Donderdag 7 Mei. ho. 107. 41e Jaargang 1903. Gemeentebestuur. Gemeeüteraad wn Ylissingen, <M©ir8T im mi FSDIIL&TOÜ lieciitele MM VLISSlHeSCHE COURANT. Prfla per drie maanden 1.30. Franco per post 1.30. Afeonderiyke nummers 5 cent. Men abonneert zich b{| alle Boek handelaren, Postdirecteuren oi rechtstreeks kg den Dit gever F. VAN BB VBLBB ïr.. Kleine Markt, I. 187. ABVERTENTIÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bty directe opgaat van driemaal plaatsing derzelfde advertentie -wordt de prQa slechts tweemaal berekend. Sroote letters en elicbi's naar plaatsruimte. Verwant flsfslps, sfisas®a«®ri E®k- es fe«£S€ü«9B. TelephoonnanuHer IO. Abuims5ii6ate-iöTeït®ïiaJ?!ii op Toordeellgo voorwaarden. OPENBARE VERGADERING van den op Vrjjdag 8 Mei, namiddag 2 uur. A. Mededeelingen. B. Over te leggen stukken. C. Te verleenen ontslag. 1. Aan den heer J. D. J. M. Bekaar, als regent van het Burger Weeshuis. 2. Idem als lid der comm. van toezicht op het Middelbaar Onderwijs. D. Benoemingen 1. Van een Gemeente-Bouwmeester, aanbeveling1. P. Kolpa te Almelo 2. R. Kastelen te Helder; 8. W. A. de Jong te Dordrecht; 4. J. J. zyistra te Almelo. 2. Van voorz.-leden en plaatsv.-leden in de stembureaus voor de a. s. verkie zingen voor den Gemeenteraad. 8. Van leden en plaatsv.-leden in de stembureaus gedurende 1 Juni 1903-31 Mol 1904. E. Te behandelen punten 1. Uitloting van 8 obligation der geld- leening 1888. 2. Voorstel van Burg. en Weth, tot het aangaan eener geldleening tor voor ziening in de kosten van schoolbouw en het afgraven van een gedeelte ves tingwal. 3. Idem om aan het Rijk een buiten gewone subsidie aan te vragen in de kosten van bijbouw aan school F. 4. Idem tot wijziging van art. 145 der algem. politieverordening. 5. Id6m tot uitbreiding van het on derwijzend personeel aan school F. 6. Idem tot het verleenen van ver gunning aan A. W. Smits, voor de plaatsing van tafeltjes en stoelen vóór Hotel Albion. 7. Idem aan N. B. Lambrecht voor het aanbrengen van zonneschermen. 8. Idem aan W. H. Martin tot het maken van een beerput. 9. Idem tot goedkeuring der rekeniDg over 1902 van de comm. voor het fonds van de Zeemans- en Visschersbeurs en van de Gezondheidscommissie. 10. Idem tot w(JzigiDg van de ge- meentebegrooting dienst 1903. Uünoodiging tot aanvragen van Jacht en Visohacten. De Burgemeester van Vlissingen noodigt de ingezetenen, die voor bet dienstjaar 1903/1904 eene jacht- of vischacte mochten verlangen, uit, zich daarvoor in den loop dezer maand ter Gtmeente-Secretarie (Bureau Bevolking) aan te melden. VlissingeD, den 6 Mei 1903. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. vrij naar het Engelseh. 152.) „Ik ben uwe tegenpartij niet," ant woordde Mary, „maar gij vat vuur op elk woord, en zljt zeer veranderd." ,.Ja, ik ben veranderd." „En zoo ik u heb gekwetst, Archie, dan vraagt ik u vergevinghet was niet opzettelijk en zal niet weder gebeuren." Z(j reikte hem de hand, en hij drukte ze met warmte in de zyne. Het was voor den ouden vriend eene gevoelige wijze waarop zy verschooning vroeg en b(j zeida haar dat hij die verklaring niet verlangde, en het hem leed deed die te hooren, daar b|j dien avond zelf zeer scherp geweest was. Aan de deur Koninklijk bezoek aan de hoofdstad. Thans kan worden medegedeeld dat dd tyd voor het Koninklijk bezoek aan Amsterdam is vastgesteld. Het koninklijk echtpaar komt Vrijdag 22 Mei in de hoofdstad aan en vertrekt Donderdag 28 Mei. Zal dus de Koningin in persoon de