Vrijdag 7 October De Dochter van den Mennoniet. No. 117. 36e Jaargang. 1898. B i n n e li 1 a n d. V t. I I I. I. li T O V VLISSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1. Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever: F. VAN DE VELDE Ji., Kleine Markt, I. 187. ADVERTENTIËNvan 1-4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. - Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en cliché's worden naar plaatsruimte berekend. Vcrsclijjnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Telephoonnuinmer IO Abonnemcnts-Advertcntiün op zeer voordeelige voorwaarden Grappig, maar niet afdoend. In de Tweede Kamer is mr. Troel stra door den heer Van Kempen verweten dat hij en zijne geestver- w.nten niet eens keunis hadden gegeven van hun wegblijven bij de lnliuldigiiigsfeesteo. En wat was nu het aDtwoord van den heer Troelstra „Die goeie mijnheer Vau Kempen vond het zoo onbeleefd van onze kamerleden, dat zij geen kennis hadden gegeven, Ver hinderd te zijn de inhuldiging bij te wonen. «Aan zoo iets kun-je toch merken, dat je in Holland bent, het land van de thee visites en avondkranejes. „Mijnheer, korapelment van de Koningin en of uwes plezier had om op d'r inhul diging te komme en dan verder de avond te paeseere.» „Doe f'rai de kompelment terug aan Mevrouw en dat het me erg spijt, maar dat ik onmogelijk komen kan.» 't Is erg grappig dat antwoord van mr. Troelstra, maar ook afdoende Op zulk een manier maakt zich de heer Troelstra van de quaestie af. Gemakkelijk genoeg zeker en wel geschikt om de lachers aan zijne zijde ie krijgen, maar afdoend is dit ant woord toch wei niet. Meten met twee maten. Eene lezeres van de „Avondpost' wijst in dit blad met verontwaardi ging, en naar zij zegt wordt dit gevoelen door velen gedeeld, op het feit dat op de Tentoonstelling van Vrou wenarbeid des avonds eene zooge naamde Indische waarzegster, die eigenlijk eene verkleeda Europeesche dame is, de dames tegen betalmg van zoo eü zooveel, allerlei onzin op de mouw spelde. En dat ze te doen had, bewees de groote bak met geld die zij bij zich had staan. Zij noemt het en zeker meerderen met haar, onbegrijpelijk dat dergelijke praktijken kunnen plaats hebben op eene tentoonstelling van dames die meenen zich aan de spits te mogen stellen eener vrouwen-emancipatie, en bescherming en aanmoediging vinden. En dan wijst ze er nog op dat de politie zoo streDg optreedt tegen menige stakkert van eene waarzeg ster, die hier of daar in eene volks buurt haar praktijk uitoefent en een onnoozel dieustmeisje er voor een kwartje laat inloopen om quasi te worden ingelicht over de al of niet trouweloosheid van haar Kloris. Met de volgende vragen eindigt de schrijfster „Zijn er in deze twee maten en gewichten En is het der beschaafde vrouw vergund door haar voorbeeld aan te moedigen datgene wat zij afkeurt bij de vrouw uit de volks klasse Het blijkt dus dat de zoo be schaafde dames, die de emancipatie der vrouw in haar vaandel schrijven en zoo ijveren voor haar rechten, Naar K. B e R K o W. 3.) George zweegdie gedachte was hem evenzeer tegen, als haar. Om het gesprek eene aDdere wending te geven, begon hij naar het vroegere leven van Sulamith te vragen, en vernam nu, dat zij in Noord-Amerika gewoond had en dat zij in de vreedzame ge meenschap der kwakers tot dusverre haar leven had doorgebracht. zich zeer verdienstelijk kunnen ma ken indien