HET GEHEIM »00N, AARSNIA. Woensdag 8 Juni. RECHTER. K prima iNo. 65. 36e Jaargang. 1898 PCTs. Middelburg, icnsdag 8 Juni, DEEREN. M.) Maatschappij van li ssing en laUliolijlE te a ISO Ver. mwestraat. i at, Kleine Markt. iSCaSfc&S. nm 3 *25 en 6 20c) 3 55 6 50 1 l 55b) en 4 50 2 15b)» 510 3 25 G 20c)g) 3 45 6 40 g) 10 40 ar Breflkens hoog* Borssele en Ter 7 U 6 5 6 46 5 24 6 7 7 15 7 52 8 86 9 10 9 25 952 107 8 4 7 30 8 5 7 39 7 81 *8 51 d*9 56 MO 18 10 81 10 40 10 57 #U 1 jelaud over Vlia- voor België ea 8 10 88 2 18 10 28 1 25 Ï0 11 40 3 10 ]2 U 22 8 50 ,811238 4 J3 112 55 4 30 4 08,62® 4 28 40 25 i 4') 6 57 607 725 810 826 8 43 yMSSINSSCIE COURANT. Prijs per drie maanden 1. Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever: F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. ADVERTENTIËNvan 1-4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. - Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfdo advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en cliché's worden naar plaatsruimte berekend. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Telephoonnummer ÏO Abonnenients-Adyertentiiin op zeer voordeelige voorwaarden. Gemeentebestuur. SCHUTTERIJ. Loting voor de Schutterij De Burgemeester en Wethouders van Vlissingen maken hii deze aan belanghebbenden bekend dat de alphabetische naamlijsten van de inge- chrevenen voor de schutterij ter inzage voor L iegelijk zullen liggen op het raadhuis dezer «meente van Maandag den 13 tot Vrij- daa den 17 Juni e.k. des voormiddags van 10 tot 11 ure. ten e^n<^e 'iec*er staafc zou ziJn in geval hem eenige personen of omstandig heden mochten bekend zijn, die op dezelve nog zouden behooren te worden aangeteekend, of daarvan moeten worden weggelaten, zulks aan bet bestuur kennelijk te maken dat de loting voor de Schutterij tusschen de ingeschrevenen van dit jaar zal plaats hebben onaer toezicht eener commissie uit het bestuur, ten raadhuize dezer gemeente op Zaterdag 18 Juni 1898, des voormiddags te 9 ure precies, wordende de belanghebbenden bij deze gelast zich ter plaatse en op dato vermeld te laten vindon, teneinde aldaar voor den dienst der Schutterij te loten of zulks door behoorlijke bij de gedachte commissie bekende gemachtigden te laten doen, zullende voor hen die persoonlijk afwezig mochten blijven en zich niet op voren staande wijze hebben doen vertegenwoordigen, door een der leden van de commissie worden dat dadelijk na den afloop der loting op voor schreven wijze, een naloting zal plaats hebben ten behoeve van diegenen, die tot de loting verplicht zijnde, buiten hun toedoen niet onder dezelve mochten zijn begrepen geworden, alsmede ten behoeve dergenen die ofschoon in andere gemeenten reeds geloot hebbende, «edert de laatst voorgaande inschrijving in de gemeente zijn komen inwonen, en der vreemdelingen die sedert de inschrijving in de termen der wet zijn gevallen, om als ingezetenen te worden aangemerkt en dat eindelijk voor de belanghebbende per sonen bij de loting de gelegenheid zal worden opengesteld om de redenen van vrijstelling, waarop sommigen aanspraak zouden mogen maken, ter kennis van de genoemde commissie te bren gen, met aanduiding van het artikel der wet en het onderdeel van dien waarop zij hunne reclame h°bben gegrond. