.GERIJ. (Ie 11(1 in don tand u> ic LSE. Maandag 141 April. FBUlUeTÖN. 40e Jaargang 25. No. 87. lt02. bc> o« en SPEK- jlacisstraal i liet geachte ling zich het k BUI kil! Ij worden op verstrekt bij D D CoDrant toehoort een toiivoensel. Gemeen te bestuur. Burger Avondschool. ©fiBD,- l)e Z 'Om,® -HOOfiA. \k mmm OFFEN. SSEIBER6S C [DIENST &;Di>Ei.85aa v.? ivm 4 50 (alloca 'are Ztilma'kt.- vm urn 12 30 1 15 10 5 65 6 55 7 45 Zaimarkt Flüfm- werkdagen! 23 12 35 1 20 2 5 7 7 20 8 36 AVENDIEN8T. 6— 6 20 7—7 50 10— 1020 10 40 1 10 1 30 2 22( 4 20 5 52 50. vm 6 10 6 30 7 iO 9 50 1010 10 30 2 10 u 1 20 1 40 80 3 50 4 10 4 80 ;0 8 8 80. '6 231 6 57| 8 21 '9 47 7 25 7 58 8 47 10 1 '10 1! a 0 48 11 2 *11 1® nou vervoeren 0 10 26 0 28 1 25 140 3 10 2 22 3 50 2 33 16 2 55 4 22 6 5 7 8 3 8 2* 3 35 VLISSlSdSCHB COURANT. Prtjs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert ach b(J alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks by den Uitgever F. VAN BE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. V enchant dagtlfk*, «itgeionderd op Zon- on feestdagen. Telephoonnumnver IO. ADVERTENTIËN van 1 4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adverberrtie wordt de prys sleehta tweemaal berekend. Groote letters en cliohé'a naar plaatsruimte, >0 1 Abonnements-AdvertentiSn op seer voordeellge roeiitsarden, De Directeur der BUBGER AVOND SCHOOL maakt bekend dat de Teekeningen, vervaardigd door de leerlir gen van voornoemde in richting, gedurende den cursus 1901/1902, ter bezichtiging zullen gesteld wor den voor Ouders en Voogden der leer lingen en verdere belangstellenden in het teekenonderwys, op Woensdag 16 April a. s., des avonds van 8-10 uur. Be Directeur voornoemd, A. PRINCE. <P SP M Wb De dag van 9 April j.L, de dag waar op vóór tachtig jaren, Lodewök Mulder het levenslicht zag, is in Nederland niet onopgemerkt voorbij gegaan. En dat, niettegenstaande zyn naam onder het gewone publiek sinds lang vergeten was. Velen wisten niet eens ot Lode- w(jk Mulder leefde of niet. In elk geval leefde de tachtigjarige giysaard niet meer voor de kunst der schoone letteren, waaraan by een deel van zyn leven met zulk een uitnemend succes toeft gewijd. Mulder behoorde, het ligt in den aard der zaak, tot de oudere garde. Ook be hoorde hy niet tot de schryvers, die veel hebben geproduceerd. Betrekkelijk vroeg heeft hy zyn naam gevestigd door den historischen roman uit den I tijd der republiek Jan Faessen. Daar naast noemen wy de Kiesvereeniging van Stellendyk, van veel lateren tyd tan biyspel, dat met het hoofdwerk in gtenerlei verband staat, maar als geestige schets naar het leven van onze politieke vtrhoudingen in de dagen van vóór het vierde eener eeuw, van groote waarde is. Aan geestige, kleinere schetsen van do hand van Mulder, ontbreekt het I trouwens niet. Set het excentrieke en het thuatiale vermakeiyke, maar tevens onbarm- I hartige wyze, den spot te drijven, dat was dikwyis zyn lust, en de kracht van sijo leven lag juist in het tydperk, waarin Kt op dit gebied niet aan stof ontbrak. Toch zouden wy anmogeiyk Mulder Uit het Euitsch DOOB OTTO GIRADT. 