zij van haar hoog stand punt afdalende, den strijd willen aanbinden tegen het bijgeloof dat onder de vrouwen nog zoo welig tiert en meer verspreid is dan menig een zou denken. Verhooging van soldij. Het voornemen bestaat om de soldij der miliciens van de onbereden wapens en korpsen, zoolaDg zij niet gedurende minstens 8 maanden in werkelijkeD dienst zijn geweest, te bepalen op 10 cent per man en per dag (zijnde de soldij zooals die thans door de mili ciens bij de korpsen der infanterie ge noten wordt), doch die soldij voor hen lot 13 cent te verboogeu, zoodra zij langer dan 8 maanden onder de wapenen zijn. Vermits het niet zou aangaan om de vrijwilligers ten deze bij de miliciens te doen achterstaan, acht de minister het ook ter bevor dering van de vrijwillige werving bij het wapan, zeer noodig om voor hen de soldij vast te stellen op het bedrag zooals dat voortaan door de miliciens na 8 maanden werkelijken dienst zal worden genoten. Soldij verhooging met verleening van den titulairen graad van sergeant wordt voorgesteld, teneinde eeuige verbetering te brengen ia de vooruit zichten der korporaals van het wapen, die voldaan hebben aan de eischen van bekwaamheid voor de graden van sergeant en fourier, doch die wegens gebrek aan vacatures niet voor be vordering in aanmerkiug komen. Verder is bij deze begrooting uitjjj.gaaü vau hei. beginsel om bil de onbereden korpsen aan alle mili ciens een gelijke soldij toe te kennen en wel van 10 cents per dag gedu rende de eerste 8 maanden verblijf onder de wapenen en van 13 cents voor den volgenden diensttijd. E en- zoo aan alle miliciens van de bereden korpsen en de hospitaalsoldaten een soldij van 15 ets. per dag gedurende de eerste 8 maanden verblijf ond ;r de wapenen en van 20 ets. per dag voor deu volgenden diensttijd. Bij goedkeuring der uitgaaf zul len de soldijen bij de Marine bedragen per maandvoor een adj.-onderoffi cier ƒ70, als vast salaris; voor een serg-majoor minimum ƒ55, met éene 5 jarige verhooging vau 5, aizoo tot een maximum van 00 "oor een sergeant minumum 42, met 2 vijf jarige verhoogingen telkens van 4 tot een maximum van ƒ50; vooreen korporaal, minimum ƒ32, met 2 vijfj. verhoogingen van 3, tot een maxi mum van 38voor een matroos, minimum 27, met 2 vijfj. verhoo gingen van ƒ2, maximum van ƒ31. De sergeant-mnjoor-coucierge ontvangt, omdat hij vrije woning heeft, ƒ5 'smaands minder dan zijn graadgenoo- ten. De maximum-soldij van den serg.-amanuensis zal zijn ƒ54 na 3 vijfjarige verhoogingen van 4. Marine. Aangezien de werkkrachten aan „Na den dood mijner moeder", voegde zij er bij, „nu ongeveer vier jaar geleden, sprak mijn vader er dikwijls over, om naar Duitschland terug te keeren, hij voelde zich niet meer tehuis onder de „vrienden" en verlangde ook wel zijn broeder, oom Tobias, en tante Benigna terug te zien. Dus verkocht hij onze boerderij, en kwam met Andreas en mij naar hier, om zijn oorspronkelijk erfdeel, de kleine boerderij naast die van oom, over te nemen." „En zult gij van Duitschland gaan houden? Voelt gij u hier te huis?" „Ik ben nog niet lang genoeg hier, om er nu reeds van te houden, en dan voel ik mij ook steeds te veel op mijzelve. Oom en tante zijn goed voor mij, maar ziet gij, het leven komt mij hier zoo somber en eenzaam voor. In Amerika had ik bloedverwanten, vriendinnen en kennissen overal, en allen hielden van mij en waren wel willend voor