ml
is»
Vrijdag
11 Augustus.
FBUIUETOK.
190
41e Jaargang.
1903.
Vüssingen in 1902.
d
streep. Q
verbei
gar.tn-1
inhoud I
■ademisl
const-
variës
sakkers
f i
(alleen
ct: vm
2
415
flissin-
dagen)
2 50
8 35
7—
|1040
2
130
I 20.
3 30
110 30
1 20
4—
8—
uit.
6 05
6 35
3rtrek
jn en
aelen
DAGS
ten
en te
ki U
VLISSIN6SCHE C01IBAST
Prfls per drie maanden 1.30. Franco per post l.aO.
Afzonderlijke nummer. 5 c.nt. Men abonneert zich by alle Boek
handelaren, Postdirecteuren ai rechtstreeks b(j den O i 11t r
F. VAM SB YMLBJS Jr„ iOeino Msrkt, I. 1*1,
ABVERTBNTIËNvan 1—4 regels 0.40. Voor «lk.n regel
meer 10 cent. B(J direct* opgaaf van driemaal plaatsing derzelfd*
advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Shoot» letters
en cliché'» naar plaateniimte.
Ver» V|at sSagsifte, slSgssesa«!?i 8g Isa- «s fsasldages.
l3?«l«plaooussiuaiim®r ÏO»
Afeoffii>«KieH4«-Aaverteii418ii op saeï roordöellr® voorwnsrden.
Evenredigs vertegenwoordiging.
De „Arnh. Ot." wijst erop, dat het
punt der evenredige vertegenwoordiging
la het sociaal-democratische voorstel tot
Grondwetsherziening wat slapjes wordt
behandeld. Het is weder vooral de .klas
senstrijd", welke de voorsteller tot het
ioziebt brengt, van de wenseheljjkheid
om in de vertegenwoordiging ook de
minderheden tot haar recht te doen
komen. Het is er hun alleen om te doen
„uit de Grondwet alle belemmeringen
tegen de E. V. weg te nemen" haar
invoering is, ais de toepassing van het
vrouwen kiesrecht, een zorg van later
datum.
Daartegen nu stelt de „Arnh. Ct."
Zeggen de voorstellerseerst algemeen
kiesrecht en daarna evenredige vertegen
woordiging, omgekeerd zeggen w(jgeen
algemeen kiesrecht zonder gelijktijdige
lUOjru>jw««B - ww
Het stelsel der volstrekte meerderheid
leidt tot bovenmatige versterking der
uiterste partijen, en 't is zeer de vraag
ot, onder de werkiDg daarvan, door de
uitsluiting van een groot deel der arbei
dende klasse de sociaal-democratische
partij in de Kamer nu juist kleiner
woidt gemaakt dan zjj werkelijk is.
Wjj zullen daarover niet twisten, omdat
met cijfers ons vermoeden niet bewezen
kan worden, evenmin trouwens ais de
bewering der stellers van de Memorie
van Toelichting. Maar wel is bewezen
dat de uiterste partijen kunstmatig be
voordeeld worden door het stelsel der
volstrekte meerderheid. In België n.l.
heeft hetzelfde kiesrecht, gelijk bekend
een zoogenaamd meervoudig algemeen
kiesrecht, achtereenvolgens toepassing
gevonden onder het meerderheidssteisel
en onder een evenredigheidsstelselonder
het eerste waren de middenpartijen uit
het Parlement zoo goed als verdwenen
en onder het laatste keerden zjj daarin
terug, ten koste zoowel van de socia
listen als van de clericalen, zij het ook
in hoofdzaak van de laatsten, wat
b(j een meervoudig kiesrecht overigens
alleszins verklaarbaar is.
Zonder gelijktijdige toepassing van een
evenredigheidsstelsel zouden wij dan ook
stellig ons tot het uiterste verzetten tegen
de kiesrechtuitbreiding door de sociaal
democratische Kamerleden in additio
neels artikelen aan hun herzieningsvoor-
stel toegevoegd. Wy zouden maar al te
zeer vreezen, cp die wijze onder een
voorloopige Kieswet te komen, welke
van een nog heel wat taaier levenskracht
blijk zou geven dan de voorloopige kies
rechtregeling van 1887.
Een leeraar ontslagen.
De heer S, Lindeman, leetaar aan de
rjjkslandbouwschool te Wageningen, is
(Vrij vertaald door M. J. K.)
