w - 10OS. Maandag 19 Januari. nor Éttil NIEUW-GUINEA. B |FEÜUIB?ÜÜ 15. 41e Jaargang ngs Huisje G emeentebestuur 1 7 mmmmmmê. rnemena ia hier t» TOIRS en KINDEK, daandag 19 Jatm^ ven den Heer Yaj I T BC. i, Middelburg, ho* net f 13.- per B 73. VL1S8IW6SC Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1. 0. Afzonderlijke nummers cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks btj den Uitgever F. VAN SS Ymm Jr., COURANT Kisins Markt, I. 1§7. AfiVERTENTIÊN van 1 4 regels f 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Btj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groots letters en cliché'» naar plaatsruimte. ¥«wek|Hê -wciSjSB, si^ss©s4aM op £#»- m fwosi&tgea. "SLtwl^p&ooaMmmmsss' IO. .êfeoöX'sïaea^s-Advfiïtsnöfin op see? mrieettge roenriudHh Aantosda». onder Eerste Hyft geeft 31/» ®n 4 p(J Sn te bekomen BEK1E Jas., e Buskenstraat S?» L 45 na» 1280 1 5 10 5 65 6 56 7 raar E®imarM Vim op werkdagen! 821 naa 12 86 1 20 S| 5 6 7 7 30 8« Candidaatstelling voor he> lidmaatschap van den Gemeenteraad. De Burgemeester van Vlissingen gelet op art. 53 der kieswet en ait. 10 der gemeentewet maakt bekend dat de opgaven van candidaten voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad, heden bil bem ingediend, alsmede het door hem van candidaatstelling opge maakte procesverbaal van af heden op ismjvm 4 50 (slleu g c;etarie der gemeente (Griffie) voor Fsh Z&wsrki vt e8n. :eder l(JI inzag6 neergelegd en tegen betaiing der kosten in afsehrift verkrijg baar gesteld zijn. Vlissingen, den 16 Jan. 1903. De Burgemeester voornoemd, VAN DOOBN VAN KOUDEKERKE. AMBIINST en S3BELBUBB f, KAVMBIEMT. B-SCHELE®. 5» b) en ara 3 SO o) 15a) a s 3 55 nas 1 55 g) 50 b) na 6 30e) Santen na hst vertril -öEKEHatóAKiHG. Stemming ter benoeming van een lid van den Gemeenteraad. Burgemeester en YVe.houders van Vlis singen maken bekend: dat, tengevolge van de op heden plaats gehad hebbende candidaatstelling voor de verkiezing van een lid van den Ge meenteraad, op den 28 Januari e. k., 'ss. 3— 6 20 7— 78 40 10— 1020 10 f a 1 10 1 30 2 22 fl 4 4 20 5 52 8 SO. i?a 6 10 6 30 TII 20 9 60 1010 10* 12 10 na 1 20 li vaIj des voormiddags 8 uur tot des na- |0 £.10 3 50 4 10 42 mi(jciags 5 uur, zal gehouden worden 140 8—8 30, ee£ie gamming --- -7^- tot benoeming van een lid van den Gemeenteraad in kiesdistrict Vlissingen no. IH, omvattende de wijken K, L, MM en Z, waarin canoidaat zijn gesteid de heeren AUEK, P. F. HOUBAER, J. H. Wijders zij herinnerd aan het bepaalde b() art. 128 van het wetboek van straf recht, luidende ,Bij, die opzettelijk zich voor een an der' uitgevende, aan eere krachtens wet telijk voorschrift uitgeschreven verkieziDg deelneemt, wordt gestraft met gevange nisstraf van ten hoogste één jaar." Vlissingen, den 16 Jan. 1903. Burg. en Wetb. voornoemd, YAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Da Secretaris, WITTE VEEN. 810 8 50 tckoas, Beresis: naar Breaker:», Bor< .ngen naar Borssele- iet gemaakt. mtt aangelegd, van 1.55 van Nausoa hst fpeorwegrt; tien 25 40 54 56 18 46 51 16 24 52 53 14 88 55 28 86 *8 £8 8 54 8 21 •8 47 7 25 7 58 8 48 10 1 De waarschijnlijkheid is zeer groot m i t b niet van gedragslijn worde ver anderd dat de zoogeraamde pacifi catie van A'jeh een voldorgen feit is, of althans als zoodanig kan worden be- sclfouwd. In zulk een groot land als Atjeh en onderhoorigh6den, bewoond door een volk, welks hoofden pas in onderwerping kwamen of gebracht wer den, zullen ondernemingen tegen ons nog zeer lang voorkomen. Maar met