Edelman es Misdadiger. De Zoon van den Calei De Armhand met den KarbankelsteEü No. 152. Vrijdag 25 December 1890. 34ste Jaargang. Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel' BERICHT. Gemeentebestuur. FËU1LLËT O X. Gemeente raad. VLISS!\CiS(iSË COURANT B U K E A I Kleine Markt I N°. 187. (Telephoonnummer 10.) Prijs per drie maanden 1.Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bjj alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. U1TGEVE&: T- VAN DE VELDE Jr. te Vlieaingen PK1JS IJEli ADVERTENTIËN Van 1 tot 4 regels ƒ0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Eenig Agent voor Frankrijk de firma O. Co., te Parijs. L. DAUBE Verschijnt Ulnsdag-, Itonderdag en Zaterdng-avond. Abonnementen voor België, Duitaohland, land en Frankrijk f 1.65 per drie maanden. Enge ÏÏ%Ës§T~ Uithoofde van het Kerst- feest, zal a.s. Zaterdag geen nummer -van dit blad verschijnen. voor de Abmnê's en Medelezers op ons blcid, of zij die zich daarop wen- schen te abonneeren. Wij stellen thans de gelegenheid open om voor den geringen prijs van slechts 20 cents een boeiend geschreven v o m a n in eigendom te krijgen. Men heeft keur uit twee, n.l. (groot 158 pag., gedrukt in 2 kolommen groot formaat) of en twee andere Novellen. (Samen groot 143 pag., eveneens in 2 kolom men gedrukt en groot formaat.) Abonné's of Medelezers, die een van beiden of beide Romans verlangen, gelieve de BON op de 4e pag. uit te knippen en duidelijk ingevuld aan ons bureau in te zenden. Zij, die de courant per post ontvangen, zenden de ingevulde Bon met 277a cents (in postzegels) aan DEN Ü1TÖEVER. Tweede oproeping ter inschrijving voor de Na tionale Militie. De Burgemeester en Wethouders van Vlissingeu maken bekend dat het register tot inschrijving van alle mannelijke in gezetenen, die op den eersten Januari a.s hun 19e jaar zullen zijn ingetreden, derhalve zij die in 1878 zijn ge boren. zal gereed liggen ter gemeente-secretarie, vau den eersten tot en met den 81 Januari 1897, van des voormiddags 9 tot des namiddags 3 uren, met uitzonde ring van den Zondag; dat voor ingezetene wordt gehouden lo hij wiens vader, of is deze overleden, wiens moeder of zijn beide overleden, wieus voogd ingezetene is, vol gens de Wet van den 18 Juli 1850 [Staatsblad no. 44] 2t> hij, die geen ouders of voogd hebbeude. gedurende de laatste achttien maanden, voorafgaande aan den !co Januari van het jaar, waarin hij zich rr.oet laten inschrij ven, in Nederland verblijf hield >o hij van wiens ouders de ilangstleveude ingezetene was al is zijn voogd geen ingezetene, mits hij binnen het rijk verblijf houdt Maar het Duitsch. 75) En gelukkig moest dit huwelijk inder daad zijnzelfs een scherp en ervaren waarnemer zou dit niet betwijfeld hebben, indien het hem vergund ware geweest, een blik op het echtpaar te werpen, dat in des dokters kabinet eene ernstige beraadslaging scheen te houden. De oude man, in wiens vaal en mager gezicht zich schraap- en hebzucht spiegel den, had het vergrijsde hoofd op den arm gesteund en aanschouwde met zijn groote, doordringende oogen onafgewend zijne wederhelft, die hem mededeelingen van dat niet voor ingezetene wordt gehouden de vreemdeling behoorende tot een staat waar de Nederlander niet aan den verplichten krijgsdienst is onderworpen of waar ten aanzien der dienstplichtigheid, het beginsel van weder- keerigheid is aangenomen. [Art i5 der wet van 19 Aug i 86 Staatsblad no 72] dat hij die eerst na het intreden van zijn 19e jaar doch vóór het volbrengen van zijn 20e ingezeteue wordt, ver plicht is zich zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te ge^en bij Burgemeester en Wethouders der gemeente waar de inschrijving volgens art 16 moet geschieden [Art. *0 der wet] dat voor de militie niet wordt ingeschreven lo de iu een vreemd rijk achtergebleven zoon van een ingezetene die geen Nederlander is 2o. de in een vreemd rijk verblijfhoudende ouderlooze zoon van eeu vreemdeling, al is ziju voogd ingezetene 3o de zoon van den Nederlander die ter zake van 's lands dienst in 's rijks overzeesche bezittii gen of koloniën woont [Art 17 der wet]; dat de