LOOY. Zaterdag 21 Maart. 68. 41e Jaargang 1903. stbode FEOSUSïm dbode DEN DAG ven, waarop aderland." eïllustreerd. en de 18 jaar, in een Bureau dezer Court, Bureau dezer Courant, [AMDÏIN81 es SB2S2i3(?38 v.v niiai vm 4 50 (allesa Fas i&aamsrès -• va 45 nas J2 80 1 15 I» 510 §65 6 55 7 45 •ww* &&mrs* FUtsfst: werkdagsal 8 38 I ES! ia 86 i 20 2 S (.5 6 7— 7 50 8SS HAVENDIENST. 6— 6 20 77 50 J40 10— 1020 10 40 a« l '10 1 80 2 82C 4— im 8™ S#<- 820. sisVE3 6 IQ 6 80 7 19 isao ff so agio io se 12 10 sa 1 20 140 |U S.80 8 50 410 i SO 7 40 8 3 80. -SCHELGE. f) b) en ara 8 SO c) 15a) 3 55 5 nas 1 55 g) 50 b) nra 8 30e) aatea ar hit vertrek S W 8 S0 Borseiea er naar Breskans, Bor- [iEgen naar Borssele gemaakt. Iniet aangelegd, van 1.5b van Keuzes bei sr.'Svo? X ',if;c 2a *6 23 40 54 6 54 56 8 21 18 7 26 4e 31 7 88 15 U 7 58 52 8 48 38 14 *8 47 10 1 •lu;l4 28 D D 05 8 28 S3 "10 48 11 2 *11 15 e treinen vervoeren 1 49 10 40 28 6 16 i 88 10 28 1 25 6 S 60 11 40 8 10 7 SB 30 12 37 3 50 8 fr 148 IS 53 4 5 8 28 >8 110 4 82 8 58 VLlSSGieSCHE COURANT Prjjs per drie maanden 1.30. Franco psr poet 1.50. Afzonderlijke nummers cent, Men abonneert zich bjj alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreek» by den Uitgever f. VAN BI VMS® Jr.. Kleine Markt, It 187. ABVERTBNUÊN van 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend, Groote letters ®n eliehé's naar plaatsruimte. Vemkg-sit €»g9Sfkg, «Ëgssnritati e| S»m- es feestgagsB. ^«lo^pb.oommsasiMex' EO« AbaMKiiasnts-AdvsrtanüEn op sooï Toordeeitge Toorwsrrden, bezoek aan de „Charlotte." de Koningin en Z. K. H, de 'tins rijn gisterenmiddag kwartier voor uur in een geopende victoria, met vier paarden, van 's Gra- naar den Hoek van Holland peden voor het bezoek aan het Duitsche ipleidingsschip .Charlotte". Z, K. H. de Prins droeg de groote Wue van schout bij-nacht. Ook het gevolg van Koningin en prins reed in open vierspannige rijtuigen. bestond, behalve uit de adjudanten br.Van der Staal en jhr. Hooft Graafland, de hofdame jonkvrouwe Snoeck, irheer mr. graaf Van Bylandt, een sdoanance-cfflcier en een tweeden tot marine behoorende adjudant van den Prins. Om 12 uur 35 kwam de „Charlotte" la zicht en ging voor anker op betrek- i grooten afstand van de „Holland". Charlotte" heeseh de Nederlandsche in den top van de groote mast en 21 saluutschoten. De „Holland" beantwoordde dit onmiddellijk door de loitsche vlag te bjjschen en eveneens «boten te lossen. Het Duitsche oorlogs chip pavoiseerde vervolgens, waarna e6n officieren van piquet van de „Holland* sloep de „Charlotte" ging ver wel romen namen3 den gezagvoerder. Te 3 uur arriveerde de Koningin met den Prins en het gevolg. Z(j begaven rich te voet van onder de stationskap naar den steiger, begeleid door burgemeester Tan Lennep, die aan de eeretrap afscheid am. Daar begroette de kommandant tot Koninklijk echtpaar, de matrozen wuifden en riepen driemaalleve de loningin 1 De marinekapel speelde het Wilhelmus en woDder boven wonder de ion brak even door de wolken. De Kon. rtandaard ging in top. De état-major werd voorgesteld en de Koningin en de Prins inspecteerden de eerewacht. De Koningin was in ciême gekleed. De Prins droeg de uniform van schout-bij- Backt. Lang bleef de Koningin op de commandobrug. Er werd echter besloten niet naar de .Charlotte" te gaan. Een officier werd met een barkas gezonden om den Hertog halen. De burgemeester van 's Gravenzaude tracht in een stoombootje van de Zuid- Hollandsche ReddiDg-Maatscbappfl een zoek aan het Duitsche oorlogsschip. De storm nam in hevigheid toe. Het water was zeer woest. De Hertog kwam met den kommandant indt en eenige andere Duitsche officieren n boord. Na de begroeting begaf men tb naar het salon van den kommandant. i Koningin wilde toch naar de „Ghar- lotte" gaan, maar de kommandant ried let af. Zoudt u gaan vroeg de Koningin. 