de vrijwillige onderwerping van den laatsten preteadent-suitan, het eigenlijke hoofd der hoofden, of, zoo men wil, de keizer, is de hoofdzaak dan toch voor goed beslist. Het is niet onwaarschijnlijk dat thans de aandacht meer zal gevestigd worden op het ons behoorende gedeelte van Nieuw-Guinea. W(j komen op de wen- schelijkbeid daarvan nader terug en hebben nu alleen rekening te houden met het feit dat de westelijke helft van dat groote eiland, door ons in 1828 werd geannexeerd. Het is zeker nimmer onverschillig te achten, wolke de toe komst zjj van een ons behoorend land, wel is waar zeer slecht bevolkt, maar toch vtifmaai zoo giooi als Nederland. Totnogtoe hebben wjj ons aan dit bezit zeer weinig gelegen laten liggen. De christelijke zending bestaat op het eiland naar wij mesn6n sedert 1860, maar heeft weinig succes gehad, in elk geval minder dan de prediking .van den Islam, die wel degelijk vorderingen maakte. De taak, die wjj op Nicuw-Guinea kunnen vervullen, is ongeveer gei(jk aan die, welke wij in de meeste streken van Inaië te vervullen hebben gehad en nog hebben. Het staat vast dat een deel der bevolking, evenals zulks b. v. op Lombok het geval was, te veel van het andere d6el te lijden heeft, dan dat wij, die ons de meesters noemen, dit op den duur zouden mogen dulden. Even zeer staat het vast dat meermalen, zoo wel door Nederlandsche onderdanen als door vreemdelingen, zeer onbehoorlijke handelingen tegenover de bevolking van het eiland z|jn gepleegd, hetgeen natuur lijk nog veel minder mag worden ge duld. Er is een streek, Amberbak6n (b(j de Geelvink-baai), waar een iusrige be volking, die rijst en tabak verbouwt, op hooge heuvels in paaiwoniagen gehuis vest is, omdat zij altijd gevaar loopt voor een overval de-r menscheneters, die ni6ts cntziec,- de menechen vermoorden en de in stukken gesneden Hjken weg voeren. Aan de bekende Gaelvinkbaai krielt het van moordlustige stammen en de enkele, die er een rustiger levenswijze op ra houden, werden het ergst ge plaagd. Zoo b v. de bevolking van bet eilandje Mioswaar. Zeeroovers, althans gewapend volk in prauwen, komen, als '10 48 jl l 2 .te treinen vervoeren 6 49 6 38 7 50 8 80 8 48 4 i iü 40 28 10 28 1 25 11 40 8 10 12 37 8 50 12 58 4» 6 1 10 4 22 vrij naar het Engelseh. 60.) Zelfs was de huishoudster ten einde raad, en kon het gevolg niet berekenen j zoo haar heer in zjjne halstarrigheid 1 volhardde. Z(j dacht er aan haar hoed op te zetten en naar Mr. Prryae te gaan, en dezen om raad te vragen of een bode naar dep rentmeester te zen- l den, die waarschijnlijk van de markt 6i de naburige stad, waarheen hg dien f! morgen gereden was, om de assignatie g! aan de orde van Sir William Kelpdale «f te gelde te maken, zou teruggekeerd g! zijn, Zjj dachtintusschen nog eensnaar den baronet te zienz(J naderde de trappen van het terras. Hjj zat er nog de mannelijke bevolking ter vischvangst op zee is, een dorp of kampong plun deren en vernielen, maken de vrouwen en kinderen buit om ze als slaven te gebruiken, nemen afgehouwen hoofden mee, enz. Men moet hierbij niet vergeten, dat ons b6Zit slechts een bezit op het papier ia. De bevolking is onbeschermd. Een dertigtal jaren geledon landde de be manning van ee?> IUUaansch schip op de kust en trachtte aan de bevolking kenbaar ta maken dat men levensmid delen werschte te koopén. Maar deze begreep de bedoeling nies en toen begon men eenvoudig ta rooven, waarop een gevecht ontstond, waarbij van weers kanten gewonden, vielen en dat eindigde met de vlucht der Italianen. E-ger is hot, dat ielaudsche bewoners onzer Oost-Iadische eilanden, met de Nederlandsche vlag in top,, daar evsn goed als elders btkend als da vlag der .Compagnie", Nieuw-Guiaea als zee.