Woensdag V. :42e Jaargang. 1904. halte, st-Souburg. fïMMSTIEE )Efi EIK ode |28 September. Binnenlandsche berichten. FEUILLETON. MM. arte, voor aar. No. m am. URG. tdagavond h t egenheid voor zooals Garna- mz. je. iT S 88. aealo behan- aatsvefkroat- rijkingen. idalrng. andesaiagea ©as. ine op msilsch leelt zich aan let 3te-Hypo« lette tuigen voorzien 184. SHBIEIST. - 6 20 7-= 10 20 1040 12 35 1-' 125* 420 5- 6 15 50 10 45. vm 6 10 6 30 50 10 10 10 SO Pm 12 10 12 45 3 40 4 05 4 35 8— 8 80 10 10 I«n Zeroise* vit. ./HEKST «3 333353338 V 1 t e m i g er) v.m. een) 5.50. - MM. 7.55, 9.30, 1.80, 2 S.30, Van B a <J- .45, 4.15, 6.50, jkaar S e m i a e Z i i m a r fe t .45, n.m. 1.20, 9.35. Naar .35, 2.05, 3 35, Vaar Rtmiu: ir-Huag. G, 1 Maart tot o. 3 23 «n 8 10 f) 3 50 «E 6 40 1 55a) en 4 45 n. 3 28 en 6 lot) an na het vertrat 10 50 #M, Ho.-S3d.5H en •n naar Borsssign VLISSINfiSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADVERTENTIËNvan 14 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Teleplioonnummer 10. Abonnements-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. grondwetsherziening Het „Handelsblad" zegt, dat er blij kens het voorloopig verslag over de beide voorstellen tot herziening der Grondwet (betreffende het kiesrecht) niet het geringste uitzicht bestaat op aanneming van een dier beide voorstel len, bij de tegenwoordige samenstelling der Tweede Kamer. De voorstellers zeiven rekenen daarop stellig ook niet. Hun doel is propaganda te maken voor hun denkbeelden, en niet onjuist aoht het blad de opmerking, dat dit beter buiten de Kamer geschiedt, „zoolang hare meerderheid ongezind is de her ziening ter hand te nemen en zelfs slechts bij enkele leden eenstemmigheid bestaat omtrent de aan te brengen wij- Toeh vindt het blad de indiening niet te betreuren, in zoover zij het terrein voor een toekomstige grond wetsherziening kan effenen. Voor het effenen van dien weg acht het „Handelsblad" reeds een uiting in het verslag van groote beteekenis. Zij doelt op de zinsnede, waarin wordt vermeld, dat er een aantal leden van oordeel waren, „dat, indien het tot grondwetsherziening komt, het niet wenschelijk is het kiesrecht bij de Grond wet zelve te regelen, en dat het de voorkeur verdient, die regeling, althans in hoofdzaak, aan den gewonen wet gever over te laten." Die regeling, meent het blad, kan de grondslag worden van een wijziging, die kans heeft een meerderheid op zich te vereenigen. Zij zou deze vrijheid van den gewonen wetgever dan evenzeer uitgestrekt willen hebben tot beslissing van de vragen, of aan vrouwen het kiesrecht behoort te worden toegekend en welk stelsel van verkiezing (meer derheid of evenredigheid) zal gelden. Wanneer de behandeling der beide voorstellen, vóór de verkiezingen van het volgend jaar, mocht leiden tot een beslissing der Tweede Kamer over motiën van orde omtrent elk van deze vraagstukken, zou naar het oordeel van het blad reeds een belangrijke stap zijn Staatebsgrooting 1905. liet eindcijfer der begrooting van marine bedraagt f 1G.752.976.45Y3, zijn de f 520.290.91 Yj minder dan het toe gestane en suppletoir gevraagde voor 1904. Het mindere is een gevolg van de lagere raming van de He afdeeling materieel der zeemacht met f'810,048. Gelden worden aangevraagd voor de aanstelling van 6' schrijvers op de secre- k Yrij bewerkt door M. J. K. 57.) „Zij verhaalde nu aan baar zoon haar levensgeschiedenis, droeg hem op na haar dood naar Duitscliland te reizen' en zich aan haar eersten man bekend te maken. Doch de heer Ar thur White was zelf ziekelijk en toen hij reeds passage genomen had op de mailboot „Atlantic", kreeg hij een be roerte, die zijn voornemen