Zaterdag IS Februari. fN ÜIT-AARDER, iiMÉotais beriEbten. 39 40e Jaargang. 1902 rLMTSELIJKE BEÜSTlM. lemeentebestuur. IO 25 VLISSIN PrQs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. AfeonderlQke nummers 5 cent. Men abonneert ach by alle Beek- bandelaren, Postdirecteuren el rechtstreeks by den Uitgever F. VAK DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ABVERTIiNTIËN van 1 4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent, By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de pijjs «leohts tweemaal berekend. Gtroote letters en elicfcd*B aastr plasfterotetfi. ïewefe?»* dagslfk», op Kon- on feestdagen. Telephoonnnnimer IO. Abonnement* A« uöfin op new reefdeeHge voorwaarden. iziging der Verordeningen op de Heffing eB o? de Invordering van den Hoofdelpen Omslag. fcurgenresstor en Wethouders van I,jagen doen te weten Int door den Raai dier gnmsente, in vergaderii g var. der. 81 October K"i is genoni'n het n.volgende be lt Intwelk by Koninkiyk besluit van ■a'nuari 1902 no. 16 is goedgekeurd L Raad dor gemeente Vll-aingen lelet op bet vooi stel van Burgemeester (Wethouders; belet mede op de artikelen 232, 240, en 245 der gemeentewet, zooals iteiyk gowijzigd by de Wet van 21 Itember 1900 (Staatsblad no. 164) Jchoord zijne Commissies voor de istingen en Finantiën Besluit: De Verordening op de Heffing van j Hoofdeiyken Omslag laatstelijk vast- (leld by zyn besluit van 27 Januari do. 3, goedgekeurd by KoDinklp luit van 2 Maart 1899 no. 42, te ligen als volgt t. Artikel 8 wordt gelezen «aar bet overeenkomstig het vorig Ike! berekend belastbaar inkomen Idt ieder belastingplichtige gerang- Ikt in een der volgende klassen lktae f 50.— of minder meer dan f 50 tot en met f 100 - 100 - 150 - 150 - 200 - 200 - 250 - 250 - 300 - 300 - 360 - 400 400 - 450 - 450 - 500 - 600 - 600 - 600 - 700 - 700 - 800 - 800 - 909 - 900 - 1000 -1000 - 1100 -1100 - 1200 -1200 - 1300 lil ff ff ff ff - 350 1300 ff ff - 1400 -1700 - 1800 1800 - 1900 -1900 - 2000 -2000 - 2200 -2200 - 2400 -2400 - 2600 2600 - 2800 -2800 - 3000 HAAR KOXRAD H l.MA.VA (Slot.) JtS begrypt het toch wel. Ik wil het 1' kort zeggen op zekeren morgen PW m(jn Jozef en die jonge officier l fo pistolen in de hand over elkan- I zeggen immers, dat zulke zaken f anders onder de voorname stede- f' kannen worden uitgemaakt, en I wn daarby het leven moet laten. |,a' niet en geloof ook niet, dat Gods wil aldus kan zyn, en denk, L hechts eene ketteiscbe uitvin- ls- Maar hoe het zyn mag, Jozef '5 een kogel in de borst en den |8t werd de arm verpletterd. Of daar- echter de ontrouw van de vrouw PWelgd, mag God beslissen; ik J het niet. Zy was inmiddels by Ier h" 'D tlUis teruSgekeerd en droeg baar hart een kind van den man, Ij,, ,erra(*en had. Met Jozef echter 11' meneeri wet dien was het uit. "J geheel gebroken man kwam hy Ken'.^6 "enë6glieeren hem gezegd t,gewend - birsr in onze moest herstellen. De kogel Voorts zal voor iedere f 300.