•enten
r vaiscne
LIJZEN,
Iden
Dienstbode
Maandag
19 Mei.
Ko. 116.
BEKENDMAKING.
Hitte (wilei
40e Jaargang
1902.
eken, Rotterdam.
te wegen, als:
igboonen
[Andijvie
p p i n a z i e.
Massage.
lievbi 8 10 30 7 WI
120 9 50 1010 10 801
12 10 BS! 120 140
ï.io 3 50 410 43"
7 40 8 8 30.
j minuteo.
Bij to Courant behoort eeslipofipl.
Gemeentebestuur.
FBÜJHBTÖM.
LING.
verbruikers van
3ULTANAP0EDER.
sep
eppoeder
ippoeder
:jes vóór 1 Dec. a, s.
'ennootscbap
pd. J. G. H. DOMMSSeJ
Bellamykade.
ppjj m wuïmi1
ta 's-Sravaahaga.
^ringen van Kapitalen bijl
Lyfrente, Weduwe/
■erverzorging enz., bgëj
pmiën.
(dichtingen worden j
pen Agent
W. G. BEKER Jzn,
pstraat.
Ivoor gimmstieki
3STHAAT N S!
en Manusele bebau
|gg8graatsverkrom
adere afwijkingen.
behandeling,
fcische aandoaningea
flamming enz.
ehandeling op medisel
(s Palingstraat 169.
.AMDIEN8T
pH en SKDÏSEIiBCht® t
nineva 4 50 (sliseJ
fcfc Van Zeümarkt fffll
lil 45 nas 12 30 1 15i
Ift 5 10 5 6.5 6 55 745
naar Zeümarkt Fiiwj
pa op werkdagen! 6 2
[sa 1235 1 20 S 6|
|15 6— 7 7 20 83
HAVENDIENST.
leai. 6— 6 20 77-501
1 40 10— 1020 10
lasü 1 10 1 30 2 22i
>0 4 4 20 6 5S
8 20.
i-SCHSLGS.
11902.
b) va 3 3b en 6 '20 e
3 55 6 50
Isfal g) en 444
1.5a) 5 05
[aas 3 30 V 6 20n)t)
3 50 6 40h)
8 10
I 8 50
[kans, Baraalen sa
pskeas ten hoogste
lea naar Boreselen
1.55 van Nouzsn
^n wordt op deze
spoor wsgetrtios
VLISSIHI6SCBE C0I1BAMT.
PrQa per drie maanden 1.30. Franco per poet 1.50.
Afeonderiyke nummers 6 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bfl den Uitgever
F. VAN DE VEIJDE Jr., Kleine Markt, I. 187.
ADVERTENTIÊN van 1 4 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bi) directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Groote letters
en cliché'a naar plaatsruimte.
Vemhgnt dageLflu, ■Mgeconderd op Zon- «n feestdagen.
Telaphoonnummer ÏO.
Abonnements-Advertentiën op seer voordeelfge voorwaarden.
Wegens het Pinksterfeest
versohijnt de „Vlissingsohe
Courant" aanst. Maandag
NIET.
Burgerlijke Stand.
De Ambtenaar van den Burgerlijken
Stand der gemeente Vlissingen, brengt
ter algemeene kennis dat op Maandag
19 Mai e. k. van des voormiddags 10 11
uur aangifte kaa geschieden van ge
boorten en overlyden.
Viissingen, 17 Mei 1902.
De Ambtenaar voornoemd,
C. A. KALBFLEISCH.
Opening der Zeebaden.
Burg, en Weth. van Vlissingen
maken bekend
dat de OPENING der ZEEBADEN ia
bepaald op Zondag den len Juni e. k.
Vlissingen, den 17 Mei 1902.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITXEVEEN.
HiNGEBWST.
Verzoeken om vergunning tot het op
richten van inrichtingen, welke gevaar,
schade of hinder kunnen ver
oorzaken.