verhinderde. Weinige dagen voor de afvaart was hij weer eenigszins hersteld en verzocht nu zijn eenigen zoon Harry om in zijnen naam de opdracht zijner moeder te volbrengen. Harry moet John Muddie als reisgezel mede genomen hebben om dezen laatste in de gelegenheid te stel- lon, in Europa een fatsoenlijk bestaan te zoeken. Nog was de „Atlantic" niet in zee gestoken, toen de heer Arthur White, te Chicago, door een nieuwe teroerte getroffen word. Rekenende op de tarie, op eene jaarwedde van f 400 tot f800. Yoor aanbouw enz. van nieuwe sche pen wordt aangevraagd f 2,425,860, zijn de f 1,162,362 minder dan voor 1904 werd toegestaanvoor herstelling en uitrusting van schepen in en buiten dienst f 1,447,375, zijnde f200,400 minder. Yoor aanschaffing, wijziging enz. van geschut, behalve voor nieuwe schepen f208,229, zijnde f160,511 minder. Voor aankoop, onderhoud en herstel ling van gereedschappen en werktui gen en herstelling van werkinrichtin gen enz. f735,275, zijnde f319,420 meer voor algemeenen dienst, beproe vingen en proefnemingen f369,755 zijnde f13,205 meer. Uitgetrokken is f 14,500, om in de gelegenheid te zijn een tweede schip, voor het eskader in Oost-indië bestemd, van een toestel van draadlooze telegra- phie te kunnen voorzien. De minister meent reeds te kunnen constateeren dat van de reorganisatie van het korps machinisten gunstige resultaten mogen worden verwacht. Tijdelijke indienstneming van machi nisten gelukte niet. Het eenmaal be staande tekort is dus niet aanstonds verminderd, ook in hoogere rangen wijst het nog belangrijke tekorten aan. Om deze redenen moet de minister tot zijn leedwezen de getalsterkte der scheeps macht in Oost-Indië nog op 5 schepen bepalen. Voortvarendheid der Kamerleden. De „Prov. Gron. Ct." wijst er op, dat in de Troonrede een beroep gedaan wordt op de voortvarendheid der Ka merleden. Op de vraag of er reden was voor deze vingerwijzing, antwoordt het blad ja, en neen. Ja, in zoover dat inderdaad hier te lande het wetgevens- proces trager voortgaat dan in eenig ander constitutioneel geregeerd land. Neen, omdat de schuld van dit beden kelijk euvel geenszins alleen is te zoeken bij de vertegenwoordiging, maar voor een deel schuilt in de Grondwet en voor een goed deel bij de regeering. In de Grondwet ligt schuld door den te korten duur, voor welken zij de Tweede Kamer doet zitten en dien het blad tot 6 jaren zou willen verlengd zien. Maar ook de regeering heeft schuld door het indienen van wangedrochten van wetgeving, als b. v. het ontwerp- drankwet in zijn eerste uitgaaf was en zelfs nu nog is ofschoon ook de liberale kabinetten van de laatste jaren in dit opzicht ganschelijk niet vrij uitgaan. Het indienen van wetsontwerpen wordt meer en meer beschouwd als een proeve, bestemd om de Kamerleden te polsen, om dan daarna het definitief ontwerp te maken. Zoo gaat bij de regeering goede zorgen van Mary Price, liet hij zijn zoon de reis aanvaarden, zonder dien nieuwen aanval van beroerte te melden. Toen is hoogstwaarschijnlijk de zwendelarij tusschen John Muddie en Mary Price beklonken. Het is een feit, dat het Jolm Muddie gelukte, zich hier voor te doen als de echte Arthur White, dat hij den zoon van zijn weldoener door een goed overlegden moordaanslag uit den weg ruimde. „Zoo het werkelijk gelukt was TIarry White te dooden, dan had hij zij schandelijk plan veilig kunnen uitvoeren daar niemand aan bedrog dacht. Hoe fijn hij te werk ging, blijkt uit de ver klaring van den Amerikaanschen consul, dat hij onder den naam Harry White meer dan honderd brieven aan den echten Arthur White schreef en daarbij kunstig het handschrift van den jonkman namaakte. Alle