1903.
ms
jden.
Vrijdag
19 Juni.
71issingen.
Ko. 142.
41e Jaargang
Gemeentebestuur.
LEN.
fligfsr:
Prys.
jDEN.
liljetten bij de
ingen der prijs-
tan.
mnntbriiii
KbIP
EB-BCHELDE,
1903.
GEWAPENDE DIENST.
Onveiligheid Vaarwater.
FEUILLETON.
Land- en Tuinbouw.
iting
HIFFER en I. HAGE,
cent per Lot.
VAK
's Q-raveniiage,
1AAEKADE, 3.
VOORBEELDEN van
ijke Winstvitkesrlngan
den, ztjn gratis te ba-
.geat
LÜOIEER,
(Haven) te Viissingen.
&AHDIENSX
0S (SB SISBE&EVBS *.t
Remise: vm 4 50 (alleen
55. Van Zeilmarkt: vm
1145 nm 12 30 2
8 30 10 15.
nm 1 15 2 45 4 15
naar Zeilmarkt Vlissin-
(alleen op werkdagen)
11 50 nm 1 20 2 50
9 20 10 20 11.—
nm 12 35 2 5 3 35
RJ HAVENDIENST*
snvm 66 20 7
9 30 10— 10 20 10 40
1 12— 1 10 1 30* 2—*
- 3 25 3 50 4 10 4 30
7 10 7 30 7 50 8 20.
ensluis: vm 6 10 6 30
9 15 9 50 10 10 10 30
1 50. Nm 12 10 1 20
2 50* 310 3 40 4—
05 6 40 7 20 '7 40 8—
ten vallen Zondags uit.
a) b) nm. 3 23 en 6 05
5a) 3 50 6 35
am. 1 55 a) en 4 45
nm. 3 23 5 50a)
minuten na het vertrek
s
vm. 8 10
8 50
Breskens, Borsselen en
lissingen naar Borsselen
worden des WOENSDAGS
loraselen en Neuzen ten
R en volgende dagen te
het spoorwegstation te
VLISSlKieSCHE COURANT.
Pifls per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afeonderiyke nummers 6 cent. Hen abonneert zich by alle Boek-
handslarsn, Postdirecteur.n 0i rechtstreeks by den Uitgever
F. VAN 91 VSLBB Jr., Kleine Harkt, I. 187.
ABVERTENTIÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor slksn regsl
meer 10 cent. Bfj directs opgaaf van drismaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prijst slecht» tweemaal berekend. Groot® letters
en cliches near plaatsruimte.
Y6ïstö£*t dagal^ks, a!$g$sea£«€ ©p Soa- m faeslSagaa.
T«l«phooBnnmnt«r IQ.
Afeomicmuits-AéTerteHtlSn op aeak voordeslige voorwaarden.
Collecte ten behoeve van het fonds tot
aanmoediging en ondersteuning van
den gewapenden dienst,
Burgemeester en Wethouders van Vlis-
singen
maken bekend
dat de gewone jaariyksche collecte ten
behoeve van het fonds tot aanmoediging
en ondersteuning van den gewapenden
dienst in Nederland, zal gehouden wor
den Vrijdag 19 Juni e. k., en noodigen
6en ieder uit om door milde bijdragen
mede te werken tot verzachting van het
ongelukkige lot van zoovele oude en
gebrekkige krijgslieden, die na hun leven
te hebben gewijd en hunne' krachten en
gezondheid ten offer gebracht aan de
verdediging des vaderlands, in kommer
volle omstandigheden hunne overige
levensdagen slijten.
En is hiervan afkondiging geschied
waar het behoort, den 17 Juni 1903.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
verplicht is tot behandeling van de wets
ontwerpen, welke H, M. de Koningin
aan hare overweging onderwerpt. Van
deze verplichting kan de Kamer naar
het inzien der commissie alieen ontslagen
worden door intrekking van het inge
diende wetsontwerr.
Onbeschaamd,
De Burgemeester van Viissingen
brengt ter kennis van zeevarenden die
daarbij belang kunnen hebbendat op
30 Juni, 1, 2, 3 en zoo noodig 4 Juli
e. k., op de reede van Texel en in de
maanden Juli en Augustus e. k. in de
stelling van den Helder schietoefeningen
zullen plaats hebben
dat omtrent de regeling dier schiet
oefeningen inlichtingen zijn te bekomen
ter Gemeente-Secretarie op eiken werk
dag van des morgens 9 tot des namid
dags 4 uur.
Viissingen, den 18 Juni 1903.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUOEKERKE.