Burgemeester en Wethouders van
Vlissingen
Gelet op art. 8 der Hinderwet
geven by deze kennis
dat by ben zyn ingekomen drie ver
zoeken tot het oprichten van inrichtin
gen welke gevaar, schade of hinder
kunnen veroorzaken
I. een verzoek van L. BELDEROK, te
Vlissingen, om v rguuning tot het op
richten en in werking brengen van eene
smedery, benevens Koper- en blikslagerij
in perceel E 90, gelegen aan de Korte
Noordstraat, kadastraal bekend in sectie
E 94
II. een verzoek van F. DE LEEF,namens
de fitma Ph. DE LEEF, te Vlissingen
om vergunning tot het oprichte van een
bergplaats voor beenderen enz. en een
te bouwen pakhuis, op het terreiu der
Gemeente Reiniging
IIJ. een verzoek van H. J. LUITWIE-
DER Jr., te Vl.ssingen om vergunning
tot het oprichten van een petroleum-
bergplaats voor 6 H. L. en een te maken
bergplaats in het z.g. pothuis, grenzende
aan het perceel Botermarkt 0 38
dat deze verzoeken met de byiagen
gedurende veertien dagen, te beginnen
met Vrydag 16 Mei 1902 op de ge
meente-secretarie ter visie zullen gelegd
worden en dat den 30 Mei 1902, ten
raadbuize, des namiddags ten 2 ure ge
legenheid zal worden gegeven om be
zwaren tegen het oprichten dier inrich
tingen in te brengen, terwijl gedurende
drie dagen voordat tijdstip ter gemeente
secretarie van de ter zake ingekomen
schrifturen kennis kan worden genomen.
Vlissingen, 16 Mei 1902.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
PINKSTER.
Wonderiyk klinkt ons het dichteriyk
verhaal in de ooren van het eerste op
treden dier mannen, die bestemd waren
en zich tot roeping gesteld hadden, om
aan de wereld ds begiriselen te verkon.
digen van de leer van hunnen grooten
Meester, die niet meer in hun midden
vertoefde.
Zoeken wy naar de oorzaak van den
aanvankeiyk zeer gunstigen uitslag van
dien edelen zendingsarbeid, dan meenen
wy die vooral te moeten toeschrijven
aan het feit, dat, met hoeveel geestdrift
de prediking der apostelen ook gepaard
ging, van hoeveel bezieling die getuigde,
de leer zelve werd gegoten in een vorm,
die door schoone eenvoudigheid uit
muntte. Over spitsvondige leerstukken,
geleerde verhandelingen en diepzinnige
bespiegelingen vinden wy bij den stich
ter van het Christendom niets, en het
is geheel onaannemeiyk dat zulke een
voudige mannen als de leerlingen des
Meesters, dit reine en verhevene voorbeeld
niet zouden hebben gevolgd.
Daarbij vergete men niet den toenma
ligen toestand van het Joodsche volk te
Jeruzalem, waaronder de prediking aan
vankeiyk alleen plaats had. Over het
algemeen was de maatsebappy diep ver
dorven, zuchtende onder onwetendheid en
ellende, zuchtende onder den druk der
alles overheerschende secten, die elkander
in den naam van hun lettergodsdienst
op de viunigste wijze bestreden, doch
waarvan de leden onderling, elkander
wel evenmin ais de auguren te Rome
zonder glimlach zullen zyn voorbygegaan
Het moet in het leven der eerste Chris-
8.)
Het was een ruime vierkante kamer
waarin Betsy, gevolgd door Lichtendonck,
binnentrad. Een salon in een groot dorps
logement met al hst stoffige en onge
zsllige, dat hotels in 't algemeen ken
merkt.
De vloer wa3 be lekt met een veel
kleurig gebloemd tapyt, maar het was
leeds wit op de nalen, en de groote
bouquetten roode rozen en bonte tulpen
badden lang hun oorspronkelyke frisoh-
beid verloren. De sopha en stoelen waren
met donkerrood fluweel bekleed, maar
'twas erg verschoten, en de ruimten
tusschen de kleine koperen spykertjes,
Waar het meê bevestigd was, zagen grys
"an de stof.
Op den schoorsteenmantel prykte een
vergulde pendule eu dito kandelaars ouder
groote glazen stolpen, die verlangend
naar een plumeau uitzagenontelbare
vliegen hadden den spiegel tot zitplaats
gekozen smakelooze platen in vergulde
lijsten staken schreeuwend af op het
lichte, met groene ranken versierde be
hangsel een ouderwetsch penaot-tafeltje
met marmeren blad droeg een korfje met
gemaakte bloemen, waarin korenblauw,
wit, dat door den tyd grys was gewor
den, en rood de hoofdtinten waren.
