MES.
ikken,
Dinsdag
241 November.
Arme Grootmoeder.
41e Jaargang.
1903.
at G 11.
t Uffl.
Gemeentebestuur.
MeniiteM Miteu.
FBUILUTON.
Is zoo
Hee-
Klee
ft 71.
HINDERWET.
So. 277.
ïai'üke-
rikken,
nts en
Sport
les enz.
ie be-
Cli e-
voor
eiken
fDSCHE, pro-
!XT8A.'
i vet en blank
it per 5 ons
larsma.
EIST
aa«BiïE9 v
i 4 50 (alleen
bilmarktvm
12 30 1 15
5 55 6 55
ïiarkt Vlissin-
werkdagen)
12 35 1 20
6— 7
(DIENST.
20 7—
10 20 10 40
1 30* 2—»
4 10 4 30
7 50 8 20.
6 10 6 30
L0 10 10 30
12 10 1 20
|0 3 40 4—
0 7 40 8—
londags uit.
3 2S c.)
3 50.
ertrek van
irsselan aü
Breskena,
Boraaelen
JBAGS
VLlSSIiVOSlHE COURANT.
Prü's per dri. maanden 1.30. Franco per post l.SO
Afzonderigko nummers 6 cent. Men abonneert zich bg alle Boek
handelaren, Postdirecteuren ei rechtstreeks bg den Uitgever
F. YAM BI VSLBK Ir., Kleine Markt, 1. 137.
ABVEHTENTEÊNvan 1-4 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. - Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prgs slechts tweemaal berekend, ©root® letters
en clichd's naar plaatsruimte.
Vers bfat iagalfka, altgWHSltsi Sea- sa fsssüagta.
Tslephooaiiimnsr XO.
liemmMdwteitgis op sear ToordeaUga voorwaarden.
Verzoeken om vergunning tot het plaatsen
van eene bloeddrogerg en eene
petroleumbergplaats.
Butgemeester en Wethouders van Vila*
singen
gelet op art. 8 der Hinderwet
geven bg deze kennis
dat bg hen zgn ingekomen de navol
gende veizoeken
le. van de fl.ma ZWANENBERG Go.
te Osch, om vergunning tot het oprichten
en in werking brengen van eene bloed
drogerg, in het te bouwen perceel aan
de Buitenhaven sectie G no. 1354
2e van M. A. P. SWENNEN, om ver
gunning tot het oprichten van een pe
troleumbergplaats in perceel F 59 Oude
Markt, sectie E 1561.
dat deze verzoeken met de bgiagen ge
durende veertien dagen, te beginnen met
Vrgdag den 20 November 1903, op de
Gemeente-Secretarie ter visie zullen gelegd
worden en dat den 4 December 1903
ten raadhuize, des namiddags ten 2 ure,
gelegenheid zal worden gegeven om be
zwaren tegen het oprichten der inrich
tingen in te brengeD, terwgi gedurende
drie dagen voor dat tgdstip ter Gemeente-
Secretarie van de ter zake ingekomen
schrifturen kennis kan worden genomen.
Vlissiegen, den 20 November 1903.
Burg. en Wetb. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKS.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
Staatsbegrooting voor 1904.
Aan het Voorloopig Verslag der Tweede
Kamer over hoofdstuk Oorlog der Staats-
begrooting voor 1904, ontleenen wg het
volgende
Over het .beleid van denminister* wer
den in de afdeelingen der Kamer de vol
gende opmerkingen en beschouwingen
gemaakt
Van verschillende zgden wenschte men
den minister hulde te brengen voor zgn
krachtdadig optreden bg gelegenheid van
de bekende gebeurtenissen in dit voorjaar
men meende, dat de maatregelen, die toen
vanwege het departement van oorlog zyu
getroffen, voldoening hebben gegeven
aan al degenen, wier wensch het is, dat
orde en rust in het land te allen tgde
verzekerd zgn en hen in de overtuiging
hebben gesterkt, dat onder dezen minister
de leiding van het depattement aan be
kwame en krachtige handen is toever
trouwd.
Enkele leden konden met den lof, den
Uit het Italiaansch van
ENRICO CASTELNUOVO.
4.)
oHoe duideigk staat het mü op dit
'ogenblik weder voor den geest," zoo
btgon mevrouw Gobelli na eenig stil
zwijgen, „dat gg vroeger uren achtereen
in dit bootje op het water ronddreeft om
e salamanders en andere diertjes te
vangen, die dan op.spiritus werden be
waard om ze bg uwe natuurkundige
studiën te gebruiken Gjj waart toen
voornemens natuurkundige te worden.