15.)
Neem mij niet kwalijk, sprak hij,
maar Marten is uit om een nieuwe pijp
voor mij te halen ik wilde je niet laten
wachten daarom ben ik maar zelf ge
komen.
Hollenberg onderdrukte zijn misnoegen.
Het spijt mij, dat ik u last heb
veroorzaakt, antwoordde b(j. Ik wenschte
Melanie een oogenblik te spreken.
Ik geloof dat zy in de huiskamer
Isik zal haar dadelijk hier zenden.
Een paar minuten later verscheen
Melanie onder het neurleën van een liedje,
waarmee z(j indertijd het publiek stor
menderhand veroverd had.
als zoodanig ontslagen wegens zijn hou
ding en optreden te Gouda gedurende
de jongste staking, waar hij optrad als
spreker voor het zgn. Comité van Ver
weer. De heer Lindeman weigerde op
een aanmaning van den minister van
waterstaat een stuk te teekenen, waarin
hfj verklaarde de bedoeling van het
Comité van Verweer niet te kennen en
zijn leedwezen uitdrukt over zijn houding.
Beslist onwaar noemt h(j de mede-
deeling van het „Hbl." dat hij, naar
men valscbeljjk rondstrooide, propaganda
voor zjjn beginselen in de school heeft
gemaakt. En bjj voegt hieraan toe de
mededesling .dat de Regeering het zelfs
niet noodig heeft geacht, ondanks de
waardeering van mjjn onderwijs door de
superieuren, een eervol ontslag te ver-
leenen."
De .Arnh. Ct." noemt het ontslag
o onrechtvaardig" omdat het, blijkens
de in het .Volk" afgedrukte correspon
dentie, niet is gegeven wegens het
optreden van den heer Lindeman te
Gouda, maar feitelijk wegens zijn weige
ring om de verklaring te teekenen, hem
door den minister voorgelegd. „Dit nu,"
zegt de „Arnh. Ct." „was een
eiscb, een eerlijk en zelfstandig man
onwaardig, welke hem door den minister
niet gesteld had mogen zijn, te minder
nadat door den minister aan die ver
klaring nog nadrukkelijk de beteekenis»
werd gehecht, zooals in een schrijven
van 25 Mei den heer Lindeman werd
medegedeeld„Natuurlijk was niet be
doeld, dat gij In strijd met, maar veeleer
dat gij krachtens uwe oprechte en volle
overtuiging uwen naam onder deze
terklaring zoudt geplaatst hebben." Het
ontslag is nu onrechtvaardig, immers
feitelijk verleend, omdat de heer Linde
man weigerde een huichelaar te zijn,
wat hem in 't oog van elk eerljjk man,
van welke partljkleur ook, juist tot eer
verstrekt.»
Het „Volk" had het „brutaal" en
„laag" genoemd dat de minister van
waterstaat tot tweemaal toe aan den
heer Lindeman heeft verzocht de ver
klaring te teekenen. Maar „de Nederl."
wijst er op dat de minister alleen in
't uiterste geval tot ontslag wilde over
gaan. „Wat ZExc. deed," zegt „de Nederl.
„was niets anders dan ditz'ch angst
vallig hoeden tegen het gevaar, dat een
onnadenkende en misleide gestraft werd
voor daden, waarvan h(j het ware
karakter niet terstond doorzien had."
„Het Centrum» is van oordeel, „dat
het optreden van den betrokken leeraar
de Regeering tot maatregelen noopte
Ook al kan mên van oordeel zijn, dat
het ontslag een te streDge straf was,
toch staat het voor een ieder, die onbe
vooroordeeld denken wil, vast, dat de
overheid in esn r(jks-ambtenaar niet
datgene dulden kan, wat de heer Linde
man zich veroorlooft'e. Alleen party -
hartstocht kan een andere meening in-
spireeren. Oudergewoonte tracht men het
thans van socialistische zijde te doen
Hoor eens, Koert, sprak z(j, ik heb
er over gedacht of het maar niet het
beste zou wezen als ik weer in dan
Wintertuin optrad mijn stem is bepaald
niet minder In gehalte geworden.
Dat geloof ik ook; maar nu wenschte
ik iets anders met je te bespreken.
En wat is dat
Ik zou binnenkort een diner willen
geven laat ons maar zeggenover
morgen. Ik moet graaf Ahlers eens aan
mijn tafel noodigen, en dan wou ik er
nog een paar heeren b)j vragen.
