Maandag Bü deze Coarant behoort een bi FEUILLETON. DE GEMSKONING. 9e leer van jMhiis. 12 Maart. No. 60 88e Jaargang. 1900 Gemeentebestuur. VLISSISISSCIE ('SI RiVI' Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks by den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. '4v\ £nn ADVERTENTIENvan 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. - By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal .berekend. Groote letters en cliché's worden naar plaatsruimte berekend. Vtr«ckQiit dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Telephoonnvumtner IO. Abonnements-Advertentiën op zeer roordeellge voorwaarden. Herijk der Maten en Genichten. Burgemeester en Wethouders van Vlis singen maken bekend: dat tot den herijk der maten en ge wichten in deze gemeente zal worden gevaceerd in een der zalen van het huis voor de besmettelijke ziekte aan de paardemarkl den 13, 14, 15, 16, 17,19, 20, 21, 22, 23 en 24 Maart dezes jaars, telkens dos voormiddags van 97s, tot 12 en des namiddags van 1 tot 47a u: r, als volgt Voor de ten verkoop bestemde, in magazijnen en winkels voorhanden zijnde nieuwe maten en gewichten en voor de gewichten in gebruik bij apothekers, goud- en zilversmeden (fijnere weging) 13 Maart. Wijk A en B 14 Maart. 0 15 D en E 16 „F 17 G 19 H 20 en 21 „I 22 K, L, M en Z 23 de overige wijken 24 De tyd wordt geacht te zijn de mid delbare Amsterdamsehe (oude tijd). Voorts wordt herinnerd lo. dat de voorwerpen schoon en droog ten herijk aangeboden moeten wonen en zich dus in zoodauigen toe stand moeten bevinden, dat eene verifi catie en stempeling mogelyk is 2o. dat lengtematen, voorzien van merkteekenen of aanwijzingen van onwettige maten, moeten worden afge keurd en ten alle tijde in beslag ge nomen kunnen worden 3o. dat de onderdeelen van het Gram (Milligram Gewichten) uit hoofde der daartoe noodige fijne balans, uitsluitend aan het ijkkantoor te Mid delburg kunnen worden geverifieerd. (Ministeriëele beschikking van den 16 April 1872, no. 193) 4o. dat belanghebbenden zich bij terug ontvangst van hunne voorwerpen moeten overtuigen, dat deze duidelijk het wettige goeCkeuringsmerk K dragen, daar een beroep op verzuimen, die bij den herijk mochten zijn begaan, later niet zal ont slaan van rechtsvervolging 5o. dat na het einde van den termijn van den herijk (1 September 1901) het Eene geschiedenis uit het Hooggebergte. Van FKIEimiCH UOLCII. 4). Maar haal nu in mijn hoed wat water uit de beek hier dichtbij, want ik versmacht van den dorst Cenz IJlde heen en kwam al spoedig met de zoo gewenschte lafenis terug. Nadat de verongelukte gedronken had, spoedde zij zich naar de plek, waar de houthakkers aan het werk waren en heelde hun met korte woorden het voor gevallene mede. Terstond begaven zij tich met touwen, stokken en kleeding- stukken op weg om hun kameraad te heipen en naar het dorp over te bren- Toen zij hem bereikt hadden, laafden zij hem met brandewijn en maakten snel een [draagbaar, waarop '41 hem, zorgvuldig toegedekt, neerleg- hw, «Draagt hem naar ons huis/' zeide ^®nz, „ik zal vooruitgaan om eene kamer voor hem in orde te brengen en ook voor zorgen dat de dokter er is, gebruiken of voorhanden hebben van maten en gewichten, niet voorzien van het goedkeuringsmerk K, verboden en strafbaar is; 6o. dat het laatst geplaatste goedkeu ringsmerk gedurende minstens twee jaren ongeschonden moet blijven bewaard en dat voorwerpen, waarvan dat merk onduidelijk wordt, andermaal tot den herijk moeten worden aangeboden,waartoe belanghebbenden zich aan het ijkkantoor te Middelburg kunnen vervoegen. Eveneens kunnen maten of gewichten waarvan de verbruikers, om welke reden dan ook, het wenschelijk achten dat de nauwkeurigheid gedurende genoemd her- ijkttidvak, voor welk het goedkeurings merk K dient, meer dan eenmaal door den ijker worden onderzocht, voor dat doel aan het ijkkantoor te Middelburg worden aangeboden. Wordende de belanghebbenden herin nerd lo. aan het 1ste lid van art. 11 der wet van den 7 April 1869, {Staats blad no. 