Bt.e lang heeft die gril geduurd
.Zoolang als gewooniyk grillen duren.
- Eene week, een maand Maar
*al zie ik? Hebt gg de gymnastiektoe-
s'ellen nog niet laten wegnemen
•Neen, en deD schommel ook niet.
minister hier gebracht, niet instemmen.
Huns inziens hebben juist de maatregelen,
bg gelegenheid van de bedoelde gebeur
tenissen in dit voorjaar vanwege het
departement van oorlog genomen, doen
zien, dat aan dit departement zoowel de
leiding als de uitvoering te weaschen
overlaten. Niet alleen is de eerste oproeping
van de miliciens onder de wapenen weer
afgelast en heeft dit den indruk gemaakt,
dat de regeering wankelmoedig was en
onberaden besluiten nam, voor wel
ker gevolgen z(jze!ve terugschrikte, maar
bg de tweede oproeping zgn de maat
regelen zoo slecht getroffen, dat som
mige garnizoenscommandanten, van die
oproeping niet tijdig verwittigd, zich
niet bevoegd rekenden de aan de
kazernes zich vervoegende miliciens op
te nemen, hetgeen hier en daar tot ver
warring aanleiding moet hebben gegeven.
Wanneer reeds in een töd wel van span
ning maar toch overigens van binnen-
landsche rust, dergeigke leemten aan den
dag treden, hoe zal het dan moeten gaan,
zoo vroegen deze leden, wanneer eenmaal
oorlogsgevaar dreigt of aanwezig is.
Hiertegenover werd weer aangevoerd,
dat het gemakkeigk is na afliop van
gebeurtenissen in het algemeen critiek
te oefenen op het beleid van hen, die
geroepen waren aan die gebeurteniasen
het hoofd te bieden, maar dat, wanneer
de genomen maatregelen, in hun uitvoe
ring zoo weinig te wenschen hebben
overgelaten, als hier het geval was, het
niet biliyk moet worden geacht, de re
geering over kleine tekortkomingen hard
te vallen.
Men mag ook niet vergeten, dat in
tientallen van jaren een buitengewoon
onder de wapenen roepen van twee
lichtingen niet is voorgekomen en zooda
nige oproeping voor de betrokken mili
ciens tal van nadeelen met zich brengt.
Dat de regeering niet dan na eenige
aarzeling daartoe is overgegaan, achtte
men alleszins begrgpeigk en moet, meende
men, eer worden geprezen dan gelaakt.
Enkele leden merkten in dit verband
op, dat huns inziens in dit voorjaar ge
noegzaam is gebleken, dat een oproeping
van twee lichticgen als toen heeft plaats
gevonden, de maatschappij uit haar voegen
brengtzü zouden het daarom beter
achten, dat er blijvend meer troepen
onder de wapenen waren, hetgeen zou
kunnen worden bereikt, wanneer het
contingent in zgn geheel voor eerste-oefe-
ning langer onder de wapenen zou kunnen
worden gehouden dan thans naar de
bepalingen der Miiitiewet is toegestaan.
Be Brankwet.
.Het Vaderland* is van meening, dat
het wetsontwerp tot herziening der be
staande drankwet feiteigk een nieuwe
wet belooft. Wanneer, zegt zü, door
onvoorziene tegenspoeden het ontwerp
niet tüdig het Staatsblad bereikt en men
weer, geigk in 1901, tot een tgdeigke
voorziening, een verlengingawetje, zal
Daaraan zijn voor mij veel te aangename
herinneringen verbonden Wg ouden
leven, zooals gü woet, meest van her
inneringen 1
.Arme grootmoeder I
„Maar begrüpt gg dan niet, dat wan
neer wij niets meer van de toekomst
te verwachten hebben, wü ons met het
verledene moeten vergenoegen In
den tgd toen gg nog een hartstochtelijk
liefhebber van gymnastische oefeningen
waart, en mg dikwijls deed sidderen b|j
uwe gevaarigke toeren, drukten de jaren
nog minder zwaar op mijne schouders,
en bouwde ik mg nog allerlei luehtkas-
teelen Mocht ik bet eens beleven,
zoodacht ik bg müzelf, dat ik mgne
kleinkinderen hier nog zie spelen 1
Wie had toch kunnen denken dat gü
zulk een slecht mensch zoudt worden.