— meer belastbaar inkomen eene nieuwe klasse worden gevormd. b. Aan Artikel 12 laatste lid toe te 1 voegen Voor de beoordeeling van den ulter- ïyken staat komen In aanmerking de woning van den belasting plicbtige; de omvang van zijn bedryf e. zyne vermoedeiyke vertering. II. De inwerkingtreding van deze wijzigingen behoudens Koninklijke goedkeuring te bepalen op 1 Januari 1902. Viissingen, 31 October 1901. De Gemeenteraad voornemd, De Voorzitter, VAN DOORN VAN KOUDEKERK!,. De Secretaris, WITTEVEEN. Goedgekeurd by Koninkiyk besluit van 6 Januari 1902 no. 10. My bekend. De Minister van Binnenl. Zaken (w.g.) KUIJPER. Overeenkomstig het oorspronkeiyke, De Secretaris Generaal van Binneniandsche Zaken, (wg.) DIJCKMEESTER. VERORDENING tot wyziging der Verordening op de Invordering van den Hoofdeltjken Omslag, in de gemeente Viissingen. De Raad der gemeente Viissingen, Gezien het voorstel van Buig.eD Weth.; Gelet op het advies zyner Commissies voor de Belastingen en de Financiën Gelet op artikel 257 der Gemeentewet. BESLUIT: I. De verordening op de Invordering van den Hoofdelyken Omslag laatstelijk vastgesteld in zijne vergadering van 27 Januari 1809 by besluit no. 3;tewyzi- gen als volgt Artikel 3 wordt gelezen De aanslag over een vol jaar van hen, die in de gemeente hun hoofdver- biyf houden, is invorderbaar in tien ge- ïyke termijnen, waarvan de eerste ver schijnt op den. laatsten Februari en voorts op den laatsten dag van iedere maand telkens een nieuwe termijn zoo dat de laatste versehynt den 30 November. De aanslag over een gedeelte van het jaar van hen, die in de gemeente hun hoofdverbiyf houden, is invorderbaar in zooveel geiyke termijnen als bet getal maanden bedraagt waarover de aanslag loopt, zynde op het einde van elke maand een gelijk bedrag verschuldigd. De termynen verschenen vóór de uit gifte der aanslagbiljetten zyn invorder baar by die uitgiftede andere ter mijnen telkens op den verschijndag. Wanneer een belastingschuldige zyn was er wel uitgehaald, maar God erbarme zich, meneer, wat zag Jozef er uit, toen ik hem weer zag en weer bad I Ik had hem in lang niet meer gezien en nu moest ik hem zoo terugkrygen Ik heb al myn best moeten doen, om het niet luide uit te schreeuwen, toen zy hem uit den wagen tilden. Myn jongen, myn prachtige jongen, en nu zag hy er uit als de stervenden, die naar hier komeD, om een zachteren dood te heb ben. Er waren reeds grijze haren in zijn blonden baard, zijne slapen waren inge zonken, en de oogen lagen zoo diep en glansden zoo koortsachtig. Ik wist wel, toen ik hem zoo zag, dat hij nooit weer van bier zou komen, want dat kon onze goede lucht niet weer genezen. En bet is ook zoo geloopen, mynheer. In zyn rolstoel heeft myn arme Jozef hier gezeten, evenals u thans, en u geiykt veel op hem, 90 dag op dag was ik by hem, en bet waren wel treu rige en smarteiyke uren, maar goede uren waren het toch ook. Want dan opende hy my zyn gebeele hart, en liet hij my zooveel liefde en trouw zien, als ik meende dat geen menscheiyk gemoed kon bevatten. En toen heeft hy my alles verteld, hoe het geweest is, toen hy nog een knaap was en zich in het hoofd had gezet, dat Mathilde eens de zyne moest worden. En steeds sprak hy van zyn dood, eveneens alsof hy tevreden was, dat die nu over hem kwam, wyi hy met het leven had afgerekend en hoofdverbiyf naar elders overbrengt, is de verschuldigde bolasting dadeiyk in eens invorderbaar. De aanslagen van de in artikel 245 der Gemeentewet sub 2o, 3o en 4o be doelde personen zyn invorderbaar in vier grlyke termijnen, waarvan de eerste versehynt op den laatsten dag der maand waarin het aanslagbiljet wordt uitge reikt, en ds tweede, derde en vierde op den hatsten dag van de eers.e, tweede en «-rde daaropvolgende maand. II Ds in werkingtreding van deze wi i-iijg te bepalen op 1 Januari 1902. us vastgesteld door den Raad der uif e Viissingen, in zyne vergade- ii g van den 31 October 1901. De Voorzitter, VAN DOORN VAN KOUDEKERKS. Do Secretaris, WITTEVEEN. E :s hiervan afkondiging geschied, waar bet behoort, den 14 Febr. 1902. