Dinsdag
26 Januari.
No. 21.
42e Jaargang.
1904.
srichteu
Binnenlandsche berichten.
igen.
Stand
jonge Gravin,
overges'it».
dagen die d:-.J
inaliertJlooiioj,
Japan rustig i,
eef. Rusland di(!
mtwcord in, nn.
begon Japan ij
op 22 Decent
met de volgen J
endheden
aarheid van
en Mand>joeij,
zullen conc0is!i
ennen, hetzjj -
ie politiek van
wordt.
viissmescHE covraut
Prijs per drie maanden, 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187.
ADYERTENTIËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote letters
en cliché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd o\> Zon- en feestdagen.
l r a a t.
)e Tweede Kaai
werkzaamheii
lag 9 Februari
.eiegram van d;
nNed-Indië heit
ibanan heeft t
de zending et
iet de hoogst®
atrtffscde denj,
den heer Knjj
sksrd worden
.a een goede
ion® en zelfs t
De reis van minister Kuyper.
I Nopens da tela van dan minister Kuyper
dealt de minister van buitenlandende
zaken in de memorie van antwoord op
z(jn begrooting aan de Eerste Kamer
mede, dat de koning van België den
heer Kuyper in November j.l. door den
toenmaligen Belgischen gezant tot eon
persoonlijk bezoek aan het Hof te Brussel
de6d uitnoodigen, aan welke veraerende
uitnoodigicg onlangs gevolg werd ge
geven.
Er was noch kon dus sprake zijn
schrijft de minister van een stap dezer
zijds, en alzoo evenmin van eenig poli
tiek doel.
gestrande stooi
„Peter Berg» vt
tsmd. Het stoocj
isistentie vlot
tengevolge vs
i ook de Har wiet
ooeat arriveer#
imiddag hier ge
|r vertrokken tl
naar Middle
Iburg een ladluj
Igan.
auuari.
IUWD
27 j.
en D,
1WD:
an Meerdervotfi
Hunningher, ül
jm. 28 j. en
EN:
Lous, z. -
'illault. d.
I EN:
15 m.
Eerste Kamer,
Het volgende is ontleend aan de re-
geeriugs-antwcorden op de algemeene
laschouwlngen der Staatsbegrooting voor
1904:
De moeilijkheid die zich by op jaren
gekomen burgemeesters voordoet, is, naar
de minister mededeelt, hierin geregen, dat
bg aftreding, of niet opnieuw benoeming,
hun geen pensioen in uitzicht is gesteld.
Dtze moeilijkheid klimt met de jareD.
Een ambtenaar tusschen de 75 en 80
aren zonder eenig middel van bt staan
ijj nieuwe benoeming vooiby te gaan,
cbjjnt nog hardvochtiger, dan op eenigt-
zins jongeren leeftijd.
Bovendien leverde ds zeer veelvuldig
voorkomende samenvoeging van bet bur
gemeeBterschap met hst secretariaat, bü
üe steeds zich uitbreidende bemoeriLgen
van de secretarie, het zeer ernstig be
zwaar op, dat zeer bejaarde titularissen
zich niet dan ufterst rnoeiyk in de nieuwe
wettelijke regelingen konden inwerken,
en dan niet zelden den secretaris arbeid
aan personen zonder eenigen titel over
laten. Deze toesiand gai herhaaldelijk
aanleiding tot klachten van de zijds der
gemeentenaren.
Daar na de burgemeestersbenoeming
voor een periode van 6 jaar plaats gr |Jpt,
en h(J, die op 65 jarigen leeftijd herbe
noemd wordt, die opdracht tot zyn 71ste
jaar ontvangt, scheen het den minister
aden, zoodra deze leeftijd bereikt is,
aan een voordracht tot een herbenoeming
eenig nader onderzoek to doen voorafgaan.