1.) Het was een lust om ze te zien, die isetiyk bloeiende anjelieren vóór de "nsters van het woonvertrek, dat uit- J'tht had op eene binnenplaats. Nu en staken een paar aardige kinderen he kopjes boven de welriekende bloe- 1 uitde beide knaapjes, die nog niet k waren dan twee en drie jaar, ge il zóo sprekend--op elkander en sloe- z6r teeder de armpjes om elkanders sl'p dat er geen twyfel overbleef, dat bside speelmakkertjes broeders waren, hidden nóg een broertje, dat echter nog moest leeren loopen voordat «ven als zy, by de vensters kon «interenthans vertoonde bij zich een groot schtyver kunnen noemen' zelfs niet om zyn hoofdwerk, Indien bij niet by alles één karaktertrek bad aan den dag gelegd, die hem hocgeiyk ver eert en met zorg was aangekweekt. Hy had een neiging om zyn werk rein te houden en het den stempel van waar heid te geven. Wanneer b.v. jonge menschen werken als Jan Faessen lezeD, en duizenden hebben dat gedaan, dan komen »y in verrukking, dan geraken zij nu en dan in den hoogsten graad van spanning maar wanneer zy het boek uit de hand leggen, en dat gebeurt nooit onvoldaan, dan hebben zij iets begrepen van den verheffanden invloed der kunst en van het goede woord dan waardeeren zy te meer jle tclio mheid van onze schoone taal en geschiedenis. Geen enkel oogenblik zyn hunne ge dachten bepaald by onzuivere tonen en onzedeiyke tafereelen, Waar de scbryver zich genoodzaakt ziet ook het kwade te bespreken en te schetsen, daar geschiedt dit in een vorm die niet voor het kwade inneemt, maar integendeel de macht van het goede versterkt. Het is, al kan men het verschynsel dan ook wel eenigszins verklaren, inder daad bedroevend te zieB, welke vorde ringen in onzra tyd de letterkunde in tegenovergestelden geest maakt. Men noemt de richting van dezen tijd by voorkeur de realistische, dat wil zeggen die, welke de dingen noemt en schildert zooals ze zyn. Nu is het er verre van verwyderd, dat wy alle realistische lectuur eenvou dig zouden verwerpen. Daarmede komt men niet ver. Het staat vast dat, wan neer g-oo'.e, maatschappelijke kwaler, die voor de groote menigie verborgen heden zyn, naar waarheid worden bloot gelegd, er veel meer uitzicht op verbe tering bestaat, dan wanneer zy steeds worden dood gezwegen. Ons bezwaar is in hoofdzaak gelegen in den vorm. Er zyn menschen die in het dageiyksch leven letteriyk over alles kunnen spre ken, zonder ooit plat te zyn, zonder iemands gevoeligheid te kwetsen, zonder één onreine gedachte op te wekken- Zeer weinigen beoefenen de moeiiyke kunst om zóó te spreken. Op het punt van lectuur gaat het evenzoo. De groote meerdeiheid der nieuwere schiyvers dienen hunne uitgevers en deze ®p hun beurt het publiek,met de meest schaamte loze voorstellingen der werkiykheid maar aan den anderen kant ook met voorstellingen, die den mensch, zijn streven, zijn beweegredenen, zyn uit alleen neg op den arm zyner moeder boven de bloeiend# anjelieren. Dit had meestal plaats op den middag, wanneer voor de werklieden van eene fabriek, die op eenige bonderden schreden afstand zich verhief, het etensuur had geslagen. Dan kwam van die zyde een man van omstreeks dertig jaren door het voorhuis op de kleine binnenplaats, zocht met de oogen de met bloemen versierde ven sters, knikte vergenoegd naar boven en wuifde met de eeltige hand zyne dier bare toe. Steeds twee of drie treden Overslaande, yide hy de trap op, om des te eerder zyne kleine woning te berei ken, waar hy, na eerst vrouw en kin deren omhelsd te hebben, met hen aan het bescheiden middagmaal deelnam. Karei Bruckner was een gelukkig man zyn weekloon was wel niet toereikend om in alle mogeiyke behoeften te voor zien, maar zyne vrouw, zyne brave Marie, vtrdiende immers het ontbrekende met het wasschen van kant en fijn linnen, en waaneer hy en de zij oen nu maar bewaard bleven voor ziekte, zou hy met geen mensch ter wereld willen ruilen. Hy was nu vier jaar gehuwd