57) luidende: „Het bezitten of voorhanden hebben van niet met deze wet of met Konink lijke besluiten ter uitvoering daarvan genomen overeenkomstige maten, ge wichten of weegwerktuigen, op plaatsen bestemd of gebruikt tot het verkoopen, inkoopen, afleveren of in ontvangst nemen van waren, of waar die voor werpen tot grondslag van heffingen of andere ontvangsten strekken, is verbo den' en 2o. aan art. 3, waarin de onder scheidene gewichten worden opgenoemd welke mogen worden gebezigd, luidende De stoffelijke gewichten zijn stukken van 50, 25, 10, 5, 2 en 1 K.G. (pond) 5, 2 en 1 hectogram, (ons) 5, 2 en 1 dekagram (lood) 5, 2 en 1 gram (wichtje) en 500. 200, 100, 50, 20, 10, 5, 2 en 1 milligram. Terwijl voorts nog wordt kenbaar gemaakt dat de verificatie kosteloos geschiedt, doch dat de aan het rijk verschuldigde justeergelden bij de terug gave der gewichten moeten worden voldaan. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 24 Febr. 1900. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, G. J. BISSCHOP. Verier ij gbaar stelling pas poorten zeemacht. De Burgemeester van Vlissingen; brengt ter kennis van de miliciens der zeemacht, lichting 1895, dezer ge meente, dat de paspoorten wegens geüindigden militiediensttijd doorbelang- als gij met hem komt." Boer Mertens stond juist in de huis deur zijn pijpje te rooken, toen hij eensklaps zijne dochter met haastige schreden op den straatweg zag nader - komen. „Wel, wat is er?" riep hij haar toe, toen zij het heem betrad. „Waarom loopt gij u zoo het vuur uit de sloffen? Is er iets gebeurd? Er is toch geen ongeluk gebeurd ?n „Ja, vader, een groot ongeluk," ant woordde het meisje op ernstigen toon. „Maar kom mee naar binnen, dan zal ik u alles vertellen. „Nu, spreek op," zeide de oude, toen hij de kamerdeur achter zich had dichtgetrokken. „Wat is er gebeurd „Vader," zei het meisje en trad dicht op hem toe, „gij hebt een groot onrecht begaan, zóo groot, dat gij het nauwelijks weer goed zult kunnen maken. Gij hebt Urbi, dien armen jongen, toen hij by u aanzoek om mij deed, niet alleen afge wezen, maar gij hebt bovendien nog den spot met hem gedreven en u vroo- lyic gemaakt over zijne armoede. Hebt gij hem niet den raad gegeven om naar boven te klimmen naar den Gemsko ning, en dezen zijne schatten afhandig te maken? Hebt gij niet Waldhauser, dien doortrapten booswicht, van onze wederzijdsche genegenheid verteld en hem tegen Urbi opgehitst Gij kunt dat alles niet ontkennen, vader!" „Dat ben ik ook niet van plan 1" riep de oude uit. „Maar nu nog mooier! hebbenden ter gemeente-secretarie kun nen worden afgehaald, dagelijks van des voormiddags 10 tot des namiddags 3 I uren, uitgezonderd Zon- en feestdagen. Vlissingen, den 9 Maart 1900. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE i. In onze dagen van tamelijk harden bestaansstrijd, als een gevolg der groot,e wanverhouding in de toeneming der bevolking en die van de middelen tot voldoening aan menschelijke behoeften, treedt de oude strijd over het begrip van de zoogenaamde bevolkingsleer weder meer op den voorgrond en wordt, in verband daarmede ook wel de naam genoemd van den staathuishoudkundige, wiens denkbeelden daaromtrent het meest opgang hebben gemaakt, maar ook de sterkste bestrijding hebben ondervonden Thomas Robert Malihus. Deze Engelsche geestelijke heeft geleefd van 1766 tot 1834. Er is dus ongeveer eene eeuw voorbij gegaan, sinds hij zijn stelsel verkondigde, en 'daarom is er gelegenheid te over geweest om het aan de werkelijkheid te toetsen. De snelle toeneming der bevolking in het Vereenigd Koninkrijk Groot Brittanje vestigde de aandaent, van M'althus op de vraag, of dat steeds toenemend aantal voortdurend op voldoende wijze zou kunnen worden gevoed. Zijne meening, die zich natuurlijk grondde op den toenmaligen stand der wetenschap, was deze, dat, hoe men zich ook moge inspannen om den bodem te bewerken en meer voortbrengend te maken, die vordering toch nooit gelijken tred kan houden met de toeneming van het aantal geboortenzoodat