Maandag 10 Maart. FEUILLETON. So- 58. 40e Jaargang 1902. boort Beo bijvoegsel. 5n S T 50 (aHesj ümarit 12 30 1 15 6 55 7 45 7.38 •10:12 s 1 D 6 16 6 6 7 2 8 38 8 22 8 35 VLISSINGSME COMAS! Prijs per drie maanden 1.30. Franco per p03t 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich b(J alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks by den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADYEKTfilNTrÊN van 1—4 regeJja 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. - By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prys slechts tweemaal berekend, Groot» letters en cliché's naar plaatsruimte. Verwant dsgslf Srs, ultgesoadekd op Soa- en feratdsgeu. Telephoonnumoier IO. Abonnemoatf-Advert^atiSn op «se* voerdooiige voorvrttsrden. ISaar aanleiding van het onderzoek naar de werk loosheid. get is bekend hoe onze premier, dr. Uuyper, nauweiyks aan het bewind ge komen, een soort van enquête he-.ft in- gesteld naar bet bestaan en de oorzaken f8n werkloosheid in de verschillende provincies en naar de middelen die tot verbetering zouden kunnen leiden. pat de minister met die zaak zulk a haast maakte vindt zqn verklaring jt de omstandigheid, dat door hem voor bereiden of in te dienen wetsontwer- p?ü; of te nemen bestuursmaatregelen, uet de uitkomsten van dat onderzoek In verband staan of zouden kunnen aan. ,Z8n verklaring", zeggen wij, maar et „ztJn verschooning." Zulke dingen, wil men er wezeniyk nut van hebben, doet men niet over- en dat hier met eonige overhaas ting is te werk gegaaD, dit js boven twijfel veiheven. Zjjn wjj wel onderricht, dan hebben tot dusver de Staten van acht provin- ciên, die zich met de gemeentebesturen verbindiog steldeD, op de gestelde en geantwoord maar én de manier waarop de vragen gesteld zjjn èn de wjjze waarop zt), zonder volledig en opzettelijk onderzoek, veelal in den haast werden beantwoord, doet vreezen dat ven deze enquête slechts zeer geringe vruchten te wachten zijn. Het heeft natuurlijk onze opmerk- zaambeid getrokken, dat Zeeland in de der opgaven geen zeer fraai figuur it. Geconstateerd werd dat in zeven- gemeenten dezer provincie geen werkloosheid voorkomt, dat e e n i g e werkloosheid is waargenomen in zeven- andere gemeenten, een werkloos heid, die echter niets anders is dan het gewone uitvloeisel van het seizoen. Ver winter niet fel was, kon men in de bouwvakken als op het Novelle van H. Förster. 3) (Slot.) Booten kwamen, allerlei uitroepen eerklonkende stoemkraan was in volle werking. Rustig stond de jonge kapitein -e midden van al dat gewoel. HIJ visi teerde de papieren der passagiers, hij We op alles, maakte aanteekeningen, wisselde met den consul eenige woorden t®' afscheid hij gaf in het Turksch be- "elen; by beantwoordde allerlei vragen, in hot korthet leidde tot het wilde onlustige leven dat zich aan boord ont- wikkelt, wanneer het afzetten der pas sers en het laden en lossen beginnen. zon stond reeds hoog, toen hij 'trmoeid en verhit op het dek kwam. t-Buon giorno, signorina ik kon Diet 'roeger komen; ik maak zulke dingen '"öd 't liefst zelf in orde, al heb ik er mjjne luidjes voor •En thans is u vermoeid en wilt ïjttbne ter ruste gaanwjj bljj ven immers 'h de haven liggen IJ knikte en giDg. Plotseling keerde tl zich nog eens om met de woorden 6 kunnen van middag wel eens ""gen tjjd aan land gaan, als u daar !t ta heeft.' 28 had daar wel lust in en toen de land doorwerken. Ware dus de winter zeer streng geweest, dan zoude deze werkloosheid in een aantal gemeenten tot een veel hooger cijfer zijn geconstateerd- Nu vragen wjj in gemoede, wat men toch aan zulk een statistiek heeft en wat daarop te bouwen valt Doch ter zake. Er is ook een wezen lijke (geen tydehjke of toevallige) werk loosheid, en deze werd in Zeeland in niet minder dan zes en vjjftig gemeen ten waargenomen. Jammer dat hier en daar geen getallen zjjn opgegeven, zoo dat de statistiek noch volledig, noch be trouwbaar is. Voor zoover cijfers werden opgegeven kwam men niet hooger dan tot een bedrag van honderd tien personen. Wanneer in eene provincie in bjjna de helft der gemeenten het bestaan van veel behoette aan werk officieel wordt geconstateerd, dan ligt het tamelyk