Nieuwe Beurs openen, geiyk gehoopt en verwacht wordt, dan zal de opening tusschen beide dagen vallen. Gisteren is in het hoofdkiesdistrict Veche1 bjj enkele candidaatstelling tot lid van de Tweede Kamer gekozen de heer Van Vljjmen, die ten gevolge van zijn bevor dering tot geteraal-majoor moest aftre den. Een mislukte proeve. Aldus noemt mr. G. G. van der Hoe ven indeMei-afl. van „Onze Eeuw" de Beroepswet, den eersten stap op het ge bied der administratieve rechtspraak in ons land, dien hij aan een ernstige cri- tiek onderwerpt. De fouten van die wet acht h|j te ernstig dan dat zy op den duur straffeloos kunnen worden besten digd. Van stonde af moet dan ook teg6n haar verzet worden aangeteekend. Allicht zal dan onder de nieuwe rechters, die aan de Beroepswet hun rechtaan, bt zullen danken, do overtuigirg iDgarg vinden, dat by die wet aan groote rechtsbegin selen is tekort gedaan, waardoor de toe passing van die wet althans zal kunnen winnen. En ook om nog booger een doel kan critiek op de wet nuttig zyn. Al vorens de belofte van algemeens regeling der administratieve rechtspraak worde ingelost, is er veel aan gelegen dat de vicieuse grondslagen der beroepswet worden tentoongesteld. Er is by die wet werkelijk te ernstig gezondigd, dan dat niet al het mogelijke moet worden ge daan om herhaling te voorkomen. Zoowel van de regesringstafel als uit den boezem der Kamer zijn by de be handeling der beroepswet Btellingen ver kondigd, die in haar volle onwaarheid moeten worden ontmaskerd, opdat z(j niet by de regeling van onze admini stratieve rechtspraak opnieuw tot uit gangspunt worden gekozen. Zelfs mag men zich daarmede niet tevreden stellen. Het zal niet genoeg zyn, zoo niet ten tweeden male wordt gedwaald. Ook da oude fout zal dan moeten worden her steld de beroepswet, d.w.z. deze beroeps wet, waarmede onze wetgeving nu is ontsierd, behoort om den wille van het recht weer te worden afgeschaft. Daartoe zal het tydstip van de invoering van administratieve rechtspraak byzonder ge ijkt zyn. De gioote fout is, dat regeering en Kamer ondanks de waarschuwingen, van de heoren Tydeman en van Idsinga art. 75 der Ongevallenwet als grond van Aver Court verlieten zy elkander in de beste harmonie. Mcgeiyk dat by Mary Prayse niet begreep, of haar ge heim doorgrondde, of het althans eer biedigde, en niet met ernst nadacht over de smart, waarvan by, zonder bet te w llen, de oorzaak geweest was, maar dat de waarheid diep in syno ziel neder- zonk, zonder dit echter door woord of blik te verraden. „Gy moet haar niet verlaten, tenzy zy zelve het verlangt," zeido Archibald met nadruk„en bjj elk verzet van Lady Kelpdale tegen uw biyven, moet gy voor een oogenblik u houden, als bemerktet gy het niet." „"Wantrouwt gy Lady Kelpdale?-' „Dat kan ik niet zeggen," antwoordde hy, „maar ik houd haar niet voor eene geschikte ziekenverpleegster." „Ik zal myn best doen." „Dat weet ik." Zy verlieten elkander en Archibald liep eenigen tyd het terras op eu neder. „'t Is alsof hy hier heer en meestor is," dacht, Job, die hem het eerst be merkt had. „Ha Job," zeide Archibald, toen hy hem zag, „het doet mij genoegen een vriend van den huize te ontmoeten. „Hoe slag van deze wet hebben aangenomen. Het tweede lid van bedoeld artikel brengt juist die elementen op den rechterstoel, welke daarbuiten te houden de hoofd grond is, waarop men ook voor publiek rechterlijke geschillen een onafhankelijke rechter eischt. De schryver haalt aan wat de staats commissie, benoemd