ooktfi LNGEN: 27 Januari. DE VERZOEKING iffieÉiÉclse berichten. i 22 40e Jaargang. 1902 tóe Courant lielioort een liiivoegsel. itbode Vreemdelingenverkeer. D D |IJNE DOPERW'f, DOPERW'fj SNIJBOON) SPERZIEBOON SPINAZIE ANDIJVIR (Aanbevelend, H. DOMMISSJ G 5. per ons. WIS MA. urn. Prfls per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bQ den Uitgever E. van BE VFLDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADVERTENTIÊNvan 1 regels 0.40. Voor eiken reg6l meer 10 cent. - By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prtjs slechts tweemaal berekend. Groots letters en cliché's naar plaatsruimte. Versehïnt dRgelfks* sStgewmdard op Kon- on feestdagen. Telephoonnammer TO. Abonnements-AdvertentlSn op leer voordeellge voorwaarden. p igen is mede Adres Mevr. 107, Vlissingen, MDIKNST en H.EDBLBUaa r.iae.- vm 4 50 (alle Van Zailmarkt 45 nros 12 30 5 10 5,55 6 55 7, aar Zcilmarlct pa» op werkdagen! m 12 35 1 20 6 7 7 20 8i HAVENDIENST, 6— 6 20 7—7 10— 1020 10 I 1 10 1 30 2 - 2 4 4 20 5 5i 8 20. vm 6 10 6 30 71 Ï0 9 50 1010 10 12 10 nm 1 20 li ï.30 3 50 410 IS 7 40 8 8 30. 5*) nm 3 30b) a) 3 55 na 1 5bfj 2 15 3 30b) i 3 50 8 10 8 50 0 naar Breaken», n Vliaaiiigen naar ;eomkt. van Neuzen naar het spoorweg at, •6 23 6 57 8 21 •9 47 '10 48 7 25 7 58 jS 47 10 1 11 2 7 8!' at vreemdelingenverkeer voor een |ts is of zijn kan, is waarlijk niet twee woorden te zeggen doch vóór an bet aantal woorden neerschryen, er toe noodig zijn, dienen we het eens te zp over hetgeeD men onder indelingen veistaat of in dit geval mrt te verstaan, een afgelegen plaatsje, waar men zoo lang mogelijk by bet oude hield, over een water, dat midden door plaatsje liep, een vaste brug, die ftn zeer kleine scheepjes toeliet de stad te naderen en de grootere op een ttbcorUjken afstand hield. Wat de men- Bchen niet wilden doen, deed in dit ge- vJde natuur; dat wil zeggen: de brug Kpen. Toen moest eene nieuwe brug ipen en, o wonder, welk een geest wie er gevaren in de vroede vaderen? klmaikten een draaibrug! - Er waren Khter ook verstokte consorvatieve ele- (ten, die de zaak met een beetje ipery weer hadden willen klaar Bd. Die passeerden natuurlijk hoofd schuddende het nieuwe gemeenschaps middel, loen bet de hand van den bouw meester verlaten bad en, met profetisch ipMtaohtig gebaar mompelden zy: „dilar moeten nu de linieschepen doorvaren!" Aan die uitdrukking zullen onze lezers bemerken, dat de geschiedenis nie{ zoo bee) jong meer is; men spreekt tegea- Idig immers niet meer van linie- lpen? Nu, de linieschepen zyn dan ook nooit door de brug gekomeD maar andere schepen des te meer en dat was minstens even goedwant ook bier zat het nu juist niet in de qmliteit, maar wel in de quantiteit. Zóó is het oek in andere opzichten, ^wia b.v. een vreemdeling geen Rus- i'ieh millionnair, hy is toch een vreem- dding, dien men, dit moeten wy wel lemeD, gaarne ziet komen en gaarne tpjd in zyn midden ziet ver- fcn. j^Welnu, tusschen ons en den vreem deling, dat wil dan hier in 't algemeen ^■en: hy die in onze plaats en streek T onbekend is, ligt een stroom, en IH over dien stroom te komen, is een noodig. 8 waarheid, van algemeenen aard, i ons geval dubbel waar. Er zijn sen en streken waarvan een soms ptail onverdiende roep uitgaat. Andere gelegen in de onmiddeliyke nabyheid j steden van den eersten rang, zonder woord schep '10II *1113 einen vervoeren 10 40 10 28 11 40 12 22 12 38 12 55 2 6 1 25 3 10 3 50 4 6 4 22 6 1{ 6 5 7 8 38 j 35 B. GROLLER. 