inschrijving gesch edt lo. van een ongehuwde iu de gemeeute, waar de vader, of is deze overleden, de moeder, of Z'jn beide overleden' de voogd woont 2o vun een gehuwde en van een weduwnaar in de ge meente waar hij woont 8o van hem. die geen vader, moeder of voogd heeft, of door dezen is achtergelateu of wiens voogd buiten 'slands gevestigd is, in de gemeeBte waar hij woont 4o. van den buiten 's lands wonende zoon van een Ne derlander, die ter z«ke van 's lands dienst in een vreemd land woont, in de gemeente waar ziju vader of voogd het laatst in Nederland gewoond heeft. [Art. 16 der wet] dat ieder die volgens art 15 behoort te worden inge schreven, verplicht is zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders ter boveu aangegeven plaats eu binuen den daar bepaalden tijd aau te geven eu dat bij dieus ouge- steldheid afwezigheid of ontstentenis ziju vader, of is deze overleden, ziju moeder, of zijn beiden overledeu. zijn voogd lot het doen vau die aangifte verplicht is [Art 18 der wet] Belanghebbenden worden mitsdien dringend aangernaaud aan de op hen rustende verplichting te voldoen en wordt hun teu overvloede onder de aandacht ge bracht dat bij bovengenoemde wet onder meer is bepaald dat met boete vau *5.tot IOU wordt gestraft de overtreding van art. 18, en dat bij elke veroordeeling tot eeue boete tevens door den rtchter wordt bepaald, dat indien daarin niet is voldaan binnen twee maanden nadat de veroordeelde tot betaling is anngemaaud, de boete door gevangenisstraf van teu hoogste tien maanden zal worden vervangen [Art, 183 en 188 der wet] En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 24 December 1896. De Burg. en Weth voornoemd. TUTElN NOLTHEN 11JS. De Secretaris. 6. J BISSCHOP. BBANBWEER. Verwisseling piket. De Opperbrandmeester te Vlissingen, gelet op art 444, laatste gedeelte van de algemeene verordening van politie in deze gemeente brengt ter kennis van de manschappen van spuit G, dat die spuit van af 1 Januari tot ul timo Juni 1897 met het piket is belast Vlissingen, 23 Dec. 1896. De Opperbrandm. voorn. J. G. GEIJSEN. De Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Vlissingen, brengt ter .algemeene kennis, dat het kantoor het uiterste gewicht scheen gedaan te hebben. «Dat was het dus, bella mia vroeg hij als uit een droom ontwakende. „Hij maakte aanspraak op de rechten van een echtgenoot, zonder diens plichten in acht te nemen «Ja, en nu weet gij waarom ik hem haat," antwoordde Manuela, de bovenlip krullende„ik heb, zoolang ik leef, nim mer een man veroorloofd, dit van mij te eischen, en wie dit niettemin deed, dien wordt het nimmer vergeven.» „Maar de zaak, mijn duifje «Wees onbezorgd; de zaak zal onder dien haat niet lijdenik zal beiden weten te vereeDigen «De zaak gaat voor alles I* «Voorzeker; en dit zooveel te meekom- dat het een schitterende affaire zal zijn," zeide Manuela. „Wanneer ik eerst maar wist, wat hij beoogtof hij het meisje dan wel haar vader «Natuurlijk haar vader," viel de dokter haar haastig in de rede, «het meisje wil van den Burgerlijken Stand op Zaterdag den 26 December 1896, (tweeden Kerstdag) zal geopend zijn van des voormiddags 10 tot 11 uur, tot het doen van aangifte van geboorten en over lijden. Vlissingen, 24 Dec. 1896. De ambtenaar voornoemd, Th. VAN UIJE PIETERSE. BEKENDMAKING. Veiligheidswet. De Burgemeester van Vlissingen, gezien de circulaire van den heer Commissaris der Koningin in de provincie Zeeland van den 18 December 1896, A. no. 2693, 3e afdeeling; gelet op het kon. besluit van den 4 December 1896 (Staatsblad no. 216) maakt bekend dat de wet van 20 Juli 1895 (Staatsblad no. 137), houdende jbepalingen tot het beveiligen bij het verblijven in fabrieken en werkplaatsen, op den 1 Januari 1897 in werking treedt, eu dat de modellen der kennisgevingen, bedoeld in art. 12 en van de opgaven, bedoeld in de artt. 13 en 27 dier wet, ter gemeentesecretarie bureau bevolking, ter inzage nedergelegd en aidaar tegen betaling der kosten verkrijgbaar zijn. Vlissingen, 23 Dec. 1896. De Burgem. voornoemd, TÜTEIN NOLTHENIÜS. Zitting van Woensdag 23 Dec. 1896. Voorzitter de heer