De groote openstaande ramen zagen
op den tuin uit; de groene jalousiën,
die hoog noodig hadden geverfd te wor
den, waren geheel opgetrokken en het
volle licht toonde onbarmhartig, dat de
witte neteldoeksche statiegordynen, ge
kreukeld en groezelig waren en g .en
frlssehen indruk aan het geheel bijzetten.
Dicht by een der vensters zat, of
liever lag op een soort van ruatbedje,
de kleine Marie. De kinderjuffrouw bukte
zich haastig om het prentenboek op te
rapen, dat bet kind gemeiyk op den
grond had geworpen.
„Kom Marietje," herhaalde Branden-
burgh, „sta nu eens op en zeg de dame
goeden dag."
„Biyf maar zitten, liefje," zei Betsy
teiyke gemeent9 wel eene gelukkige
periode zijn geweest, toen men, om
hare geringheid en armoede, er nauw-
ïyks acht op sloeg. Wapenen, kerkers
noch brandstapels werden gebruikthet
reine, eenvoudige woord vond den weg
tot het hart, en dat dit zoo niet ge
bleven is, moet natuuriy's niet aan de
nieuwe gemeente zelve worden toege
schreven. Het was een natuuriyk ge
volg van de aanraking met de buiten
wereld \yant toen de oude vyanden,
meenende dat zy de voer hen zoe ge-
vaariyke leer vaa de aarde verdelgd
hadden, met schrik bespeurden, welk een
voortgang die door hen vervloekte leer
maakte, toen ontwaakte de gramschap
en begonnen de vervolgingen op nieuw
en daarmede begon ook de verstrooiing,
die als het zaad was, dat, overal uitge
worpen, overal ontkiemde.
De groote stryd, die na zoovele eeuwen
nog voortduurt, was daarmede teveris
ontbrandmaar het is niet die stryd,
het zyn niet de ontzettende vervolgingen
en pynigingen, die het grootste nadeel
aan de zaak van het Christendom heb
ben toegebracht. Ware het steeds de
zelfde prediking geweest van dezelfde,
eenvoudige en toch zoo verhevene woor
den en beginselen van den Meester, dan
zouden de kronkelpaden der Staatkunde
en der dweepzucht daaraan weinig schade
hebben toegebaacht. Het was vooral de
menscheiyke gehechtheid aan vormen
en bepaalde voorstellingen der zaken,
die al vroeg oorzaak was van eene af
wijking van het zuiver oorspronkelyke-
Joden en heidenen konden geen afstand
doen van hun tatlooze vormen en cere,
moniën, die een brug vormden, waarover
hunne godsdienstige denkbeelden en
voorstellingen het reine Christendom
binnenslopen. De dogmatiek der geleerden
deed er bet hare toe. Was het niet de
bekeerde Sauluszelf, die een ge heel gods
dienstig stelsel opbouwdewaarover
eeuwen lang gestreden is Is het nog
niet de leer onzer dagen, dat de waarheid
slechts bij zekere bepaalde vormen en
voorstellingen is te vinden
Let men daarop, dan schyut het groote
feest der eerste Christenprediking bij
vergelyking, niet zoo bemoedigend toe.
Tot op zekere hoogte zou men zelfs
kunnen beweren, dat het oorspronkelijke
Christendom niet meer gevonden wordt
in zooverre namelijk als in elk der later
ontstane secten, de dogmatiek zich van
de leer meester maakte en zich zelf
het monopolie der waarheid toekende.
Ook nu nog zyn het bepaalde vormen
vriendelijk, terwyi zij een beetje verlegen
naar de rustbank toeging.
Het was een beklagenswaardig kinder
gezichtje dat haar aanstaarde, zonder
evenwel aan den wensch haars vaders
gevolg te geven, en het handje ten wel
komstgroet uit te steken.