H M. de Koningen k6ert a.s. Dinsdag
van Soestdijk naar het Leo terug en is
H.M. voornemens daar verder het grootst
gedeelte van den zomer te verblijven.
Miliciens lichtingen 1900 en 1901.
In het verslag over het wetsontwerp
betreffende het onder da wapenen hou
den van ingelijfden b(j de militie te land,
die ingevolge art. 110, eerste zinsnede,
der Miiitiewet 1901 onder de wapenen
zijn gehouden, deelt de Commissie van
Rapporteurs mede, dat zij meent, dat
ingevolge de Grondwet de Tweede Kamer
In een buitengewoon fal artikel en
dat zegt iets vaart het „Volk" uit
tegen de kapitalisten-klasse, die, door
steeds te weigeren stakers in dienst te
nemen, haar haat koelt aan „de slacht
offers."
Gelijk onze lezers weten, zegt „De
Ned." hebben wij het van 't begin af in
zoover opgenomen voor die stakers, dat
wij hen, voor zoover noch wet noch
contract het plotseling staken verbood,
niet als misdadigers hebben willen be
schouwen, en dat wjj het meerendeel
hunner eer voor misleiden dan voor
kwaadwilligen hebben aangezien. Hoe
afkeurenswaardig uit allerlei oogpunt hun
houding moge zijn geweest, toch zien
wij de misdadigers niet in hen, die dag in
dag uit hun uiterste best hebben gedaan om
het eene deel des volks tegen het andere
in het harnas te jagendie, het volk
beschouwende als eieren, die men mag
breken om er mislukte omeletten van te
bakken, aan hun politieke bedoelingen
duizenden gezinnen ten offer brengen.
Al weten en begrijpen wjj, dat er bij
velen een afkeer bestaat tegen de man -
nen, die hun ook in hun dageiyksch
bedriJi zooveel nadeel hebben berokkend,
to h blijven wij aansporen tot barmhar
tigheid en medelijden.
Maar, indien iemand zich over hard
heid en bardvochtigheid beklagen mag,
allerminst heeft daartoe het „Volk* recht.
Van den eersten dag af na de staking
tot op den huiiigen oogenblik gaan de
socialistische leiders, en bovenal het
„Volk", voort, met de arbeiders op te
ruien tegen den werkgever vullen zij
hun bladen met leugens om de bour
geoisie in een hateiyk daglicht te stellen
beschimpen hen die uit menschlievend-
heid of christelijke vergevingsgezindheid
zich de moeite geven om de stakers
weer op de been te halpen, en durven
zeits den stakers, die zr eerst hebben
diets gemaakt dat de partQgenooten hsn
wal tegen schade zouden vrf)waren, nu
nog toeroepen dat het voor hen verne
derend is, iets uit handen van die bour
geois-helpers aan te nemen.
Dat zeer velen niet of niet dadelijk
geholpen kunnen worden ligt voor da
hand. Overal is werkeloosht-11 het sprak
dus van zelf dat honderden en duizen
den gereed zouden staan om het wegge
worpen brood der stakers met graagte
op te rapen. De eens geplaatsten thans
te verwijderen gaat niet. Maar aan wie
is de schuld dat nu zoovelen broodeloos
zijn Weten de heeren Troelstra c. s. zóó
weinig af van de maatschappelijke tos
standen, dat zij niet konden inzien welke
donkere toekomst hun misleide volgelin
gen moesten te gemoet gaan, of wilden zij
die gevolgen, om dan daarna met te meer
kans op succes aan de door hun eigen
toedoen ontstane misstanden argumenten
te kunnen ontleenen tegen de door hen
gehate bourgeoisie
Dat doen nu dezelfde leiders die, hadden
zij gewonnen, het onbarmhartigs! van
allen zouden zijn opgetreden juist tegen
de nietgestaakt hebbands medearbeiders 1
Deonbeschaamdheid der heeren is gren
zeloos, aldus eindigt het blad van mr.
Lohman.
'O' ö-
Centrale Raad van Beroep.
Een wetsontwerp is ingediend tot
wijziging van Hoofdstuk IV der Staats-
begrooting voor 1903, ten einds te voor
zien in de kosten van installatie van
bureaux, kosten van verlichting, ver-
warmiDg en schooi h mder. van lokalen,
daaronder begrepen lokalen bij de rechter
lijke macht in gebruik, kosten van be
zoldiging van tijdelijk in dienst te Demen
schrijvers en bedienden, briefporten,
frankeergelden en andere dageltJksche
huishoudelijke uitgaven, beuevens kosten
van aansluiting en van het gebruik van
telephonen.
