. Men mag het ook niet. Het is niet geoorloofd zóó te spreken en te schrij ven dat deze vraag meer en meer aan de algemeene aandacht wordt onttrok ken. Zij moet op den voorgrond wor den gesteld met de meest mogelijke klaarheid. Aan de rechterzijde is men op andere punten gewoonlijk niet be reid beginselen te laten wegmoffelen waarom gedoogt men het dan 'hier, ja, doet men het zelf? Ons tarief, dat kan niemand tegen spreken en wordt ook door niemand in Vollmar een flink gevormd meusch gevonden had, die zijn volle vertrouwen verdiende. Omdat hij zelf dikwijls bui tenshuis zaken had, liet hij Vollmar gerust den kantoordienst over en daarbij bevond hij zich niet slecht. Soms bracht hij zijne tevredenheid onder woorden, prees Vollmar en noemde hem de paarl van het vak, maar het kwam niet in hem op zijne tevredenheid te toonen door een ldonsverhooging. Hij was een knijper, die zelf nauwelijks het noodige nam. Vollmar moest zelfs met overleg •zijn geld beheeren om in eigen onderhoud te kunnen'voorzien. Toch had hij twee vriendinnen,die hem trouw bijstonden en met moederlijke en zusterlijke zorgvul digheid kleine diensten bewezen, b. v. zijn kleeding in orde hielden en der- gelijke, zonder daarvoor iets tot beloo- ning te willen ontvangen, Deze engelen in menschengestalte waren juffrouw Welsch en haar blonde dochter. Maar ook zij hadden in Vollmar een waren vriend gevonden, die in zijn vrije avonduren niets liever deed dan met de beide vrouwen onschuldig te kouten of uit een goed hoek voor te lezen. Voor Hulda was er nog geen geschikte be trekking gevonden zij hielp haar moe der in hét huishouden of maakte voor een manufactuurwinkel kinderrokjes, terwijl Vollmar trachtte haar een goede betrekking als kinderjuffrouw te bezor gen. Hij verzekerde, dat Hulda daarvoor volkomen bekwaam was, te meer nog daar zij zeer zachtaardig- en toegevend was.'Met vreugde begroette hjdaarom op zekeren dag het bericht van Hoen, dat er zich voor Hulda eeu goede ge- ontkend, geeft metterdaad wat noemtjeen zwakke bes^rmjng.« "Waar om hebb»- wjj freetraders dan nooit met nadruk aangedrongen op afschaffing van al de tariefposten, die deze werking hebben Ja, waarom nietOnze ge meentelijke inkomsten-belastingen, onze vermogens- en bedrijfsbelasting, onze successierechten, worden soms ontdoken, geven dus aanleiding tot fraude. Waarom schaffen wij ze niet af? Omdat wij fraude niet verkeerd achten Neen, maar omdat wij weten, dat volmaakte belastingen niet bestaanhij iedere belasting moet mon in iets dat schadelijk is berusten. Juist, zeggen nu onze be strijders, hier komen wij op een punt, waar wij ons met elkander kunnen verstaan. De nu voorgestelde hoogere invoerrechten leveren ook bezwaren op doch naar de leer, die gij zelf voordraagt, is ook hier berusting plicht. Temeer, als men let op de voortreffelijke bestem ming, die aan het geld, naar het zich laat verwachten, zal gegeven worden... Inderdaad, luidt zóó uw verdediging van het voorgedragen ontwerp Do verhooging der invoerrechten levert ook naar uwe opvatting bezwaren op Wij vernemen het met ware belangstelling, doch gelooven dat nauwelijks, voor zoo ver sprake is van rechten op goederen die men hier voortbrengt. Meendet gij het werkelijk, gij zoudt ten dezen evenzoo spreken als ten aanzien van andere belastingen. Dat aan iedere belasting een bezwaar kleeft, is geen reden om met iedere belasting en tot ieder bedrag genoegen te nemen. In een betrekkelijk gering bezwaar kan men berustenwordt het te groot, dan nimmer. Gij aanvaardt de inkomstenbelasting in weerwil van de fraude, die zij uitloktdoch zoodra men haar zeer hoog zou willen opvoeren, waardoor ook de fraude sterk zou ver meerderen, zoudt gij haar bestrijden. Waarom verzet gij u dan niet tegen de nu voorgedragen sterke verhoogiug waut dat is zij ontegenzeggelijk van het tarief Omdat gij hetgeen door ons als een nadeel, als een bezwaar wordt aangemerkt, niet als zoodanig erkentof wel, indien gij er al een bezwaar in ziet uit sommige oogpunten, tegenover dat bezwaar grqqte voordeelen meent te ziep ttaanwerkverschaffing, opkomst van vele bedrijven. Dat is het wat ons verdeelt, en dat geschilpunt mag niet met wolken worden omringd, zoodat niemand het meer kan waarnemen. Helder moet het geformu leerd worden. Is het een nadeel van ieder invoerrecht op voorwerpen, die legenheid aanbood om als gezelschaps juffrouw