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 16 Juni 1898. De Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, O. J. BISSCHOP. Binnenland. Katholieke bladen over de aanne ming van het dienstplicht ontwerp. llet„Ceutrura," orga&u van dr.Schaep- maD, zegt daarover het volgende Ontegenzeglijk heeft de Regeering voor •en groot deel haar succes te danken aan de gematigdheid, waarmede zij is opge treden. Door de verleende ontheffingen wiet zij ook wat pleit voor haar door zicht den juisten toon te treffen, die past in een land als het onae. Het hoofd bezwaar der katholieken tegen den per soonlijken dienstplicht was altijd gelegen in de vrees, dat men ook de aanstaande priesters en kloosterlingen zou dwingen tot kazerne-dienet. De droevige ervaring in Frankrijk opgedaan, mocht voor ons te recht een ernstige waarschuwing heeten. Maar gelukkig, er waait ten onzent een andere wind dan in de groote republiek. De Nederlandsche natie zal nooit dulden wat daar ginds zoolang reeds straffeloos is geschied. De Regeering heelt dit be grepen en onomwonden erkend, dat de wet haar nationaal karakter missen zou, wannoer de vrijstellingen ontbraken. En al juicheD wij niet over de aanne ming van het ontwerp, vooral niet omdat F l'HL 1 O IV. VAN DEN «•Tuist daarom koopt Schorn de machines," viel een ander, een grond bezitter, Mosic genaamd, in, „hij haat ,e arme Slavische arbeiders en zou Zich wel geheel onafhankelijk van ien willen maken. Hij weet wel, dat een groot deel onzer beste lieden egen hem is, zij willen niet bij den "uitscher werken." «Waar of hij het geld voor die deze wet moet dienen als inleiding tot een legerorganisatie, welke vermoedelijk zware offers zal eischen, het verheugt ons toch, dat de exceptioneels positie onzer geestelijken en aanstaande geestelijken thans krachtiger dan tot dusverre in de wetgeving zal worden gesanctionneerd. Wij meenen daarom niet te overdrijven, wan neer wij verklaren, dat daarmede voor zeer vele katholieken in den lande de af schaffing der plaatsvervanging haar scher pen kant heeft verloren». Het (katholieke) „lluisgez'n" be treurt ook de houding door dr. Schaepman tegenover de wet tot iuvoeriog van den persoonlijken dienst plicht ingenomen, die volgens het blad geheel in strijd is met deu inhoud zijner op deu Meidag te Utrecht uitgesproken rede, waarin hij deze verklaring aflegde „Wij willen eene christelijke meer derheid, maar i prijs willen wij daarvoor niet betalen de opheffing van de plaatsvervanging. r Mocht een ministerie dit voorstel len, dan, wij verklaren het allen zonder uitzondering, dan zou zonder verdere waarschuwing het Kabinet ons vertrouwen geheel en al verbeurd hebben. „Dit s'aat vast, onwrikbaar vast, dat een Regeering, hoe voortreffelijk, hoe edel, hoe christelijk ook, die tot invoering van den persoonlijken of algemeenen dienstplicht een voorstel zou doen, onmiddellijk, onvoorwaar delijk, voor eens en voor goed, het vertrouwen van ons allen verloren zal hebben en op onzen steun niet meer heeft te rekenen." Het Sociaal Weekblad" de wijze betreurende waarop dr. Schaepman rekenschap uitbracht van de door hem uitgebrachte stem voor het wetsont werp op deu militairen dienstplicht, zegt dat dr. Schaepman hier mijlen ver van fierheid was verwijderd. »En ver verwijderd van zijn gewone schanderheid bovendien. Dat iemand, ofschoon voorstander van persoonlijkeu dienstplicht.niettemin er tegen zou hebben gestemd, indien verdwenen waren ontheffingen, waaraan hij allea-over- wegende waarde hechtte dat ware te begrijpen geweest. Maar dat de man, die zich niet over tuigd verklaart van de wenschelijkheid of noodzakelijkheid van persoonlijken dienst plicht, nochtans daaraan zijn stem geeft, omdat de bedoelde ontheffingen bestendigd blijven kom, waarde doctor, dat kunt gij aan kinderen wijs makeD, maar niet aan volwassen mensohen, zelfs niet aan zoo goed geloovige, als Katholieken ver moedelijk geneigd zijn tegenover u zich te betoonen. Of hijzelf achteraf, bij herlezing van zijn verklaring, niet vindt, dat het maar beter ware geweest, 't zij tegen art. 1 en tegen de wet te stemmen, 't zij een zoo weinig gelukkige verontschuldiging achter wege te laten De