el brandmerk der seliaDde Vrijda 16 October. iMffliliito itiil. 1903. fw* 244. 41e Jaargang. r» FBUillBTON. Land- en Tuinbouw. VLISSISUSCHE COURANT 0 Prijs per drie maanden f i.SO. Franco per post f 1.30 Afzonderiyke nummers 6 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren ef rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN BB VBLBS Jr., Kleine Markt, I. 137, ABVERTENITËNvan 1 4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bt) directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Oroote letters en cliché'a naar plaatsruimte. Ven fagelf As, a!igea®a4«si eg lea- sa feestSsgssu TelapiboonnuKiwer ïo. A^aBaemeBde-AdvsrienttSn op maf Toordaolige voorwaarden. Se begroeting van marine. „Het Nieuws vau den Dag* vraagt, of het niet schijnt te getuigen van een al te groot optimisme, dat de minister van marine, in den aanvang zijner me morie van toelichting by de begrooting voor 1904, zegt, dat wy er „al zullen zjjn", wanneer iD 1905 nog 2 schepen gereed zullen zyn, waarmede wy dan hoogstens zullen bezitten 8 voor ver dediging bruikbare, moderne schepen en 6 mooie en kostbare kruisers van geringe ooilogswaarde. Verder, van welke mate het oorlogsgevaar is, dat afgewend ofte gemoet getreden kan worden in Oost- Indië, door 2 pantserschepen Regentes, 4 pantserdekschepen Holland, 10 fl jttieij e- vaartuigen en 6 torpedobooten. Wy stellen deze vragen niet, zegt het blad, om den minister hard te vallen, want wy begrijpen zeer goad, dat ook by moet roeien met de riemen dia hy heeft en dat het geruststellende „wy 7,yn er haast" slechts dienen moet om te verontschuldigen, dat de begroeting, die reeds meer dan 17 millioen bedraagt, niet nog hooger is geworden, zooals zy had moeten zyn, wanneer de minister had willen voortgaan met de aanvulling van het materieel, die, wy zyn er van overtuigd, ook door Zyne Excellentie hoog noodig wordt geacht. Maar wy meenden te mogen waarschuwen tegen een letter- ljjke opvatting van zulk optimisme, bo pende, dat de Volksvertegenwoordiging sleeds zoo bereidwillig zal biyven ais de minister haar noemt, maar aan wat omzichtiger dan toen zy, tegen alle waarschuwing in, de miliioenen toestond om de zoo even genoemde kruisers te bouwen, in plaats van geld slechts te gunnen voor Bchepen met voldoende oorlogswaarde, zooals wy vertrouwen, dat door den tegenwoordigen minister zullen gevraagd worden. Verder merkt het „N. v. d. D." op, dat voor de eigeniyke zeemacht thans nog f 122,000 miEder gevraagd wordt dan elf jaar geleden, maar dat het loods wezen met de bydrographie, takken van dienst waarby oe marine slechts voor een betrekkelijk klein gedeelte belang heeft, nu f 683,566 meer kosten, en dat tegenwoordig f 888,000 meer aan pensi oenen wordt betaald dan in 1893. Vooits, dat het verschil van byna f570,000 tusschen de begrootingen voor 1903 en 1904 voor meer dan 2 ton veroorzaakt wordt door vei hooging van uitgaven, vcor het loodswezen en voor pensioenen, ter- wyi het overige grootendeels aan het materiaal, voornameiyk het pantserschip Tromp, ten goede komt. De verhooging der uitgaven voor het machine-personeel meent het blad te mogen beschouwen als door do nood- zakeiykheid geboden. (Vry vertaald door M. J. K.) 68.) Ik ben secretaris van een heer, die in den handel zeer ryk is geworden. Ik sprak met hem over u, en t06n zeide hl), dat het hem veel genoegen zou doen, wanneer hy u by uw ondernemen behulpzaam kon zyn. Zeer vriendeiyk, stotterde Richard, die nog nooit over Gerhard Heyl bad hooren spreken en daarom niet begreep, waarom deze in hem belang kon stellen. Ik verheug my over deze gelegen