inkomende brieven zond de boekhouder, te Chicago, naar zijn patroon Arthur White, op „White Cot tage". Daar deze zijn ziekte voelde toe nemen, gingen alle brieven door de hand van zijn huishoudster, die alzoo gemak kelijk haar minnaar, John Mudlle al hier, van alles op de hoogte kon hou den. Zoo gelukte het dezen twee per sonen, een kolossaal bedrog te plegen, waarvan ons geen tweede voorbeeld bekend is. .Hoewel door John Muddie voor een het stuur verloren en wordt de amen- dementenfabriek van hoopen werk voor zien. De schriftelijke voorbereiding krijgt zoo een karakter, dat haar niet toekomt, en een omvang, die in het belachelijke loopt. Eindelijk de ongekende spreeklust der leden, die bij alle partijen in vrijwel gelijke mate wordt aangetroffen. Zij romt natuurlijk op rekening der Kamer, maar toch ook weer niet alleen want het slecht in elkaar zitten der wets ontwerpen heeft er mede schuld aan. Intusschen is het in geen enkel geval te verdedigen, dat over dezelfde kwestie telkens tal van sprekers uit dezelfde partij hun licht laten schijnen en dat de spreektribune wordt gebruikt om te getuigen tegenover de andere tribunes, bij voorkeur tegenover de niet-gereser- veerde. De vrijzinnig-democraten dragen aan een bunner de behandeling van een bepaald onderwerp bij het openbaar debat opaan dit voorbeeld kunnen andere partijen zicli spiegelen. Deden zij het, er ware ontzaglijk veel tijd gewonnen. Muntbiljatten, De minister van financiën heeft de aandacht van de ontvangers der directe belastingen, invoerrechten en accijnzen en van den waarborg en de belasting der gouden en zilveren werken geves tigd op de wet van 31 December 1903, waarbij is bepaald dat de in omloop zijnde muntbiljetten met ingang van 1 Oct. 1904 worden ingetrokken. Hun wordt er op gewezen, dat na 30 September 1904 onder geene voor waarde en op geenerlei wijze muntbil jetten aan het publiek in betaling of in omloop gebracht mogen worden. De muntbiljetten, die overeenkomstig het bepaalde bij voormelde wet tot 1 October 1905 nog zullen zijn aangeno men, worden in de maandelijksche stor tingen bij de betaalmeesters opgenomen of kunnen, indien dit noodig mocht zijn om de kas niet van benoodigde betaalmiddelen te berooven, tegen specie of tegen bankbiljetten worden ingowis seld bij de betaalmeesterskantoren, als mede bij de Nederlandsche Bank te Amsterdam, bij hare bijbank en agent schappen en bij hare correspondent schappen der eerste klasse. De woningwet in werking. Op de begrooting van financiën is een post van f 388,000 gebracht wegens voorschotten aan gemeenten ingevolge de woningwet. Als uitgangspunt is ge nomen de som van f 8000 op hoofdstuk V der Staatsbegrooting uitgetrokken voor „bijdragen van bet rijk aan gemeenten ter tegemoetkoming in de betaling van de annuïteiten strekkende tot voldoening van renten en aflossing van de voor schotten uit 's rijks kas verstrekt voor de doeleinden in de woningwet om schreven." Yoorts is van de onderstelling uitge gaan, dat aan de gemeenten die in bet genot van een voorschot zullen gesteld worden, tevens eene bijdrage zal worden verleend in de betaling der over het voorschot verschuldigde annuïteit. Eene dergelijke bijdrage kan nimmer stijgen boven de helft der door de gemeente verschuldigde annuïteit. Stelt men dus de som van de in 1905 te verleenen bijdragen op f 8000, dan zullen de totale door de gemeenten verschuldigde an nuïteiten een bedrag van f16000 niet overschrijden. Kapitaliseert men deze som, daarbij aannemend voor rentevergoeding een percentage van 3YS en voor aflossing 1 pOt., dan verkrijgt men afgerond naar boven het onder dit artikel voor de daarbij bedoelde voorschriften