Wat Graaf Ahlers, die losbol 7
Ach Koert, als ik hem zie, moet ik altfjd
aan den armen George denkenbij is
even droomerig, en hjj ziet er uit alsof
by niet lang meer leven zal.
Spreek toch niet altyd van den
armen George. Je behoeft me niet telkens
aan myn voorganger te herinneren I
Melanie bukte tot hem neer en drukte
hem een kus op het voorhoofd.
Wees toch niet zoo kinderachtig.
Je behoeft waariyk niet jaloersch op hem
te zyn. Maar om terug te komen op je
gezelschap wanneer wil je ze noodigen
Ken ik misschien sommigen ervan?
Het zyn allen heerenje behoeft
er dus niet by te wezen. Waarschyniyk
voorkomen, dat de leeraar het slacht
offer is geworden zyner beginsel overtui
ging. Maar wanneer men de toedracht
der «aak gevo'gd heeft, dan wordt het
klaar, dat de heer L. niet gestraft is
als socialist, maar als propagandist. A's
propagandist van een beweging, die alle
middelen goed achtte tot de bereikiDg
van haar doel en het spel speelde der
anarchisten. Met het socialisme als min
of meer wetenschappeiyk systeem had
de agitatie en de daarop gevolgde staking
niets te maken. Zy was een uiting van
revolutionnair verzet, een aanslag op
het wettig gezag, een stelselmatige ver
dachtmaking ook van instellingen en
personen. En teekenend is het zeker, dat
terwyi de sociaal democraten voortdurend
eerbied opeischen voor hun overtuiging,
voor hun vryheid van handelen en de
eeriykheid hunner bedoeling, zy in den
tegenstander telkens de zwartste gevo8
lens onderstellen, en een ryks-ambtenaar
zich niet ontziet, in 't openbaar den
eersten minister des lands als een be-
wusten of onbewusten huichelaar te sig-
naleeren.
„Waar zou het heen, vragen wy, als
dergeiyke dingen by ons inheemscb wer
den Wy kregen dan ongetwyfeld de
treurige politieke toestanden, die Frankryk
onder veel hartstochteiyk geschreeuw te
gronde richten.
Democratie, uitstekend 1 Maar geen
revolutionnaire agitatie, die met alle mid
delen werkt on geen brutale miskenning
van het wettig Gezag I"
Atjeh en Korintji,
De correspondent van de „N. R. Ct.»
te Batavia seint onder dagteekening van
gisteren
Polem en Radja Keumaia boden in een
brief aan den Sultan hun onderwarping
aan, verzoekende de vervolging voorloopig
te staken. De gouverneur we'gerde dit.
Poelau-Tengah in Korlniji is na een
hevig gevecht genomen. Do vijand liet
ruim driehonderddoodenachter. Onzerzyds
werden zes minderen gedood en gewond
luitenant Brouwers (zeer licht) en 46
minderen. Door vrouwen werden gedood
luitenant Ladeboer en vier minderen.
Hat aanbod der onierwerpicg van
Pangiima Polem en van zyn zwager
Toekoe Radjah Keumaia, in bovenstaand
belangryk telegram van onzen correspon
dent gemeld, zegt de redactie van de
„N. R. CL," zou nog hael wat meer
beteekenis hebben, indien hot niet gedaan
was op een voor ons bestuur onaanne-
meiyke voorwaarde. Zooals de zaak thans
staat, kan men niet nagaan of het aan
bod inderdaad het voorspel is van een
feiteiyke onderwerping der genoemden,
welke allerbelangrijkst zou zyn.
In verband met de inneming der
versterking te Poelau Tengah brengen
wy in herinnering dat het landschap
Poelau Terigah beschouwd wordt als
een bufferstaat tusschen Djambi en de
Westkustde doesoen was zwaar ver-
zal ik ook den heer noodigen, met wien
ik een paar avonden geleden in het res
taurant sprak.
Mynheer Werling noemde je hem,
geloof ik.
JuistIk wilde je alleen even
zeggen, dat hy zyn naam veranderd
heeft by noemt zich nu Heinzen.
Heinzen of Werling, wat kan my
dat schelen I Maar grappig is het toch,
vindt je ook niet Koert?