-oo- vers bezoeken en er noch de bevolking noch hare bezittingen sparen. Herhaaldelijk is da mógelijkheid eener vestiging onderzochtherhaaldelijk heb ben bewoners van het eiland hun wensch daartoe te kennen gegeven. Zooals bekend is, werd in den jong- sten tijd met een geregelde vestiging, onder leiding van den controleur Kroeren, een begiD gemaakt, waarbij aanvankelijk zeer treurige ervaringen werden opge daan. Het ligt niet aan ons, 'ce beslis sen of dit bst gevolg was va„ de eenigs- zins luchthartige opvatting, die de onzen van de zaak hadden, dan wel van bij zondere omstandigheden. Zijn in den jongsten tjjd de berichten van daar gun stiger geweest, dan is het ook tijd om de zaak door te z.tten eu ook dezen hoek der wereld voor de algemee.ce te schaving te operen. Zooals w(j reeds opmerkten, liet het Nederlandsche gouver nement zich tof dusverre aan dit deel der bezittingen weinig gelegen liggen. Intusschen is bier geen sprake van een te annexeeren gebiedandeis zouden w(j de eersten zijn om voor verdere uitbreiding van ons reeds overgroot koloniaal bezit te waarschuwen. Nadat echter met nauwkeurigheid de grenslijn tusschen ons bezit en het Engelsehe Was vastgesteld, bon van veroveren of in bezit nemen geen sprake meer zijn. Een oorlog rnet de Papoea's is dan ook ondenkbaar, want, hoewel krijgshaftig, eanigszins in den sin van vechtlustig, een gevolg van de onderlinge oneenig- heden en van de strooptochten der en Prir.se, de windhond, zat naast hem en scheen met hem de terugkomst van Louise Kelpdale af te wachten. ZEVENTIENDE HOOFDSTUK. Job Ftiton ontslagen zijnde, ging met zijne armen heen en weder zwaaiende, en het algemeen in zich zeiven ver- wenschende, en Sir William Kelpdale's manieren in het bijzonder. Job was van nature een ontevreden, driftig man, wiens harde gelaatstrekken geheel het afdruksel waren van zijn karakterwant kleine kinderen ontvluchtten hem schreeu wende en nimmer vroegen zijne mede bedienden eenigen gUDSt van hem. Het was een gelaat dat op alles een besnst eu krachtig „neen" zeide en bovendien was zijn gelaat ieeljjk te noemen, waarin nimmer iemand behagen gevonden had, want Job, die nu de zestig bereikt had, was Dog een oude vrjjer, en, volgens de geruchten, een oude vrijer tegen zijn zin. Oude vrouwen en ook die van mid delbaren leefitjd in het dorp, die sedert lang reeds gehuwd waren en een tal van kinderen rondom zich hadden, om ze te voeden, op te leiden en te ver zorgen, zoo goed dat kan by e6n inkomen van een man van twaalf tot veer ion vreemde zeevaarders, bestaat onder hen geen W6zeniybe eenheid, geene aaneen sluiting, geen zelfs! andigheidsbegrip, en evenmin een meer of minder geregeld bestuur of een werkelijke weerbaarheid, W|j hebben niets ancers te doen dan rust, orde en veiligheid te verzekeren, de bevolking te beschermen tegen vreemde indringers en de beschaving, voorloopig een volstrekt uitwendige besshavirg, te bevorderen. Reeds dit is echter een zeer zware taak. Reizigers, die met dit volk in aan raking kwamen, verbalen veel van de goede hoedanigheden, die zy santroffm by sommige stammen aan d9 kusten of op de kleinere eilanden. Ook vindt men er wel spogen van eenigs bescha ving althans aan de kust, want in de j bergachtige binnesalatiden schijnen slechts i roofgierige, onderling twistende stammen i te