1. Bli d' feval D richtte zich weer op besluiteloos floor die besluiteloosheid reeds een illene. In elk geval geen overhaasting, zeide Bin zich zeiven, want zulk eene ga uwheid komt er nooit weer, en in elk 4Nai heb ik den tyd tot de zaak rucht- wordt. Als ik van daag maar zonder nis van hier kom, kan ik verder keek op zyn horloge; nog twintig ten, dan was de tyd om. Hy bekeek welke zy nauweiyks in aanzien zouden weztn. Zooals er menschen zyn die slapende rijk worden, zoo zyn er ook plaatsen die slapende zyn opgekomen. Voor ons geldt dit allerminst. Zeeland gaat nog altyd bij velen door voor wat men noemt een afgelegen provincie, waarvan de bewoners bun leven in af zondering van de overige wereld door brengen, tamelijk achteriyk zyn in vele dingen eD in 't geheel niet meegaan met onzen tijd. Laat van dat alles du geen woord waar wezen, dan zullen wij toch met het feit rekening moeten houden en al het mogelijke doen om ons zeiven ee,n betere reputatie te ver schaffen. Maar wanneer wy ons gezond verstand aan het woord laten, dan zullen wy moeten erkennen, dat er toch wel e e n i g e waarheid in verscholen ligt, al was het dan alleen maar deze, dat de vreemdeling, die hoofdzakeiyk komt om zich te ontspannen en te amuseeren, in dit opzicht zyn doel niet of althans te weinig bereikt. Onze natuur is schoon, onze ligging aan zee prachtig, onze natio nale zeden en gewoonten zyn merk waardig; maar er wordt nu eenmaal meer gevorderd en op verschillend ge bied kunnen wij dan met hetgeen elders gevonden wordt, niet concurreeren. En de gevolgen blijven natuurlijk niet uit. Onze stad, de messt bevolkte der provincie, bestemd als het ware om jaarlijks een stroom van vreemdelingen tot zich te lokken, de plaat3 die oen verbinding tusschen twee groote ryken vormt en nagenoeg aan de grenzen van een anderen staat gelegen is, ziet dien stroom langs zich voorbijgaan en wacht op 6en toekomst die, zonder buitenge wone krachtsinspanning, aan het heden wellicht niets verbeteren zal. Die eens wil weten wat krachtsin spanning in deze vormag, die ga eens naar KampeD. Dat is een plaats, in het geheel niet geschikt voor een tydeiyk verblijf van vreemdelingen. Maar men heeft ervan gemaakt, een plaats bij uit nemendheid geschikt tot vestiging van elders wonende landgenooten. Die wonen kan waar hy wil, die dus altyd tot op zekere hoogte onafhankeiyk is, die zal uit zich zelf wel niet op de ge dachte komen om zich in de IJselstad te vestigen. En toch is het een feit dat tal van lieden er zich voortdurend ves tigen en er, wat zy aan inkomen ge nieten verteren. Het zijn natuurlyk geen arbeiders. Zy dragen dus allen iets, veel of weinig, tot de welvaart der plaats bij. Maar om dit doel te bereiken heeft men dan ook alle krachten ingespannen. Het gemeentebestuur gaat voor en tracht het daarheen te leiden, dat er geen of de wyzers nauwkeurig, het horloge scheen stil te staan. Maar neen, de se- condewyzer ging langzaam rondhy had zich vergist. Zyne collega's wisselden van tyd tot tyd eenige woorden met elkander en hy gevoelde behoefte om ook iets te zeggen. Hij wilde, maar hy kon niet. Zyn keel was dlchtgesnoerd en hy wist, dat hij op dat «ogenblik geen macht over zijne stem had. Nu beproefde hy om zachtkens een deuntje te fluiten; dat ging beter, maar hy hield er spoedig meê op, wyi hy zich niet kon herinneren vroeger ook wel een» gefloten te hebben. „Het is tijd om naar huis te gaan,» liet er zich een hooren, en sloeg tege- lykertljd zyn boek dicht. „Ja, laat ons eindigen!" antwoordden de anderen. Het laatste kwartier diende