Maar toch moet men nooit wan
hopen aan de bekeericg van een zondaar.
Ik zou u als gehuwd man gaarne
met uw vrouwtje in mün huis willen
ontvangen. Denk er aan, gü zult mü
als zoodanig dubbel welkom z(ja. Uwe
blauwe kamer
„Ja, daar ben ik bepaald aan gehecht
en ik heb gezien dat gü er nieuwe
gordijnen hebt laten ophangen I
moeten overgaan, dan staat voor haar
deel hieraan ook de regeering schuldig,
die Iaat kwam met een belangrgk wets
ontwerp, waarover veel te zeggen valt,
dat eenerzüds velen te streng, aan den
anderen kant velen niet streng genoeg is.
Naar aanleiding van het in het ontwerp
opgenomen verbod van hazardspel in een
dranklokaal schrijft het blad
Het springt in het oog, hoe de enge
jurisprudentie ten aanzien van het be
grip „hazardspel" hier hinderiyk zal
blfiken, te hinderigker waar ook reeds
tai van spelen die omnium consensu
door de vaardigheid der spelers in hoofd
zaak worden beheerseht men denke
aan biljarten en kegelen aan een
dranklokaal machtige aantrekkingskracht
kunnen verleenen. Verscherping der wet
ware hier geen overdaad, al zal men
daarbü niet mogen vergeten, dat de
mogeiykheid om in een dranklocaliteit
nog iets anders te doen dan drinken ook
haar goede zyde heeft.
Vuor het overige haalt „Het Vaderland"
verschillende bepalingen van het wets
ontwerp aan. Zjj aarzelt niet den Haag
schen correspondent van de Zutphensche
Courant na te zeggen: „hoofdzaak is,
dat de clandestiene verkoop voorgoed
wordt gefauikt en daarop bestaat met
de thans voorgedragen bepalingen goede
kans."
Be financieels crisis.
Naar het „Vad," meldt, heeft mr. P.
J.Troelstra Zaterdag aan den minister van
justitie medegedeeld, dat het züa voorne
men, is den minister by de behandeling
van diens begrooting in de Tweede
Kamer de vraag te stellen of, en in
hoeverre is onderzocht of ar reden was
tot strafreehterlüke vervolgingen inzake
de Wiihelmina-trustmaatschappü, de
Münbouw maatschappü Mindrineti en
de Noordbrabantsche Bank. En tevens,
welk gevolg door den minister is gegeven
aan het request van dhr. Raupp, die een
strafreehterlüke vervolging van da
directeuren van laatetgenoemde Bank
heeft verzocht.
Registratie- en Successierechten.
In eene vergadering van de „Broeder
schap van candidaat-notarissen" afdeeling
Noord-Holland, te Amsterdam gehouden,
sprak de heer A. Gsrbar, ontvanger der
registratie en domeinen te Rosendaal over
„de toepassing der Registratie- an Sue
cessiewetten in verband met de maat-
sehappüen en vennootschappen.")
De spreker ving züa rede aan met da
vraag of men in elke maat-of vennoot
schap, althans in de vennootschap van
koophandel, een rechtspersoon moet zien
en kwam tot de conclusie dat alleen de
naamlooza vennootschap rechtspersoon-
lükheid bezit, omdat de aandeelhouders
niet aansprakelük zijn voorde schulden.
De vennootschap onder firma heeft wel
een afgezonderd vermogen, doch dit is
„De ouden waren geheel versleten
Maar als gij zoozeer aan die kamer
gehecht züt, kunt gü haar ook dan wel
in gebruik houden, en bovendien zou ik
u nog twee andere vertrekken afstaan,
waarvan gü, zoolang als het u goed
dunkt, gebruik zoudt kunnen maken. Ik
zou het voor u in het geheel niet ge
wen scht vinden om hier het gansche
jaar te wonenverbeeld u eens in deze
stille omgeving maar, bijvoorbeeld,
een maani in het voorjaar en een maand
in den herfst zou het voor u hier wel
uit te houden zün Maar daar begin
ik mü waarlflk weer luchtkasteelen te
bouwen
Ja, wel waren het luchtkasteelen
Ferdinand had immers zelf gezegd, dat
hy er de man niet naar was om eene
vrouw naar het echtaltaar te geleiden.