Bleek dan bij dit on ierzoek, dat de ver
dachte kracht nog aanwezig' was, zoo
kon herbenoeming volgenen zoo niet,
dan kon ze achterwege blflven. Teneinde
nu hiermede niemand te overvallen, en
een wenk te geven, opdat ook deze titu
larissen langs den weg van vrij willige
verzekering voorziening voor den ouden
dag mochten treffen, was de minister van
oordeel, dat het geraden was, hierop
bijtijds de aandacht van belanghebbenden
te vestigen. Dat hierin eon poging zou
te vermoeden zyn, om geestverwanten
In hun plaats te kunnen benoemen, is
VAN
E. VON DINCKLAGE.
7.)
Alrauth voelde hara liefde voor von
"lie van uur tot uur toenemen, doch
jegi-lyfe ook naar haat voor diegenen, dis
j^r hoop dreigden te vernietigen. De
iSanden van hare grootmoeder waran
ook de hare; dooi afgunst gedreven,
jatte zy ou 0q]j ,je dochter van den
'4,° wier naam zQ niet eens kende.
V.
dames wachtten vol ongeduld op
h antwoord van den Oostenrijker. De
®6t von Halte meldde schriftelijk, dat
tot ?«M Za^en op r8's moest en daardoor
voo 'erhinderd was, de dames
1 het oogenblik tot troost en steun
een verdenking, waarop b|j het antwoord
schuldig wenscht te bljjvec.
Met het oog op de financieels gevolgen
welke eventueels pensioneering van ga-
meente-ambtenaien en van hun weduwen
en weezen zoowel voor het Rijk als
voor de gemeenten ten gevolge zou heb
ben, herhaalt de minister dat de gegevens,
ter beoordeeling dezer aangelegenheid
vereischt, moeten worden afgewacht.
Betreffende bet algemeen stelsel van
het lager onderwijs zegt de minister het
volgende
Diflirentieering is een feit. De vroegere
eenvormigheid van danken en bsdoelen,
maakte gaandeweg voor meer uiteenioo-
pende zienswijzen plaats, en ook de wet
geving behoort hiermede te rekenen, wil
ze niet buiten den stroom van het leven
geraken. De vraag is uit dien hoofde niet,
of een minister veel of weinig voor diffr-
rentieering gevoelt, maar of ontkend kan
worden, dat ze, met of zonder zyn goed
vinden, het leven behasrscht.
Dat in meerdere d'eelen van ons land
de openbare school nog vrij bleef van
het elders insluipend kwaad, wordt zon
der voorbehoud erkend. Toch mag niet
voorbijgezien worden, dat in den kring
der openbare onderwijzers de vloed d e
voor het kwaad aanbrak, nog niet in eb
verkeerd is, en dat de wet geen enkel
doelt:ffjnd middel aan de hand doet om
de openbare school op hst oorspronkelijk
blijkens art. 33 haar aangewezen stand
punt te handhaven.
Ten aanzien van de Ongevallenwet
1901 zegt de minister, dat fajj omtrent
onbetrouwbare geneeskundige verklarin
gen tot dusver geen mededeeiing heeft
ontvangen.
Na de eerste wetenschappelijke balans
zal de indeeling der bedoven in ge
vat -inkrassen worden herzien ;bedi{j;en,
welke to laag mochten z|jn gerangschikt,
zullen alsdan in de juiste klasse kunnen
worden gebracht.
De bedoelde voorwaarden, waaronder
overdracht van risico wordt toegestaan,
zijn in de wet en in het KoninklQk be
sluit van 5 Decambes 1902 vermeld. Dat
in den eersien tjjd na het in werking
treden der Ongevallenwet 1901 beschik
kingen op requesten soms wat lang op
zich hebben doen wachten, is niet daarvan
een gevolg geweest, dat de beschikking
door de Kroon mo9st worden genomen,
maar van de omstandigheid, dat zoo
groot aantal rrqueaten zich in betrekke
lijk korten tyd opesnstapelde.
