ren, Edelman en Misdadiger. ZOON Liddelburg. HELD. ïotscta Hervormer, Maandag- 11 Januari. Os Zoon van den Goltiiioof ïoe hel roede spook verdwijn!. f 3.75 - 2. f 0,50 f 0,35 - 0,60 - 0,45 CHEN. mv. Patrimonium No. 5. 35e Jaargang. 1897. §^-» - 4H Bij te Cooraut BERICHT. mstbode mstbode )ienstbode nstbode. K. slechts 20 cents Be Anima met öe KariionkelsteeDen FEUJLLËT i) N. Binnenland. IK EN DE .liuLIIJB i )ladefabriek IBEVELING en word VERKOCHT. filritt Auerkousjes H Kousjes is verschenen en wordt op itzegels franco toegezonden IJK. laatjes. *25. UK- a 30 cent, eer VLISSINGSCBE COMAAT. Prijs per drie maanden 1. Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever: F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt, I. 187. V;i ADVERTENTIËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en cliché's worden naar plaatsruimte berekend. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Telephoonnummer XO. Abonnemcnts-Advertentiën op zeer voordeelige voorwaarden. voor de A bonnSs en Medelezers op ons blad, of zij die zich daarop wenschen te abonneeren. mevr. KALBFLEISCH ian eene res J. MAANDAG, Bad- ELLE, Nieuvrstr., verlangt half Februari. N MUNSTER, Badhuis aagt terstond eene nette OPULAIRE MUZIEK Muziekstukken, allen aalsch Volkslied en Kreuzfidele Küpfer- ied. uberflöte. iss m. Duitschen tekst. Wellen. Imina-Wals. re Marsch en Stoom. 5 „De Braziliaanschen" ontvangt er bij cadeau illustratie's. oekhandelaar gerstraat, Utrecht. Wij stellen thans de gelegenheid open om voor den geringen prijs van een boeicnd geschreven roman in eigendom te krijgen. Men heeft keur uit twee, n.l. groot 158 pag., gedrukt in 2 kolom men groot formaat) of en twee andere Novellen. (Samen groot 143 pag., eveneens in 2 kolommen gedrukt en groot formaat.) Abonné's of Medelezers, die een van beide of de beide Romans verlangen, ge lieven de BON op 4e pag. uit te knippen en duidelijk ingevuld aan ons bureau in te zendeu. Zij, die de courant per post ont vangen, zenden de ingevulde Bon met 27'/2 cents aan postzegels) aan DEN UITGEVER. ii. Wanneer de Oranjebond van orde bij het streven naar haar doel, zich alleen op zedelijk terrein bewoog, wanneer zij zich niets anders voor stelde dan het aankweeken van een beteren geest, dan zou men met grond kunnen beweren, dat de behartiging van de zedelijke belaDgen van het volk reeds in goede handen, en haar bestaan du? wellicht eene over tolligheid is. Nu zij zich zoowel op stof felijk als op onstoffelijk gebied wenscht te bewegeD, kan men het slechts toe juichen, dat zij die zedelijke belangen vooropstelt want dat er zeer velen gevonden worden, die, opgaande in het eigen belang, zich in het minst niet van hunne maatschappelijke ver plichtingen bewust zijn, dit is maar al te waar. En niet minder waar is het, dat de mensch slechts een deel is van het groote geheel, niets uit zich zelf en, wht hij is, slechts door de gemeenschap. Het levenslot van den eenen mensch heeft altijd voor een zeer klein, meestal onnaspeurlijk klein deel, invloed op dat van den ander. Naar het Duitsch. 81) „Of gij ons deze diensten nog thans wilt bewijzen, staat aan u," antwoordde de oude heer «het voorgevallene spijt mij zeer, doch nu valt er ook niet meer aan te veranderen. Aan de overige mededeelingen van von Bremen zou ik geen bijzondere waarde hechten, indien maar de brieven waren aange komen.» „Ook dat zal, naar ik hoop, zich ophelderenik zal alles in het werk stellen, om de waarheid te ontdekken, en ik zeg u nogmaalsvóór alles Het roode spook der revolutie zou onbestaanbaar wezen in eene maat schappij, waarin ieder zooveel kon bezitten als noodig is om zich volmaakt gelukkig te gevoeleD, en waarin hij vau dat bezit een geheel onbeperkt gebruik zou kunnen maken. Maar het spreekt toch van zelf dat zulk eene maatschappij ondenkbaar is. In de he. staande zullen er altijd velen gevonden worden die iets missen, hetzij dan door eigen schuld of niet; de hartstocht der wangunst wordt hierdoor opgewekt, het gemis wordt althans gevoeld en nu, dit gemis minder te doen gevoelen, het is de taak van eiken mensch, die zich van zijne waarde als mensch bewust ie; en dat er zoo velen zijn, die dit niet