er spoedig geen mid delen van bestaan meer in voldoende mate aanwezig zouden zijn en dien ten gevolge door ontbering in allerlei vormen, het aantal sterfgevallen de wanverhou ding weer tot de vorige verhouding terug zou brengen. Letterlijk zeide Malthus „Waar 32 moeten leven van de middelen van bestaan voor 10. daar sterven er 22. Vruchteloos wilt gij de natuurwet buigen Ik was voornemens u eens goed de les te lezen en nu begint gij met mij „Laat mij eerst uitspreken, vader," zoo viel het meisje hem in de rede, „ik ben nog met aan het einde! Urbi heeft werkelijk gedaan wat gij hem geraden hebthij heeft heden nacht de Donderrots bestegen, om deri Gemsko ning te zoeken. Waldhauser heeft hem echter opgewacht of misschien toevallig ontmoet. Hij heeft op Urbi geschoten, daarna hebben zy met elkaar geworsteld en eindelijk heeft Waldhauser Urbi van de rots gestooten." Boer Mertens staarde zijne dochter ontsteld in het gelaat, zijne beenen knikten, zoodat hij zich op een stoel moest nederzetten. „Is dat waar bracht hij er met moeite uit. „Maar hoe weet gij dat alles „I-Ianna en ik zijn heden morgen in de vroegte reeds er op uitgegaan, om het zwartbonte {kalf te zoeken, dat af gedwaald was," antwoordde Cenz. „Zoo vond ik Urbi in een afgrond liggen hij was geheel bebloed en zwaar gewond, maar hy heeft mij toch nog kunnen vertellen wat er boven op de Donderrots met hem was voorgevallen. Ik ben daarop ijlings naar de houthakkers geloopen, die terstond eene draagbaar voor hem gereed maakten, en ik heb tegen hem gezegd, dat zij Urbi hierheen moesten brengen. Ik ben vooruitgeloopen en heb meteen den dokter gewaarschuwd. Kijk, daar komen zij al aan, en de gij brengt slechts duizenden meer ten offeruwe ruime armverzorging geeft slechts voedsel aan het grafuw ge- lietkoosd vondelingsgesticht is een knekelhuis. Als iemand geboren is in eene wereld die reeds vol is, waar zyu gezin geene middelen heeft om het te doen bestaan, of waar de maatschappij zijn arbeid niet noodig heeft, daar heeft die man niet het minste recht om voedsel te vorderen. Hij is inderdaad te veel op de wereld." Wat de allergrootste fout in deze redeneering is, dit is duidelijk genoeg. Het recht van bestaan ontleeut ieder aan liet onloochenbare feit, dat hij zich zelf niet op de wereld heeft geplaatst. En dat de zoogenaamde leer van Malthus met dit feit geen rekening hield, dit was de klip waarop zij noodwendig moest stranden. Wat zou Malthus vrel gezegd hebben, indien hij eens geweten had, dat de groote vorderingen der geneeskunde, der natuurkunde en van andere wetenschap pen, binnen honderd jaren met een afdoend succes zouden optreden tot be- strijding van ziekten, gebreken en allerlei ellendendat daardoor b.v. de kinder sterfte in beduidende mate zou afnemen en de gemiddelde levensduur aanmer kelijk zou worden verlengd dat er dus van zijn standpunt nog meer vrees voor overbevolking zou kunnen gekoesterd worden Maar dan zou hij misschien ook ge weten hebben, dat diezelfde vorderingen der wetenschap, die de toeneming der bevolking onwillekeurig in de hand werken, direct aanleiding geven en opzettelijk aangewend worden, om het verbroken evenwicht tusschen bevolking en bestaansmiddelen telkens tot kleiner verhoudingen terug te brengen. Intusschen, wanneer men bedenkt dat Malthus leefde in het Ver- eenigde Koninkrijk, waar het groote grondbezit was en nog is in handen van betrekkelyk weinige personen dat die groote domeinen, die steeds in hetzelfde geslacht blijven, voor een aanzienlijk deel uit jachtvelden, terreinen van ver maak, bosschen, heidevelden en braak liggende gronden bestaan en ai de na- deelen van het pachtstelsel er op ruime schaal ondervonden worden, dan moet dokter is er ook bij, zie ik wel!" Zij ylde naar buiten en wees den mannen het vertrek, waar zij den ver ongelukte binnenbrachten en voorzichtig op het bed nederlegden. Daarop begaf zij zich weder in de woonkamer tot haar vader, die zich niet durfde te ver- toonen, en hier wachtten beiden in angstige spanning de uitspraak