Marie Brandenburgh was een leeiyk
kind, meer dan dat, er was iets onaan
genaams, bijna terugstootends in hst
magere, ziekeiyke, geelbleeke gelaat. Het
haar, anders zulk een sieraad van kleine
meisjes, was stijl en blond, en hing in
twee onbevallige, dunne vlechtjes langs
de schouders. De mond was groot en de
kleurlooza lippen en reeds slechte, onre
gelmatige tanden droegen de duideiyke
kenteekenen van een ongezond gestel.
Zelfs het figuurtje was eenigszins mis
maakt.
Alleen de oogen hadden iets bijzon
ders. Zij waren donker, groot en zeer
droefgeestig. Iu hun diepte schuilde een
uitdrukking van nameloos wae. Zy spra
ken van een smart die het kind zich
nog onbewust was. Zij klaagden over
een bestaan, dat nooit zou weten wat
het zegt jong te zyn zy schenen tranen
te storten or er een wezentje, dat de
eerste gelukkige jaren der kindsheid
en voorstellingen, die de waarde van het
eenvoudige en voor allen verstaanbare
woord heeten te bepalen.
Tot den huldigen dag duurt de uit
breiding van den Christeiyken godsdienst
by verwyderde natiën voort en zelfs
daarby morken wy vaak hetzelfde verschyn-
selop. Het is dan ook niet waarschyniyk
dat de Christenwereld nog eenmaal haar
eersten vorm zal aannemen en uit
sluitend zal bestaan in stille vroom
heid en ongeveinsde liefde voor elkander.
Het samenstbl der menschenwereld is
daarvoor te ingewikkeld, de s:ryd der
belangen te groot geworden,
Willen wy eeriyk zyn, dan zullen
wy echter moeten erkennen, dat, wan
neer thans nog eenmaal moest plaats
hebban, wat reeds negentien eeuwen
geleden geschiedde, zich naar alle waar-
schyniykheid wel hetzelfde zou voordoen.
Iets dat volkomen rein is kan onmoge-
ïyk volkomen rein biyven, wanneer het
van onreine bestanddeelen van alle zyden
is omringd. De verbastering van het
Christendom is een treurig, maar na
tuuriyk gevolg van den geheelen zede-
lyken toestand der wereld.
Waarom zouden wy dan wanhopen
aan de overwinningen van den geest
van het lioht? Het eerste christendom
staat wel niet vóó. ons als een aan-
sohouweiyk beeld, maar wat het was,
wat het wilde en werkte, dat is toch
verscholen in het christendom onzer
dagen en wy zien er nog heden de
vruchten van, inden ganschen oogst
van zedelyken vooruitgang, die de wereld
in al die eeuwen te aanschouwen gaf.
Oaze feestviering kenmerke zich dan
ook niet in de eerste plaats door iets
wat men zou kunnen noemen een heim
wee naar een verloren paradys, maar
veeleer door een verlangen om dat para
dys, dien idialen toestand, hoe langer
hoe meer terug te vinden in en te mid
den van den chaos van het heden.
Met dat heden hebben wy rekening
te houden. Daarvan moeten wy den
invloed ondergaan. Zeiven geven wy er
allen het beeld van terug. Maar daarom
kan de kern toch wel gezond zyn. Het
is niet noodig dat wij opgaan in vor
men en ceremoniën, ai kunnen die ook
niet als ganschelyk overbodig worden
beschouwd. Het is niet noodig, dat de
voorstellingen, die wij in ons hebben
opgenomen of die wy aau anderen ont
leenden, ons innerlyk godsdienstig ieven
behaerschen. Al die voorstellingen en
vormen en ceremoniën mogen slechts
huipmiddelen zpn, waardoor de waarheid
nooit zou genieten, dat zich nooit mee
zou spelen en dartelen in God's vrije,
gezegende natuur dat de oogjes nooit
des avonds zou sluiten van nieuw genot
en nieuwe biy'dschap. Die oogen drukten
nog onbestemd de ellende uit, die mis
schien zwaarder te dragen is dan het
bitterst zieleleed, die a 11 y d doet voelen
hoe groot de macht van 't lichaam is,
die den geest nooit vergunt de vleugels
voor één enkel oogenbiik vry en krachtig
uit te slaan.