inzien, ziehier de groote vloek der samenleving. Dit ongeveer is de gedachtengang, waarvan de bond bij haar zedelijk doel uitgaat. Men ziet het, de schuld van den treurigen maatschappelijkeu toe stand wordt hiergeenszins bij uitsluiting op hen geworpen die tot de arbeiden de, tot de nietbezitteude klassen worden gerekend. Wel wordt, en naar onze meening terecht, ook hier gewezen op de ontzaglijke verantwoording, die de sociaal-democratische volksleiders door hunne handelingen en geschriften op zich laden. Niet bij allen trouwens onderstelt de schrijver kwade trouw, maar wel gebrek aan kennis en dweep zucht. „Het troebele water— zegt de schrijver niet zonuer eenige bitterheid brengt er velen aan den kost.Een nare broodwinning, dat zal wel waar zijn, maar, een onuitputtelijke broodwinning ook. De pachters van dat vischwater verstaan de kunst om te zorgen dat de bron niet opdroogt. Als de water stand beneden AP. is, vullen zij de bron aan." En wat verder „Er zijn vele van die monsters, vele van die pachtershaaien, die liever hebben dat een ziel verloren gaat dan dat een ziel behouden wordt, dis liever slechte aandoeningen en slechte begeerten in het menscheukind opwekken dan ver hevene, en in hun binnenste juichen over de onvolmaaktheid der samenle ving, die zij met woord en schrift zeggen te betreuren en te bekampen". Ja, er staan in dat kleine boekje merkwaardige woorden en er worden tamelijk harde noten in te kraken gegeven. Maar men gevoelt onder het lezen maar al te goed, dat hier de mond der waarheid aan het spreken is, die het om waarheid te doen is en daarom volkomen eerlijk en on partijdig zegt wat in het. hart opwelde. Ja, 't is maar al te waar, dat het niet alleen arme ontevredenen zijn, die de schare uitmaken, zittende aan de voe moet bewezen zijn, of de brieven in derdaad werden verzonden. Gij wildet heden met de bezichtiging der kerken een aanvang maken. Ik stel een tocht op den Pincio voor wij keeren door het Corso terug en dan verder naar bet. kapitool, Colosseum en Lateraan. Von Steinfels schudde het hoofd. „Ida is heden niet goed geluimd," antwoordde hij, „zij heeft reeds den wensch geuit, dezen dag tot rustdag te bestemmen. Wij zullen dus wachten tot morgen mij komt deze rustdag ook juist van pas, daar verscheidene brieven moeten beantwoord worden." «Wilt ge heden in het geheel niet uitgaan f» vroeg de baron koel. „In Rome mag men geen minuut verloren laten gaaneen geheel jaar is niet toereikend „Op één dag meer of minder komt het bij mij niet aan viel da oude heer hem in de rede «heden wil ik mijn zaken vereffenen, dan kan ik mij verder onbezorgd aan het kunst ten der predikers van het beginsel der omwenteling. Er zijn ook wel- meenende, ontwikkelde mannen en vrouwen, die meegaan met de sociaal democratie, wanneer hare leiders als geleerden optreden en een toekom- stigen heilstoestand prediken, waarin de staatszorg alles omvatten en alles onder hare vleugelen zal nemen. Met onmiskenbare juistheid wordt gewezen op het helaas weinig ge kende onderscheid tusscben de sociaal-democratie en het socialisme (lieverde sociale wetenschap). Ter wijl de eerste het streven vertegen woordigt om, desnoods door geweld en omkeering van het bestaande, eene volksregeeriug te wettigen en de be moeiingen van den staat tot het ge- heele maatschappelijke leven uit te strekken, zoodat de staat van alles meester is, alles beheert en alles ver deelt, is het de sociale wetenschap, die, op de orde gegrondvest, eene vaste regeering, met eerbiediging der bestaande instellingen, als den grond slag van het gezonde maatschappelijk samenzijn beschouwt, die vrije en zelfstandige ontwikkeling tot welvaart wenscht door onderlinge samenwer king en door ouderling hulpbetoon, en die den staat daarbij alleen beschouwt als eene helpende en voorlichtende kracht. Dit ouderscheid behoort vooral dui delijk in het licht te worden gesteld, waar zoo veieu woornen boorëu be zigen en zelf ook bezigen waarvan de zin hun duister is. Eene maatschappij op duurzame grondslagen gevestigd, waarin ieder de onderlinge afhankelijk heid, het plichtmatige van de naasten liefde erkent, waarin de zwakkeren geene vrees behoeven te gevoelen