Neen, de fout ligt by my. Ik had
hem niet Werling moeten noemen ik
vergat op dat oogenblik, dat hy reeds
jaren geleden zyn naam heeft veranderd,
omdat iemand, dia denzelflen naam
voerde, in groote ongelegenheid kwam,
wat voor myn vriend noodlottig dreigde
te worden. Begryp je het nu?
Zeker, zeker welWanneet ik
hem in gezelschap aantref, zal ik hem
duideiyk hoorbaar „mynheer Heinzen"
noemen. Is hy ryk
Neen, maar er is my veel aan
gelegen hem in kennis te brengen met
graaf Ahlers.
Nadat Melanie de kamer weder ver
laten had, stak Koert een sigaar aan en
ging by den baard staaD, met den rug
naar het vuur.
sterkt door de bevolking, die ons afvallig
geworden was. Den 9en Juli werd uit
Tapan aan het „Bat, .Nbld." gemeld, dat
een afdoeling der Tapankolonne spoedig
tegen deze doesoen zou oprukken.
Volgens de nieuwe kaart van Sterafoort
en Ten Siethoff ligt P. Tengah in het
grondgebied van de Tembasi ke'jil, ten
zuidoosten van het landschap Serampas.
Luitenant L. V. Ledeboer, die met
eenige minderen op verraderiyke wyze
omgebracht moet zyn, was volgtna het
offleiersboekje geboren in 1878, en in
1901 benoemd tot 2e luitenant.
Het 9e regiment.
Znnals men zal weten, zal den 20»n
Augustus a.s. te Letuwarden plaatsheb
ben de uitreiking van het vaandel aan
het daar op te richten 9e reg. inf.
Toen in 1843 het getal regimenten
van 10 tot 8 werd teruggebracht, was
een gedeelte van het daarby opgeheven
9e regiment ook te Leeuwarden geves
tigd, De oprichting van een nieuw regi
ment geschieide vele jaren geleden, in
1854, mede te Leeuwarden, Het was de
oprichting van het regiment jagers te
paard ter vervanging van het uit twee
escadrons bestaande korps jagers te
paard (vroegere Limburgsch contingent).
Van het nieuwe regiment kwamen
toen drie escadrons met den regiments
staf te Leeuwarden in garnizoen.
Door de Geneeskundige Vereeniging
voor pbysische therapie en hygiëne is
een adres gezonden aan den minister
van binnenlandsche zaken, verzoekende
om, zoo het al niet mog6iyk is aparte
leerstoelen te scheppen voor pbysische
therapie, dan toch reeds by elke vacature
aan een geneeskundige faculteit, zoo als
nu te Leiden, de nieuwe eischen in het
oog te houden en 3lechts een keuze te
doen uit diegenen, welke de pbysische
terapie tot hun hoofdstudie hebben ge
maakt en daarin practiscbe ervaring
hebben verkregen.
Joh. van dor Steur.
De heer Joh. van der Steur is eergisteren
naar Genua afgereisd, teneinde daar weer
scheep te gaan naar Magelang, waar by
half September denkt aan te komeD.
Het „Hbld." vernam van hem dat de
rust hier te lauda hem zyn krachten
gadeelteiyk hergeven heeft. Toch voelt
hy zich inwendig zwak en verbiydt er
zich dan ook zeer ov6r dat zyn jongere
broeder hem spoedig zal volgen om te
helpen en hem zoo noodig later op te
volgen.
In een onderhoud, dat de heer Vaa der
Steur onlangs had met een verslaggever
van de „N. Ct." deelde by als zyn
meening mede, dat het concubinaat in
Indië reeds afnemende is, vooral onder
de hoogere standen. Thans acht by het
Ja, mompelde hy, daar is hy juist
de man voor. Ahlers zoekt iemand, om
hem naar Amerika te vergezellen. Wer
ling zal wel in zyn smaak vallen, en
als ons dat gelukt, houden Geiger en
ik toch nog vierhonderd duizend mark
over, na aftrek van het bedrag, dat wy
aan Werner moeten uitbetalen. Zou hy
myn brief wel ontvangen hebben Ha,
daar wordt aangescheld I Als het Werling
is, ben ik toch nieuwsgierig, ot hy mijn
voorstel aanneemt. Doet hy dat, dan
weet ik, dat hy genoeg heeft van het
hoBgeriyden, en dan neemt hy ook dien
anderen naam aan.
Marten kwam binnen en zei, dat er
een heer was, die zyn meester wenschte
te spreken.