geraamd bedrag van f388,000. Vermeld wordt nog, dat bij eene aflossing van 1 pCt. de voorschotten, zullen zijn terugbetaald in 46 jaren, terwijl art. 19 als uiterste grens een termijn van 50 jaren toestaat, doch deze bepaling heeft slechts ten doel te verzekeren, dat de terugbetaling over niet méér dan 50 jaren verdeeld wordt en verhindert de regeering geenszins bij het verleenen van zulk een voorschot, terugstorting binnen een iets korter tijdsverloop te bedingen. krankzinnige uitgegeven, wekte de jonk man, Ilarry "White, toch twijfel op bij verscheidene personen. Men begon John Muddie voor een bedrieger te houden. Nu nam de heer R. graaf' von L. een kloek besluit. Hij stak over naar Ame rika, om op de plaats zelve onderzoek te doen. Aan zijn onvermoeide pogingen is het te danken, dat nu de draden van dit weefsel van listig bedrog voor ons zichtbaar zijn. Door een ongelukkig toeval kreeg John Muddie kennis van zijn voornemen, hij gaf aan zijn geliefde. Mary Price, kennis om haar te waar schuwen. Graaf von L., die zijn doel reeds bereikt meende te hebben, werd in den val gelokt en in het buis van den overleden Arthur White weken lang gevangen gehouden. Als door een wonder is hij den dood ontkomen Mary Price vernam namelijk, dat John Muddie haar ook wilde bedriegen en op het punt stond in het huwelijk te treden met een geachte jonge dame. De wraak zuchtige vrouw bevrijdde nu den jongen officier en verried haar trouweloozen minnaar zonder eenige verschooning. „Het is bekend, dat John Muddie plotseling is gestorven, vóór de straffende hand der gerechtigheid hem kon vatten. „Hiermede is aan veel lijden en on zekerheid een einde gekomen. Wij heb ben gegronde redenen om te vermoeden, dat de voorbereidingen voor het huwelgk f 1.136.361.18 meer werd ingelegd dan terugbetaald. Het tegoed dat op uit. Augustus ten name van de verschillende inschrijvers was ingeschreven bedroeg f 115.715.016.84. In den loop der maand zijn 9537 nieuwe boekjes afgegeven, 3443,geheel afbetaald, zoodat aan het einde der maand 1.087.965 boekjes in omloop waren. Tot uit. Augustus is voor een bedrag van f 1.605.743.38 aan inschrijvingen in een Grootboek der Nationale Schuld, obligatiën ten laste van den Staat of certificaten van inschrijving, ten behoeve van 2029 inleggers aangekocht. Nieuwe Munt Op de begrooting van financiën ia f 100,000 uitgetrokken voor aanmun ting van 21/j centstukken, f 100,000 voor aanmunting van centen, f 300,000 voor kwartjes eu f 200,000 voor dub beltjes. Yoor f 311,963 aan rijksdaalders zal moeten worden versmolten. Men zal om de gesleten munt te vervangen f 200,000 uittrekken en men zal dus munten krijgen voor een waarde van f 500,000, terwijl men munten voor een waarde van f511,963 heeft ver smolten, dus zal, gerekend op een waarde van 45,376 Kilogram fijn zilver noodig voor nieuwe munten, een ver lies geleden worden van f11,963. Met het oog op den stand der zilvermarkt is de prijs per KG. zilver f 5 hooger gesteld dan voor 1904. Kijkspastspaarbank. Gedurende de maand Augustus werd in de rijkspostspaarbank ingelegd een bedrag van f 4.947.749.05Y3 enterug- betaald f 3.811.387.87)%, waaronder f 15.035.79 wegens aankoop van in schrijvingen in een Grootboek, obligatiën of certificaten van inschrijving, zoodat De uitvaart van President Eniger. De hoofdredacteur van de „Petit Bleu" heeft te Brussel een gesprek ge had met president Steijn. Het blad deelt daar iets van persoonlijken aard uit mede. Zoo vernemen wij, dat de president Zaterdagochtend vertrokken is naar Giinthersthal bij Freiburg, waar hij den 2en October zijn verjaardag zai vieren. En dan vervolgt het blad Hij zal te Parijs drie