eu nog nooit hadden hjj en zyne vronw de minste oneenigheid met elkander gehad. zichten, geheel onwaar en onnatuuriyk beschaven. Wanneer Mulder een onbekende was en nogmaals zyn Jan Ftessen tchreef, dan vretzra wy, dat hij moeite zou hebben een uitgever te vinden en den meesten zyner tydgenooten zou het even eens gaan. Een boek, waarin datgene bewaard wordt, wat vroeger „de goede toon genaamd werd, waarin de figuren handelen en sprekenzooals gewone menschen dat in het dagtlijksch leven doen, waarin niet by voorkeur stuitende tafereelen naar den voorgrond zyn ge schoven een boek waarin de EChrijver zich nog van eene andere zyde doet kennen dan als een man die, ter wille van het geld of het succes, zich kromt onder de slaverny van den wansmaak dar meerderheid en op zjjn beurt dien smaak voedt, zulk een boek is nauwelyks meer van onzen iyi Recd3 B u f f o n heeft het gezegd „Goed schrijven, is te geiyk goed denkeD, goed gevoelen, goed weergever), is èn geest èn gemoed èn smaak hebben." Hy voegi er by, dat alleen de goed geschreven werken zullen biyven be staan en zy sterven zullen, wanneer zy geschreven zyn zonder smaak, zonder edel doel, zonder gevoel. Dat is vol komen waar. Een boek als Jan Faessen zal nooit geheel wegsterven; evenmin zul len het de meeste werken van Van Len- nep, om nu van anderen niet te spreken. Maar men vergete toch niet dat, al zullen na enkele jaren van de meeste Echryvers van den nieuweren tijd de namen vergeten zyn, al zullen zelfs de titels hunner werken nergens meer te vinten wezen, dan in de registers van een bibliograaf, die werken toch invloed zullen uitoefenen op den breeden kring hunner ttjdeiyke en meestal zeer wispelturige lezers. J an Paul heeft bet naar waarheid gezegd dat, al maken de boeken de menschen niet goed cf slecht, zy ze toch wel degeiyk beter of slechter maken. Zorg veor lectuur is een belangrijk element der opvoediDg. Zal de opvoeder, die zyn taak ernstig opvat en tracht te volbreEgen, niet met eigen hand af breken wat hy zelf heeft opgebouwd, dan zal by by de keuze der boeken, waarvan hy de lezing meent te mogen toestaan, de uiterste voorzichtigheid in acht hebben te nemen. Hem zou wel licht de anders nog al wat krasse raad van Louis Veuillot ten goede kunnen komen, dat men maar beginnen moet met alle boeken te wantrouwen. Marie Hartmann had als kamermeisje gediend by eene barones, toen Karei Bruckner op zekeren Zondag namiddag met haar kennis maakte. Hy bezocht een bejaarden kameraad, die aan dezelfde fabriek als hy werkzaam was geweest, toen Marie kwam, om naar dieris vrouw te zien, die nog een verre bloedverwante van haar was. De aardige jongelieden bevielen elkander, en toen zy, een paar weken later, elkander op dezelfde plaats weer zagen, ontlook da liefde in beider harten. Toen Bruckner het meisje des avonds tot vóór het huis van de barones geleidde, legde by onder weg zyn hart voor haar open, en gaf Marie hem zonder aarzelen daarop het „jawoord." Was hy ook geheel onbemiddeld, zij bezat genoeg om ten minste eene kleine huishoudirg te kunnen opstellen, terwyi zij daaren boven de meubels, die het meeste geld moesten kosten, van de barones mede ten huwelyk kreeg. Aldus was de kleine huishouding ingericht geworden, waarin de kinderen spoedig leven en beweging brachten. Weder was bet Kerstfeest aangebroken. Er was eenig speelgoed voor de kinderen gekocht gewordenMarie had tot op luistering van het feest zelf een koek Op dit gebied wordt verbazend veel gezondigd. Het lezen var een dik pak boeken