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. De Nota. In een artikeltje over De pers en de nota, schryft de Standaard „De kunst was maar, om een wyze van doen te vinden, dat men voor het oor der geheele wereld tot het machtige Engeland spreken kon, zónder schade te berokkenen. Hiertoe moest, geiyk vanzelf spreekt, zeer voorzichtigiyk by belanghebbende partyen worden gepolst. Gepmst zóó, dat alle officieels handeling was uitge sloten, en toch volle zekerheid verkregen werd, dat noch Engeland ons ruw terugstooten, noch de Boeren ons desa- voueeren zouden. Deze wekenlange arbeid in stilte heeft de nota voorbereidniet alsof ze den vrede ons hergeven, maar zóó, dat ze den weg tot den vrede ontsluiten kon, en tevens zóó, dat noch Engeland noch de Boeren te beginnen hadden met ook maar iets op officieels wyze van hun standpunt prys te geven. Dat Chamberlain van meet af er zich op werpen zou om heel de zaak te verydelen, lag voor de hand, dat het hem niet geheel gelukt is, mag dankbaar erkend worden." Schadevergoeding voor in Zuid-Afrika geleden nadeel en verlies. Door een groot aantal personen is de niet langer wenschte te blijven. „Moe der," zeide hy, „aan den kogel sterfik niet, die wonde kon wel weer genezen by myn goede Tiroler natuur, maar dat ik om die vrouw en om haar alleen van myne kindsheid af gewerkt eD ge worsteld heb, en dat dit nu myn loon is, dat, neen moeder, dat overleef ik niet, daaraan ga ik te gronde en hat is mij wel alleen doet het mij leed om u en om vader. En dan myn kind, moe der, wat zal er van myn kind worden Dat was zijn zwaarste zorg, meneer. Ik heb hem beloofd „Als ik kan, zal ik het kind tot my nemen en opvoeden, als u vroeger, met alle zorg en trouwe." Dat heeft hem het sterven verlicht. En toen by was heengegaan, mynheer, hy is zachtkens en stil ingeslapen en heeft tevreden gelachen in den dood, toen heb ik aan Mathilde geschreven over bet kind. Die heeft in al dien tyd niets van zich laten hooren, en toen ik haar meldde, dat het met Jozef ten einde liep, is er geen antwoord van haar ge komen, ook geen bede om vergiffenis, zooals toch anders wel ieder arm, zondig christenmensch zou hebben gedaan. Ook het kind zou zy mtj wel bezwaariyk hebben gegeven want ik denk, dat zy zich te veel schaamde, om my te schryven, maar bet kind was zoo zwak, dat de geneesheeren zeiden, dat het alleen in het leven kon biyven, als het naar het zuiden werd verplaatst, anders bezwaariyk. Nu, daar de groot tusschenkomst der Ned' che regee ring ingeroepen, ten v:n de Brit- sche regeering schad reding te er langen wegens nadeel en verlies door hen ondervonden ten g. v .1 re van maat regelen dor Britsche mi.itaire autoriteiten in Zuid-Afrika. De Britsche regeering he ft het onder zoek dier klachten, voor zoover zy in verband stonoen met de uitzetting der belanghebbenden uit Zuid-Afrika, toe vertrouwd aan eeno commi-sie, wolke getracht heeft Ader afzonderiyk geval zoo nau'-r keurigm g lijk te onderzoeken. IntusjCher- A Hater Majesteits Regee- ring tot de overtuiging gekomen, dat genoemd ondurzjek niet alleen zeer veel rijd zoude vord-, maar teveD3 dat het in verrewei' de meeste