duimschroeven worden dus zooals blijkt uit deze aanhalingen en uit wat andere bladen hem toe voegden, dr. Schaepman zoo scherp aangelegd, dat hij moeielijk kan Da- laten te antwoorden. dure machines vandaan haalt, de oog sten zijn de laatste jaren niet zoo ge weest, dat een landbouwer geld kan overleggen.,, „Misschien heeft hij crediet," meende de notaris Dietrich. „Daar denkt hij niet aan," merkte de koopman Meyer op, „ik heb hem dikwerf genoeg crediet aangeboden, doch hij heeft het nooit aangenomen, „wat ik niet contant kan koopen, koop ik niet. Ik wil mij niet in schul den steken," heeft hij mij dikwijls geantwoord." „Dat behoeft hij ook niet. Hij is altijd zuinig geweest en heeft geld genoeg," zeide de koopman Weber. „Hij heeft toch den laatsten tijd veel geld uitgegeven. Hij heeft twee prachtige paarden gekocht, die hij niet noodig had die beide bruinen, die hij den Jood Iszigsohn voor een spotgeld gelaten heeft, waren nog goed genoeg. Hij gooit thans het geld met handen Jubileum Postzegels. Het Dagblad zou willen dat ter ter gelegenheid van de inhuldiging der Koningin, jubileum-postzegels wer den uitgegeven. „Dergelijke postzegels zegt het blad zijn toch welsprekende boden, die tot in afgelegen deelen van de wereld verkondigen, hetgeen op een gegeven tijdstip het meest hoofd en en hart van een volk bezig houdt. En tevens heeft een dergelijke uitgifte haar praktische zijde: van de millioenen postzegels, die bij een dergelijke ge legenheid worden uitgegeven, komen slechts zeer weinigen in werkelijk gebruik door postzegeihandelaren en verzamelaars in alle oorden der wereld worden zij onmiddellijk opgekocht, en de opbrengst hiervan is dus zuivere winst voor de schatkist". De iiHaagsche Courant" voegt er het volgende bij: „Daargelaten nog, dat de uitvoering van zulke zegels mooi moet zijn en dus de tijd te kort zou wezen, om het denkbeeld nog uit te voeren, geeft bet „'lagbl." zelf in 't bovenstaande de reden aau, waarom meer en meer in de Postunie verzet ontstaat tegen zulke speculatietjes in liefhebberij zegels, die als we ons niet vergis sen de Duiteche postadministratie zelfs al niet meer erkent. Het zijn inderdaad slechts uitgifteD ter verrij king van verzamelingen (waarin ze bovendien door de ernstige philatelisten maar noode worden geduld) eu men komt meer en meer tot de erkenning, dat meD zulke speculatietjes, vreemd aan de taak var- den postdienst, moet overlaten aan noodlijdende staatjes." Opbrengen van dronken lui. De schrijver van de brieven uit de Residentie van het N. v. d. D. maakt de volgende opmerking in dit blad sMaandag zag ik een dronken kerel op brengen. Eenige agenten aleepten hem naar «het beroo.» Dat ia niets vreemds vooral op Christelijke feestdagen, al doen de agen ten, vrij verklaarbaar, meestal anderhalf oog dichtwant anders zouden er, vrees ik, geen agenten genoeg zijn op znlk een Chriatelijken feestdag. En dat ze hem sleepten, is ook al natuurlijk. "Wat kan een agent andera doen met een dronken kerel, die niet loopen kan of wil Zoolang men hier het stelsel niet invoert, dat in New-York (naar 'k meen) in toepassing is, waar de agent aan een brandschel telephoneert, waarna er een politiewagen komt om den arrestant op te nemen, zal men hem wel altijd naar «het beroo» moeten sleepen. Maar er deed zich een Vraag aan mij op: met welk recht neemt men een dron ken persoon in verzekerde bewaring Vecht hij of vernielt hij eens anders eigen dom, dan is dat een reden. Maar ook iemand, die gewoon dronken op straat wordt aangetroffen, wordt opgebracht en in het hok gezet, al doet hij niets. Is dat wei in de orde Zeker, preventief is het vaak nuttig maar al wat nuttig is, is nog niet geoorloofd. De strafwet bedreigt boete tegen de