by Kon. besluit van 16 September 1891, no. 14, tot voorbe reiding der uitvoering van de voorschrif ten der Grondwet aangaande de regeling van de administratieve rechtspraak als hoofdgrond aangeeft voor de bevestigende beantwoording der vraag, „of aan in voering eener administratieve rechtspraak behoefte bestaat' De schryver treedt dan in een critische beschouwing van de beraadslagingen in Tweede en Eerste Kamer, waaruit altyd weer hetzelfde biykt, namelijk dat men het belang van de klasse, de belangen van de gedingvoerende partyen in den rechter heeft willen terugvinden en dat men volkomen blind is geweest voor het beginsel, dat voor dougdeiyke recht spraak onpartydigheid niet alleen, maar volkomen onbevangenheid van den rech ter eerste eisch is. De uitvoering had ten minste zoo kunnen zyn, dat het belanghebbenden- element in de raden van beraep tot de kleinst mogeiyke afmetingen vare terug gebracht. Maar het tegendeel is geschied. In die raden is het overwicht by het belanghebbenden-element gelegd. Feiteiyk zullen het de werklieden en werkgevers zyn, die met het doen eener voordracht een aantal der hunnen tot het rechteriyk ambt benoemen. Het-eigenaardige doet zich daarby voor, dat, hoe slechter het kaattensyateem zal werken, des te meer zal worden voldaan san de eischen die voor een rechteriyke benoeming mogen worden gesteld, wat door schryver met een voorbeeld wordt toegelicht. Ook wyst hy op bet gevaar, dat nog naast de klassebelangen de vakbelangen daarenboven bun invloed op de beslissing van den raad van beroep zullen laten golden. De conclussie. Een gereeht voor vier vyfden samengesteld uit rechters, door belanghebbenden uit belanghebbenden aangewezen volgens een systeem, dat eer erop gericht is de politiek daarby binnen te balen, dan haar te weren rechters, aangewezen voor een korte spanne tyds, telkens opnieuw voor het rechterschap van hun kiezers gedaagd, en daardoor meer levend in een besef van onderdanigheid dan van onafhanke- ïykheld rechters zonder eenigen waar borg voor kennis tot hun ambt uitge roepen, wier rechterschap een einde neemt, zoodra eenige praktische ervaring hun gemis aan bekwaamheid zou kun nen gaan vergoeden ziet daar in enkele woorden wat deze administratief rech teriyke colleges zullen zyn. Is het te veel gezegd, het een bespotting te noemen van administratieve reebtspraak Admi nistratieve rechtspraak die noodzakeiyk gaat het met Miss Louisa Is zy bster is zij van hare bezwijming hersteld zyn de dokters nog by haar wat doen zij nu voor haar?" „Zs is weder tot bewusizyn geko men," zeide Job, inlichtingen met weer zin gevende, daar Archibald meer belangstelling toonde dan hy wel het r6cht had, „en ds dokters zeiden, dat zy wel weder herstellen zal, als zy maar rustig gehouden wordt. Alsof er iemand zyn zou, die geraas maken zal." „De hemel zy dank voor die goede tyding," zeide Archibald, zonder op Job die een goed gehoor had, acht te geven. „Ik dacht het wel dat het geen ernstige ziekte was, de reis was te laug, Job." „Waarom hebt gy daaraan niet eer der gedacht, mynheer?" „Zy verlangde zoo naar huis. Ik heb er wel aan gedacht," zeide Archibald in antwoord op de niet zeer beleefde vraag van Job. „Zy heeft te veel aan haar hoofd en dat blijkt nu," zeide Job, „maar zy zal er nu wel weer doorkomen. Ik zou niet gaarne zien, dat zy den ouden gentleman zoo spoedig volgde, weet ge." „Kerel praat toch zoo niet," riep Archibald, is, omdat, zoolang uitspraak wordt ge daan door een