Aan het adres van „Be Standaard.'
„De Nederlander" heeft reeds meer
dan eens en nu weer erop aangedrongen,
dat bij de bespreking van de vaccine-wet
toch de partijpolitiek buiten de deur ge
houden worde. Het is daartoe noodig,
dat men eikaars argumenten niet mis
duidt en bet blad meent, dat „de Std.» dit
wel gedaan heeft, waar zij de argumen
ten van dr. Pijnappel bespreekt.
„De Standaard' schreef:
„Nog kluchtiger maakte het da hoofd
inspecteur dr. Pijnappel, die Op het con
gras te Breda) het sterkst op het zenden
van een adres aan da Tweede Kamer
aandrong.
Hjj zei namelijk, dat bij allen eerbied
had voor de gemoedsbezwaren van an
deren, mits men ook zij 1 gemoedsbezwaar
eerbiedigde.
Zijn gemoedsbezwaar nu was, dat bij
zjjn kinderen niet op school naast een
ongevaccineerd kind wilde lat9n zitten.
Kan het nu dwazer
In heel het wetje komt geen letter
voor, dat hem dwingen zou op de open
bare school zijn kind naast een ongevac
cineerd kind te laten zitten.
Hij kende dus het wetsontwerp niet
eens, dat hij bestreed. En dat nogal een
hoofdinspecteur, lid van den gezondheids
raad Is het toch niet al te erg
En dan, als zijn gemoedsbezwaar te
genover dat van een ander staat, eischt
hij zonder blikken of blozen, dat het zijne
zal geëerbiedigd worden en bekreunt hjj
zich om dat van een ander niet."
„De Nederlander" meent, dat die re-
derieeriDg niet opgaat. Zij zegt daarom
„Het spreekt vanzelf dat, wanneer dr.
Pijnappel iets dergelijks zegt, hij niet
juist aan eigen persoon denkt. Het kan
zelfs best zijn, dat hö geheel geen kin
deren heeft. Dit „mijn" is slechts wijze
van inkleeden. Bedoeld worden natuur
lijk de kinderen van hen die de vaccine
heilzaam achteD, waaronder vanzelf ook
kunnen sjjn tegenstanders der openbare
schooi.
Wjj zeggen daarom niet, dat het ar
gument waarde heeft. Maar al dergelijke
argumenten moeien niet ontloopen, doch
onder de oogen gezien en weerlegd. Vooral
wanneer men verlaDgt, dat ook de tegen-
party nu eindelek eens de van de over
zijde aangevoerde argumenten zal onder
de oogen zien."
vrij naar het Engelseh.
187.)
En toch, zoo hij slechts geduldig
wilde luisteren de geheele waarheid
wilde vernemen 1
„Gij zijt u zeiven geen meester, Mau
rits," zeide Archibald dat zijn woorden
in drift gesproken en ik neem ze daarom
niet aan als uwe laatste. Zoodra gij
mijne geschiedenis gehooid hebt
„Ik vfil ze niet booren, mijnheer,'
zeide Maurits, hem andermaal in de rede
vallende. „Gij hebt de mijne verleden
jaar gehoord, toen ik, door uwe ge
huichelde belangstelling misleid, dwaas
genoeg was ze u mede te deelen, en
daarvan hebt gij maar al te goed ge
bruik weten te maken. Toen heb ik u
gezegd dat ik haar slaaf was dat ik
voor haar mijner ziele zaligheid had
willen geven dat alleen afgewezene
liefde mij onmeedoogend maakte en
dat er slechts éen wezen was, dat mij
tot rust en deugd kon terugbrengen.
Gij luisterdet gij beklaagdet mij, gij
traadt mjj in den weg, en, met uwe
honderd kansen van te zullen slagen,
benjjddet gij mij dia eene welke ik had,
en ontstaalt ze me zonder te denken
aan de wond, die gij mij daardoor toe
bracht."
„Maurits, ik geloofde niet aan de be
stendigheid uwer liefde. Ik kan geen
geloof slaan aan eene liefde, die het
voorwerp, dat zjj voorgeeft te vereeren,
tracht te benadeelen."
„Ik heb baar niet benadeeld."
„Gij hebt ellende over haar gebracht,
door uwe netten rondom haar te spannen,
en te Parijs steeds het dreigende zwaard
boven haar hoofd te houd n, dat haar
en haren vader trtffrn zou. Gij leerdet
haar u haten, Maurits, meer dan u te
beminnen, en toch durft gjj spreken van
het onrecht u aangedaan, omdat zjj u
niet als haar grootsten weldoener wil
beschouwen."