wel voor de hand, dat het totale aantal der personen die in deze behoefte deeleD, zeer groot zal wezen, en, dat getal te keDnen, zou een eerste vereiaebte wezen om op grond van het ingestelde onder zoek te komen tot een wezenljjk resul taat. De groote fout, die hier begaan is aan de zijde die het onderzoek uitlokte, is deze, dat wel in het algemeen ge vraagd is, of in de verschillende gemeen ten werkloosheid werd waargenomen maar niet, wat men in dezen zin daar onder te verstaan had. Het staat toch b.v. vast, dat voor de 17 Zeeuwsche gemeenten, waar de ge ringe werkloesheid die men er consta teerde slechts het gevolg van gewone omstandigheden was, geen bjjzondere maatregelen zouden noodig zjjD. Het komt er eenig en alleen op aan, te weten, waar en in welken omvang doorgaande moeilijkheid bestaat om geregelden arbeid te verkrijgen, voldoende om in de behoeften van zich zelf en zjjn gezin te voorzien, en het ligt geheel in den aard der zaak, dat die behoefte in hoofdzaak hen zal treffen, die geen bepaald beroep of bedrijf bi) uitsluiting beoetenen, of bet in zoodanig beroep of bedrijf nibt tot een voldoende hoogte hebben gebracht. zon begon te dalen, begaven zij zich beiden aan land. Met een eigenaardig lachje zrg de stuurman der Aglaja de boot na waarin zij naar land gingen maar hy wachtte zich wel iets te zeggen in zulke dingen verstond de kapitein geen scherts, al was hij ook nog zoo goedmoedigdaarvoor was hij veel te htffeljjk tegen de vrouwen. De beide menschen evenwel wien de lachende blik gold zaten met een gevoel van wel behagen tegenover elkaar. De zon was nog geducht warm, in de Btraten van Trebizonde heerschte op gewekt leven. „Wat kyken die lui hier ons allemaal verbaasd aan Imerkte zij op. „Ze zien hier niet vaak Europeesche vrouwen", was het antwoord. Zjj wendden zich om. Vóór hen lag de zee, lichtend en donkerblauw, vredig, rustig, zonder grenzen. Ze beschouwden het tafereel eeDige oogenblikken, hand in hand staande. Daar weerklonk het onwelluidend ge roep van den mahomedaanschen priester van de moskee de waarschuwing dat de ure des gebeds was aangebroken. Hij liet hare hand los. „Hier moesten klok ken klinken 1» merkte hij op en zij herhaalde „ja, klokken klinken." Weer klonk de stem van den man. „Wij moeten ons haasten", zeide hij, „biDnen twintig minuten moet da boot vertrekken." Zij haastten zich den terugtocht te aanvaarden. Toen zij bij de Aglaja aan kwamen, stond de stuurman weer aan de scheepstrap. Hy lachte, maar zijn lachje was ditmaal geheel aDders, want De werkloosheid kan ook een gevolg wezen van bijzondere plaatselijke toe standen, b.v. het verloopen van eene industrie in eene bepaalde streek, ge voegd by het feit, dat de daardoor ge troffenen zich niet verplaatsen om elders arbeid te vindeneen toestand die naar het schijnt vooral in het noorden van ons land wordt aangetroffen. Uit het bovenstaande volgt, dat werk loosheid in den eigenlijken zin des woords hierin bestaat, dat, hetzij over het al gemeen, hetzij in eenige bepaalde streek, de toeneming der bevolkiDg en der levenseischen, geen geiyktn tred houdt met de uitbreiding der middelen van bestaan en bronnen van inkomst. De vragen, van wege de regeering aan de gemeente besturen gesteld, be wijzen dat men met den aard en het wezen der werkloosheid niet genoegzaam rekening heelt gehouden of daarvan niet genoegzaam doordrongen is geweest. In die vragen komt veel voor over genomen maatregelen of in uitvoering genomen werken van wege werkgevers, bijzondere instellingen of openbare be sturen wordt, met andere woorden, blijkbaar veel waarde geheent aan wat men noemt „doekjes voor het bloeden." Vooral de laatste der gestelde vragen en de antwoorden, daarop van sommige zijden ingekomen, zijn zeer opmerkelijk. Gevraagd was wat van wege eenig openbaar bestuur nog zou kunnen wor den gedaan om aan het gemis van werk te gemoet te komen En de meeste antwoorden bewijzen dat men al even weinig diep in de zaak was doorge drongen als de steller der vraag. Men gat plaatselijke middelen aan, geschikt om bij tijdelijke behoefte terstond in het gebrek te kunnen voorzien, maar die het hart der zaak niet raken en er niets toe kunnen bijdragen om op den duur verbetering aan te brengen. Zeker, hat kost veel gelddoch naar onze meening zou het wel de moeite loonen,eens een wezenlijke enquête, zooals de welbekende arbeidserquête, door de Staten Generaal te doen instel len. Dan zou men de gegevens krijgen die men hebben moetde ware ge de opgeklaarde gezichten van den kapi tein en de jonge dame troffen hem. Zij was naar hare hut gegaan en wierp zich op da sofa. De golven sloegen tegen den scheepswand de schroef begon te draaien op de commandobrug stond de jonge kapitein zijn oogen waren naar Trebizonde gericht ja, daarheen moesten klokken klinken. 