Noemde de heer zyn naam niet?
Ja wel, mynheer Heinzen.
HOOFDSTUK VIII.
De tyd in „De Kluis" verliep. Majoor
Hartmann's voet, die erger was dan
men aanvankeiyk meende, genas lang
zamerhand, zoodat hy nu weer kon
rondhinken.
Gerhard Heyl was alle dagen naar
zyn toestand komen vragen, en steeds
een welkome gast geweest.
nog niet weg te nemen. Het moet zyn
tyd uitdienen.
Met den minister van koloniën had de
heer Van der Steur een belangryk onder
houd gehad, waarby Z Ex. zich bereid
verklaardo in allo opzichten het werk
te Mrgelang te steunen. Min ren a!a de
generaals Swart en Van der Heyden, de
residenten Ament en De Biuyn Prince
verbonden reeds vroeger hun namen
aan het werk.
Wegens zeer ernstige ongesteldheid
dysenterie hadden de mannen der
wttenscbap htm een verb yf vaD minsters
een jaar in Holland voorgeschreven. Nu
het echter biykt dat 350 kindereu, van
blanke vaders en bruine moeders, dezen
„pa" zooals ze hem Doemen niet
kunnen missen, keert ty, het genees
kundig advies latend voor hetgeen het
is, reeds na weinige maanden terug naar
zyn stichtingen, die hem zoo liet zijn.
De heer J. van den Berg, onlangs ie
Arnhem overleden, heeft aan de Prins
Hendrikstichting voor oude zeelieden te
Egmond aan Zee, een som van f 10,000
gelegateerd.
VMsssingsv, 19 Aug.
(Uit liet Gemeenteverslag.)
Vervolg.)
Brandweer.
Aan hat verslag der Brandweer over
1902 is het volgende ontleend
In 1902 kwam uitgezonderd enkele
binnen- en schoorsteen branden slechts
één brand van eenige beteekenis voor.
Op 4 September nameiyk weid de
hulp der brandweer ingeroepen by een
uitslaanden brand in het pakhuis aan het
Boterplein, w(jk C 33, eigenaar de heer
H. L. Luitwieler, waarin hooi was ge
borgen.
Schoorsteenbranden kwamen slechts
tweemaal voor en wel in de perceelen
B 27, op 21 Februari en in F 86 op 22
Fabruari 1902. Ia beide gevallen was
roetverzameling de oorzaak.
Binnenbranden kwamen voor op 24
Mei in perceel K 297, bewoond door A.
Balleux, PrinsenbOBCbje, door het in
brand geraken van beddengoed en op 1
October 1902 in perceel K 44, Rommel-
kade, hoek Oranjestraat, bewoond door
J. Corthal8, door dezelfde oorzaak, welke
laatste brand met het oog op den op dien
datum waaienden hevigen wind van
ernstigen aard had kunnen worden, zoo
deze niet door den Slangenwagen der
politie spoedig bedwongen was. Ook eerst
genoemde brand werd door de bewoners
met bthulp der politie gebluscbt.
De brandspuiten voldeden by de ge
houden beproeving goed en de manschap-
Mevrouw Werling, Liesbeth's moeder
met wie hy by zyo tweede bezoek ken
nis maakte, had een diepen indruk op hem
gemaakt. Hare beminneiykheid en daarby
de diep treurige uitdrukking, op haar nog
altyd schoon gelaat deden hem eigen
aardig aan. Majoor Hartman was een
man, met wien hy het heel goed kon
vinden ondanks diens zonderlings manier
van spreken, en L'esbeth met haar vroo-
ïyk humeur was de zonneschyn in het
huis.
Zooals Gerhard Heyl ook wist, was
mevrouw Werling lydendemaar als
zij in druk gesprek gewikkeld was, ver
minderde de zwaarmoedige trek op haar
gelaat en nam zy met zekeren humor
deel aan het onderhoud, totdat zy plot
seling weder in baar treurig zwijgen
verviel.
Op den dag, dat Heyl den brief ont
ving, waarin James Walter hem kennis
gaf van zyn aankomst te Beriyn, nam
de jonkman met bezwaard gemoed af
scheid van Liesbeth.
Ik zie u misschien niet weder,
juffrouw Liesbeth, want elk oogenblik
kan ik naar Beriyn geroepen worden,
sprak by.
(Wo-At vervolgd.)