„Ik heb van u gesproken, mijnheer,
Geljjk reeds vroeger werd gemeld is
aan het departement van oorlog, in
verband met de uitvoering der verschil
lende militaire wetten, de arbeid, in het
bijzonder het schrijfwerk zeer toegenomen.
Werden vroeger daarvoor actief dienende
onder-officieren aangesteld, thans moet
het voornemen zijn gepensionneerde ser
geanten als dag-schrij vers aan te stellen.
De minister van marine brengt ter
kennis van belanghebbenden dat Hr.
Ms. pantserschip „de Ruyter" voor korten
tfjd de West Indische wateren heeft ver
laten, met bestemming naar Bermuda,
om aldaar te dokken.
Luitenant-Generaal Van Heutz vertrekt
eerstdaags naar Batavia om uit handen
van den landvoogd, gouverneur-generaal
Rooseboom, uit naam van H. M. de
Koningin het grootkruis der Militaire
Wiilemsorde te ontvangen.
Uit Zuid Afrika.
niet van Miss Kelpdale,' antwoordde
Maurits„haar zal ik antwoorden als
zij het verlangt. Gij spreekt geen enkel
woord van het onrecht mij aangedaan
de belofte mjj gegeven, niet in licht
zinnigheid en zonder beraad, maar in
een plechtig oogenblik geschied, met den
hemel tot getuige van het gesloten
verbond.'
„Dan zal ik daarna spreken.'
„Ik heb u gezegd u niet te willen
aanhooren," was het antwoord „ik
verlang niet het verhaal van uwe liefde,
van de verlokking harer schoonheid, en
wat dies meer zjj, te hooren. Met u wil
ik verder geen woord meer wisselen,
omdat ik u veracht wegens de verrader
lijke rol, die gij tegenover mij gespeeld
hebt."
„Maurits," zeide Archibald op stelügon
toon, „gij zult mij aanhooren voor gij
Cirrisford verlaat."
„W|j zullen zien," hernam Maurits
met minachting. „Tk waarschuw u ech
ter mi] niet op te zoeken, want ik ben
gevaarlijk."
„Maurits Hope," zeide Louisa, „gfj
wilt mjj dus aanhooren. Ik kan u even
duidelijk en oprecht de noodige ophel
deringen geven van alles wat er sedert
In „Excelsior", te Amsterdam, vertoeft
de heer Van der Walt, vroeger lid van
het Kaapsche Parlement, aan wien Vrij
dagavond een afscheidsreceptie bij zyn
vertrek naar Zuid-Afrika zal worden
aangeboden.
Dezer dagen ontving genoemde heer
bericht van generaal Botha, waarin deze
alle Afrikaanders (behalve hen, die onder
verdenking van moord of andere misdrij
ven staan) sterk aanraadt, spoedig naar
Afrika te komen. Ook den heer Villiers
te Hilversum gewerd van andere zijde
een wenk in geljjken geest. Den 5en
Juli komt generaal Botha zelf in Kaap-
stad om het feit eenar algeheele amnes
tie te helpen verwezenlijken. En oischoon
hjj aanried in alle geva'le tot 15 Juli
hier nog te blijven en eerst een telegram
van zjjn hand af te wachten, hebben
niettemin de heer v. d. W. en andere
Airikaanders ook op grond van and9ra
gegevens besloten, Zaterdag P9r „Kanz
ier" te vertrekken. De heer Villiers gaat
reeds Vrijdag per Eagelscha mail. Gone
raai Botha woidt van een en ander echter
verwittigd. W(j herinneren dat mot de
„Kanzler"ook vertrekken mevrouw Botha
en de heer J. Joubert. (Hbl.)
Behandeling der Melk.
De behandeling der melk is in twee
hoofdregels saam te vatten, n.l. lo.
Zorg, dat er zoo weinig mogelijk bac
teriën in de melk komen. 2o. Zorg, dat
die, welke er niettegenstaande de grootste
zorg steeds nog inkomen, zich zoo weinig
mogelijk kunnen vermenigvuldigen.
Bacteriën komen in de melk uit da
lucht, uit onzuiverheden van het vaat
werk en van buiten, als haren, huid
schilfers van de koe, onzuiverheden van
de handen van den melker, enz, Dus het
uier en de spenen der koe behooren
schoon te zijn, de handen van den mel
ker, bet vaatwerk, kortom alles Wat met
de melk in aanraking komt, en verder
brenge men de melk, die aldus met zorg
is gemolken, zoo spoedig mogelijk in
een ruimte, waar de lucht zoo zuiver
mogelijk is. Ook worde de melk nog tot
verwyderifig van rijders en na het mel
ken ingevallen onzuiverheden gezeefd
door een doelmatige zeef, waarbij f()n
doek goede diensten kan bewijzen.