Wel moest hg het zichzelf bekennen,
dat zün tegenwoordig losbandig leven
hem onbevredigd liet, en hem in menige
moeieiüka positie bracht Ja, waarom
had hü zün geluk ook niet gezocht in
een kalm en huiseiyk familieleven zooals
zoovele anderen
Al voortwandelende hadden zü het
tuinhek bereikt, en zagen van verre hoe
Antonie, de oude huisknecht, al de ramen
niet voldoende om aan die vennootschap
rechtspersooniykheid toe te kennen.
Daarna overgaande tot de behandeling
van de bepalingen van fiscaal recht, be
handelde spr. eerst de oprichting en ont
binding sener vennootschap, beide belast
met een registratierecht van f 15. Inbreng
is niet afzonderlijk belast, mits het
werkelijk inbreng is, d. w. z. mits de ven-
nooten door den afstand van goederen
aandeel in de vennootschap ontvangen
wordt hun voor die goederen een bedrag
in contanten uitgekeerd, of neemt de
vennootschap schulden over, dan is er
recht van verkoop schuldig. Dit wordt
cchter op grond van art. 8 der Wet van
1882 door het bestuur der registratie
niet meer geheven. De latere scheidln;
is beslissendalleen voor naamlooze
vennootschappen wordt eene uitzondering
gemaakt, wat door spr. werd afgekeurd.
Spr. wees daarna op de ontduiking van
mutatierecht door inbreng van vast goed
in eene bestaande of op te richten naam
looze vennootschap, waar dit goed in
werkeiykheia is verkocht.
Zü die bij de notarieele akte eene valsche
verklaring hebban afgelegd, kunnen wor
den vervolgd wegens valschheid in ge
schrifte.
Hierna behandelde spr, art. 8 der wet
van 1882, bepalende dat recht van verkoop
schuldig is, indien een vast goed, door
een vennoot ingebracht, later aan een
ander wordt toebedeeld en hü vermeldde
da quaeatiea dia by de toepassing van
dit artikel z(jn ontstaan.
Uitvoerig stond spr. stil by art. 13
van gemelde wet, dat recht van ver
koop geheven wil hebben indien het
aandeel van iemand in eene onverdeeld
heid krachtens kanscontract bü zijn over
lijden aan de mede-eigenaren verbiyft
tegen of zonder vergoeding. Het artikel
is niet toepasselijk indien er tussohen de
overbhj venden en de erfgenamen van den
overledene nog een nadere overeenkomst
moet worden gesloten al zün ze ook
verplicht die overeenkomst aan te gaan.
Het artikel Liyft naar spr.'s meening
ook buiten toepassing indien slechts één
der gerechtigden zün aandeel tegen of
zonder vergoeding aan een ander heeft
afgestaan er is dan geen kanseontract.
Biyft het aandeel van een overledene
aan bloed- of aanverwanten tot den
vierden graad, dan kan er krachtens art.
12 der wet van 1897 recht van successie
worden geheven, doch wordt de bg-vor
dering van registratierecht óf achterwege
gelaten £>f beperkt tot de heffing van
recht over het bedrag der vergoeding.
Op het verschil in woordenkeus tusschen
die twee artikelen, werd door spr. de
aandacht gevestigd. Van belang voor
de toepassing van de successiewet is de
vraag, welk aandeel een vennoot in de
goederen der vennootschap bezit. Spr. gaf
een overzicht van de verschillende mee
ningen die op dit punt bestaan, en hy
wees ten slotte op de gevolgen van de
leer van den Hoogen Raad, dat bü eene
vennootschap onder firma de echtgenoote
opende, ten einde er de frissche avond
lucht te laten binnenatroomen. De toren
klok uit het dorp sloeg acht uur.
„Het wordt tyd voor mü om te gaan,"
zeide Ferdinand.
„Hebt gü zulk een haast Maar
ik kan my zoo voorstellen dat drukke
bezigheden u wachten 1" antwoordde
zyne grootmoeder op eenigzins spotten-
den toon. „En," voegde zy er aarzelend
bü, „zijt gy nu waarigk alleen hier
gekomen om mjj eens te zien
„Ja, alleen daarvoor
„Nu, dau dank ik u duizendmaal
En wanneer komtgy mü weer bezoeken?
„Spoedig."
„Wanneer ongeveer
„Als ik morgen eens terugkwam,
grootmoeder
Het gelaat der oude dame begon van
vreugde te stralen by het hooren van
deze woorden, en verrast zeide zy„Is
u dat ernst?"
„Ja, volkomen Ik zal morgen
terugkeeren om hier eenige dagen te
vertoeven Ik wil eens weer mün
geliefkoosde kamer hier in gebruik
nemen."