Er was een hemelsbreed onderscheid
tusschen hat jonge moisja, schitterend
van levenslust, schoonheid en gezond-
heiden het kind waarvan 't woord jeugd
een bespotting scheen te zgn. 't Was
of de kleine Marie zelve daar iets van
Met een onwillig, gemelijk gebaar
keerde zy zich van Betsy afen toch,
toen haar vader zich met zyn beide
gasten voor hst andere raam had ge
plaatst en hun gesprek te kennen gaf,
dat er voor het oogeubük niet op haar
werd galet, rustten hare blikken onafge
wend op Betsy's ge.aat, dat sprak van
een geluk 't welk zy nooit zou genieten.
Brandenburgh scheen zeer ingenomen
te z.yn met zijn bezoekster. Hy beklaagde
des te gemakkelijker in het levensbloed
wordt opgenomenmaar kunnen de
waarheid zelve nimmer uitmaken. Het
is niet noodig, dat wy ons verdiepen
in twistpunten of afdalen in geleerde
bespiegelingen, en in elk geval mag de
uitslag ervan de richting van ons zede-
iyk leven niet bepalen.
Handelen wy in dien geest, dan kan
ook voor ons nog wel degeiyk het chris
tendom in zyne oorspronkeiyk schoone
eenvoudigheid worden gepredikt en uit
sluitend in stille vroomheid en oprechte
liefde bestaan. Dan kan ook voor ons
wy spreken nu in flguuriyken zin, maar
waarvan de beteekenis niemand kan ont
gaan, ieder huis een tempel wezen,
in elke samenkomst de gedachtenis
worden gevierd van den grooten Meester.
En dan zullen wy zeker wezen wat die
eerste christenen waren goede burgers,
trouwe onderdanen, vlytige werklieden,
die ook arbeiden voor anderen en aller
dienaren zyn, vry van heerschzucht en
trots.
Vooral dan, wanneer deze kern on
geschonden bewaard b.ytt, zal, om met
Zschokken te spreken, de mosterdkorrel
een boom worden, welks takken tot aan
den hemel reiken en de wereld over
schaduwen.
Koningin Wilhelmina.
De Times zegt giBteren in een hoofd
artikel
„Weinige, zoo al een der vorsten van
het continent, hebben grooter aanspraak
op de sympathieke belangstelling van de
Fngelscben dan Koningin Wilhelmina.
De beperkingen Haar opgelegd als een
corstitutioneele voratin zullen de jonge
KoniDgin, wier leven zoo gelukkig be
houden is, niet beletten, naar wy hopen
nog gedurende een lange reeks van jaren
een wezeniyk heilzamen, zy het dan
ook een niet-demonstratleven invloed uit
te oefenen op de toekomstige ontwikkeling
van haar land."
Men meldt uit Apeldoorn
Behalve mej. van Oosterzee, lectriee
van H. M. de Koningin, die by het
gehoele ziekteproces behulpzaam was en
thans tengevolge van overspanning
bedlegerig is, is mevrouw Kreuzler,
lectrice van H. M. de Koningin Moeder,
ook ongesteld.
De installatie der boerdery in het park
is in volle werking. Tal van geëmail
leerde benoodig ihedon zijn reeds aange
kocht.
zich, dat er tn het dorpslogement zoo
weinig te krygen was, eu noodzaakte
Betsy tenminste een glas limonade te
drinken. Toen een der bedienden die
ververscbing boven bracht, reikte hy een
allerkeurigst visitekaartje over. Het was
van zeer zacht getint rose glacé papier
en de sieriyke kruilettertjes vormden
den naam van Clara Vredevoort.
„Kyk, dat is toovallig," zei Branden
burgh, terwijl Betsy het kaartje voor
hield. „Maar misschien wist uw zuster,
dat zij u hier zou aantreffen
„Volstrekt niet, mynheer, het plan"
Betsy wilde nog meer zeggen, maar
beide beeien stonden op om de binnen
komende te ontvangen.
Glara scheen voor heden niet ïydende
te zyn. Integendeel, een allerliefst blosje
kleurde haar wangen, het was zoo netjes
afgemeten en stak zoo in 't oogvallend
af tegen het sneeuwwit van kin, neus
en voorhoofd, dat zy wel wat aan een
wassen pop deed denken. Ook de kers-
roode lippen en fijn gepenseelde wenk
brauwen wareu benijdenswaardig.
(Wordt vervolgd.)