geeft op zichzelf geen het minste voordeel. Men eet immers ook Diet meer dan de maag verwerken kan Maar bij een geringer gebruik moeten dan ook de spyzen uitgezocht wezen. By de neiging om veel te lezen, komt in den regel de neigirg om al de wer ken te lezen van denzelfden schryver. A'sof ook op dit gebied geen gevaar zou kunnen bestaan voor eeDzydigheid, ef het kal niet van het koren zou moeten worden gescheiden Van Len- nep, die in de meeste zyner werken zulk eene uitnemende opvoedende kracht wist te leggen, eindigde met een boek als Klaasje Zevenster De behoefte aan lectuur zullen wy wel allen gevoelen en wy zullen wel doen, te trachten ze te bevredigen maar laat ons dan bedenken dat reeds Seneca, de wyrgeer der oudheid, zeide „Wilt gij dat uwe lectuur duurzame in drukken achterlaat, bepaal u dan tot een klein aantal gewone schrijvers en voedt u met het wezen van hun geest. Overal zyn, staat gelyk met nergens zyn. Era leven doorgebracht in voort durend reizen, leert veel herbergen ken nen en geeft volstrekt geen vrienden." Armenzorg. De Nederlander constat#erende dat onze Armenwet dringend herziening vereischt, wyst erop, dat het ontwerp-Borgesiue is ingetrokken, waarin toch veel belangryks vooikomt en waaraan h. i. in den ver- kiezingsstryd niet de verdiende eer is bewezen. Het blad verklaart in te stem men met het zeer waardeerende artikel van den beer Snoeck Henkemans in de Tydspiéfe), over dit ontwerp-Armenwet. De schryver waardeert daarin het meest het cenfraal-register. De Ned. licht dit aldus toe Geiyk men weet is samenwerking der verschillende (openbare, kerkelyke en byzondere) armbesturen broodnoodig, wil men komen tot behooriyke bedeeling en ondersteuning der armen. Maar die sanaenweiking sebynt slechts verkryg- baar, indien men aan elkander opening van zaken doet. En dat nu juist willen, em goede redenen, de kerkelyke diaco nieën niet. Men moet, zeggen zij, eigen broeders kunnen steunen zonder dit aan de klok te hangen. Ziehier nu hoe de ontwerper dit probleem oplostEr zullen zyn twee registers een voor de schamele en een voor de erkende armen. Het laatstgenoemde register is bestemd voor gebakken, di# haar geschenk veor Karei zou uitmaken, wien zy dringend ver zocht had geen cent vosr baar uit te geven, daar zy hem eok niets wilde koopen. Hy kon het echter niet over zyn hart verkrygen, om haar zoo geheel zonder eenig bewys van zyne liefde tege moet te komen, en hal daarom den schoenmaker, die in hetzelfde huis ge- iykvloers woonde, eenklein n palmboom ter bewaring gegeven, tot dat Marie de lichtjes aan den Kerstboom zou hebben aangestoken. Toen hy het vertrek ver liet om de plaDt te haleD, sloop de jonge vrouw in de slaapkamer, waaruit zy met een pypje en een pak tabak weder te voorschyn kwam. Met oogen, die s raai den van geluk, stonden de echtelieden tegenover elkander, toen zy de verras sing zagen die zy elkander wederkeerig bereid hadden, Eensklaps verdween Marie opnieuw door de kamerdeur en keerde na eenige oogenblikken zonder een woord te zeggen, doch met een hoogroden blos op de wargen terug, waarna zy een steeDen spaarpot, waarin zy gewooniyk haar huishoudgeld bewaarde, vóór Karei op de tafel zette. „Wat is dat?' vroeg hy. „Wel kyk maar eens!' fluisterde zij, de bedeelden van het burgeriyk arm bestuur, en is toegankelijk voor hen die daarby belang hebben. Het register voor de schamele armen daarentegen is, be halve voor éé.i beëedigd ambtenaar, geheim. Op dat register nu kan de diaconie al baar armen plaatsen, zoodat, behalve