De minister kan voorshands niet inzien,
waarom uitbreiding der ongevallenver
zekering tot de landbouwbedrijven ten
gevolge zou moeten hebben, dat alle
administratiekosten tea laste san het
Rijk watden gebracht.
De grootere uitgaven voor het depar
tement van oorlog vy q een noodzakelijk
gevolg van ds uitvoering van de nieuwe
militaire wetten en wel ia de hoofdzaak
van de Militiewet 1901 en van de Land-
weerwet. Dat e.-n kleine natie als de
onzo zich niet zou kunnen handhaven
Teleplioonnummer 10.
door de kracht van wapenen wordt be
slist ontkend. Gehael wordt dan ook
meiegegaan met die leden, welke van
gevoelen zijn, dat het in ied6r geval dure
plicht is, de maatregelen te nemen, welke
ons volk in staat stellen, zich tegen een
eventueelen aanval raet alle kracht te
verdedigen.
Het komt d&n minister voor, dat in
vergelijking met andere landen, de uit
gaven voor de defensie niet hoog, althans
niet te hoog, zgn te noemen, terwijl hjj
met erkentelijkheid nota neemt van de
uitspraak dier leden, welke te kennen
geven, dat by in de gegeven omstan
digheden niet anders zou hebben mogen
doen.
Vereenvoudiging, die niet leidt tot
vermindering in deugdelijkheid, zal steeds
worden betracht, Dat de daartoe in het
voorl. verslag aangegeven middelen goeds
uitkomsten zullen opleveren, wordt
echter betwijfeld,
De minister hoopt bij de eerstvolgende
ontwerp-begrooticg een volledig overzicht
te kunnen gaven van de zoogenaamde
leger-organisatie, waarbij dan tevens zal
worden gevoagd eene opgave van de
kosten die ten slotte aan de uitvoering
der leger wetten zuilen verbonden zijn.
Ernstig komt de minister op tegen de
beweriog dataan het comptabel beheervan
z|jn departement nog steeds onregelma
tigheden schjjoen aan te kleven.
Ein aanvang is gemaakt met de her
ziening van het reglement van admini
stratie by de landmacht en de opmer
kingen in het verslag der SIaaiscommissie
omtrent de administratie van het leger
gemaakt, worden daarbjj mst de meeste
nauwgezetheid overwogen terwijl zoover
mogelijk, ook reeds dadeiyk aan da
gemaakte bedenkingen wordt tegemoet
gekomen. Zoo is reeds eene nadere
regeling vastgesteld betrt ffsnda het stelsel
voor verstrekking van klesdicg voor
miliciens, rrs.-rvekader en vrijwilligers.
Da minister is overtuigd dat de ingeslagen
weg van geleidelijke hervorming en
verbetering de juiste is en derhalve tot
het beoogde doel zal leiden.
Inderdaad is eene herziening van het
bestaande voorschrift op het invullen van
beoordeelingslQsten ter zake van bevorde
ring van cifhitren ter hand genomen.
Verschillende tegen het gemaakte ontwerp
te berde gebrachte bedenkingen zuÜ6n
een nadere beschouwing en gedeeltelijke
omwerkiDg daarvan noodig maken.
In het algemeen warden geen olfioieren
t|jdel|jk aan den dienst onttrokken voor
werkzaam bed en buiten hun vak gelegen,
dan wanneer zulks noodzakelijk of van
groot balang is voor het legér. Da paar
denfokkerij nu, is van zeer groot belang
voor het leger.
Zoolang de verwapening mat hst
nieuwe veldgeschut nog niet heeft plaats
gehad, bl|jfc oefening met hot oude
noodzakelijk.
Koningin Emma en de weldadigheid.
Ds redactie van het „Tgdschrifc voor
Abonnements-Advcrtentiën op zeer voordcclige voorwaarden.
te zUn.