maanden doorbrengen ver volgens keert hij in Januari, eindelijk zegt hij, naar zijn dierbaar Zuid Afri- kaansch vaderland wedermisschien 'J scheept hij zich daartoe te Antwerpen op een Duitsche boot in. Het is niet onmogelijk, dat hij zelf het overschot van wijlen president Kruger, zijn ouden bondgenoot, zijn ouden makker in voor- en tegenspoed, terugbrengten dat generaal Botha, die tegen het einde van dit jaar eenige dagen in België moet komen doorbrengen, de reis meemaakt." Het komt ons niet waarschijnlijk voor, zegt de „N. R. Ct." dat het Brusselsche blad aldus mededeelingen van pres. Steijn juist overbrengt. Het plan is nog altijd, te zorgen dat het lijk van president Kruger in December in Transvaal gebracht wordt. Yoorloopig is de 16e December, Dingaansdag, reeds voor de begrafenis vastgesteld. De „Petit Bleu" zegt, strikt genomen, wel niet meer, dan dat het „niet onmogelijk" is, dat president Steijn in Januari het overschot van Paul Kruger meevoert, en het is zeer wel mogelijk dat dit denkbeeld opgeworpen is, maar voor het oogenblik kan presi dent Steijn niet anders gezegd hebben, dan dat besloten is, de begrafenis in December te Pretoria te doen plaats hebben. Wanneer president Steijn in Januari scheep gaat en indien generaal Botha tegen het einde van December in Europa komt, reizen zij dus niet met hetzelfde schip, dat het lijk van president Kruger meeneemt, terug. Iets anders is, dat uit de mededee- ling van de „Petit Bleu" schijnt te blijken, dat er vau het overbrengen van het lijk door een Nederlandseh oorlogs schip geen sprake meer is. En algemeen ten huize van den geachten kandelsraad niet zullen worden opgeschort, daar de dochter des huizes weldra in het hu welijk zal treden met den man, dien zij haar hart uit liefde wil schenken. Men verzekert ons ook nog, dat de heer Harry White weldra zal huwen met de trouwe verpleegster, die hem in zijne ziekte bijstond." Hoe ontstelde Paul Meijer, toen hij deze tijding las. Alsof hij zijn oogen niet durfde gelooven, herlas hij het bericht nog verscheidene keeren en zag toen zijn trouwen boekhouder aan. Hebt ge reeds gelezen wat er in de krant staat, Peters vroeg hij en schoof meteen het nieuwspapier naar den boek houder- Peters knikte even en zei toen „Heb ik het u niet gezegd, mijnheer Zou het nu wel pleizierig voor u geweest zijn, als ge de steenen op crediet gele verd hadt Nu ge zij t rijk, dus „Je bent een ezel, Peters," viel mijn heer Meijer boos in, „maar," voegde hij er zacht .bij, „je bent toch een goed mensch „Dat doet me genoegen, mijnheer," sprak de boekhouder droogjes, „maar heeft u het allerlaatste nieuws al ge hoord De patroon schudde van noen. „Ilarry White, de zoon Van deö. echten Arthur White, moet zegt men een grootmoedig hart hebben." „Hoe dat zoo Waarom grootmoedig?" „Ten gunste van den jongen officier heeft hij afstand gedaan van de groote erfenis. Hij is zelf zeer rijk, maar liet is toch grootmoedig, zeer grootmoedig van hem." „Afstand gedaan van zoo'n mooie erfenis!" herhaalde mijnheer Meijer. „Wie heeft ooit van zulke dwaasheid gehoord, maar nu denk ik weer aan dien schoftDaar liggen nu die prach tige steenen en de verdienste is weg." „Dat is zoo," bevestigde de boek houder, die de pen weer indoopte. Maar mijnheer biedt ze den jongen graaf' von Löwenberg aan. Hij is nu een rijk man en bemint zijne bruid zeker van ganscker harte." „Denk je, dat er werkelijk met den jongen officier zaken zijn te doen vroeg mijnheer Meijer ernstig, maar de boekhouder antwoordde niet meer. Hij was weer aan het tellen begonnen en mompelde halfluid „201 4 9 16 EINDE.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1904 | | pagina 1