bij een eenige dame geplaatst te worden. „Prachtige uitzichten!" riep Hoen, met zijn gewone overdrijving, toen hij Hulda zijn kantoor zag binnenkomen. „Bene betrekking zooals er maar weinig in Duitschland zijn Daar kunt u leeren, daar kunt u den fijnen toon overnemen, want die dame ontvangt de netste ge zelschappen uit de stad. U zult wel van haar gehoord hebben. De bekoorlijke villa aan de Promenade, tegenover het terras behoort haar toekent u haar naam U hebt hem zeker al gehoord zij heet Dora Burghausen." Nauwelijks had Hoen dien naani uit gesproken, of toevallig opziende, ver schrikte hij van Vollmar's vertrokken gelaatstrekken. Met glazige oogen staarde deze voor zich heenin zijn anders zoo zacht gelaat was iedere spier ge spannen in zijn voorhoofd stonden diepe groeven en zjn dikke wenkbrau wen waren dreigend saamgetrokken. „Mensch, Vollmar, wat scheelt je Ben je soms niet wel Antwoord dan toch Wat zeg je, ben je gezond Vol maakt wel Juffrouw Hulda, spreek toch en zeg mij of mijnheer Vollmar er niet uitziet om iemand vrees aan te jagen. Dat was een aanval van beroerte of een onmacht. Hebt u gisterenavond soms wat veel gegeten Vol bezorgdheid trad Hulda op Voll mar toe, „Wat scheelt u, beste vriend vroeg zij, „wilt ge dat ik den dokter haal De gevraagde haalde diep adem. „Neen, neen, het ie niets, het is al ook binnenslands vervaardigd worden of kunnen worden, dat er eenige be scherming uit voortvloeit, ja of neen Zoo ja, dan is nog wel verschil van meening bestaanbaar over de vraag, op welk punt dat nadeel, in vergelijking met de bezwaren die aan andere belas tingen kleven, al te hinderlijk wordt. Tiet oordeel daarvoor zal bepaald worden eenerzijds door de opvatting die men heeft van de plaats, aan het tarief van invoerrechten in het fiscale stelsel toe komende, anderzijds door de waardeering der aan andere belastingen klevende bezwaren maar zeer ver zal dat mee- ningsverschil niet reiken, en een tarief als het nu voorgedragene, zelfs een dat daaraan zeer nabij komt, wordt door niemand, die weigert aan de zegeningen van hooge invoerrechten geloof te hech ten, aanvaard. Zulk een tarief aanvaardt alleen de protectionist, en alleen op grond van zijn protectionisme. Maar hoe dan, zoo wordt telkens gevraagd, de middelen gevonden tot dekking der uitgaven voor een ouder- doms- en invaliditeitsverzekering, voor een ziekteverzekering, voor verhooging van de rijksbijdragen ten behoeve van het bijzonder onderwijs, voor de pensio neering van onderwijzers en leeraren, voor steun aan de Indische financiën,alles te zamen een bedrag van stellig niet minder dan 12 miliioen gulden per jaar En om dit mogelijk te maken, zoo gaat de schrijver voort, zal men belas tingen heffen die schade toebrengen aan landbouw, nijverheid, scheepvaart en handel Een overmatigen druk leggen op de arme bevolking Niet alleen den regel der belasting naar draagkracht schenden, maar die draagkracht zelve gevoelig aantasten Neen, luidt het antwoord, dat alles zal zoo zijn naar uwe opvatting, niet naar de onze. Ih de hooge invoerrechten, waarmede wij de ledige schatkist gaan vullen, zal een ruime vergoeding liggen voor de lasten die daaruit voortvloeien. De be volking van Nederland zal niet armer worden, maar rijker. Ziet men wel, hoe de principieele quaestie, de vraag hoe bescherming werkt, telkens weder opduikt Men schuive haar naar achteren zooveel men wil, zij laat zich niet verdringen. Beant woord haar in onzen geest, en een finan- tieele, ook een sociale politiek, als die der regeering, verschijnt in een zeer ongunstig daglicht. Beantwoord haar in den geest der protectionisten, alleen dan laat zij zich verdedigen, tot zekere hoogte althans. beter „Dan maar weer aan den gang I" zei Hoen en verzocht Vollmar met Hulda dadelijk op weg te gaan om haar bij mejuffrouw Berghauseu voor te stellen. „Open alle sluizen van uw welsprekend heid, mijn waarde", riep de kleine man, „wij moeten deze verbintenis tot stand brengen, ten eerste om juffrouw Welsch goed geplaatst te krijgen en ten tweede om met deze dame in betrekking te komendat is eene aanbeveling, dat maakt ons naam Kom spoedig Geen tijd verloren Tijd is geld i" Langzaam maakte Vollmar zieh ge reed om uit te gaanhij was vandaag werkelijk vreemd in zijn doen. Had hij vroeger ooit voor den spiegel gestaan om te zien hoe zijn hoed stond, of ge keken hoe zijn voorkomen