'tWas den volgenden morgen dat zjj elkaar weerzagen. Aan den horizont groetten hen reeds de bergen van den Kaukasusbinnen twee uren zou het doel der reis, Batum, zijn bereikt. De kapitein had weer een heel pak scheeps papieren onder den arm toen hy de Duitsche begroette. „Goeden morgen, signorina I" „Goeden morgen", antwoordde zy, maar zóo zacht en week dat het haar zelf trof. Hy zag haar aan, maar zij lachte en deed eene schrede terug. „Juffrouw", zeide hy plotseliDg, en men kon zien, dat het hem inspanning kostte, „ik moest u eens iets vragen, alleen ik kan niet mooi praten en daar om kom ik maar ronduit met myne vraag voor den dag Kunt u my niet liefhebben 7" «Ik geloof het wel", antwoordde zy eenvoudig en ernstig. „Nu hoor ik al weer klokken klin ken", zeide hy met stralend gelast, „en zy zingen van een home is the best", ging hy gelukkig voort. „En van een ander thuis." ,Ik weet het alvan vergeving en verzoening." gevens, waarop men kan voortbouwen. Dan zou men algemeen een beter in zicht in het wezen en de beteekenis der werkloosheid verkrijgen en dan zou men beter tot het besef komen, dat werkloosheid niet anders is te genezen en voor het vervo'g te voorkomen, dan door het evenwicht te herstellen tus- schen de algemeene beho ftan. en de middelen om er aan te voldoen met andere woorden, door het verbeteren of scheppen van nieuwe bronnen van in komst. Niets is zoo noodlottig als o p- zetteiyk werk maken; want het staat vast dat dan later toch weer minder werk is, dan er anders zou ge weest zyn. Evsnzoo is het een groote misslag, werk te verschaffen, door dat gene, wat er werkeiyk is, zoo spoedig mogelyk af, dat wil zeggen op te maken. In Duitschland, waar de werkloosheid zoo groot is, volgt men vooral dien laatsten weg en gaat inmiddels voort met het verhoogen of invoeren van beschermende rechten I Aan dat treurig voorbeeld mogen wy ons wel spiegelen. Een eendrachtig, krachtig, algemeen streven naar verbooging der stoffelijke welvaart, door uitbreiding en verbete ring der bestaansbronnen, ziedaar het eenige geneesmiddel en, dat te bereidt n is niet het werk van een vragenlijstje| Kw'fflM? teriota. t Mr. A- van Naamen van Eemnes. Nauweiyks is de groeve boren een der oudste en meest gezaghebbende leden der Eerste Kamer gesloten, of wederom is de dood dat hooge staatslichaam binnengetreden. De voorzitter mr. A. van Naamen van Eemnes, is, zooals wy gisteren nog onder de Laatste Berichten mededeelden, na een hevige kortstondige ziekte gisteren om 10 uur overleden. Te Zwolle in 1828 geboren, volbracht de thans ontslapene zyn academische studiën te Utrecht, waarna hy tot schoolopziener werd benoemd, Byna 25 jaar vervulde htj die betrekkiDg, eerst te Ommen en later te Kampen, terwyi Zy naderden de kust reeds een on aangename naphta-stank vervulde de heete atmospheer de groote petroleum- schepeu lagen in de haven. De Aglaja stopte. Booten naderden hot vaartuig de dokter en de Russische douanebeamb ten betraden de boot. Papieren werden gevisiteerd en de bagage met groote zorgvuldigheid doorzocht. Er werd aan hare hut geklopt. „Ik ben gereed, signorina „Ik ook". Zy opende de deur en reikte hem haai handkeffer hy trad binnen en kuBte haar. „Ik mag toch wel?' vroeg hij schelm achtig en nam ook haar ander valiesje. Binnen weinige minuten waren zy op Russia h grondgebied. „Wanneer gaat je trein naarTiflis?" vroeg hy schijnbaar rustig en toch zenuwachtig. „Om 2 uur Hij zag op zyn horloge. „Nog ander half uur!" Hij verliet het strand, en sloeg een straat van deze vrij vervelende stad in, die intusschen door hare