heid. Mag ik dien heer zeggen, dat hy u kan verwachten - O zekerMet vreugde neem ik hot aanbod aan. - Z*fl h't u rch'k'rtr. raygfn: tlaUsml Droogmakerij en en indijkingen. Vry algemeen was, biykecs het voor- loopig verslag der Tweede Kamer, de indienlDg van het wetsontwerp, houdende bepalingen omtrent het ondernemen van droogmakingen en indijkingen, met ingenomenheid begroet, maar men zou het op prysstelien te weten, op welke puuteu de regeeriug gemeend heeft te moeten atwyken van de voorstellen der staatscommissie en welke redenen haar tot afwykiDg hebben bewogen. Volgens art. 1 van het ontwerp zou een droogmakery, die niet door het ryk werd tot stand gebracht, niet mogen worden ondernomen, dan nadat daartoe door de Koningin concessie zou zyn ver leend. Van verschillende zyden werd gevraagd, hoeverre de werking van deze bepaling zich zoude uitstrekken. Gaarne zag men een nadere omschry - ving van hetgeen in dit ontwerp wordt bedoeld met „droogmakery* en hetgeen wordt verstaan onder „concessie", welk woord hier gebezigd wordt in de plaats van „vergunning" tot droogmakery. Allerlei bepalingen in onze wetgeving waarin ten aanzien van concession voor schriften zyn gegeven, zien biykbaar slechts op concessiën voor werken van openbaar nut en algemeen belang, terwyi volgens het ontwerp, zooals het thans luidt, concessie r zouden worden verleend ook voor werken tot droogmaking, die geenszins als van openbaar nut zouden kunnen worden aangemerkt. Zro zou in verschillende bepalingen aan het woord „concessie" voortaan eene nieuwe betee- kenisalshet ware worden ondergeschoven. Gevraagd werd, of voortaan de rege ling van art. 649 van het Burgerl. Wet boek en die van dit ontwerp naast elkaar zouden bestaan. Gevraagd werd ook of de woorden „krachtens het reglement enz.", moeten worden opgevat in dezen zin, dat het regiement de indyking of droogmakery bepaald voorscbryft, dan wal, dat het bepalingen bevat die in het algemeen mogeiyk maken, dat onder zyne werking eene droogmakery of eene indyking wordt tot etand gebracht. Voorts werd gevraagd, of in de voor schriften van art. 2 en volgende van het ontwerp, niet uitdrukkeiyk rekening behoort te worden gehouden met het ge val, dat eene droogmakery of indijking zal plaats vinden op het gebied van meer dan ééae piov.ncie. Sommige leden waren bavreesd dat de voorgeschreven kennisgeving in hetProv. blad en in een of meer nieuwsbladen der provincie niet voldoende zoude zyn om eene voorgenomen droogmaking of in dyking ter kennis van belanghebbenden te brengen. Door sommige leden werd de wensche- lykheid uitgesproken om de waarborgsom ook te doen strekken om de schade te verhalen welke wordt geleden door het niet geheel uitvoeren der concessie, waar tegen anderen bezwaar opperden. om elf uur Toen Richard hierop toestemmend antwoordde, nam Gerhard Heyl een kaarlja uit zyne brieventasch, schreef er eenige woorden op en reikte het aan Richard over. Hier ia het adres, zeide hy James Walter, Dlergaardeatraat no. 41. De vreugde over zulk een spoedig welslagen verdween echter spoedig, toen Richard bezorgd vroeg,of mijnheer Walter ook bekend was met de familiebetrekking, die er tusschen hem en Heinz Werling had bestaan. Ja wel, luidde het antwoord, maar hierover behoeft ge geen bedenking te hebben. HOOFDSTUK XXXIII. De uitslag van het gerechteiyk onder zoek schonk Hollenberg de overtuiging, dat het ïyk, in de Reichenbergerstraat gevonden, h6t stoffaiyk overschat was van Heinz Wsrling. Zoo lang hy daarvan niet zeker was, had hy geen rust gehad nu alle twyfel was verdwenen behoefde hy niet te vroezen voor verraad door den man die bekend was met het kom- plot, gesmeed door hem en Goldstein, Hij s.'