gevallen niet zoude leiden tot de inning van eenige schadeyergo i Onder die om heelt de Nederlandsebe rer; t liet voet poor van de andere regi n, die eveneens voor hunne onderda" n opgekomen, besloten van de aam p n, die zy op volkenrechteiyke g lud doen gelden, afstand te n einde ten bate der Ned3rlandsc> ghebbenden te kunnen aanvaaiu ne som vau zeven en dertig d vyfhoDderd pond stelling (37.5i j de B.itsche regeering, hoewel e o verplichting tot schadevergoeding ontkenn-mde, had aan geboden ter verdeeling onder ben, die door hunne uitzetting uit Zuid Afrika of anderszins, schade en verliszen heb ben geleden, en deswege vergoeding hebben gevraagd. Deze schikking betreft niet de vorde ringen ter zake van requisitiën door en leverantiën aan de Britsche legermacht in Zuid-Afrika en van schade toegebracht ten gevolge van de militaire operation, met wier onderzoek speciaie commissies in Zuid-Afrika belast zyn. Deze vorderingen moeten behooriyk gestaafd rechtstreeks by die commissiën worden ingediend, doch kunnen, zoo de eischers Nederlanders zyn en in Neder land verbiyven, door tusschenkomst van het ministerie van buitenlandsche zaken worden opgezonden. Het heeft Harer Majesteit de Konin gin behaagd by Koninkiyk besluit van 5 Februari jl. no. 23 eene staatscom missie in te stellen en deze te belasten met de verdeeliDg van het bedrag, dat te dien einde in Nederlandsch courant beschikbaar zal zyn uit hoofde van het bovenbedoelde in handen van Harer Majesteits buitengewoon gezant en ge volmachtigden minister te Londen ge storte bedrag van 37,500 p.st. De staatscommissie in wier handen zullen worden gesteld alle bescheiden en stukken door de belanghebbende ouders van het kind leefden, heeft zij misschien gemeend een doodslag te ba- gaan, als zy het bij zich behield. Of zy er ook wel veel van bield, is te betwy- felen. Het kind moest haar toch steeds aan den vader herinneren, hoewel hij niets op den armen Jozef geiykt, maar geheel op zyne moeder. Dat doet ons echter den jongen niet minder lief heb ben, want wat kan hfi het helpen, dat hy op zyne moeder gelijkt en dat die geen goede vrouw is geweest Ik heb hem lief en ben grootsch op hem. Dus, wat ik zeggen wou het kind moest de moe der wel geven en vermoedeiyk was zij biyde, een zoo goede aanleiding daar voor te vinden. Want vermogen had zy niet en Jozef had ook niet veol voor zyn jongen nagelaten zy mocht dus tevreden zijn, dat zij niet voor hem be hoefde te zorgen. En te meer, toen Ma thilde met dien anderen trouwde, die om zyn stukgeschoten arm zyn ontslag als militair had moeten nemen en met wien zy naar Amerika is Betrokken. De menschen hebben gezegd, da! daar een neef van hem woonde, die i ia! over gehaald by hem te kom Het kan wel zoo zyn; ik heb ech ijd ge dacht, dat hun slecht alleen hen heeft verdreven. Ho tl uusi daar gegaan is, daarvan w> v„ li- is, zij hebben nooit iets van z h hooien. En wyi zy geen toeken -tingaven, besloot myn goede nu.!: iet kind van Jozef te adoptaeren, - j niemand iets zaken en alle nader verkregen gegevens, zal, na zich op zoodanige wijze ais zy raadzaam oordeelt omtrent iedr-r.s an- spraken vergewist te hebben, als g .ede mannen naar billykheid daaromtrent uitspraak doen. Echter zal geene uitkeoiin» worden toegekend ter zake van scha i of ver liezen, welke a. niet het onmiddellijk gevolz zyn van eenigen maatregel der Br sche militaire