groote zindelijkheid gunstig afstak by vele andere. ZyDe oogen keken zoekend rond. Daar vond hy een restaurantZy traden binnen. „Is het je werkeiyk ernst de myne te willen worden?" „Ja doch ik moet je zeggen dat ik arm ben." Hy maakte een onwillige beweging. „Ik ben toch geen speculant250 gulden per maand en voor my alles vrij bovendien voor jou pensioen, zou je niet denken dat dat gaat Zy lachte. „Maar je moet nog twee hy zich daarby aan de belangen rijDer provincie wydle als lid dor Provinciale S:aten en korten tyd ook als lid van Gedeputeerde Staten van O very set. Door de hoofdstad dier provincie werd by in November 1866 naar de Tweede Kamer afgevaardigd, waar hy tot September 1879 zyo mandaat vervulde. Als lid der Tweede Kamer verdedigde hy, behalve vele gewesteiyke belangen, waarvan hy studie bad gemaakt, de onderwjjsbelangen. Zich rangschikkende aan de zijde der voorstanders van de openbare neutrale school, wist hy op zjjn pas sems scherpe critiek te voeren. Na zijn niet herkieziDg in September 1879, werd bij reeds in Mei 1880 door de Provinciale Staten van Oveiysel naar de Eerste Kamer afgevaardigd, waar hy na het overlyden van den he6r Van Eysinga met het voorzitterschap werd bekleed. In die hooge betrekking genoot hij het vertrouwen der Kroon en de sympathie van zyn medeleden, en bevorderde by samenwerking van alle partijen tot het algemeen belang des vaderlands. Da eigenaardige vorm, waarin hij van den voorzittersstoel zyn soms behartigens waardige wenken gaf, trok vaak de aandacht en heeft de vergaderingen van de Eerste Kamer niet zelden verlevendigd. De heer Van Naamen was een man van veel kennis en van scherp verstand. Hy maakte deel uit van de commissie voor de Grondwetsherziening in 1883. Ook in de maatschappy was hy gaarne te algemeenen nutte werkzaam voor de bevordering van publieke belangen. Jarenlang was hy president-commissaris der Ned. Centraalspoorwegmaatschappy, terwijl hij by de Ned. Zuiiafrikaansche Spoorwegmaatschappy dezelfde waardig heid bekleedde. Voor de nationale be langen in Zuid-Afrika had bij een ge opend oog en hy onttrok zich nooit, waar het gold door woord en daad op te komen voor de Boeren-natie. Men herinnert zich, hoe hy nog te vorigen jare in de Kamer woorden sprak ten gunste van het Zuidafrikaansche volk, alsook zijn min of meer befaamd tele gram aan president Kruger by dienB aankomst hier te lande. Als voorzitter der Eerste Kamer maakte de heer Van Naamen deel uit van den Raad van Voogdy van H. M. de Koningin. Tot de vele onderscheidingen, die hem ten deel vielen, behoorde het grootkruis van den Nederl. Leeuw, hem by de inhuldigingsfeesten geschonken, toen aau hem de leiding der vereenigde zitting in de Nieuwe Kerk te Amsterdam was opgedragen jaar wachten; mijn contract Hy zag treurig voor zich heen. „"We zullen elkaar dikwyisschrijven." „Ja", zeide zy, „doch hoe heet je?" Beide moesten lachen. Zij wilden met elkaar door het leven gaan en kenden nog niet eens eikaars namen Maar 't verzuimde was spoedig ingehaald. Zoo babbelden zy als twee menschen kunnen babbelen, wien in de toekomst hoop en geluk tegenlachen. Maar de uur wijzer schoof langzaam, langzaam maar zeker, voort, onverschillig of geluk of ongeluk zich om hem heen bewogen, getrouw aan zyn plicht. „Wy moeten naar het station', zeide hy zenuwachtig. „En wy kunnen niet eens van ringen verwisselen", merkte hij teleurgesteld op, ...maar ik zal u den gouden band zenden." Hy nam uit zijn notitieboekje een blaadje papier, vouwde het op en nam de maat van haren vinger. „Nu kan ik je nog niets geven, Jo hanna", zeide hy, terwyl hy in alle zak ken van zyn uniform zocht. Zy lachte. „Neen nietseen zeeman doet niet aan sieraden.» Zelve maakte zy evenwel van haren hals een eenvoudig zilveren kruisje los. In mooie gothische lettertjes stond er op gegraveerd, op de eene zydeWees getrouw tot in dan dood, en op de andere De Heer is myn Her der. Hy nam het bewogen aan. „Een talisman die mij zal beschermen I" Toen snelden zy naar het station. Daar heerschte een geweldige drukte, een door elkaar schreeuwen van echte Russen, Tscherkessinnen en Russinnen.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1902 | | pagina 1