'j vrij naar het Engelsch. 113.) »Ik wist er volstrekt niets van, dat Sir William in gevaar verkeerde, Miss .idale, anders zou ik reeds eerder geweest zijn." «Dus zljt gtl niet opzettelijk hier ge komen om hem te bezoeken zeide Louisa gejaagd. „Hebt gjj dan iets ge hoord - prengt gü slechte tjjding, Mr. e „Neen hernam Archibald, „ook hoop 'k van u geen slechte tjjding te ver- "omen. Maar ik ben verlangend iets te hooren van iemand, dien wij beiden Joeger meermalen gesproken hebben, toor u een weinig gevreesd wordt Toen de kommandant bevestigend ant woordde, zei H.M.Welnu dan ga ik ook. In een sloep gesleept door een stoom- barkas, nam het gezelschap plaats en onder het donderen van hst geschut en da bewonderende hoera's der bemanning en het publiek dobberde het ranke vaar tuigje weg, ter zijde begeleid door een stoombootje der Reddingemaatschappy en eenige sleepbooten. De „Charlotte" lag dwars in den mond van den Waterweg. De sloep ging langs de buitenzQ om aan de statietrap aan te loggen. Van verre klonken de hoera's der Duitsche jantjes in het want. Kommandant Wenthoit kon op iroger bevel geen vertegenwoordigers der bladen op de „Hofland" toelaten. Vandaar dat het niet mogelijk is bijzonderheden omtrent het bezoek op dien bodem mede te deelen. Het weer klaarde op, doch de wind bleef hevig. Met vrees staarde men dan ook den sleep na en de moed der KoniDgin wekta algemeene bewondering. H. M. de Koningin vertoefde een uur op de „Charlotte". Te vijf uur ging de standaardvlag naar beneden, ten teeken dat de Koningin en de Prins het schip hadden verlaten. Onder saluutschoten stoomden de bar kas en de Koninklijke sloep vlug naar de „Holland" terug. Vol verrukking vertelde de Koningin aan den kommandant hos prachtig atles gegaan was. Nadat nogmaals de be manning was aangetreden en geïnspec teerd, namen de Koningin en de Prins hartelijk afscheid van kommandant Went hoit en verlieten zjj onder luide hoera's der bemanning en de toejuichingen van het publiek de „Holland" om in de gereedstaande open vierspan plaats te nemen voor den terugtocht, uitgeleid door den burgemeester. Weer donderde het geschut van de beide zeekasteelen en daarmede was deze plechtigheid ten einde, die hoezeer de omstandigheden tegen waren, toch goed van stapel liep. (Vad.) Tweede Kamer. De Centrale afdeeling van de Tweede Kamer heeft gisteren besloten geen on derwerpen meer voor sectieonderzoek of openbare beraadslaging aan de orde te stellen, zoodat, behoudens veranderde omstandigheden, de Kamer na afloop van het aanhangige sectieonderzoek thans tot na Paschen uiteengaat. Kerste Kamer. Biflkens de Memorie van Antwoord betreffende de wetsontwerpen tot vast stelling van een wetboek van militair strafrecht en op de krijgstucht dient later, in verband met de aanstaande regeling der nchtsrmcht van den mili tairen rechter, te worden onderzocht of de leerplannen in algemeenen zin te wjjzigen zjjn in de richting dat meer werk kan worden gemaakt van de juri en tot mijne familie behoort." „Uw broeder?" „Juist." „Wat is er met hem, Mr. Hope Wat hebt gij vernomen?" vroeg zij onge duldig. „Op zekeren Augustusavond heeft hij Carrisford eensklaps verlaten, zooals gjj weet," vervolgde Archibald, „en wjj beiden dachten dat bjj naar Parijs terug gekeerd was." „Ja." „Zjju koffer is op z|jne kamer in de St. Honoré bezorgd, waar deze nog al- tjjd is, zonder dat h|j nog iets van zich heeft laten hooren. Hij is niet naar Pa- r|js teruggekeerd." „Niet teruggekeerd?" herhaalde zy half van haar