mij. Hier ken ik nog 's Rijks werf te Amsterdam niet toe laten om naast het pantserdekschip „Utrecht" en het eerste pantserschip nog een tweede schip van het laatste type te bouwen, zal de bouw van dit schip, na bewilliging van de aan gevraagde gelden en bij bedinging van billijke prijzeu, aan de particu liere industrie worden opgedragen. Het schip zal in 1902 voor den dienst gereed kunnen zijn, in welk geval het auxiliair e kader m Oost-Indië, dat in 1902 of begin 1903 uit 5 pantser- dekschepen en 1 pautserschip zal bestaan, in 1904 twee pantserschepen zal kunnen sterk zijn. benevens 4 pautserdekschepeu. Beginselvastheid. Zaterdagavond is mr. Troelstra voor den rechter vau instructie te 's-Gra- veuhage verschenen. 'Iet bleek, dat hem wordt ten laste gelegd dat hij in de Hogerhuismeeting, voor eenige weken te Leeuwarden gehouden, den Leeuwarder officier var. justitie graaf Schimmelpenuinck beleedigd zou heb ben. De vervolging steunt op het verslag, dat het blad de „Hervormer" te Buitenpost van de vergadering gaf. Waarom mr. Troelstra zich liet beeedigen voor den iloogen Raad wordt door het «Nederl. Dagblad" verklaard, dat er in da eerste plaats op wijst dat dit in gewoon Hollandsch wil zeggen dat hij zich in den Haag als advocaat heaft gevestigd, en dan verder zegt Vooraf moest hij den volgenden eed doen, die voor alle advocaten is voorgeschreven: «Ik zwere (belove) get-".uwheid aan den «Koning, gehoorzaamheidaan de Grond- «wet, eerbied voor de rechterlijke autori- «teiten, en dat ik geece zaak zal aanraden «of verdedigen, die ik in gemoode niet «geloove rechtvaardig te zijn.» De heer mr. ïroeistra heeft dus nu vervolgt het Ned. Dagblad getrouwheid aan de Koningin gezworen, wat hij bij de Inhuldiging weigerde. Bijna op het zelfde oogenblik dat hij, door eene lange redevoering in de Tweede Kamer, zijn gedrag bij de Inhuldiging tracht te ver dedigen, logenstraft hij zich zelf zoo volkomen als het maar mogelijk is. Hij zweert bovendien getrouwheid aan de Grondwet, die hij bij de Inhuldiging openlijk en opzettelijk heeft geschonden, eu eerbied voor de rechterlijke autoriteiten die hij, evenals alle socialisten, als klasae- justitie aanduidt eu die hij, in zake de gebr. Hogerhuis, steeds in verdenking tracht te brengen. Wij kunnen ons een dergelijk gedrag moeilijk verklaren. Eene vergelijking. Do Zwolsche dokter Pijnappel wa9 onlangs in Schotland en verhaalt daarover in 't „Ilbl." „In Ayr, een stadje van 22,000 zielen, zag ik op een gewonen Zaterdagavond, zonder dat er iets bijzonders was, 47 dronken lui, onder wie 12 vrouwen, in het politiebureau in cellen opgeslo ten. Zij moesten daar blijven tot Maandag, om dan door den politie rechter te worden gevonnisd. Dat was het gewone slot van de week. En hier In al de vijf dagen van het feest, van 5 tot 9 September, zijn er in Amster- niemand, en tante Benigna meent, dat dit ook niet noodig iseen meisje moet haar geluk zoeken in strenge plichtsvervulling en niet in ijdele genietingen der wereld!" „Arm kind", zei George, met mede lijden de ontluikende roos aanziende, die uit eene zonnige omgeving in een zoo vreemde, koude atmosfeer was overgeplant. „Heb maar geduld ook in Duitschland zult gij velen vinden, die u hartelijk liefhebben." Hij vatte opnieuw hare beide handen, terwijl zijne oogen de here zochten en vonden, om zich met eeue sprekende uitdrukking in de raadselachtigheid er