ötori <lua aaa don geldschieter, dat Men schryft aan „de Tel.* Aan het departement van Oorlog wordt ernstig overwogen op welke wyze het spoedigst in het gebrek aan officieren zal voorzien kunnen worden. Was het verloop in de laatste jaren reeds, groot te noemen, nu de gevolgen van de nieuwe pensioenwet zich doen gevoelen is voor ziening dringend noodig. Eokel voor pensioen zal in 1904 f 270 000 meer noodig zyn dan voor 1903. Op 1 Juli was de stand als volgt Er ontbraken by de infanterie 69, by de cavalerie 7, by de artillerie 62, by de genie 16, by den grooten staf 2 en by de militaire apothekers 5 luitenants. Volks vergiftiging, Ia verbard met de uitsluiting te Borne had „Het Volk'' geschreven: „Van den aanvang af hadden deze arbeiders de sympathie van de patroons der Ghristeiyke vakbeweging, zelfs van dan grooten beschermheilige dr. De Visser. Gjtsteiykan van beiderlei sekte steunden de arbeiders. Maar waarin bestond hun steun Wat deed dr. Da Visaer nu voor dfze menschen, die voor het eerst van hun leven in den geweldigen klassenstrijd stonden Hy leende hun zyn naam.Z elf deed htj niets". Ia „De Ned." schryft dr. De Visser nu „Hoe weet de redactie, dat ik zelf niets deed Schreef zy dit neer zonder informa tie, dan deed zy iets immoreels. Berustte deze uitspraak op informatie, dan is zy misleid. Wat ik anders niet zou gepu bliceerd hebban, zal ik nu bekeed maken. Ten eerste zond ik oogenblikkeiyk aan ds. Cour és te Borne voor de uitgestotenen een gift. Ten tweede balegde ik terstond een vergadering van het hoofdbestuur van onzen Werkmansbond. De voorzitter en de secretaris werden naar Borne afge vaardigd, vooral om over de zaak d6r fi aatieele ondersteuning te spreken. Ten derde verzocht ik onzen afgevaar digden, in overleg met de mannen te Borne, een circulaire op te stellen en my ongeveer 300 exemplaren toe te zen den, om daarmede by myn vrienden te Amsterdam te werken. Ten vierde plaatsten wy een hoofdarti kel in ons blad „De Voorzorg", waarin alle afdeeiingen van den Werkmansbond werden opgewekt, de uitgeslotenen te steunen. In het licht van dat alles, komt die uitdrukking: „Zelf deed hy niets" eigen aardig uit. Verleden week heette het, dat ik de arbeiders te Borne steunde omdat de heer Spanjaard Israëliet is.Thans wordt gezegd dat ik niets deed dan myn naam geven. Zoo liegt men maar voort. Licht biyft 6r iets van hangen en kan men daar mede zijn winst doen voor de party. Het spel is doorzichtig. Maar uit alles biykt, hoe het materialisme d6zer mannen hun moraal verzwakt. Dat is dan ook de kanker der sociaal-democratie, waarom gelukkig tal van christeiyke arbeiders deze de zaak met majoor Hartmann zonder verdere moeiiykbeden kon afdoen zoo lang er nog twyfel mogeiyk was omtrent Werling's ïyk, konden de beide schurken misschien eenig voordeel trek ken uit de aanwezigheid van Liesbeth en haar oom te Bariyo, doch nu meest Goldstein za maar zoo spoedig mogelijk laten gaan. Nu hadden de schurken een gewichtiger zaak voor den boegnu moest zy de vierhonderd duizend mark in handen zien te krygen, waarop Gold stein aanspraak kon maken na den dood van graaf Ablers. De geldschieter ontbood den majoor en tegen betaling van twee duizend mark overhandigde hy hem den wissel van zyn zoon. Op eiken anderen tyd zou de majoor, zoodra hy het bawys veilig in zyn zak geborgen bad, aan zyn lang onderdrukte gevoelens lucht gegeven hebben maar hat vreeseiyke drama in zyue familie had hem zeer deemoedig gemaakt. En toch gevoelde h|j zich eenigermate