worden gevonden, Deze stammen i leven slechts van jacht en vischvangst j en van roof, maar in andere streken j worden verschillende producten, hoewel j dan ook op kleine schaal verbouwd. Steenkool is aan de kuststreken gevon den, maar geheel onbekend is het, wat I h6t binnenland bevat. De omringende f zee bevat veie parelen, die by lagen I waterstand door de bevolking worden gezocht. Van handel err dus ook uit breiding van cultuur kan weinig sprake wezen, waar geene betrekkingen woi den aangeknoopt en da Isevoikingonbeschermd staat. D3 eene stam, machtiger en roof gieriger, dwingt de andere om hare producten tegen eene geringe waarde af te staan en maakt er dan toch goede zaken inee. Aan zulke toestanden moet een einde komen en dan kan Nieuw- Guinea iets worden. Ook hier hebben wy eene eereschuld af te doen, want overal waar wy ons, krachtens welke rechten ot naar aan leiding van welke voorvallen dan ook, in het bezit der Indische landen en hare bevolking stellen, daar nemen wy de zorg voor die bevolking eu haar land tevens op ons, niet het minst in een streek, waar reeds zoo lang de kentee- kenen van ons gezag zyn geplaatst, zonder meer. De feiteiyke vestiging van ons gezag op Nieuw-Guinea is goed en plichtmatig, mits het er ons ernst mae zy. Het ia een schyabaar steike bewering en toch kan zelfs hier, voor moederland en koloniën, in later tyd een schoone toe komst aanbreken. Minister Kuyper heeft zyn verbiyf in het buitenland nog enkele dagen ver lengd, zoodat hy eerst hedenavond in de residentie terugkeert en Maandag zyn ambstbezigheden zal hervatten. De gepensionneerde scbout-by-nacht O, A. Ie Broa de Vrxda, thans woonachtig te Brussel, die, naar gezegd wordt, in aanmerking komt voor do benoeming tot minister van marine, werd I October 1857 benoemd tot adelborst le klasse, 19 Febr. 1860 bevorderd tot luit. ter zes 2e k'.asae, 1 Juni 1871 tot idem le klasse, 1 Jan. 1882 tot kapitein-luit., 1 Mei 1886 tot kapitein ter zee en op veizoek gepansionneerd den 21 Sept. 1891, Bij Kon. besluit van 31 Augustus 1898 werd bem da titulaire rang van schout-by-nacht toegekend. Hy is 63 j«en oud. Van zeer vertrouwbare zijde wordt daarentegen aan het Vab. verzekerd, dat het in sen der dagbladen opgenomen en van daar verder verspreid bericht, als zou de oud-luit. ter zee Le Bron de Vtx-ila ie Brussel door den minister president, dr. Kuyper, zyn verzocht of gepolst om de porti feuille van marine te aanvaarden, eiken grond van waarhetd mist. Er is nog geen enkele poging gedaan om in de vacature te voorzien. shillings 's weeks, spraken spottend van vroegere dager', toen Job haar zyn hof kwam maken en van de pret, die zy hadden eerst om hem voor den gok te houden om hem daarna te verstooten, zoodra zich eene party opdeed, die er beter uitzag. Job bad te Carrisford nooit tot een huweiyk kunnen komen. Zij spraken te veel van zijn norschen aard, en gaven hem, zoo als dat wel in andere kringen geschiedt een slechter naam dan hy verdiende. Zyne jeugd en jongelingschap waren voorbygevaan, toen hy altijd aan do liefste meisjes zyne oplettendheden bawees, daar hy een man van smaak was en ge vorl voor het schoone bezaten daar de lieve meisjes onafhankeiyk waren, en een aantal aanbidders hadden om hare keus te maken, zoo werd Job Fritton aan den dyk gejaagd. Was by minder kieseh in zyne keus geweest, dan zou hy reeds sedert lang gehuwd geweest zyn, want Job had een aardig duitje in zyn dienst- tyd overgegaard, was bovendien een spaarzaam man, en er waren eeniga oude