[>.171.78. -BAA 40' 57v*. £i)7r«itt IE- Ismiddel. 1 8 'INI Vrijdag 25 September. iiiastaiselis teriiisn 4ie Jaargang. 1903. PBUIUBTOI». tors. No. 226 95, 100 to s-J 1862. t I.8OO.0J f 69.592. f 564.a0l f 3.584, f 16.053.74i Lt do winst aan f 642.9e gaarne verstrekt fCOFKOPEB, P. bd 3oat- an West Soul, t M 24 te Middelii XJ" s. I's 2000 Gulril Gulden. Gulden. 25 Gulden, der van 5 Gulden der van 4 Guldel per van 3 Gulden, tbr van 1 Gulden, bjj D. J. JANSEI bij Mejuffrouw 1 Middelburg. iSTEN partout. Lijstwerk. -MAN. -SCHELGE] 1903. b) nm. 3 23 en t 3 50 1 55 a) en 4 4'| .3 23 51" linuten na het v 8 10 8 50 reskena, Borssttle«| lingen naar Bon den dea WOENSD' iselen en Neuzen Ia volgende di?1' at spoorweg»*-»"® VLissimescHE courant Prfla per drie maanden 1.30. Franco per poat 1.50 Afzonderlijke nummer» cent. Man abonneert zich b|j alle Boek handelaren, Postdirecteurs a oi rechtstreek» by den i t g v s r V. VAN m VBtaE Ir., Kleine Markt, l, 117. AJBVERTENTIÊNTan 1—4 rtfvli 0.40. Voor tlfetn rtftl meer 10 cent. B|j direct» opgaaf van driemaal plaatsing derzelfd» advertenti. wordt de pry» slacht* tweemaal berekend. Groot» letter» en cliché'» naar plaatsruimte. V«n A|£t iagelfis, oi&gesefidafi eg les- ast fotitlagm. Ttelsphooiaa «sr IO. üona am.nfï-AdTeït.nüïn op Bear Toordaellge voorwaarden. Zij, die zich met het volgend kwartaal, aanvangende 1 October, op de „Vlissingsehe Courant" nb onneeren, ontvangen de van heden tot dien datnoi verschij nende nummers gratis. Adrss van antwoord. Het wederantwoord van Hare Mijestelt de Koningin op het adres van antwoord der Tweede Kamer luidt M|jne Heeren, „Ik verzoek U aan de Tweede Kamer der Staten Generaal Mijnen dank over te brengen voor Haar adres van antwoord. Met voldoening ver nam Ik dat het haar ernstig streven zal zijn, om te beantwoorden aan het ver trouwen, dat Ik in Hare toewijding aan da belangen des Volks stel. „Moge Gods zegen rusten op de werk zaamheden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal." 7/eduwenwat voor de onderwijzers 1904. De voornaamste bepalingen van deze door de regeering b|j de Tweede Kamer ingediende wet zijn Aan de weduwen van onderwijzers en aan hun weezen beneden den leeftijd van 18 jaren wordt pensioen verleend ten laste van het fonds, opgericht krach tens de laatstelijk b|j de wet van den 29sten Juni 1899 gewijzigde wet van den 9den Mei 1890 in de gevallen, onder de voorwaarden en naar de regelen b|j deze wet bepaald. Waar in deze wet van onderwijzers gesproken wordt, z|jn daaronder onder wijzeressen begrepen, voor zooveel het tegendeel niet biykt. De pensioenen bedragen a. Voor weduwen van onderwijzers drie en twintig tachtigste der som, die laatstelijk tot grondslag voor de pensi oensberekening dier onderwijzers heeft gestrektb. voor elk der pensioenge rechtigde kinderen, geboren uit het huwe lijk van een onderwijzer met de vrouw, welke hjj als weduwe nalaat, drie-en - twintig vierhonderdste der som, die laat stelijk tot grondslag voor de pensioens berekening des vaders heeft gestrekt c. voor elk der tot pensioen gerechtigde kinderen van onderwijzers niet vallende in de termen sub b bedoeld, drie-en- twintig tweehonderdveertigste der som, die laatsteiyk tot grondslag voor de pen sioenberekening dea vaders heeft gestrekt; d voor elk der pensioengerechtigde kin deren van onderwijzeressen, drie-en- twintig tweehonderdveertigste der som, die laatstelijk tot grondslag voor de be rekening van baar onderwijzerspensioen heeft gestrekt. Het weduwenpensioen, zoo ook het gezamenlijk bedrag der te veileenen weezenpensioenen, kan de som van f 690 (Vr|j vertaald door M. J. K.) 51.) H(j boog zich over het