er toe om de boeken enz. op te bergen, de haDdon te wasschen en zich weer elegant op te kleeden voor de buiten wereld. Brauneis stak den boteekenisvollon zeer weinig belasting wordt betaald zorgt voor de gezondheid, voor goed onderwys, voor verfraaiing. De vereeni- ging tot bevordering van het vreemde- lirgeubozoek werkt van haar kart yverig mede en het publiek steunt die pogin gen trouw. Dit ééue voorbeeld is genoeg. Wan neer ten onzent od ge veer op dezelfde wyza door allen en in alles gehandeld wordt, dan zal, wat meer het doel i3een druk, tijdelijk vreemdelingen- bezoek gedurende het schoone seizoen te verkrijgen, zeer zeker worden bereikt, en is eenmaal de onbekendheid opge heven, dan is ook de onbemindheid spoedig voorbij en het vooroordeel voor goed verdwenen. Op de stemmen in deze reeds ge hoord, mag wel ernstig worden gelet. WerkelLjk is het vreemd dat men het eigen belang, waarvoor toch niemand onverschillig is of behoeft te zyn, vaak zoo weinig inziet. Het kan toch geen onverschillige zaak zijn, of er jaarlijks eenige duizenden guldens meer of min der worden omgezet en wellicht ook duizenden verdiend Het kan toch niet onverschillig zyn of de gemeente zich ontwikkelt en in zielental, bloei en wel vaart toeneemt Het kan toch niet onverschillig zyn wat wy aan een vol gend geslacht nalaten Het verblijf van en de omgang met den vreemdeling heeft bovendien nog wel eenige andere waarde. Van wat n e m te genieten wordtgegeven krygon w Ij dan toch ook ons aandeel, en waariyk, niets is geschikter dan de kennismaking met vreemdelingen dit woord hier in den ruimsten zin genomen om den mensch een beetje te ontbolsteren, hem te ge wennen aan andere denkbeelden en be schouwingen, hem wat af te brengen van zyn geïsoleerd standpunt. Vooral hot jonge geslacht, dat niet zoo op zich zelf mag wezen als het andere, het jonge geslacht, dat de wereld in moet en waaraan het leven nieuwe en andere eisehen stelt, heeft behoefte om alle isolement te vermijden. De talen, da zeden en gewoonten, de denk beelden ook van hen die niets met de onze gemeen hebben, mogen aan dat jonge geslacht niet vreemd biyven. De belangen zyn dus groot en veel. Voor allen, dat erkennen wy, is liet eigen belang niet by de zaak betrok ken. Welnu, waar het eigen belang niet toe dryft, daar zal dan misschien het gemeenschapsgevoel toe aansporen. Eerste Earner. Aan de memorie van antwoord op hoofdstuk IV (justitie) ontleenen wy het volgende De minister is zeer erkentelijk voor de welwillende wyzo waarop zyn optre den en zijn werkplan in de Eerste Kamer zyn ontvangen. Wat betreft de beteu geling der speelzucht, herhaalde de mi nister dat de aandacht van justitie en politie voortdurend op het spel op de pier te Scheveningen zal zijn gevestigd en dat de minister bereid is het initiatief tot vervolging te nemen, wanneer zulks door het openbaar belang wordt gcëischt, waaronder hij wil verstaan hebben, dat gegronde kans aanwezig zij op veioor- deeling. Hij hoopt, wanneer de gelegen heid zich voordoet, deze bereidverklaring gestand te doen. Mocht alsdan worden beslist, dat der gelijk spel niet valt binnen het bereik der strafwet, dan zou het op den weg van den minister liggen te zoeken naar een formule om deze aan velen aanstoot gevende handelingen te doen ophouder. Tegenover de enkele leden, die van andere gevoelens in dezen waren, herhaalt de minister zijn meening omtrent we- derinvoering van de doodstraf die z. i. in hooge mate afhankelijk is van bewecg- j redenen van oppi rtuniteit. Wanneer