Wat den tweeden regel betreft, daar
aan is te voldoen, wanneer men weet
hoe de bacteriën zich het best ontwik
kelen. Dit nu geschiedt door een matigen
warmtegraad, juist de warmte, welke
de melk heeft, wanneer ze uit het uier
komt, en deze temperatuur behoort dus
de melk zoo kort mogelijk te behouden.
Van hoe grooten invloed b8ide ge
noemde factoren zijn, mogen een paar
voorbeelden aantoonen. In melk, welke
met buitengewoon groote zorg was ge
molken werden kort na het melken ge
vonden 2000 bacteriën per c.Ms, in
melk, welke slordig gemolken was,
100,000 bacteriën per c.M8.
Ia melk, die oorspronkelijk pl.m.
10,000 bacteriën bevatte, werden gevon
den, terwijl ze werd bewaard bij
12,5i oelsius 35o Celsius
na 2 uren 40,000 230,000
3 60,000 600,000
4 80,000 2,150,000
5 260,000 18,130,000
6 435.000 38.000,000
De eenvoudigste wijze van afkoelen
der melk is wel deze, dat men de em
mers, welke dan van metaal moeten
z(jn, plaatst in stroomend koud water.
Daar men dit in ons laad niet altijl
heeft, zal man zjjn toevlucht moetan
nemen tot stilstaand, doch dit moet dan
af en toe ververscht worden, de eerste
maal vooral spoedig na het inzetten der
koewarme melk.
Sneller bereikt man het dool door z.g.
melkkooiers, waardoor koud water heen-
stroomt, terwijl de melk er overheen
loopt. Wanneer deze koelers z(ja opge
steld in een lokaal, waar de lucht zui
ver is, zij a zj uitstekend, en bieden ze
ook nog het voordeel, dat de melk op
deze wijze goed „uitlucht", dat is de
onze laatste bijeenkomst heeft plaats ge
had en gij zult mjj met dat geduld
aanhooren, dat ik verlang."
„Naar u zal ik hooren," antwoordde
hjj. Louisa wendde zich tot Archibald.
„Gij zult wel zoo goed willen zQn mij
te verlaten, opdat ik bem dia opheldering
geef, die billijk en noodzakelijk is
vroeg zij.
„Neen, Louisa, ik kan u met hem
niet alleen laten."
„Hij ziet dat ik niet te vartrouwen
ban," Z9ide Maurits honend. „Ea hij
kent zijn broeder zooveel beter dan gjj,
Louisa."
Hy noemde haar naam met nadruk
en minachting, zijne donkere oogen
schoten vuurstralen op Archibald, die
haar in zyne tegenwoordigheid by den
naam had durven noemen, die nog
nimmer over zyne lippen gekomen was,
ofschoon hy er oneindig moer recht
op had,
„Ik kan u vertrouwen," zeide Louisa
zich Daar Maurits keerende.
„Ik dank u," antwoordde hy „ik ga-
loof dat gy geiyk h8bt."
j „Archibald, het is mya verlangen dat
gij u verwijdert," zeide Louisa. „He t
l is plichtmatig tegenover my en billy k
tegenover hem. Ik vrees uw broeder
ni6t ik geloof dat ik hem nu begryp.
Hy heeft my nog niet van myn eed
ontslagen," zeide zy op zachten toon.
„Nog niet," herhaalde de jongeling,
dien zy er mede bedoeld had.
Nog aarzeida Archibald, maar een
tweede blik van haar was ganoag om
hem zich langzaam te doen verwyderen,
gehoorzaam aan den wjnsch, dien zy
had uitgedrukt. Hat was plichtmatig,
het was biliyk had Louisa gezegd maar
het wa3 met weerzin dat hy haar met zyn
broeder zynmadedinger alleen liet. Hy
gevoaidedat hem dit van haar verwyderde
dat zy elkander nimmer wader zouden
ontmoeten, zooala diea morgen, in dia
weinige ooganblikken van ongekunstdde
liefde.
Maurits was teruggekeerd, en de uit
slag van zyne verschyning ter eltder
ure wa3 ham niat duidsiyk, o.'schooa
hij een bakom nerian blik slaag in dam
naval, die zich random hen varspraidij
Wordt vtrvolgd,)