Mevrouw Gobeli kon hare ooren büna
niet gelooven. Was het mogeiyk Zou
van een vennoot geen aandeel nalaat
in de goederen der vennootschap, doch
slechts eene vordering op den man tot
uitkeering van de helft der waarde van
het aandeel.
De minister van oorlog heeft bepaald
dat de datum, waarop de dienst voor
het big vend gedeelte der lichting van
1903 een aanvang neemt, wordt vast
gesteld op 1 December a. s. En voorts
le. De ter volledige oefening ingaiyfre
miliciens, die op 1 December a. s. hua
eersten oefeningstgd hebben volbracht on
niet voor het big vend gedeelte zgn aan
gewezen, worden 28 November a. s. in
het genot van groot verlof gesteld. 2j
De tot korte oefening ingeigfde milicien.0,
die voor de eerste ploeg van het big vend
gedeelte zgn aangewezen, keeren tot het
vervullen van hunnen dienst voor dit
gedeelte op 1 December bg hunne korp
sen terug. Aan de miliciens dezer categorie,
behoorende tot de tweede ploeg van het
big vend gedeelte, moet nu reeds worden
medegedeeld, dat zg op 30 Maart 1904
voor den tgd van 4 maanden voor dat
gedeelte onder de wapenen zullen moe
ten komen. De ter volledige oefening
ingelijfde miliciens, die op 1 December
a. s. hunnn eersten o feningstgd hebben
volbracht en tot de tweede ploeg be-
hooren, vertrekken op 28 November a. s.
met tgdelijk verlof tot 30 Maart 1904.
Op dien datum keeren alle tot de
tweede ploeg behoorende miliciens bg
hunne korpsen terug, terwijl op dien dag,
of waar zulks wordt vereischt, den
daaropvolgenden dag, de miliciens der
eerste ploeg met groot verlof worden ge
zonden. 4e. De miliciens bshoorende tot
de tweede ploeg worden op 29 Juli 1904
in het genot van groot verlof gesteld.
De 88e jaarigksehe rekening en ver
antwoording van de directie der weduwen-
en weezenkas voor ds officieren van de
landmacht (over 1902) wgatin ontvangsten
een bedrag aan van f 525,968.02, en in
uitgaven 1524,821 57Vji zoodat op 1 Jan.
1903 meer is ontvangen dan uitgegeven
fll46.44'/j. Aan inschrgvingen op het
Grootboek der Nat. Werkel. Schuld bleef
voorhandena. rentende 2l/a pGt. eens
kapitale som van f 6,200,000 b. renteoda
3 pGc., eene kapitale som van f 1,188,000.
Op dan 1 Januari 1902 bedroeg het getal
der weduwen 545, hetwelk in het jaar
1902 vermeerderde met 31, terwijl er
23 overleden zgn, waardoor op 1 Jan.
1903 het getal gepensionnaerde weduwen
bedroeg 553. De balans sluit mat een
voordeelig saldo van f 13,815.32Vj.
De minister van marine brengt in de
„Staatscourant" ter kennis dat, bigkens
telegraphische berichten van den Bta-
tionscommandant der zeemacht in West-
ladië, Hr. Ma. pantseracbip „de Ruy-
ter", onder bevel van den kapitein
ter zee A. 0. van der Sande Lacoste,
20 dezer, in verband met een te
het afgedwaalde schaap tot haar weder -
keeren
„Ik kan u dus verwachten
„Ja zeker."
„Om hoe iaat?"
„Morgenochtend bg tgdsOm negen
of tien uur
Weinige oogenblikken later besteeg
Ferdinand zgn licht wagentje en wierp
den jongen, die het tuinhek voor hem
opende, een geldstuk toe met de woor
den „Zorgt gg goed voor het afrgden
van de paarden
„Er valt niet veel af te rgden. De oude
Armida is alleen nog maar overgebleven."
„Wat zegt ge daar Ea waar is dan
het mooie span gebleven dat altgd voor
de landauer liep?"
„Bat is weg," luidde het veilegen
antwoord.
Hat was thans geen tgd om naderen
uitleg te vragen. Het paard van Ferdi
nand stond ongeduldig te trappelen, te
snuiven, zoodat zgn meester het maar
sposdig in draf zette.
De oude dame riep hem nog een laatst
„tot waderziens" toe, en daarop werd
het tuinhek achter hem gesloten.
Wordt 'oeroobjd.)