stoel opstaande, en daarna weder nederzinkende, werd z|j doods bleek„nog niet teruggekeerd, zegt gtj ACHTSTE HOOFDSTUK. Louisa Kelpdale's verwondering maakte zich ook van Archibald Hope meester. H|j had het niet verwacht dat de af wezigheid zijns broeders van Parijs voor haar eene reden tot verwondering zijn zou, maar dat zij kennis zou gedragen hebben van hetgeen h|j haar mededeelde dieke opleidiDg der aanstaande officieren. De aanbeveling tot spoedige voortzet ting van den arbeid der herziening ook van het tormeaia militair strafrecht strookt volkomen met de voornemens der regeering. Tot de invoering van het ontwerp kan onmogelijk worden overgegaan voor dat de militaire rechtsmacht opnieuw wettelijk geregeld zal z|jn. De al dan niet opneming dar dood- Btraf in het straffenstelsel gelijk trou wens van elke straf wordt gerecht vaardigd door de al dan niet noodzake lijkheid daarvan. Ten onrechte wordt in de afhankelljk- stelling der toepassing van de doodstraf van 's rechters oordeel over de veiligheid van den Staat, een bedenkelijke ver zwakking gezien van den eerbied voor het recht en evenzeer ten onrechte wordt in verband hiermede een waarschuwende vingerwijzing gedaan naar de Fransche revolutie. De bedoeling der bepaling is volgens de regeering dat de rechter zich als eerste vraag hoeft te stellenheeft de overtreder den dood verdiend en als tweede vraagis z|ja dood noodzake lijk voor de veiligheid van dsn Staat Alleen bij bevestigende beantwoording van beide vragen veroordeelt h|j tot de doodstraf. Ook de regeering bljjft betwijfelen of door de opneming van de straf van detentie hat ontwerp inderdaad wel ver beterd is. De wensehaljjkheid om, althans op den duur, de strafklasse voor de zee macht van die voor de landmacht te scheiden, wordt beaamd. De mogelijk heid is zelfs niet uitgesloten, dat twee strafschepsn voorde marinezullen mosten worden ingericht, éen hier te lande en éan in Oost-Indie. Gehandhaafd wordt de meening dat hot onnoodig is, het vloeken van meer deren tegen minderen bovendien straf rechtelijk s rafbaar te stellen, daar in de voorschriften ter uitvoering der wet zulks uitdrukkelijk zal worden verboden en diensvolgeas dit feit volgens art. 2 van het ontwerp-krjjgstuchtwet zal wor den gestraft. De bewering dat in het ontwerp- krygstuchtwet „vermenging van straf recht en tuchtrecht" te vinden is, komt der regeering minder juist voor. Het is juister, de zaak zóó te beschouwen dat die regeliog feiten betrtfr, welke èieen strafrechtelijk èn een tuchthuisrechteljjk karakter hebben. Herhaald wordt, dat de regeering voor nemens is eene enuntiatieve opsomming van krjjgstuchte!|jke gedragingen in een reglement of voorschrift op te nemen. Jeugdige officieren zullen alleen dan strafbevoegdheid hebben, wanneer z|j als detachementscommandanten worden aan gewezen. De vraag of de kromsluiting thans ook aan boord van da koopvaardijsche pen gemist kan worden, vereiseht naar en gereed was tot z|jn genoegen alle mogelijke inlichtingen te geven, aan gaande de plaats waar z|jn broeder zich bevond. Maar hare plotselinge veran dering van kleur, het uitzetten harer donkere oogappels, die blik van afgrijzen waarmede zij hom aanzag, verzekerde hem al aanstonds, dat hjj te vergeefs om inlichting bjj haar in Devonshire ga- komen was. Haar mat meer belang stelling aanziende, dau h|j zich wilde erkennenzich zjjne vroegere belofte herinnerde van haar nimmer te verden ken, zoowel als hare vroegere profetie, dat alle vroegere twijfeling te een of ander t|jd zoude terugkeeten, zag by in dat gelaat de schaduw weder van de vroegere geheimzinnigheid. Ea toch greep hare oarust hem in het harthet had hem getroffen te