voor de zelfzucht der sterkeren, de meer gegoeden niet voor de wangunst der minderen, maar de scherpe kanten van alles worden weggenomen door eene harmonische samenwerking, die uit de tegenwoordige te doen ge boren worden, dit is het ideaal van den bond. En die harmonische samenwerking moet niet steunen op het staatsgezag, niet bij de wet zijn voorgeschreven, maar opwellen uit het hart, voort vloeien uit het besef der noodzake lijkheid om te breken met het treu rige stelsel van «ieder voor zich al leen. Een verheven ideaal, voorwaar doch, naar het ons voorkomt, daar om geen hersenschim, als dat streven gepaard gaat met praktisch handelen. De bond van orde is geen „prediker in de lucht", waar hij ons de schoone woorden toeroept: „Leert de weelde genot overgeven." „Zooals gij wilt!» «Wilt ge mij dezen avond afhalen Eene wandeling zou ik toch gaarne doen." „Ik zal hier zijn." Met eene lichte buiging ging de baron heenmaar toen hij de deur achter zich gesloten had, verdween de glimlach van zijne lippen, om plaats te maken voor een onheilspellend gebaar. Zonder zijn eigen kamer te betreden, verliet hij het hötel, en zijne oogen glinsterden, toen zijn blik op Luigi viel, die aan den hoek der Via Condotti op hem gewacht scheen te hebben. Op het oogeubiik toen hij 't hótel wilde verlaten, kwam de brievenbe steller de baron keerde met hem in de portiersknmer terug, om zich te overtuigen, of en welke brieven waren aangekomen. Slechts één brief werd hem ter hand gesteld, aan hem geadresseerd, van van het zich geven, het gevaar van genotzucht, den prikkel der sociale inspanning kennen, leert ook uwe medemenschen kennen, hun behoefte begrijpen, hun nooden peileü, hun harten tot u trekken, en leert de teekenen der tijden verstaan!» Het omvangrijke afdeelingsverslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot regeling der financieeie verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten is verschenen. Tegen den vorm werd door sommige leden de bedenking geopperd, dat de gecompliceerde bepalingen omtrent de uitkeeringen onnoodig zijn en men eenvoudiger kon bepalen, dat jaarlijks aan elke gemeente per inwoner zou worden uitgekeerd het bedrag, iu eene bij de wet te voegen tabel vermeld. Maar anderzijds vond men de regelen van berekening aanbevelenswaardiger, in het belang der stabiliteit. Een aantal leden waren echter in beginsel tegen de voorgestelde rege ling, op grond dat het stelsel van blijvende subsidies in strijd is met dat der gemeentelijke autonomie verscheidene leden gaven de voorkeur aan overneming van de verschillende takken van dienst door den Staat, zooals politie, schutterij, instellingen van H. en M. O. en, volgens eenigen, ook die van L. O. Verder werd betoogd, dat de rege ling geen rekening houdt met de draagkracht der gemeente; er zijner, die zonder bezwaar in eigen uitgaven kunnen voorzien en toch eene uit- keering zullen ontvangen, en andere veel minder dan zij behoeven. Voorts werd betoogd, dat, behalve de bevolking, ook de uitgestrektheid der gemeente als maatstaf diende in aanmerking te komen. Het voorstel-Bahlman tot wijziging van art. 36 der schutterijwet heeft in de afdeelingen der Kamer geen gun stig onthaal gevonden. Velen achtten het ontijdig, met het oog op de door de regeering aangekondigde nadere regeling der gemeente-financiën en ga ven dus den voorsteller den raad zijn voorstel in te trekken. Sommige leden het betwijfelsnde of de schutterij door hervorming ooit aan zijne bestemming zal kunnen beantwoorden, stelden voor haar af te schaffen. Anderen achtten het billijk dat, zoolaDg de schutte rijen bestaan, de uitgaven door de ge meenten gedaan, ook door het rijk worden vergoed. Daar kwamen weder anderen tegen op, die meenden dat ook de gemeenten moeten bijdragen, daar de schutterijen vaak dienen om de openbare orde te handhaven. Door sommige leden werd de billijkheid erkend om schadevergoeding te geven aan hen, die door het verplichte bij wonen der schutterijoefeningen schade lijden in hun beurs. Anderen meen den echter dat deze quaestie moest Bom. Duistere wolken schenen op zijn voorhoofd zich saam te pakken de smalle lippen persten zich op elkander, en een