„Wat een hartriyke brief I» merkte
Aimuth op. Da gravin antwoordde niet
6B trok sli-chts de schouders op.
Eindei|jk kwam er een brief met dan
poststempel „Weenen."
„Weenen!" riep de gravin verschrikt
uit.
„Hoe durft zoo iemand zich in de
residentie
„Maar lees dan loch eerst,grootmama
riep Almuih uit.
„Waarde moeder! Ik schrijf iaat, doch
ik wau b|j don keizer ontboden mijne
onschuld is bewezen ik volg dozen
brief spoedig na.ar Steenburg. Bodo Max
von R «ttheim.*
Hoe kort en toch boa veelzeggend was
deze brief.
Ds beide dames kwamen zichzelf voor
als vreemdelingen in hare eigene ver
trekken, als siachtoff-irs van een boosaar
dig, tegen haar gesmeed plan.
„Inspannen 1» riep de oude gravin uit,
die gewoonlijk spoedig weder tot zich-
zelve kwam, „Zet uw hoed op, Aimuth
w|J rijden terstond naar Haltsnhof. Ik.
heb juist gehoord, dat de baron weder
teruggekeerd is. Ik zal hem een voorstel
doen, dat hem zal noodzaken, mijne
pastij te kiezen. Ik heb op Steenburg
ook m|jne recbcén en zal nimmer goed
schiks wyken 1 Ik ben de dochter van
een generaal ben ondernemend van
aard en durf zelfs bewaren dat moed
boven recht gaat!»
Almuih, wier oogen door de liefde
met blindheid waren geslagen, zou zelfs
in staat z|Jn geweest met erwten in de
schoenen een pelgrimstocht naar Halten-
hot te ondernemen, om slechts den
afgod van haar hart nab|j ta z|jn. De
dames waren voornemens om ais by
toeval een ritje te maken door baars
buurmans park, zooals zjj wel meer
deden. Dit park was een reddeloos ver-
ioren paradjjs, eene ware wildernis, b(J
welks aanblik de oude gravin telkens
den lust in zich voelde opkomen, ook
hier eens te mogen huishouden. Steen-
burg was namelijk onder haar beheer
een toonbeeld van overleg en goeden
smaak geworden. Waarom zou zjj ook
niet Haitenhof wader tot oene broeiende,
rentegevende bezitting kunnen maken
„Kijk, daar staat de baron 1" risp de
koetsier uit, terwjjl hjj de welgedane
bruintjes lot staan bracht.
De beide dames toonden zich ten
hoogste verrast, want inderdaad zagen
A-menzorg en Kinderbescherming'
schryfc
Bjj al het goede dat de Moeder van
onze zoo harteiyk geliefde Koningin over
land en volk heeft verspreid, sinds zjj
hier Haren intocht hield, is voorzeker
haar verstandige zorg voor armen en
noodlijdenden in het byzonder te noemen.
Als vrouw neigt haar hart van nature
tot het zwakkeals Koningin, later als
Regentes vau het Koninkryk, is zy voort
durend in de gelegenheid geweest van
baar overvloed mede te deelen.... maar
het is niet dat, wat wy willen ge-
danken.
Wat wö by de herdenking van de
nationale winst van vóór 25 jaren op
het ruime gebied der Armenzorg van
byzondere beteekenis achten, het is het
hooge verstand dat Koningin Emma ook
in deze hare handelingen heeft weten
te leggen.
Weinigen weten hoe moeiiyk het is
voor een Koningin om verstandig wel
te dosn. Esn gave is zoo gemakkeiyk
gegeven, en daarmede een vragende
tevreden gesieid.
Maar is ca,', da kunst vau weldoen
Neen, dieper gaat die kunsthooger is
de eisch, moeiiyker is de taak.
Geven verslapt er kweekt armoede,
ais niet het zout van 't onderzoek het
goede van het kwade scheidt.