verlicht. De geldschieter had zyne bedrei ging ingetrokken hy had onbeschaamde voorwaarden kunnen stellen en de majoor zou alles aanvaard hebben alleen om na de beschamende zaak Werling haar afwyzen en bestrijden. En om die reden bovenal doe ik daaraan gaarne mede." De directeur-generaal der posleryen- en telegraphie brengt ter algemeene ken nis dat, met ingang van Zondag 18 dezer, des Zondags weder bestelling zal plaats vinden van da gedrukte kennisge vingen van overiyden. Verbetering van Graslanden. Op verschillende wyzen door omploe gen der zode, door kunstmestbemeating, door iczaaiïig van grassen en klavers, heefc men de laatste jarsn tal van gras landen, welker opbrengst, zoowel wat kwaliteit als kwantiteit betrof, te wea- schen overliet, getracht te verbeteren, Niet altyd echter waren de uitkomsten evenredig aan de moeite en k03ten. Het was daarom een goede gedachte een proefveld aan te leggen, wat men door aanwending der verschillende ver beteringsmiddelen, afzonderiyk of in ver- eeniging met elkaar, kon komen tot de oplossing van het vraagstuk, hoe de verbetering van vele graslanden op de meest rendabele wyze kan geschieden. Dit is geschied te Oldebroek (Geld.) by den heer W. J. Rakhorst. Het 18 Aro groote graslandproefveld is in het jaar 1900/1901 aangelegd op veenachtigen zandgrond van matig lage ligging. Het was verdeeld in 6 perceelen van 3 Are. De behandeling was als volgt Perc. I. was vóó: den winter geploegd, bemest, en in het vroega voorjaar inge zaaid met een gras- en klaverzaadmengsel. Pare. II was vóór den winter bewerkt met de belaste beitelsgge, bemest en ingezaaid. Perc. III was ra den winter bewerkt met de egge, bemest en ingezaaid. Perc. IV was ua den winter bewerkt met de egge, bemest, doch niet ingezaaid. Perc. V was alleen bemest, doch niet Perc. VI bleef onbewerkt, onbemest en werd ook niet ingezaaid. Da bemeste perceelen ontvingen per H.A. lOOOKG.slakkenmeel (najaar), 1000 KG. kiïiiet (najaar) en 133 KG. Cüili- salpeter (voorjaar). Perceel I was per H. A. bezaaid met 50 KG. gras- en klaverzaad, de perc. 2 en 3 met 33 KG. per H. A. van hetzelfde mengsel, dat uit de volgende grassen en klavers bestond: 1. Roode kiaver, 2. Witte klaver, 3. Hoppeklaver, 4. Zweadsche ot bastaardklavergrassen 1. Eogelsch Raygras, 2. Vossestaart, 3. Kamgras, 4, Fransch R.ygras, 5. Beemdlangbloem, 6. Veldbeemdgras, 7. Timotheegras, 8. Kropaar: Vermeld dient, dat de droogte in het voorjaar 1901 voor de inzaaiïig niet gunstig was. Ia 1901 werd 't proefveld zyn naam niet weder in alle kranten genoemd te zien. Op dit oogenblik vermeel echter Goldstein lit f st alie ruchtbaarheid. Hy moost zorgen, dat er niets gebeurde wat de geringste verdenking kon doen ont staan tegen de fi lancieeie overeenkomst, W6lke hy met graaf Ahlsrs had getroffen. Heinz Warlicg was stellig overtuigd, dat „de prins" het oog had op den diefstal by graaf Ahlers, toen by by da toevallige ontmoeting op straat met hem sprak over een mooi plan, waarby veel te ver dienen zou wezen. Ea nu begon Werling te overleggen, hoe hy der politie de noodige inlichtin gen zou kunnen verstrekken zonder de aandicht op zichzelven te vestigen. Een brief zonder onderteekening zou kunnen dienen, maar dien moest hy zelf schryven, en al schreef hy met een ver draaide hand, toch deinsde hy daarvoor terug. De politie was in zulke gevallen soms verbazend slim menigmaal had een niet noemenswaardige kleinigheid tot de ontdekking van hoogst gewichtige dingen geleid. Te oordeelen naar hetgeen hü uit de kranten hal vernomen, viel er bijna niet afgerikt, doch naderhand met jong vee beweid. Vóór