was Ein delijk scheen hij tevreden te zijn. „Zij zal mij niet herkennen," mom pelde hij, zoodat Hoen noch Hulda hem verstond. „Ik ben een andere geworden Mijn groote baard, waarmee zij mij altjjd zag, is weg, en vier jaren iu „dat huis" hebben er het hunne tos bijge dragen, dat er van den vroegeren Theo- doór Vollmar niet veel is overgebleven. Kom, gaat u mee, juffrouw Hulda Hij verliet met het meisje het kantoor en ging door de levendigste straten naar de Promenade, waaraan de villa der dame lag. „Mijn hart klopt, mijnheer Vollmar," zeide Hulda, „misschien beval ik haar niet." „Dat is toch niet te vreezen," ant woordde Theodoor. Vertoon u slechts, I zooals ge zijt, natuurlijk en eenvoudig. Wij mogen van onzen kant niet moede worden de principieele quaestie op den voorgrond te stellenscherp te doen uitkomen, dat Nederland thans door de regeering geroepen wordt partij te kiezen voor de protoetionistisehe leer. Dat is het wat aan den strijd bolangrijkheid geeft. Met die leer was sedert 40, 50 jaren gebroken. Nederland kreeg van lieverlede een tarief waaruit wel niet alle protectionistische werkingen waren verbannen, maar dat niet op de protec tionistische leer was gegrondvest. Die werkingen golden als nadeeligwij be rusten er in, omdat zij betrekkelijk luttel waren, gelijk wij in verkeerde en daarom niet gezochte bijkomstige wer kingen van andere belastingen berusten, zoolang zij binnen zekere grenzen be perkt blijven. Thans roept men ons tot een andere beschouwing. Wat ondeugd werd geacht, moet nu als deugd gelden. Wij moeten volte face maken. En daar tegen verzetten wij ons, wij, de voorstan ders van den vrijen handel. Het iijk van president Kroger, De kransen en andere bloemtakken,, thans neergelegd op en om de kist met het stoffelijk overschot van president Kruger, in de rouwkamer op de be graafplaats „Eik en Duinen", zullen, naar wij vernemen, alle worden mede genomen naar Zuid-Afrika. Vermoedelijk zullen zij dezer dagen vooruit naar Rot terdam worden verzonden om in de chapeile ardente aan boord van de „Batavier VI" een plaats te krijgen, zoodat zij niet aan den rouwwagen worden gehangen bij vertrek van „Eik en Duinen" in overeenstemming met den eenvoud, welke op aandrang der betrekkingen van wijlen den president de overbrenging moet kenmerken. Precies ten 8 uur 's morgens zal a.s. Maandagochtend "de rouwwagen „Eik en Duinen" verlaten om ten ongeveer 3 uur te Rotterdam aan te komen. Met grooten spoed wordt er gearbeid aan het in gereedheid brengen van de „Batavier VI". De romp is geheel zwart geschilderd, terwijl het dek met gang boord enz. wit geverfd is. De schoorsteen heeft zijn onderscheidingsteeken behou den, een wit-met-roode breede band met de letter N. (Wm. H. Muller en Co.) De chapeile ardente bevindt zich in het bovenste laadruim, over de geheele breedte van het achterschip, met in gangen bij de laaddeuren, zoowel aan bak- als stuurboord. Het dek is met een naar de chapeile ardente afhellenda Hoe onschuldiger ge schijnt, hoe meer ge het vertrouwen der dame zult winnen. Zij houdt er van onschadelijke mensehen om zieh heen te hebben." „Kent u mejuffrouw Burghausen?" vroeg Hulda verwonderd. Vollmar schudde het hoofd. „Mijn hemel, hoe zou ik aan zulk eene voor name dame kennis hebben Ik oordeelde slechts in het algemeen de dames zijn alle precies gelijk." Zwijgend stapten zij een tijdlang naast elkander voort. Volimar scheeugeujel in gedachten verdiept. Eindelijk, bij het begin van de Promenade bleef hj stil staan en greep Huida's hand. „Ik moet u een kleinen dienst vragen, juffrouw Hulda!" zei Hij„het is een kleine moeite noem mj in tegenwoordigheid van die dame mjnheer Bosch en niet bj mjn waren naam. U weet ik heb betere dagen gekend en om mjn bloed verwanten wensen ik dat mjn waren naam niet met mjn geringe betrekking verbonden wordt. Wiltu doen wat ik vraag „Van harte gaarne, mijnheer Voll mar. O, vergeving, mijnheer Bosch wil ik zeggen, ik begrijp echter niet hoe uw naam geschandvlekt wordt door een eerlijk beroep. Maar daar u dat wilt, kunt u op mij rekenen. Daar zijn wij reeds voor het huis dat wij zoekeu." Ongeveer tien schreden van den weg verwijderd' lag een klein gebouw van twee verdiepingen, waar een net aan gelegd tuintje voor lag, dat door een fraai hek van den weg gescheiden was.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1904 | | pagina 1