En ais d; gave verstrekt is mogen
worden als tr ai niet gelei wordt
op de wöze dar b.a'.oding.
Koningin Eoima heeft ai spoedig in
gezien, dat voor Vorsten en' hoogge-
piaatsien dezelfde regel geldt als voor
minder-bevoorrechten, die voorschrijft,
dat men geen gave gave, tenzy men
overtuigd zy, dat deze ook wezaniyk
don toestand van desgene, dien men
helpen wü, verbesere.
Door haar voorbeeld heeft «y krachtig
bijgedragen om dil jui3t6 standpunt, dat
intusgchen by haar komst hier te lande
niet door zeer velen werd ingenomen,
meer en beter te noen waardeeren, en
daardoor heeft zij een z.er grooten in
vloed ten gosde gehad, die ryke vruchten
van verstandige armenzorg z »1 afwerpen.
Het is ons een behoefte by den dank
voor al hetgeen haar warm hart voor
armen en ïydenden heeft gsdaan en nog
doot, ook een woord van niet minder
welgemeenden daak te voegen voor deze
wyze les, die haar voorbeeld ons leerde
laat het hart leiden door bet verstand,
indien gij niet wilt dat het goedo dat
gy voorhebt in kwaad verkeere.
Herziening der drankwet.
Da „N. R, Ct.' geeft eeu beschouwing
naar aanleiding van het voorloopig ver
slag der Tweeds Kamer over het ontwerp-
drankwet. De eindindruk vau het Rotter-
damsche blad is, „dat het niet aangaat,
dat onderwerp af te doen op de wijze
en binnen den tQd als nu is voorgesteld'.
„Het bevreemdt niet, dac het verslag,
met het oog op den fatalen laa Mei
1904 en op de begrootlngadrukien dar
Kamer in de laatste maanden van het
jaar, aar heft met de klacht van verschil
lende zyden, dat hat voorstel, ingekomen
16 October 1!., niet tydig werd ingediend.
Daartegen is wel aangevoerd, dat het
hier geldt eene algeheele herziening van
de Drankwet, van mser ingry penden aard
dan het in 1900 ingediende voorstel ea
van geheel oorspronkeiyk karakter, en
dat de voorbereiding van zulk eene in
gewikkelde herziening uitgebreide en tyd-
roovenda studiën en werkzaamheden
eischte. Maar dit alles wordt gaarne toe
gegeven, doch doet niets af. De aange
heven klacht behelst ook geen aanklacht
van gemis aan yver en studie by de
Regeeringzij leidt alleen de bedenking
in, dat, waar een materie zooveel studie
en overweging verlangt, ze niet kan
worden aangeboden als stof ter legislatieve
afdoening binnen zoo kort bestek vse
gelegenheid en tijd.
De strijd tegen den verwoestenden
alcohol is een nobele stryd. Het misbruik
van ateikan drauk is ean sociale ramp,
die de volkskracht houdt neergedrukt en
vastgebonden, waar zij misschien hoog
kon stijgen en breed zich ontplooien.
Daar gaat niets van af. Daarom ook is
het de rooping van hst nu levend ge
slacht wel, om met krachtige slagen te
slaan. Hoe krach'.iger rchtsr een slag
wssen zal, hoe meer moet worden ver
hoed, dat het een misslag zy E h6t
zou een misslag wazen, indien siechts
bet eene kwaad door ander kwaad werd
vervangen indien veie lei hardheden
werden begaan, velerlei logge belemme
ringen aan badrjjf en verkeer werden
aangelegd, zonder uitslag van sanige b>
teekanis.