gelaat van den doode en keek onderzoekend naar die verstijvende trekken. Hoe sprekend geleek h|j op hem H|j herinnerde zich, hoe z(j in vroeger t|Jd meermalen in verlegenheid'waren geko men door hunne groote gelijkenishoe h(j een ringbaard droeg en z|jn broeder knevels, om een'einde te maken aan de menigvuldige vergissingen van vrienden en bloedverwanten. Toen z|jn broeder Robert onder den naam James Walter naar Duitschland terugkeerde, had h|j, om veilig te wezen, z|jn baard laten afscheren. Heinz daar entegen had na z|jne vrijlating juist niet overschrijden b|j de regeling dier pensioenen komt als pensioensgrondslag geen hooger bedrag dan f 2400 in aan merking. Ten behoeve van het in art. 1 ge noemde fonds wordt een doorloopende korting geheven. Die korting bedraagta. voor de ODderwIjzsrs vijf ten en voor de onder- w||zeressen één ten honderd 's jaars, over hun pensioensgrondslag b. voor de onderwijzers,die na het in werking treden dezer wet gepensionneerd of opwachtgeld worden gesteld, vijf ten honderd, voor de onderwijzeressen, die in dat geval verkeeran, ém ten honderd over hun pensioen of wachtgeldc. voor onder wijzers, wier na te laten betrekkingen uitzicht hebben op toskenning van een aanvullingspensioen, vjjf ten honderd 's jaars van het verschil van den laat- sten pensioensgrondslag en het tweevoud van het bedrag dat aan de weduwe als aanvullingspensioen kan worden toege kend van onderwijzers, wier na te laten betrekkingen geen uitzicht hebben op pensioen uit het fonds, wordt geen korting geheven. Grondwetsherziening. De „N. Arnh. Ct." stelt de vraag, of er van de voorstellen tot Grondwetsher ziening, ingediend door twee groepen Kamerleden, de vrijzinnig en de sociaal democraten, iets terecht zal komen. Afgaande op hetgeen door sommige organen der rechterzijde is geschreven, schjjat, egt het blad, deze vraag, althans voor zoover het tegenwoordig tydstip betreft, ontkennend te moeten worden beantwoord. De „N. Arnh. Ct." zegt verder dat haar zienswijze omtrent de wenschelljk- heid van de invoering van algemeen kiesrecht door de lezing van het advies der Liberale Unie is versterkt en daarmee is voldoende g9zegd, dat z(j voorstander is van Grondwetsherziening. Ook staat hst blad tegenover dit Kabinet niet op gelijk standpunt, als toen te onzaliger ure de urgentieleus gesteld eu daarmee de nederlaag der liberale party voorbereid werd. Ook kon het voor den arbeid van dit Kabinet, en in steeds mindere mate, niet voelen wat hy gevoel ie voor de werkzaamheid van z|jn liberale voorgangers en is geenszins ingenomen met „den oogst, welke voor ons volk en voor ons beginsel waarlijk ryk kan worden", zooals het in de „Stichtsche Ct." heet. Toch acht de „N. A. Ct." het tydstip voor de indiening en de behandeling der voorstellen tot Grondwetsherziening on gelukkig gekozen. In de eerste plaats meent z|j dat men ook tegenover den politieken tegenstander fair play moet spelen en hem de ge legenheid dient te laten, te toonen wat hy kan en wil. Het zou unfair zyn thans te willen beproeven het werkplan ontydig te verstoren en het werken der machine te belemmeren. zyne knevels laten groeien. Als men het verschil in kleeding niet meetelde, zou de doode zeer goed kunnen doorgaan voor Heinz Werling. Maar Heinz had een baard en In gevaarlijke omstandigheden denkt de mensch snel. Hy greep een oude schaar en knipte zjjne knevels af. Daarna bekeek h|j zich in den spiegel, ging naar het bed en beschouwde het gelaat van den millionnair. zyn plan was gereed. Dit plan zou voorkomen, dat hy werd gevangen ge nomen en door den rechter gehoord, dit plan zou hem helpen aan een vreedzaam, misschien nog gelukkig, be