overtreding van openbare dron kenschap. Dus moet er worden geverbali seerd. Maar is «opbrengen» en een nacht vol het raam uit. De menschen fluis teren de dwaasste geschiedenissen, ja zij beginnen zelfs al luider te praten en binnenkort zal ieder die praatjes, herhalen. Opmerkelijk is het dat Schorn juist nu zooveel geld heeft vóór den moord op den ouden Pol. lenz had hij niets 1" Een diep stilzwijgen volgde op die laatste opmerkiDg van den grondbe zitter Mosic. Men zag in den gehee- len kring slechts verstoorde gezichten. Die ongehoorde, indirecte beschul diging, welke in die woorden lag, maakte op het geheele gezelschap een pijnlijken indruk. De adjunct was de eerste, die het stilzwijgen verbrak den aanklager duister aanziende, zeide bij op flinken toon „Hoe durft ge het wageu, mijnheer Mosic, een dergelijke vreeselijke be schuldiging tegen een afwezende uit te spreken 1 Ik zal haar aan den heer Schorn overbrengen, opdat hij re kenschap van u zal kunnen vor- opeluiten eigenlijk wel accoord met da bevoegdheden der openbare macht Zou een jurist dien twijfel niet eens wil len opheffen Koel en kalm beschouwen. Mr. Troelstra, het socialistisch Ka merlid, heeft in Frascati te Amster dam, in eene lezing over het koningschap in Nederland, zijne geestverwanten aangeraden bij de in- huldigingsfeesten een houding aan te nemen van koel en kalm beschouwen. Zou dit wel kunnen zijn als men in die feesten eeu bron van groote ergernis vindt Atjeh. Het i) ildbld." meldt dat de preten dent-sultan zich te kampong Langga en Polim te Padang Tidji bevindt. Het telegram van dit blad noemt onze verliezen 10 gesneuvelden en 19 gewonden, allen beneden den rang van officier. Zondag ontving de „N. R. Ct." het bericht dat van Selimoen uit eene troepenmacht Polim en Toekoe Moeda Soleiman in de VII Moekims Polim vervolgde. Garoet, waarvan in het Regeerings- telegram sprake, is, zal waarschijnlijk dezelfde kampong zijn, waarin onze troepen roeds ééns in Mei 1878, een Dacht hebben gebivouakeerd, nadat zij ten koste van een 60 tal dooden en gewonden was genomeD. De tocht daarheen geschiedde toen naar aan leiding van het verbranden van de controleurswoning te Segli en het insluiien en beschieten van die ver sterking. Het is te bejammeren, dat de vijand niet heeft stand gehouden. Zijn doel zal waarschijnlijk zijn, ons zoo ver mogelijk het binnenland in te lokken en ons daar aanhoudend te bestoken en af te raatten. Gisteren kwam het volgende bericht omtrent Pedir Toekoe Oemar gevlucht naar Tjot Moeroeng aan de zuidelijke grens van het gebied van Toekoe Bintara Tjoetn- boek. Voor-eergisteren eene bende nabij Goendoel en vrij talrijke bendeü, die de bivaks te Garoet en Aree beschoten, verdreveD. Vijand leed veel verliezen. Onzerzijds een militair beneden den rang van officier licht gewond. Het „H.bld." spreekt van een aanval op een transport onder leiding van luitenant van Bakel, die den vijand terugdreef, welke daarbij vele ver liezen aan dooden en gewonden leed. Wij leden geene verliezen. Het bivak bij Garoet had een aanval te ver- dureD, waarop onze troepen een uitval deden en 16 vijanden doodden en vele wapenen buit maakten. Van onze zijde werd éen man licht gewond. Den 5en Juni is te Segli een hevig gevecht op de heuvelen waargenomen. Spoorwegen. Tusschen de S. S. Mij. en den Etat- Belge is overeengekomen, dat de be staande locale tarieven van den Grand deren 1* De heer Mosic was doodsbleek ge worden. „Ik smeek u, mijnheer de adjunct," zeide hij met bevende stem, „ge hebt mij geheel verkeerd begrepen. Ik wil volstrekt geen beschuldiging tegen mijnheer Schorn uitspreken, ik heb alleen gezegd wat de menschen praten. Ik geloof er natuurlijk niets vaD, doch ik kan er niets aan doen, als