Tegen overhaasting moet daarom ge
waakt. Men moet niet ia „no time" eeu
snel ia elkaar gezette wat trachten tot
srand te brengen, welke eaa groote phaae
In dan stryd tegen hat alcohol-bedelf
afsluit, Da indiening van wat hier werd
voorgesteld, de breeds toeiicating, de be-
scnouwingea in het Versiag en de tegen-
beschouwingen straks in het regeerings-
antwoord, dat alles zal daarom niet ts
vergeefs zij a geweest, maar zya vruchten
afwerpen voor het eindconsult, dat nog
gehouden worden moet en niet ta lang
behoeft te worden uitgesteld. Daar zullea
heel wat denkbeelden nog moeten bi-
zinken en inleven, heel wat voorstellen
en wenschen nog moeten worden ge
keurd en bt sterven tot rypheid wor
den gebracht. Zoo zal het nut van deze
wetsbehandslicg eer zydelingawerkand
zyn, dan direct. Daarmede mogen zg
zich troosten, die er aan hebben gewerkt.»
zij den baron, naast deu met riet be<
groeiden goudvischsyver, s.aaa praten
met een heer en eene dame, Navwuiyks
merkte h|j de beide dam s op of bjj
wendde zich mat zija vrteadeiijkslea
glimlach tot haar met de woorden „Dat
treft al heel goed ik wilds juist met
mjjn gast, mynheer uw zooa, g-aaf Bodo
Mux, u gaan opzoeken. Ik zat toevallig
mes mynheer de graaf en met gravin
Rosina hier stelde hij de jonge dame
tegeiyk voor in denzslfden coupé De
graaf herkende my, doordien ik, volgens
zijn zsggen, sprekeDd op myn overleden
vader geiyk, dia zyn schoolmakker is
geweest."
Onder het spreken reikte von Halte
de dames da hand en hielp haar uit
stappen. Zilfs de oude gravin wist een
oogenblik niet wat te doen de verrassing
was a1 te groot. Spoedig echter wist zy
zich te beheerschen, en daar zy bsgcaep,
dat zy het in dit netelig geval met
vriendelijkheid hst verst zou brengen,
riep zy mat voorgewende biydschap uit
„Wel, Bodo Max dat noem ik nu
nog eens een verrassing ...engymyn
kind, mya lieve lieve
„Rosina 1" vulde von Halte aan.
„Rosina, Roosje kyk, dat is Al-_
Van da uitgevers, de heeren W. J.
Thiama Cie te Zutphea, ontvingen w|j
da eerste afinvering van het werk „Uit
de Diapt3 der wareidzee* dat in 15 afle
veringen zal worden uitgegeven. Hst
wordt bewerkt door dr. G. Buekars.
De eeista aflivariug ziet er keurig uit
en is versierd met een tweetal fraaie
muth, uwe nicht. Wel, dat treft aardig 1"
„Dag, moeder I" zeids de graaf, terwijl
een lach ziju gelaat overtoog. .,Gij zijt
in de laatste viji en twintig jaren niets
veranderd."
„Ja, toch wei Is antwoordde de gravin,
dia al h t bittera v a. deze oogansch'jaiyk
vleiende woorden gevoelde.
Rosina droag een zwart kleed van
slechten snit, waarin haar slaak ge
bouwde leest al zier nadeelig uitkwam.
Otk hare verdere kleaaing vormde een
gshee! zoadenregister tegen de regels
der schoonheid eu de voorschriften der
mode en toch oefende deze veroa-
achtzamiag van den uiteriy ren vorm
een® eigaaaardiga botoovering uitopd9ü
aanschouwer en wekte haar di'.oafgeostige
stilzwygaadheid belangstelling op ia haar
persoon. Zjj stond tegenover At muta en
zag haar in het gelaat, zonder de donkere
oogen neer te slaaa voor den biii val
haat, waarmede deze haar verwaardigde
Geheel aniera begroette 3Ho MAx zijn
nicht. „Wol, kjz eoa3 hior, gij zjc ao
aeas eaa echts, blosioalo rooi!' riep
hij uit. „Ei was geijkt gj sproke ld op
mljia grootmoilor oa op aljntivrosg
gestorven zuster I
Wordt veroolgd).