autoriteiten b. geleden zyn door personen die op het oogenblik dat zy zijn getroffen door den maatregel, welke hun schade of verliezen berokkende, hunne plichten als onderdanen van een neutralen staat hadder. geschonden, of dc Noderiandeche nationaliteit niet meer bezaten. Tot lid, tevens voorzitter dier staats commissie, die haren zetal te 's Graven- hage heett, is by het bovengenoemd Koninklijk besluit benoemd mr. E. N. Rahusen, lid van de Eerste Kamer der Staten Ueneraal, te Amsterdam tot ledsn ds gopensionnearde luite nant-generaal J. J. C. den Beer Poor- tugael, lid van den Raad van State jhr. mr. S. Lrman Trip, raadsheer in den Hoogen Raad der Nederlanden; mr. M. J. C. Kolkman, lid van de Tweede Kamer der Staten Geceraa', te 's Gravenhage, en jhr. mr. L. H. J. M. van Asch van Wyck, lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal te Veenendaal; tot secretarisjhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, commies bij bet hoofdbe stuur der posteryen en telegraphie. (Staatscourant.) Uit een Nabetrachting. De „Prov. Gron. Ct." resumeert in een nabt trachting over de begrootinga- debaiten in de Eerste Kamer haar stand punt ten aanzien van het gewyzigde R. v. O. voor den Ministerraad volgender- wys Artikel 64 der Grondwet eischt, biykons zijn geschiedenis, het bestaan van een Ministerie eischt een Ministerraad. En een Ministerraad, de vergadering der individueele Ministers, behoort zelf zijn reglement vast te stellen, zich dit even min als welke vergadering ook te doen opleggen. Deze drie stellingen zyn on- omstooteiyk. Welnu waarom is dan plotseling het reglement vastgesteld door de Kroon En waarom heefl do Kroon een permanenten voorzitter banoemd, terwijl tot nu toe het door den Raad vastgesteld reglement de benoeming regelde Of dit geschiedde om wyziging te breDgen in de verhouding van de Kroon tot den Ministerraad en in dien raad de macht en het overwicht van één bepaald individu te vergrooten, öf het had achterwege kunnen biyven. tegen had. En zoo is de knaap nu ons kind geworden mijnheer. En als God en de lieve heiligen hun zegen daartoe geven, breDgen wy hom groot en wordt hjj eenvoudig weg houtsnijder, geen groot kunstenaar, maar daarvoor een gelukkige en een goede man. Daarom bid ik alle dagen. Het is een kind der zorgen. Hij is zoo teer, dat men wel ziet, dat zyne moeder geen Tiroolsche is, en hy heeft ook zjo iets byzonders over zich, zoo altyd stil voor zich heen, dat de anderen zich niet aan hem wagen, als ware hy huns gefijke niet. „Het is heden voor het eerst," en de oude zei dit zacht, terwyi een gelukkig lachje over hare verwelkte trekken gleed, „dat hy met een ander speelt En weer klonk de heldere lach van den kleine tusschen hare woorden. Er zyn sedert jaren verloopen. Zoo dikweff ik naar Méran kom, wend ik myne schreden naar de kleine werk plaats in de smalle Steinachstraat, waar de oude Theiner aan zyn draaibank zit te werken. Hy knikt my dan toe, zon der met zyn werk op te houden. Zyne vrouw vat myne hand en drukt die harteiyk en wyst met een gelukkigen lach naar den met elk jaar ki.iohtiger opgroeienden knaap, dis in d' :11de ruimte aan het werk is en het in. .iom- mige opzichten zyn viytigen gr - a'.ar reeds verbetert. Zyn hoogste w - is hst eens een houtsnyder te w.i lie zyn ouden leermeester tot eere strikt,

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1902 | | pagina 1