van te verdiepen. «Denkt gij werkelijk, dat men mij zal liefhebben vroeg zij naïef, „het komt mij voor, dat de menschen hier heel anders zijn, dan bij ons. Maar nu", voegde zij er met bekoorlijke lieftalligheid aan toe, „kent gij mijn geheelen levensloop; nu moet gij mij ook van u zelf vertellen." dam, met ?ijn half millioen inwoners en duizenden vreemdelingen, maar 68 man wegens dronkenschap naar de politie-bureaux vervoerd. Ieder heeft kunnen opmerken, dat er zoo weinig dronkenschap te zien was, maar ik vond het wel merkwaardig om tegen over dat cijfer uit Schotland ons cijfer eens te kunnen zetten, en ik stel net zeer op prijs dat men mij daartoe van uit het hoofdbureau heeft in staat gesteld." We gelooven wel, zegt de N. U. Ct., dat dit de slotsom is; er waren in de Septemberdagen inderdaad weinig dronken lui op straat. Maar de rede neering is toch niet geheel zuiver, te Ayr zal meu vermoedelijk des Zaterdags al de dronkaards opbergen, wat in een stadje met 22,000 zielen licht kan, en te Amsterdam, met 5UO.OOO men- scheu, kan oen ze hebben laten loopen. We zouden echter iets anders uit Ayr wi.'len leeren, ul. het stelsel om eerst gedurende den Zondag de dronke lappen van de straat te houden en dan subiet Maaudag met hen af te rekenen. Dat is zeker een goede methode. Wijnaccijns. De firma Ferwerda en Tieman heeft eenige „beschouwingen en feiten" verzameld, om aan te toonen dat het gebruik van wijn in ons land afneemt en dat van bier daarentegen ver meerdert. In 1897 werden 1000 okshoofden wijn minder gedronken dan in 1896. Naar aanleiding van de voorgestelde verhooging van den wijnaccijns vau 20 tot f 25 per hectoliter zegt de firma o.a. „'t Is alsof het echte druivensap door middel van accijnsheffing voor goed uit Nederland moet worden verbannen en alle deuren voor ver- valsching wagenwijd moeten worden geopend." In het kort komen de heeren Fer werda en Tieman tot deze conclusie „Wijn (waarvan het verbruik steeds achteruitgaat in Nederland) is veel te hoog en bier (waarvan het ver bruik steeds toeneemt) is veel te laag belast. „Men slachte de wijn-kip niet die de kleine, doch gouden eitjes legde Men belaste de tallooze eitjes van de bierkip, welke eitjes nu met min der dan koper zijn belast, voortaan met een alliage van koper met wat zilver 1" Atjeh. Aan de N. R. Ct. werd gisteren het volgeude gemeld De troepenmacht van overste Van der Dussen landde «p den Sden bij Lagen en Gioempang, waar Toekoe Oemar,Mohamad Lagen en Bin Merdoe zich ophouden. Het Hdbl. ontving het volgende bericht «Bij het landen van marechaussees te Rigae sloeg een boot om. Zes manschappen beneden den rang van officier verdronken, negentien geweren gingen verloren". Het „Hdbl." teekent daarbij aan „Van mijzelf kan ik u helaas niets belangrijks mededeelen, niet meer althans, dan wat ieder dorpeling van zijn toekomstigen landheer weet. Mijn leven bracht ik ten deele door hier op onze bezittiDg, ten deele in het kadettenkorps, waar ik werd opgeleid, en dan de laatste jaren in verschil lende garnizoenen, zooals dat het lot van een soldaat is." „Zijt gij soldaat vroeg het meisje, op een toon, alsof haar dit ongevallig was. „Zeker, vindt gij dat zoo erg?" »Ik weet het niet. Mij werd steeds geleerd, dat oorlog het afschuwelijkste is, wat op aarde bestaat." „En een krijgsman dus ook vroeg George schertsend. „En dat alle soldaten wreed, onbarm hartig en bloeddorstig zijn. „Zonder uitzondering?" vroeg de baron lachend. „Ik ook, Salumith Het meisje kreeg een kleur. „Neen, neen", zei zij zacht en verlegen.