den winter werd het ge- ïykmatig overgemest met 833 KG. slak- kenmeel per H. A., 1/, deel van alle perceelen ontving in Febr. 1902 per H.A. 838 KG. kaïoiet, Begin Maart 'werd het geheele proefveld bovendien overgemest met 111 KG. zwavelzuren ammoniak per H.A. Na het hooien, begin Juli, werden de opbrengsten door weging bepaald, waarby de volgende cyfers verkregen werden (per H. A.) KG. p - zond. kalimest 4750gemld* r610, met kalimest 5750 deld 5080. ,2 3000 „3 2330 „4 2165 ,5 2165 „6 1915 Geiyk men ziet, is het verschil tus schen de opbrengst van pereeel 1 en dis der overige perceelen zesr groot. H it omploegen der zode en nieuw inzaaien heefc een ongeloofeiyk succes gehad, ook wat betreft de verbetering in kwaliteit van grassen en klavers. Het vóór den winter met de beiteiegge bewerkte perceel (2) was verder aanzleniyk veel beter dan het ta den winter bewerkte (3). Het inzaaien (vergeiyk 3 en 4) had weinig succes, het bewerken met de beiteiegge had (zie 4 en 5) op den duur geen in vloed (na den winter nl.) De kaïniet werkte zichtbaar, vooral by het etgroen. Deze welgeslaagde leerzame proef kan velen tot groot voordeel zyn. Het bewaren van Groenten. Andy vie bewaart men in het zaudbed, in het donkerste hoekje, de planten tegen elkaar aan. Op een mooien dag, Wan neer 't vooruitzicht bestaat, datnogeenige dagen mooi weer zullen volgen, neemt men de stronken uit den grond, maakt de bandjes los, en legt ze op een haag ot uitgespreid op den grond te drogen. De rotterde of verdorde bladeren worden ver- wyderd vóór de planten in den kelder worden gebracht. Bieten of kroten komen, van de bladeren ontdaan, dicht ty, maar niet tegen elkaar, in het zandbad. Wor telen moeten tegen elkaar worden ge plaatst, daar ze anders slap en taai worden. Om het uitloopen te voorkomen, worde er een achyfje afgesneden, wat men bij bieten niet mag doen, die daardoor by het koken de roode kleur zouden ver liezen. Rrpen en rammenas behandelt men als wortelen. Laat men aan de rapen de hartbladeren zitten en is het zand ietwat vochtig, dan krijgt men va-a het loof, dat zich verder ontwikkelt, een smakeiyke groente. Uien bergt men op een vorstvrye plaats of dekke ze voor alle zekerheidze dienen ook goed ge droogd en van aarde en dorre bladeren ontdaan te zyn. Prei kan in den grond overwinteren om by vriezend weer niet verlegen te zyn, hale men te voren eeu gedeelte in den kelder en plaatse ze daar, na den bol te hebbes ingesneden, in hi t zandbed. Peterselie-wortels en knolsel- aan te twyfelen dat „de prins* mede plichtigen had gehad, die de juweelen in veiligheid hadden gebracht. Het was zeer goed mogeiyk, dat de politie reeds verdenking tegen dezen man koesterde, zonder echter de noodige bewyzen te kunnen vinden. Was het een gewone inbraak geweest, dan had een ervaren speurder uit de gebruikte werk tuigen en uit andere kleine gegevens wel iets kunnen bes'uiten en op den eenen ot anderen schelm verdenking gekregen, maar volgens de kranten was daarvan geen sprake, zelts de brandkast was niet opengebroken. De dieven waren bin nengekomen door de voordeur, welke iemand voor hen moest geopend hebben, H(j zag slechts ééa middel tot uit komst hy moest iemand vinden, dien hy ten volle kon vertrouwen en die in zyne plaats naar Je politie kon gaan om daar inlichtingen le geven. Ja, als hy dien man vond, kon hy misschien zyn eigen onschuld bewyzen en bovendien verhinderen, dat Hollenberg en Goldstein het loon hunner schurkery in den zak staken. Maar waar zou hy dien man vinden {Wordt vervolgd,)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1903 | | pagina 1