macht, die tevens rechter ia en party, en die de waarborgen mist voor volkomen onpartydigheid, de heil zame overtuiging niet zal kunnen ingang vinden, dat in den rechtstaat boven al staat de heerschappy van het recht, van de wet, wier regelen, objectief zonder aanzien van de personen, die het geding voeren, kunnen worden afgedwongen. Met volkomen negatie van de eerste beginselen des rechters, in eendrachtige samenwerking van alle partyen is ons land een wet opgedrongen, die niet anders kan dan een van onze edelste volksovertuigingen, het geloof in de on partydigheid van denrechter, vernietigen. De schryver betoogt ten slotte, dat een volksleven op den dnur meer kracht put uit de zege van het Rmht dan voldoe ning aan materieele behoeften schenken kan. Hy hoopt dat de regeering ongeiyk zal erkennen en van stonde af aan zich voornemen, geen wetsontwerp tot rege ling onzer administratieve rechtspraak in te dienen zonder een voorstel tot in trekking der beroepswet daarby te voegen. De Haagsche correspondent van de „Zutph. Ct." schryfe o. a. „Aan het departement van binnen- landsche zaken wordt tegenwoordig cok druk gewerkt aan een ander onderworp van weigavenden arbeid, waariy ook de volksgezondceid in hooge mate is be trokken, nl. de nieuwe Arbeidswet. Nu de adviezen van de Kamers van Koop handel en de Kamers van Arbeid over de conceptwet zyn ingekomen, zyn de inspecteurs van den arbeid byeengeroepen om over de verschillende onderdeelen van deze materie hun licht te doenschynen on van advies t; dienen. Deze Hoofd ambtenaren zyn by na de geheele'week in den Haag vergaderd geweest, en aan het gewyzigd wetsontwerp zal nu de laatste hand worden gelegd." Het hoofdbestuur van den Algem. Nederlandschen Bond „Vrede door Recht" (vroeger Algemeene Nederlandsche Vre debond) zal in dan avond van 18 Mei e. k. de opening van de Haagsche Vredes conferentie op geiyke wyze herdenken als sedert tenige jaren is geschied, met narae door een byeenkomst te '3 Gra- venhage, waarin eenige sprekers van naam het woord zullen voeren en die verder zal worden opgeluisterd door uit voering van eenige muzieknummers en het opvoeren van een toepasssiyk too- neelatukje. De heer jhr. mr. A. F. de Savornin Lobman, lid der Tweede Kamer en van het Permanent Hof van Arbitrage heeft zich ditmaal bereid vorklaard het Eere voorzitterschap van dezen feestavond te aanvaarden. Evenals voor de infanterie is voor de miiliciens der lichting 1903 van het korps genietroepen, die zich thans met „Zoo zij b'ijfi loven en het org op hem heeft, dan kan het misschien met hem nog een weinig terecht komen. Maar als zy komt te sterven, dan zy do hemel hem en het zyne genadig, want dan zal het ergste eerst aankomen. Ik ken hem, dU3 weet ik het ook. Ik heb ham gekend als knaap als een dikkeu jongen, toen hy al te veel zyn zin kreeg ook toen hy een knap jongheer en man geworden was. Ik maar waar staat gy naar te luisteren Ik spreek niet tot u, Mr. Hope. Hat is zoo myne gewoonte tot my zeiven te spreken dat heb ik van Sir William geleerd." „Goeden avond, Job." Goeden avond," antwoordde hy kortaf. ,G|j hebt my dezen avond eene goede tyding gebracht, oude getrouwe, zeide Archibald. „Ik gelooi echter dat ik de eerste zyn kan, die u ook eene goede tyding kan brengen. Sir William heeft u vyf honderd pond vermaakt.' Job was verbaasd, verrukt, maar dat wilde by aau geen Hope doen blijken. Zijn strak gelaat verried niet het minste van hetgeen in zyne ziel omgiog, en hy zeide met zyne