zien hoe bleek en aïgetobt z|j er uitzag, en hij bemerkte dat hy een nieuw leed aan dat hetwelk z(j droeg had toegevoegd, en een nieuwe hinderpaal had opgeworpen op haren weg, welke hare rust nog meer ver stoorde. Nu was de t|jd daar om ophel dering te geven en nu moest zjj eenig licht over het verledens verspreiden, waardoor h|j zijn broeder Maurits vin den kan. het oordeel van den minister van justitie een nader onderzoek en eventueel overleg met zjjn ambtgenoot van waterstaat, handel en nijverheid. Het openbaar belang zou kunnen wor den geschaad door het stokstjjf vast houden aan het beginsel „non bis in idem", wanneer de toepassing van kr|jga- tuchteljjke straf het recht van strafvor dering wèl deed vervallen. De regeering beantwoordt ten slotte de nota van den heer Van den Biesen in zooverre deze critiek oefent op de bepa lingen van art. 9 en 31 van het ont werp ontwerp-Militair Strafwetboek en in verband daarmede den staf breekt over de strafrechtelijke inzichten van den minister van justitie. Nooirecht is eigenlijk niet een begrip dat alleen b|j de doodstraf ter sprake komt, maar veeleer een dat loopt door het gehe6le strafrecht. Naar aanleiding van verschillende schrijvers van tan minste even beslist christelijke beginselen als door den steller der nota zeiven aangakieefd, doat de regeering uitkomen dat hare meening, hoezeer ook door den steller der nota vei worpen een volkomen christelijk karak - ter draagt en geheel overeenkomt met de leer dier schrijvers, waarvan de iezing zeer by den steller der nota wordt aan bevolen. De regeering hoopt dat het haar gelukt moge zijn, hem de overtuiging te schenken, dat het met het oog op de zoowel door hem als door het kabinet beieden beginselen minder „hoog noodig" is, tegen de strekking van de artt. 9 en 31 van het wetboek van militair straf recht waarschuwend de stem te ver heffen, dan er voor te waken, dat ver schil in opvatting tusschsn hem, als geestverwant van het kabinet en de regeering, zich ga verliezen in Byzan- t|jnsch krakeel. Inperking vacolnedwang. De „Christen-Democraat" bespreekt het wetsontwerp tot beperking van den vac- ciaedwang en geeft er bet volgende oor deel over Algemeene ontheffi tg van de verplich ting zal dus weldra het gevolg zjjn aan alle Scholen met den Bjjbel. Heel anders zal het resultaat z|jn voor da overige bijzondere scholen. B, v. voor da R. K. scholen. Daar zullen geen ontheffingen kunnen worden verleend, omdat meerdere ouders bezwaar zullen maken, hunne kinderen met niet gevaccineerden te doen aamen- zitten. De schoolbesturen zullen uit vrees voor het verlaten der schooi, die bazwa- T6D ernstig nemen en weigeren onthef fi-g te vragen. Men begrjjpe wel, geen ontheffing wordt verleend, wanneer niet het school bestuur of het hoofd, wanneer er geen schoolbestuur is, de aanvrage daartoe bjj de regeering inzendt. Wenscht het schoolbestuur of het hoofd geen niet gevaccineerde kinderen toe te „Neen, h|j is nog niet teruggekeerd, Miss Kelpdale," zeide hjj„en gjj zult mij verschconen, als ik u aan een ge sprek herinner, dat w|j betrtffende hem eens gehad hebben." „Waartoe dat nu op te halen vroeg zjj zacht. „Ia de hoop dat het tot Maurits' ont dekking zou mogen leiden," antwoordde h|j„want ik kan niet gelooven dat hem eenig leed is overkomen, maar dat hij op reis gegaan is om eenen nieuwen werkkring op te zoeken, nu de oude htm begon tegen te staan. Daar hjj zeer Wispelturig, en dus ongeneigd is, om zich b|j een zelfden werkkring te bepalen, heb ik m|j voor dezen morgen over zjjae afwezigheid niet verontrust." „En nu „Nu ben ik meer bevreesd. Ik gevoel mij nu gadwongen, zoo het mogelijk is, htm op te sporen, ten einde u en my