staan voor de rest van zyn leven. Het kwam hem daarby bijzonder goed van pas, dat zyn broeder hem had verteld, dat h|j te Berlijn geheel onbekend was. De rykdommen van James Walter behoorden nu hem toe en geheel op wettige w|jze want zyn broeder had aan hem by testament zyn g9heele vermogen nagelaten. De bedienden in zyne woning in de Diergaardestraat ver wachtten hunnen heer dezen avond, zij konden hem slechts herkennen aan den huissleutel en aan den brief van den agent, die de woning had gehuurd. Zelfs Unfair, doch onverstandig tevens, wan neer men werkelijk en in ernst Grond wetsherziening wil en de voorstellen niet alleen bedoelt als propagandamiddel voor een patty. Wie zich plaatst op het standpunt der rechterzyde, moet beprypen dat derge- lyke voorstellen, welke d6n reg erings- arbeid verstoren, thans geen steun kun nen vinden. Bovenstaande zal men met recht megen eischen, dat, alvorens tot behande ling wordt overgegaan, er eenheid worde verkregen en de groepen die Grondwets herziening willen, althans in de hoofd punten overeenstemmen, wat thans niet het geval is. Daarom verheugt het blad zich er over, dat de Liberale Unie niet deel heeft genomen aan den wedstrijd, maar er zich voorhands toe heeft bepaald de in gewikkelde en hoogst belangrijke vraag stukken, welke het hier geldt, tot een onderwerp van studie te maten, om te later en ter geschikter tyd me', voorstellen te komen, welke, rypelijfc overwogen, wellicht zullen kunnen worden het ver- eenigingspunt van alle voorstanders. Onze Marine. In de toelichting tot zjjne begrooting heeftdeminister van marinezynstaDdpunt uiteengezet, ten opzichte van het materieel onzer vloot. In de eischen van den dienst kan z.i. op dit oogenblik geen dringend motief worden gevonden om reeds in het jaar 1904 een 12ie schip voor den algemeenen dienst op stapel te zetten en als gevolg daarvan treedt do organisatie en ver nieuwing van bot materieel voor de defensie aan de zeezyde meer op den voorgrond, In verband daarmede heeft de minister dan ook op deze begrooting met de gelden, benocdigd voor de zoo spoedig mogeiyke afwerking van het nog in aanbouw zyrrde schip voor den alg. dienst, ook de gelden aangevraagd voor de afwerking van de vier torpedobooten, waarvoor op de begrooting voor 1903 een eerste termyn werd toegestaan, en voor de aar schaffing van 3 torpedobooten, klein model. Tevens wordt door het uittrekken van een klein bedrag aan de Staten-Generaal de gelegenheid geboden eene beslissing te nemen over de aan schsffing van een onderzeesshe torpedo boot. Bovendien vertrouwt de minister, by de volgende begrooting wellicht reeds eerder gelden te kunnen aanvragen, ten einde een aanvang te kunnen maken met de stelselmatige aanschaffing van h8t overige voor de binnenlacdsche de fecsie nog benoodigd materieel, naar een vast en vooraf door de Staten-Generaal overwogen en in byzonderheden toegelicht w'ikplan. Voor nieuwen aanbouw is op deze begrooting uitgetrokken een bedrag van de bankier, aan wien alle gelden en papieren uit Afrika toegezonden waren, kende hom niet persooniyk. Alles be gunstigde alzoo het plan, dat Heinz Welling in zyn9 vertwyfeling in een oogenblik had ontworpen. Met bevende vingers doorzocht hy de zakken van den doode en vond een ring met sleutels één daarvan droeg aan een ringetje het nummer der woning in de Diergaardestraat. Uit den borstzak nam by verscheidene brieven en aan- teekeningen, en daaronder was ook de brief van den agent in vaste goederen. Sedert dat oogenblik hielden de gedach ten van Heinz Werling zich uitsluitend bezig met de maatregelen, die moesten dienen om zij a plan te doen slagen. Hoe moedig