de herziening van het mili- i tair strafrecht zal zijn tot stand geko- men, zal door den minister worden na- gegaan welke onderwerpen der militaire i rechtspleging in de eerste plaats in aan merking komen om afzonderlijk te wor den gewyzigd, en zoo die wijziging op niet al te uitgebreide schaal kan ge schieden, zal met de voorbereiding van daartoe strekkende voorstellen een aan vang worden gemaakt. Of zoodanige wyzigineen de invoe ring van het nieuwe strafrecht in den weg zullen staan, zal eerst met voldoende kennis van zaken kunnen worden be oordeeld nadat de herziening van dat strafrecht haar beslag zal hebben ge kregen. Het misbruik dat tengevolge van het ontbreken van verbodsbepalingen tegen woordig van het houden van loteryen gemaakt wordt, maakt inderdaad voor ziening dringend noodig. Aan het de partement is dit ontwerp dan ook reeds ter hand genomen, zoodat de minister vertrouwt dat binnen een nist te lang tydsverloop voorstellen dienaangaande de Staten-Generaal zullen bereiken. In- tusschen wordt telkens wanneer uit de dagbladen of op andere wyze biykt, dat notarissen hun ministerie by het houden van loteryen verleenen, een onderzoek ingesteld of al dan ni»t vergunning tot het houden dier loleryen is verleend, en in het laatste geval wordt do betrokken notaris er op gewezen dat hy, door zich niet te onttrekken aan de zaak, zich blootstelt aan het gevaar dat art. 50 der wet op het notarisambt op hem wordt toegepast. Een algemeen verbod aan de notarissen om by dergeiyke loteryen hun brief in zijn zak en ging ook zyne han den waaschen. Een oogenblik voelde hy zich onnoembaar gelukkig, wat echter spoedig voor een diepe gedruktheid plaats maakte. Terwijl hy de schuimende zeep over zyne handen streek, dacht hy er met een duivelschen humor aan, hoe alle welriekende wateren zy'ne handen niet meer van schuld zouden kunnen vry wasschen. Nog ben ik niet schuldig, zeide hy tot zichzelveD. Als er nu Daar gevraagd wordt, zeg ik dadeiyk wat ik gevonden heb en dat i]f het geld zoo juist aan den directeur wilde bren- geD. Wat z»l men myne eeriy'kheid dan pryzen 1 Ook deze gedachte vervulde hem met een gevoel van geluk, misschien nog grooter dan wat hy zich van zyn rykdom had voorgesteld; maar ook dit duurde slechts een oogenblik, om weer plaats te maken voor het gevoel van angst, zorg en onrust. Eindeiyk waren alle hoeren met hun toilet gereed en ging men gezameniyk heen. In de groote voorzaal, die zy moesten doorgaan, stond de directeur met den beursmaD dor bank in gesprek. Hy had geen papier meer in de hand en dus alles rondgedeeld, en het was zeker, dat het verlies van daag nog niet zou wordeD ontdekt. Die opmerkiDg strekte zeer om Brauneis gerust te stellen. De directeur was biykbaar zeer opge ruimd. De anecdote, die de beursbeambte zoo juist verteld had, scheen hem zeer te bevallen, want hy lachte hardop. De onderdanige groetten der beambten be antwoordde hy zeer welwillend en het scheen Brauneis toe: dat hy in het bijzonder hem vriendeiyk en vertrou welijk had toegeknikt. Weder voelde Brauneis een zwakke vermaning in zyn binnenste, om van het voorgevallene meldiDg te maken. Hy bestreed die opwelling echter gemak - keiyk, en toen hy naar buiten trad, had hy het heldere bewustzyn, dat hy als «en ander mensch in eene andere ministerie te verleenen, ligt nist op den weg der regeering. Met het oog op de bescherming van de openbare zedelijkheid is de aandacht der regeeriDg het byzonder geves tigd op het besi '.an van bordeelan en de propaganda van het