vrysters te Carrisford, die hem tot man zouden begeerd hebben, in weerwil der onaangename geruchten van zijn gemeiyken aard en zyne kwaad- sprekenheid doch zy die Job voor eene goede party hielden en zij die Job hield voor eene goede vrouw voor zich waren twee uitersten, en Job had in zyae vroegere dagen gezegd „dat hy niet besluiten kon zich te vei slingeren." Waarschyniyk was het dat herhaalde teleurstelling een humeur dat reeds bitter uit zich zelf was nog bitterder had gemaakt, want na zyn vyftigste jaar was Job nog erger geworden, ont week de schoone sekse, was ruw jegens zyn eigen geslacht en in de onbenyd- bare positie van algemeen gehaat te worden. Gelukkig voor Job Fritton, dat hy zich aeze dingen niet te zeer aantrok hy deed zyn plicht als bediende van Sir William Kelpdale hy ontving ge regeld zyn loon, bracht het onmiddeliyk naar de spaarbank, en scheen aan zich zeiven genoeg te hebben in zyne woning in een algelegen deel van het park, waar hy voor dertig jaren boschwachter was. Job Fritton bleef een oogenblik staan alvorens den trap van het terras te bereiken, en by achtte het beter zich voor een uur naar zyae eigeue kamer te begeven, dan in het dienstboden- Dr. Schaapman, Een gisteren morgen Uit RöfflS te Utrecht ontvangen telegram luidt ,N?,cht zeer rustig; geneesheer zegt bed- emergen, dat hoewel de toestand ernstig biyfc, er toch zichtbaar beter schap valt te constateeren." Een gisterenmiddag te 2 uur door het „Centrum" ontvangen telegram meldt „Te halfelf constateerden de twee doctoren, dat de vooruitgang aaDzieniy- ker was aan zy hadden kunnen hopen. De toestand is ernstig, maar is reeds beter dan op 4 Januari j!., toen zy mgr. vcor het eerst bezochten. Onvoorziene gevallen, die by hartziekte mogeiyk bffiven, uitgezonderd, is er gegronde hoop, dat het vaderland mgr. terugziet. De patient is zeor dankbaar voor de betoonde belangstelling en hoop; spoedig persooniyk te komen bedanken." Aan een schryven uit Rome aan hst „Centrumomtrent het verloop der ziekte, ontleenen wij nog het volgende Dr. Sehaepman was tamely s: wel te Rome aangekomen, doch om de onge rustheid in Holland niet op ta wekken, drukte hy al zyna kennissen op het hart, niets omtrent zyn gezondheidstoestand te berichten ttnzy het bericht dat u gezonden werd over zyn aankomst alhier. Toch was het voor iedereen duideiyk, hoe zeer de lyder ook zijn best deed, om het te verbergen, dat zyn toestand ernstig was, en zyn dokter, die een hart- vertrek door zyne kameraads gekweld te worden door hunne vragen. Toch ging hy naar de keuken, na eerst tot zich zeiven gezegd te hebben „laat ze maar links liggen," een krachtig bolwerk tsgen de nieuwsgierigheid zyner kame raads." En in de keuken van Aver Court, waar hy plaats nam en als een wolf at, „liet hy hen links liggen," ofschoon zy zich rondom hem schaarden, en vyttig vragen deden aangaande de zon derlingheid van hun heer, zonder dat een der vragers een voldoend antwoord gaf. Hy gluurde naar hen over den rand van zjjn bierkau heen, hy grynsde tegen hen over zyn bord, liet nü en dan een „ja" of „neen" hooren, knorde dikwyis als een varken en barstte eindeiyk in een vreeselijk vloeken uit, wel eens wensehende te weten, waarom hy niet even goed als elk ander het recht had in rust zyn middagmaal te gebruikeü, „Kyk, zoo is Job altyd," zeide eene nieuwsgierige huismeid„hy is nooit vriendeiyk zooals wy." „Dat wensch ik ook niet te zyn," hernam Job. Wcrdt vervolgdj

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1903 | | pagina 1