^ Gij Rigaa ligt op de Westkust. De marechaus sees waren vermoedelijk gezonden tot ver sterking van de kolonne, die sinds eenige weken in die streek ageert. Blijkens een telegram van den Gou verneur-Generaal van Nederlandsch- Ind van 2 dezer, wordt de gouver- nements koffioogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 99,000 pikols. Prins Friedrich von Wied, de 26- jarige oudste zoon van prinses Marie, zal den 26n dezer in het huwelijk treden met prinses Pauline van Wur- temberg. Iu den laatsten tijd zegt 't „Vad", hadden er in Duitschland geruchten geloopen, dat de verloving was ver- broken en de prins bestemd om prins gemaal in Nederland te worden. Zou hier ook aan een verwarring van personen te denkeu zijn? Prins Friedrich heeft een 22jarigen broeder Wilhelm. De najaars-examens van den Na- tioualen Bond van handels- en kantoor bedienden in Nederland zullen plaats heb'oeü te Amsterdam, in het „Gebouw van den Werkenden Stand", Klove niersburgwal, op 19 en 20 dezer, des morgens te 9 uur. Aanmelding tot uiterlijk i2 October bij den heer W. C. de Graaff, 2e Jan Steenstraat 107, te Amsterdam. Het bestuur van de „Vereeniging tot bestrijding van knoeierijen in den Boter- en Kaashandel# heeft zich in een adr'-s tot den minister van binn. zaken gewend, met het verzoek maat regelen te nemen tot spoedige wijziging eeD verscherping der wet van 23 Juni 1889, bekend onder den naam van „de boterwet." Men verzoekt ons het volgende op te nemen Te Utrecht zal 1 November a.s., in het Gebouw van Kunsten en Wetenschappen,door de Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie een samenkomst gehouden worden, waar tal van genoodigden uit alle deelen des lands verwacht worden. Doel dezer bijeenkomst is eeu begin van uitvoe ring te geven aan nieuwe plannen ter voorkoming en bestrijding der prostitutie, ook in verband met de aanhangige wetsontwerpen op het onderzoek naar het vaderschap, de bescherming van minderjarigen, enz. Zooals bekend is, beweegt de Veree niging zich niet op godsdienstig of politiek terrein. Allen die met hare beginselen instemmen, zijn welkom. Bewijzen van toegang en nadere inlichtingen zijn kosteloos verkrijgbaar bij den heer G. Velthüysen Jr., Van Oldenbarneveldtkade 18, Amsterdam. Amsterdam's handel gaat achteruit, In 1897 bedroeg het aantal zee schepen dat de haven bezochten 371 in 1898 336. De inhoud verminderde niet, gij niet, maar zie, het regent niet meer, laat ons tiaar huis gaan." „Ik vind het heeiemaal overbodig, dat gij vandaag alweer gaat wandelen", zei tante Benigna eenige dagen later tot hare nicht. „Sinds gij hier zijt, loopt gij er dagelijks uren achtereen uit en deed beter er eeDs aan te den ken, hoe gij u nuttig kunt maken. Hier, ga liever bij mij zitten en help mij deze doeken voor mijne zieken zoomen Met neergeslagen oogen naderde Sulamith hare tante. „Het is zulk een mooie dag", zeide zij vleiend «en ik ben zoo graag in het bosch." „Juist daarom, kind", was het droge antwoord, „gij gewent u er te veel aan, om alleen voor uw genoegen te leven, in plaats ysu u aan ernstige plichten te wijden. Men kan niet vroeg genoeg leeren, zijne lusten aan den Heer ten offer te brengen."

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1898 | | pagina 1