loodkleurig waas trok over zijne wangen. Bom verweet hem in scherpe be woordingen, dat hij mededeelingen over hem verstrekt had, die beleedi- gend voor hem waren indien hij beweerde te weten, wie het kistje van mevrouw Blote te Luzern gesto len had, dan moest hij ruiterlijk zijn meening zeggen, maar geen toespelin gen maken, die zijn vriend in een onaangenaam daglicht stelden. Hij eischte, dat de baron al de boosaardige aanwijzingen onverwijld herriep. Allengs giDg er een licht voor hem op. Von Bremen had den draad dezer intrige gesponnen, om Bom tegen zijn vriend op te hitsen en langs dien weg de geheimen uit te vorschen. Bom had aan de lastertaal geloof ge slagen, en mogelijk zich reeds nu tot uitgesteld worden tot het wettelijk regelen der strijdkrachten aan de orde is. Het blijkt dus uit deze verklaringen dat de schutterij-quaestie in deze Ka mer hoofdzakelijk als geldquaeslie behandeld en aan reorganisatie niet gedacht werd. Zij zal dezen arbeid, want eene reorganisatie der schutterij is met recht ten arbeid te noemen, waarschijnlijk liefst aan haar opvolg ster overlaten. Met het oog op de meer en meer veldwinnende aaudrang naar bescher mende maatregelen voor landbouw en nijverheid, is door eenige onzer laud- genooten, overtuigd van het schade lijke van dit drijven, eene vereeniging opgericht „Het Vrije Ruilverkeer", waarvan het bestuur bestaat uit de heeren N. G. Pierson, J. D'Auluis de Bourouill, M. Mees, C. A. Verrijn Stuart, Herman Snijders, J. L. F. Gro- neman, U. G. Schilthuis Jzu. De vereeniging zal haar doel trach ten te bereiken door het doen houden van voordrachten, alsmede door het bevorderen van de uitgave en het verbreiden van geschriften. Men kan lid worden voor eeu jaarlijkscbe bij drage van éen gulden of meer. De vereenigintr is gevestigd te 's Gra- venhagede vergaderingen kunnen echter ook elders gehouden worden. Met een econoom als Pierson aan het hoofd, kan men zeker zijn dat de strijd tegen de beschermende rechten degelijk zal gevoerd worden. Door de redactie van het „Week blad voo' Wet en Reeht" ie een open brief aan de Tweede Kamer gericht in zake het overlijden van den heer D. W. Kievits, in het gesticht te Meerenberg. Daarin wordt verzocht lo. het lijk te doen opgraven en het door den broeder van den overledene te doen erkennen2o. het door een commissie van doctoren in tegenwoor digheid van de pers te doen onder zoeken 3o. te gelasten dat hij het onderzoek geen Latijn, doch zuiver Nederlandsch gesproken worde, opdat het door de getuigen goed kan wor den verstaan. Te Amsterdam werd dezer dagen eene vergadering belegd door de volkskiesvereemging „De Unie", tot welke de bestuursleden van alle vak verenigingen aldaar uitgenoodigd wa ren met het doel om te komen tot eene van alle partijen onafhankelijke werk lieden-organisatie. met het oog op de aanstaande verkiezingen. Het resul taat van die uituoodiging was zeer ontmoedigend, daar geen enkel bestuur van al de vakvereenigingen, die Am sterdam telt, aanwezig was. Overigens bleek dat ook onder de werklieden zeiven geen belangstelling in het groote kiezingswerk aanwezig is, want, niettegenstaande de vergade ring kosteloos was toegankelijk ge steld, waren slechts een twintigtal op gekomen. Den verslaggever der „N. bekentenissen laten verleiden, die den wreker van graaf Fallersleben een verpletterend wapen leverden. De baron zag nu het gevaar, dat hem bedreigde, in geheel zijn omvang alleen schielijk handelen kon het af wenden en het welslagen van zijn plan verzekeren. Wanneer Born, getergd en verbit terd, zich verleiden liet, al hetgeen te Luzern was voorgevallen, te ont hullenwanneer hij de waarheid zij ner onthullingen door uitlevering van den valschen dobbelsteen bekrachtigde, dan lag het voor de hand, dat von Bremen naar Rome zou komen, om persoonlijk de aanklacht in te stellen en met bewijzen te staven. «Wachtte de baron tot dit geschiedde, dan had hij het spel voor altijd ver loren onbeschaamde logentaal ware dan niet meer toereikend om de aan klacht te ontzenuwen en te weerleg gen. Had hij voor eenige uren nog gedraald, thans was zijn besluit on-

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1897 | | pagina 1