die eene ambtenaar, buiten de diaoonie niemand kan nagaan wie door haar onders euod wordt. Maar zoodra iemand, die op dit regiiter gep'aatst is, zich wendt tot meer dan éér armbestuur, en de bedoelde beeedigde ambtenaar kan dit natuuriyk terstond constateeren wordt hy overgebracht op het regis ter der erkende armen. Zoo iemand ver breekt dan zelf het geheim, maar op datzelfde oogenblik kunnen alle besturen zich in kennis stellen van het feit, dat de „schamele arme" zich by meer dan één besiuur heeft aangemeld. Da Nederlander is m st deze oplossing ingenomen. Zy voldoet aan alle eischen van kieschheid. Waar is het, dat men den kerken zekere verplichting oplegt, maar men eerbiedigt ha:e vryhaid volkomen, en wel verre van iemand te beriadeelen, maakt men integendeel den kerken de uitoefening harer verplichtingen mogeiyk, en voorkomt men veel bedrog dat thans ten nadeele van de schamele, dus vau de beste armen gepleegd wordt. Een vooroordeel te overwinnen valt dikwyis zwaar, en wy betwyfelen dan ook niet, dat in sommige, vooral in kleine gemeenten men ook tegen deze regeling in verzet zal komen, zonder nochtans een betere voor te stellen. In ons land is zoo iets niet ongewoon I Maar terecht merkt de heer S. op, dat de invoering in alle, ook in de kleinste gemeenten, noodig noch wenscheiyk is. In onze groote gemeenten echter zuIIsd, hopen wy, de diaconieën niet zóó be krompen zyn, dat zy, uit onwil om zich aan 6»n niemand schadende, geenerlei viyheid belemmerende, verplichting te onderwerpen, de groote voordeelen voor - byzien, die de voorgestelde regeling haar aanbiedtvoordeelen waarvan in de eerste plaa's de door hen bedeelde armen, voor zoover zy dit verdienen, zullen profl eeren. Er is nog menig acder punt in dat ontwerp, dat de aandacht verdient, o. a. de invoering van gedwongen werkzaam heden voor die armlastigen, die hun armoede aan eigen gedrag te wytea hebben. Daarentegen zyn er verschillende be palingen in, die nog te veel „staatszorg» verradeD, en zeer w#l kunnen werden gemist zender het systeem van het ont werp te schaden. Wenschelyk komt het ons daarom voor, dat men het bedoelde ontwerp niet in den doofpot dos, maar ernstig overwege. Bij het bestaan der vele sociale nooden hebben wy elkanders hulp noodig, en wy mogen niet iets goeds afwyzen, alleen omdat het ons aange boden wordt door iemand, die niet be hoort tot onze school of onze party. Allerminst wanneer hy die het voorstel Hy kesrde den spaarpot om en nu vielen er achtereen v(jf glinsterende tien mark-stukken uit de nauwe opraing. Karei kon zyne oogen niet gelonveD. Eindeiyk vertelde Marie hem dat het aantal van hare klanten in den laatsten tyd aanmsrkeiyk was toegenome', en dat zy met veel overleg in staat was geweest de opbrengst van het waschgoed eenigen tyd af te zonderen. Karei keek haar in de oogen en zeide op bewogen toon „Lieve vrouw, hoe maakt gy my beschaamd ik kan u niet verrassen met opgespaard geld Zy sloot hem den mond met een kus, doch eensk aps riep hy juichend uit „Nu kunt gy toch niet meer zeggen dat wy uit de hand in den tand leven, wij zyn immers kapitalis.en Marie antwoordde echter op ernst- gen toon „Dit geld brengen wij nu in de spaar bank, evenals ik dit vroeger deed, toen ik nog b(j de barones was bet moet azngioeiea en rente geven voor onze kinderen. Nu zy nog klein zijn, gaat het nog, Karei; maar als zy eerst naar da school moeten, worden onzs uitgavan aanma'keiyk grootarl" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1902 | | pagina 1