hy ook was, de kracht om dit plan uit te voeren zou hem ontbroken hebben, als de vrees voor het dreigend gevaar zyne zenuwen niet bovenmate had gestaald. Nadat hy den doode voorzichtig had ontkleed, wachtte hem nog zwaardere arbeid. Hy moest den doode zyn eigen kleeren aantrekken, zorgvuldig, zonder overhaasting, om ook het geoefendste oog geen aanleiding tot wantrouwen te geven. f 3 588 222, wat f 312 722 meer is dan voor 1903 werd toegestaan. Gedraai. Aan het draaien van sommige liberale organen in de stakingequaestie achynt geen eind te komen. De rede van mr. Goeman Borgesius, met name zyn verklaring dat ook de regeering schuld had aan de beroering, schijnt nu weer het sein te wezen om, op socialistenmanier, een deel van de schuld der tweede staking op het minis terie te schuiven. Zoo schrytt het „Va derland" „De staking was misdadig het is door ons niet ontkend. Maar enkel daarmee is zij cnvoldoende gekarakteriseerd. Het was in een partyquaestie van ten naasteby links tegenover rechts of de „misdaad* begrUpaiyk en ten deele te verontschuldigen was of niet aan de opwinding, te midden waarvan zy be dreven werd, de regeering mede schuldig stond." Ditzelfde blad schreef 6 April nota bene het volgende „Deze staking is een daad van hen, die haar bagaan zóó onbezonnen, van hen die haar proclameerden, zóó misdadig dat van steun, moreel of stoff iyk, aan de stakers geen sprake mag zyn. De gebeurtenissen van einde Januari waren van den kant der aanleggers een niet minder te laken bedrijf, maar voor de toen meegesleepte menigte golden verzachtende omstandigheden. Thans is de toestand een geheele andere In April schreef het „Vad.", dat voor de tweede staking niet eens „verzachtende omstandigheden' golden. Thans schryft hetzelfde blad, dat die staking zelfs „ten deele te verontschuldigen" was, wat zeker een nog heol wat sterker uitdruk king is. En by zulke wendingen van een groot liberaal orgaan zou men niet het recht hebben, te wyzen op de onwrikbaarheid der regeering, en de meening uit te spreken, dat onder een liberaal Kabinet er vermoedeiyk niets van terecht geko men zou zyD, vraagt „De Ned." Met het oog op zijn hoogen leeftijd heeft de heer Van Alphen bedankt als voorzitter van de antirevolutionaire Kamerclub. Tengevolge hiervan werd het bestuur samengesteld als volgt voorzitter mr. Th. Heemskerk, 2e voor zitter J. H. de Waal Malefyt, penning meester, jhr. mr. H. W. van Asch van Wyck, secretaris J. Krap, 2e secretaris mr. H. A. v. d. Velde. Posterijen en telegraphie. Teneinde onze lezers ln de gelegenheid te stellen zich een denkbeeld te vormen van den omvang van het dienstvak der posteryen en telegraphie in ons land, velmelden wij hieronder eenige gegevens, Deze arbeid kostte Heinz byna een uur tyd. Toen hy er mee gereed was, begaven zyne krachten hem plotseling, zoodat hy eenige minuten moest rusten. Daarna beschouwde hy met doodsbleek gelaat zyn werk. Daar lag de millionnair in zyne klee ren, met de bankbiljetten die den naam van den graaf vertoonden, en verscheidene onbeduidende aanteekeningen van den levende in z|jn zak. Nu kleedde hy zich zeiven zorgvuldig aan en bekeek zich eens in den spiegel. L9tte men niet op de aschgrauwe kleur van zyn gelaat, dan geleek hy sprekend op den millionnairde geiykenis was zóó groot, dat Heinz Werling zelfs een oogenblik van den spiegel terugdeinsde. Tot dusver was alles goed gegaan thans keek by in de kamer rond. Daar lagen nog de afgesneden haren van zyne knevels, die konden wel biyven liggen. Wie Heinz gekend had, zou by den aanblik van het itlk onmiddeliyk de knevels missen zoodra de politie kwam, zouden die afgesneden haren de meening doen