van den dokter af. Na verloop van een paar uren trad deze by hen binnen en deelde hun mede, dat de verongelukte wel zwaar, maar toch niet levensgevaarlyk gewond was. „Het is een wonder," zoo eindigde hij, „dat de jonge man by zulk een vreeselijken val het leven er nog heeft afgebracht. Inwendig schijnt hij niet gekneusd te zijn, maar het zal maanden duren voor dat bij geheel genezen zal zyn." Dienzelfden avond nog zat boer Mer tens voor het bed van den verongelukte en hield diens onbezeerde rechterhand in de zijne. „Dus, dat is afgesproken," zeide hij geroerd, „ik wil weer goed maken wat ik aan u misdreven heb en daarom zult gij CeDZ tot vrouw hebben. Zie nu maar, dat gjj spoedig weer opknaptEn als gij weer hersteld zijt, zal de bruiloft ook dadelijk plaats hebben, daar geef ik u de hand op!" Eenige maanden later bewoog zich een vroolijke bruiloftsstoet, met muzi kanten voorop, van de kerk naar de dorpsherberg. De bruiloftsgasten juichten men vragen ot deze man met zyn be roemden naam niet ziende blind is geweest. De bevolking van het Vereenigd Koninkrijk is sinds het begin der 19e eeuw toegenomen op eene wijze waar van zich destijds nog geen denkbeeld kon vormen, en toch is het een feit, dat Engeland zyn gansche bevolking op ruime schaal zou kunnen voeden, wanneer niet zulk een ontznglyk deel van den grond aan de voortbrenging onttrokken was, het pachtstelsel aan merkelijk werd ingekrompen en de vor deringen der wetenschap in alles werden toegepast,. Het is trouwens een grove dwaling, om alleen te letten op het aantal monden en niet op de mensche- lyke behoeften in het algemeen. Onze behoeften zijn talrijk en nemen voort durend toe en behalve eten en drinken zijn er tallooze andere waaraan voldaan moet worden, wil de mensch zich be hoorlijk bewegen in zijn maatschappe- lijken werkkring en dien naai' eisch vervullen. "Wat men, als totaal overbodig, met meer of minder recht, weelde kan noemen, laten wij nu geheel buiten rekening. Welnu, we leerden het immers al op de schoolbanken, dat, waar elk mensCh iets, wat dan ook, aan de maatschappelijke voortbrenging toebrengt, door onderlinge ruiling in alle behoeften kan worden voorzienwei te verstaan, wanneer overigens de maatschappeiyke verhoudingen gezond zijn. Op dio wijze zyn de middelen van be staan bijna voot oneindige uitbreiding vatbaar. Voorzitter of censor? Wat in ons parlement al niet „plat" heet. De heer de Klerk gaf, in de Kamer zitting van 6 Maart, in een vertoog voor den leerplicht aan zijn medelid van Kempen een proef van de noodzakeiyk- heid van eenvoudige kennis, waarbij hij op een gegeven oogenblik zei „wat „hem (den heer v. K.) met het oog op „zyn corpulente lichaam niet aangenaam „zou zyn" De voorzitter, de heer Gleichman, viel en zwaaiden met de hoeden en zetten zich, in de herberg aangekomen, in vroolijke stemming aan het maal. Daarna begon de dans, waaraan oud en jong deel nam, en eerst zeer laat in den avond werd het jonge paar met muziek en fakkels in Optocht naar boer Merten's hoeve gebracht. Waldhauser was sedert het gebeurde op de Donderrots verdwenen. Hij had zich waarschynlijk uit de voeten ge maakt, om zijne vele schuUeischers, die zich niet langer met mooie praatjes lieten paaien, te ontloopen. Zoo daehten ten minste de menschen. Ook kwam na zyn verdwijnen aan hel licht, dat hij zich aan verduistering van geld had schuldig gemaakt en tevens, dat zyn vader zich met gewaagde speculaties had ingelaten, die allen mislukt waren, zoodat byna geen steen van zyn groote hoeve hem meer behoorde. Slechts een enkele keer vernam men later nog iets van Waldhauser. Eenige jaren na het voorgevallene troffen land verhuizers uit zijn geboortedorp hem aan in Arkansas, waar hy als jager en vallenzetter een wild, avontuuriyk leven leidde, van welke ontmoeting zy aan hunne in het vaderland achtergeblevene betrekkingen in een brief melding maak ten. Na dien tijd heeft men echter niets meer van hem vernomen. EINDE.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1900 | | pagina 1