de menschen zoo iets be weren." De districtsrechter had tot dusverre met geen enkel woord aau het ge sprek deelgenomen hij had zwijgend de eene maat wijn na de andere ge dronken, thans echter wendde hij zich tot den adjunct en sprak op een eigenaardigen toon, terwijl hij mij daarbij beteekenisvol aankeek „Gij oordeelt wel wat voorbarig en te scherp, mijnheer de adjunct. Gij moest bedenken, dat de stem des volks is de stem Gods 1" Central Beige voor het verkeer tusschen hare stations in Nederland eenerzijds en de Belgische stations anderzijds ook na de overname op 1 Juli a. s. voorloopig zullen blijven bestaan. Naar men veroeemt, zal de proef, genomen met de afgifte van kilome- terboekjes 3e klasse van 5000 kilo meters tegen een lageren vrachtprijs dan die van vijf boekjes van 1000 kilometers, behoudens de goedkeuring van den minister van Waterstaat, door betrokken Nederlandsche spoorweg maatschappijen ook gedurende het tweede semester dezes jaars worden voortgezet Onze Koninginnen ziin Zaterdag met gevolg in het hotel Rigikulm aangekomen. Zij bevinden zich in goeden welstand. Zij zouden denzelf den dag naar Brunnen vertrekken. Onder het opschrift„De Holland- sche naam op Architectonisch gebied gehandhaafd," gaf de Wereldkroniek o. m. het portret van onzen voormaligen stadgenoot, den heer J. J. van Wuijckhuise, thans architect te Rotterdam, omdat door den gemeen teraad van Triest het door den heer Aut. J. Sanders, te 's Gravenhage en hem ingeleverde project voor den bouw van een krankzinninenge-ticht is aangekocht. (Z.Dbl.) De rijkscommissie voor de examens ter verkrijging van een diploma als machinist aan boord van koopvaar dijschepen zal, van 28 dezer, 's mor gens half tien af, zitting houden in het Nutsgebouw te Amsterdam. Zie St.Ct. no. 130. De „N. R. Ct." meldt dat de bouw van een bottervaartuig ten dienste van ons loodswezen is opgedragen aan den scheepstimmerman J. Bos te Delfstra- huizen (Schoterland) en noemt he} eigenaardig, dat de bouw van dit zeevaartuig geschiedt in een klein Friesch dorpje, niet aan zee gelegen. De heer Bos moet een specialiteit zijn in het maken van bottervaartuigeD. Vlissingen, 7 Juni. Het eerste solisten-concert, Zondag avond in het Grand Hotel gegeven, mag als een goed begin worden geacht van die, welke ons nog gedu rende het badseizoen te wachten staan. De drie optredenden mej, Marcella de Vries (mezzo sopraan), en de heeren Jacques Hofsteede (violoncel) en Ary Beliufante (piano) hebben door huDne talenten het talrijke publiek een ge notvollen avond verschaft. Al dadelijk was de uitvoering eener sonate van Beethoven, waarbij piano en violoncel medewerkten, als eene uit lokkende iutroductie tot dit concert te beschouwen. Daarop liet zich mej. Marcella de Vries hooren in de be kende aria uit Samson en Dalila, van „Met verlof, heer rechter," riep de dokter woedend, „in dit geval is dit onzinnige nietswaardige geklets des duivels stem. Geen verstandig man moest het napraten of verdedigen!" „Dat zeg ik ook, het is een laffe, nietswaardige beschuldiging 1" riep de kapitein, en de burgemeester knikte hem goedkeurend toe. „Franz is wel een ruwe, trotsche man, doch door en door een man van eer en niet in staat een gemeene daad te ple gen." „Bovendien," voegde de dokter er bij, „behoort er maar een klein beetje gezond verstand bij, om in te zien, dat hij de misdaad nooit gepleegd kan hebben 1 Al was hij de grootste schurk, dien men van een misdaad zou kunnen verdenken, dan zou hem, wat dezen moord aangaat, nooit eenige verdenking kunnen treffen." «Inderdaad,» zeide de rechter spot tend, „ik ben werkelijk nieuwsgierig te vernemen, waarom juist Franz

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1898 | | pagina 1