gewone lompheid verlot bevinden, bepaald dat zy 12 Mei a, s. voor eerste oefening onder de wape nen moeten komen. De korpscommandant zal hen daartoe per dienstbrief oproepen. Enquête spoorwegpersoneel. Door den directeur-generaal der Maat* schappy tot Exploitatie van Staatsspoor wegen is by dienstorder onder de aandacht gebracht van het personeel dat het verplicht is te voldoen aan de oproeping tot ver hoor van de by de wet van den llen April 1903 (Staatsblad No. 3) ingestelde Staatscommissie van erquête; des verlaagd den eed (de belofte) af te leggen de ge- heele waarheid en niets dan de gebeele waarheid te zullen zeggende door de commissie gestelde vragen te beant woorden. Ten overvloede wordt ook medege deeld, dat ieder voor de commissie vrij kan verklaren wat hem bekend is, zonder vrees deswege van de zyde zyner supe rieuren bemoeilijkt te zullen worden. Es spaarbank en ds staking. Biykena een medadeeltng in de „St. Ct." is door de Rijkspostspaarbank in ds maand Maart van dat jaar 14,098.529,10V« terugbetaald. VerledeD jaar was dit bedrag f 3,507,406,26. Hiervau werd ia 1902 f 17,270,587a terugbetaald wegens aan koop van inschrijvingen in een grootboek, obligaten of certificaten van inschiy ving en dit jaar t 26,085,367». Om andere redenen werd in 1902 dus f3.490,135,677a vaa do spaarbank ge haald en in 1903 f4,072,443,84, zoodat in de stakingsmaand f 582,308,16'/» moer is uitbetaald dan in Maart 1902. Ongetwyfeld vindt dit voor een groot deel zyn oorzaak in da staking. Vele spaarzame luidjes hebben zich genood zaakt gezien van het in vele jaren be spaarde geld een gedeelte van de spaar bank af te nemen. Vergeleken met verloden jaar Maart werden dit jaar 748 boekjes meer geheel terugbetaald (4594 in Maart 1903 tegou 3846 ia Maart 1902) wat zeker ook zyn oorzaak vindt in de staking. Hiertegenover staan echter een toename van nieuwe inleggersn.l. in Maart 1903 9170 tegen 8112 in Maart 1902. Het totaal van in omloop zynde spaarbank boekjes was ultimo Maart 11. 987,098 tegen 918,331 in Maart 1902. Ten slotte een vergeiyking mat de maand Fabiu tri van dit jaar De inlagen bedroegen toen 13 853.504 72, terwyi terugbetaald werd f 3,860,999,76, waarvan f24,379,937» wegens aankoop van inschry vingen in een Grootboek, obllgatiö a of cert fbatea van inschry ving. Om andere redenen ward dus terugbetaald t 3,836,619 827»'n Miart II. was dit be drag 14,072,443,84, zy nde 1235,834.017, meer. Het tegoed dat ultimo Feb-uari f 102,689,956,81 V» bedroeg,daalde ultimo Maart tot f 102,288,774,507». Haf aantal „Hoe weet gy dat?" „Omdat ik executeur ben in de na latenschap van Sir William." „Hy was in den laatsten tyd al zeer op u gesteld. Ik b9gryp niet hoe dat kwam Hy zag Archibald scherp aan, als wilde hy de reden daarvan in zyn ge laat lezen, en ging vervolgens trekbee- nend naar huis. Archibald stelde belang in Job, wiens manieren, hoe oneerbiedig somtyds, toch hare goede zijde haddenhy wist dat hy niet by hem in de gunst was, eu dat vroegere betrekkingen, waaraan de oude knecht zich vasLgeklemd hield, elke verandering by ham onmogeiyk maakte maar by was zeker van Jobs innige, zelfs blinde gehechtheid aan het geslacht met hetwelk zyn leven als was saam- geweven. Hy had hem in zyne droef heid gezien by het ïyk zyns meesters on deze herinnering had Job Fritton eenige graden in zyne achting doen ryzen. „Job," riep hyen Job bleet staau tot Archibald by hem kwam. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1903 | | pagina 1