Nieuw-Malthusia- nisme. In onderzoek is in hoeverre ten opzichte dezer misstanden doeftreffende wetteiyke maatregelen zullen worden genomen. Eerst wanneer de resultaten van dat onderzoek, dat nog harigende ie, bekend zyn, zal kunnen worden overwogen, welke weg dient te worden ingeslagen. De vraag of en in welken vorm voor- waardeiyke veroordeeling hier te lande moet worden ingevoerd, behoort by een eventueele, zij het ook meer partieele, herziening van het wetboek van straf recht aan de orde te worden gesteld. Voorshands meent de minister der halve te kunnen volstaan met de me- dedeeling dat dit instituut in het alge meen in hooga mate zyn sympathie wegdraagt. De vraag of het wenscheiyk is by nieuw-voorgedragen wetten het maxi mum der boeten zoodanig te bepalen, dat hooger beroep mogelyk is, is in haar algemeenheid bezwaariyk voor beant woording vatbaar, daar by het vaststel len van het maximum in elk byzonder geval rekening dient gehouden te worden met het meer of minder ernstige van de overtreding. Redenen ontleend aan mser of mindere vereenvoudiging in de procedure, mogen daarby nimmer den doorslag geven. Dat aan de regeling van ons politie wezen gebreken kleven, kon inderdaad niet worden ontkend, doch de klachten zyn niet vrij van overdrijving. Niet altyd moge hot preventief optreden van de politie even tactvol zyn, toch ontbreekt het ook haar hier te lande niet aan het Doodige prestige, terwyl bovendien door de bepalingen van het strafwetboek vol doende wordt zorg gedragen, dat zy die zich tegen haar gezag durven verzetten, met den strafrechter kennis maken, Men vorme zich bovendien van een herziening van het politiewezen op dit punt geen al te groote verwachtingen, daar by de oneindige verscheidenheid van gevallen, waarin preventief optreden der politie noodzakeiyk is, een juists emschryving van haar taak als zoo danig niet wel doeniyk zal biyken te zyn. Intusschen gebreken biyven nist ts ontkennen, waarin echter voor een groot deel zou kunnen worden voorzien door aan de hand van rapporten der zoog. politie-commissie op den grondslag van het bestaande herziening en verbetering aan te brengen. Mocht de minister ta «eniger tijd gelegenheid vinden aan die herziening de hand te slaan, dan zal tevens overwogen worden of nadere voorlichting van de thans ontbonden politie-commissie gewenscht en nood zakeiyk is. By een eventueele herziening van het politie-wezen zal kunnen worden naga gaan of de instelling van de inspecteurs der ryksveldwacht al of niet behoeft te worden gehandhaafd. Een aanvulling van de Jachtwet met wereld was binnengetreden dan den dag bevorens op denzelfden tyd. Een misdadiger! Zeer duideiyk zeide dat eene stem in zyn binnenste. Een misdadiger I Gy zyt nu in stryd met de menscheiyke samenleving, met de ge- heele menscheiyke maatschappy. Dat is wel mogelyk; als ik de kracht, „de zedeiyke kracht" en daarby moest hy lachen heb om myn nieuwe rol te spelen, mij thuis te bevinden in myno nieuwe positie, dan wil ik wel een misdadiger zyn, als het maar aan nie mand bekend wordt en ik er wel by vaardie nieuwe toestand is in elk geval wel interessant. Er zich in thuis bevinden, het wèl hebben En nu reeds was hij koortsig I Ja, dat is maar bij het begin. Alle be- ginuen is moeieiyk tyd en gowoonto zullen my wel kalmeoren, en dan is de buit mijn. "Voor het oogenblik is er maar éene zorg bedaard biyven 1 Bedaard biyven En zyn hart klopta zoo onstuimigWaar en hoe berg ik

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1902 | | pagina 1