ontstaan, dat de ontslagen gevan gene, om niet dadeiyk herkend te worden ais de man die gisterenavond met den graaf in zyne woning was gegaan zyne getrokken uit het pas verschenen „Ver slag aan de Koningin, betrekkeiyk den dienst der posteryen en der telegraphie InJN'ederland, over 1902." A. Posteryen. Ie. Het in 1902 gewis selde aantal stukken bedroeg: gewone 111,514.772 brieven, 66,806,165 brief kaarten, per expresse bestelde brieven en andere slukken 186,437, aangeteekende brieven en andere stukken 3,155,714, aangeteekende brieven met aangegeven geldswaarde 491,172, bericht van ontvang 9,775, bericht van betaling 355, nieuws bladen en andere gedrukte stukken 183,895,288, papleren en bescheiden 228,818, 4,380,087 monsters van koop waren, dienstbrieven 8,963,047, postwis sels 4 854,292, postbewjjzen 52,323, quitantlën en wissels 4,306,112,pakketten 5,717,490, totaal 394,061,852. 2e. De aan de post ter overmaking of ter invordering toevertrouwde waards bedroeg brieven met aangegeven waarde f215,313,128, postwissels f76,604,237, postbewyzen f262,052, quitantlën en wissels ter invordering f 64,726,760, f 9,257,814 pakketten met aangegeven waarde, f 2,062,260 pakketten met ver- rekeDing totaal f358,226,251. Het aantal behandelde stukken is in 1902 met ruim 27 millioen stuks toege nomen en heeft de aan de post tei over making of ter invordering toevertouwds waarde, voor zoover die bekend is ge worden, ruim 34 millioen gulden meer bedragen dan in het voorgaand jaar. 3a. Met de postadministatie der hierna genoemde landen werden in 1902 het daarby vermelde aantal brievenmalen dageiyks uitgewisseldBelgië verzonden 102, ontvangen 121, Duitschland 223 en 204, Frankryk 16 en 13, Groot- Brittannië 12 en 16, Italië 5 en 7, Luxemburg 1 en 1, Oostenryk 7 en 1, Spanje 1 en 1, Zwitserland 3 en 4 samen verzonden 370, ontvangen 368. B. Telegraphie. In 1902 werden ge wisseld 2,970,697 binnenlandsche tele grammen. Deze werden aangeboden le. by Rijkstelegraafkantoren 2,586,147 by Rijkstelephoonkantoren 194,725, by kan toren van byzondere ondernemingen 189,825. 2 j. 't Buitenlandsch verkeer bedroeg 2,757,525 telegrammen en was als volgt a. verkeer binnen Europa 2,378,437 b. verkeer buiten Europa 159,344c. tracsitverkeer 224,744. C. Telepboon. In bet intercommunaal verkeer werden in 1902 gewisseld 1,000,390 gesprekken, tegen 849,217 in 1901, zoodat dit verkeer eene toeneming aantoont van 151,173 gesprekken. Biykens by het departement van ma rine ontvangen bericht is Hr. Ms. pant- serdeksehip „Holland", onder bevel van den kapt. ter zee H. P. Netscher, 23 dezer van Suez vertrokken, ter voortzet ting van de reis naar Oost-Iodië. Naar thans gemeld wordt zal presl- knevels had afgeknipt, om zooveel te veiliger naar het buitenland te kunnen vluchten. Zoo mogeiyk moest hy nu onbemerkt het huis verlaten. Nog voor de laatste maal eens rondgekeken in de kamer en met een bede om hulp en bescher ming opende Heinz de deur, sloop stil de trap af en waagde zich op straat. Gelukkig was het op dat oogenblik daar zeer stil. Hy liep de straat ten einde, sloeg den hoek om, wenkte een huurkoetsier en liet zich naar het Koningsplein ryden. Daar stapte hy uit en ging verde; te voet naar de Diergaardestraat. Toen by de woning van graaf Ahiers voorbijkwam, zag by een menigte men- schen by de deur staan, die den moord bespraken en nieuwsgierig naar het sombere huis keken, waarin het ïyk van den vermoorde lag. Heinz voelde zyn hart byna stilstaan maar hy stapte haastig voort, zoodat slechts het verward geluid van stemmen zyn oor bereikte. Wordt vttrvolgd

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1903 | | pagina 1