de opspraak te bespareu, waardoor wy worden bedreigd." „Opspraak wie spreekt daarvan?' „Een zyner vrienden een ambt genoot, die onderstelt dat Maurits in Engeland een zyner vyanden ontmoet heeft en in een onbewaakt oogenblik als z|jn slachtoffer gevallen is." laten, dan is er voor de bezwaarde ouders geen anderen uitweg dan hunne kinderen van de school te n6men. De ouders worden alzoo aihankeiyk gesteld van de besturen of van het hoofd. Uit deze wet spreekt geen beginsel. Het is slechts een in het leven roepen van een uitzonderingsmaatregel, of wil men, van een voorrecht tan bate van enkelen. Die bevoorrechting van enkelen is bn ongegrond èa onbiliyk, vooral waar de minister in zjjn toelichting zoo besiiat dost uitkomen, hoe hier in het geding is een verkorting van de parsooniyke vryheid van het ouderrecht door staats- dwang. Woordelijk zegt de minister toch „Een vader, op straffe van de paeda- gogische verwaarloozing van zijn kind, te willen dwingen z|jü kind in strpd met zyn overtuigiDg en smetstof in het bloed te laten inbrengen, is.met elk gezond begrip van burgervryheid in atryd, Het is niet het medische standpunt, dat hier hst geding uitwyet, maar in geding is hier een verkorting van de persoonlijke vrijheid en van het ouder recht door staatsdwang," Deze woorden onderschry ven we en gaarne brengen wy dea minister huide voor zyn kloeke uitspraak. Alleen, en hierop leggen wy den na druk, wanneer de Overheid zich schuldig maakt naar 's ministers overtuiging aan zulk een ernstig vergrjjp aan het ouder recht, dan is minister Kuyper er niet mee af een wetje in hat ieven te roepen, dat slechts een klein deel van ons volk, en wel 's ministers naaste vrienden, wil beveiligen tegen een aanslag op hun burgervrijheid en oufenecht. Bjj dienstorder is gisteren geiast, aat het request aan H. M. de Koningin door 1300 a 1400 miliciens onderteekend, houdende verzoek om do lichtingen 1900 en 1901 uiterijjk 24 Maart met groot verlof te doen gaan, geen voortgang mag hebben, onder bedreiging mot straf van de onderteekenaren. Wel mag elke milicien zich persooniyï by nquest tot H.M. wenden, maar dan langs den hierarchischen weg. Behalve aan de Kamers van Koophandel zyn ook aan de Kamers van Arbeid de ontwerpen Arbeidswet toegezonden, om vóór 15 April a.s. daarover haar opmer kingen aan het departement van binnen- landache zaken te doen toekomen. VUss^ingaUfSO Maart. Gisterenavond had in do concertzaal- Stofkoper de aangekondigde soiré3 mu- sicale plaats, aangeboden door den hoer en mejuffrouw Bika Bekker aan de ouders hunner leerlingen en verdere be- langstellenden in de muzikale ontwikke- „Groote hamel I* riep Louisa Kelp dale uit, weder doodsbleek wordende, „wie denkt dat?" „Zekere Monsieur Villard, een hand langer der Fransche politie." „Villard," herhaalde zy, zich eens klaps het bezoek aan" Mrs. Kelpdale den vorigen avond herinnerende. „Gij weet waarscbynljjk dat Maurits ook een agent der gehsima politie te Parys was?" „Neen, dat wist ik niet," hernam Louisa met eene huiveringmaar nu begrijp ik my, waardoor ik my steeds zoo beangst in zyne tegenwoordigheid gevoelde." „Zijne verawyning heeft bovendien te Parys groot opzien verwekt en zal tot een uitgebreid onderzoek leiden," ver volgde Archibald, „zoo wy dit onder zoek niet in zyne geboorte kunuen stui ten tenzy gij, Miss Kelpdale, gelooven wilde dat ik uw vertrouwen verdien." Hare lip beefde een oogenblik, als over een verwyt dat hij haar deed, en zij sloeg hare oogen voor hem neder. „Wat verlangt gy van my zeide zy op koelen toon, als begon zy hem we der te wantrouwen." Wordt, r-yrv.ikfd,!

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1903 | | pagina 1