Tutein Nolthenius. Afwezig de heeren van Raalte en Chevalier. De Voorzitter wenscht den heer van der Beke Callenfels geluk in staat te zijn deze vergadering bij te wonen en wenscht hem tot het bijwonen der zittingen eene voortdu rende gezondheid toe, waarmede de raad in stemt. De notulen der vorige zitting worden gele zen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede de verkregen goedkeuring van Ged. Staten op de laatste raadsbesluiten, betreffende den verkoop van gemeentegrond, de onderhandsche verhuring van gemeente-eigendommen, het verieenen eener toelage aan het hoofd van school G., de regeling der jaarwedde voor een tijdelijk assistent-leeraar aan de Burgeravondschool, de 6e wijziging der begrooting 1896, het beschik ken over den post van onvoorziene uitgaven dienst 1896, de verleende subsidiën aan het Alg. armbestuur, het Gasthuis en het Burger Weeshuls en de gemeenterekening over 1895; wijders eene kennisgave van mej. J. J. Andriesse, te Ierseke, dat zij hare benoeming tot onderwijzeres aan school D. alhier aan neemt, en een dat de kas en de boeken van den gemeenteontvanger zijn opgenomen en in orde bevonden. Al deze mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen. hij immers huwen I" „Hij wil dat zeker, maar zij wil niet." „Hm wij moeten dit afwachten, bella miamij is het onverschillig, wanneer hij slechts mijn voorwaarden vervult en met het goud niet al te karig is.» »En wat schreef Luigi uit Venetie?" „Zij moeten gisteren of heden hier zijn aangekomen mij verwondert het, dat hij nog niet hier is geweest." De oude man was opgestaan hij trad aan het venster en zag naar buiten op de poort, die over het venster lag." »In Venetië heeft hij niets noemenswaar digs meer ontdekt," vervolgde hij na eene pauze„de heeren hebben alle beziens waardigheden in oogenschouw genomen, gondeltochten en uitstapjes gemaakt, eD Luigi heeft niets bemerkt, waaruit hij tweedracht kon ontwaren." „De vonk glimt dus nog onder de asch," zeide Manuela. „Zijt gij daar zoo zeker van Er kon wellicht niet eens een vonk voorhanden zijn." «Dan zou hij mij waarlijk niet zooveel Worden overgelegd een adres van het bestuur der Vereeniging van Nederlandsche steenfabrikanten, houdende verzoek, om, in afwachting van de nadere regeling der algemeene voorwaarden door de hooge regeering, bii mogelijke geschillen uit aannemingen van werken voortspruitende, op de wijze als dit bij het departement van Marine geschiedt, arbritage toe te passen en deze bepaling in de bestekken op te nemen. De commissie voor de fabricage adviseert dit adres voor notificatie aan te nemen. Alzoo wordt besloten. een adres van een 32tal ingezetenen dezer gemeente, die hunne werkzaamheden geheel of ten deele uitoefenen in het atelier der Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoor wegen, gelegen aan het kanaal door Walche ren, waarvan de toegangsweg is het Oostelijk jaagpad langs dit kanaal, houdende mededee- ling, dat deze toegangsweg nog steeds zonder kunstverlichting is, en de uren waarop zij en hunne huisgenooten zich op dezen weg heb ben te bewegen voornamelijk is des winters, in de meeste gevallen tusschen zonsondergang en zonsopgang, met beleefd verzoek den be doelden weg van af de Keersluis tot aan den ingang van genoemd atelier te willen doen verlichten, zij het dan ook slechts met een v(jf of zestal gaslantaarns. Adressanten meenen gegronde hoop te mogen koesteren hun in deze ter wille te zijn, te meer daar de gasleiding langs bedoelden weg ligt en van voldoende capaciteit is, zoo dat de aanlegkosten zich dus zouden bepalen tot de lantaarnpalen De Voorzitter stelt voor dit adres ter af doening te stellen in handen van B. en Weth. De heer Bakker beveelt dit adre3 ten zeer ste in de overweging van Burg. en Weth. aan. Hij wijst er op, dat een zeer groot aan tal ambtenaren van den bedoelden weg ge bruik maken en dat die meestal 's nachts last hebben en ongelukken kunnen bekomen wegens gebrek aan behoorlijke verlichting aldaar. De Voorzitter geeft toe, dat de verlichting daar ter plaatse veel te wenschen overlaat, doch meent, dat de verlichting van bedoelden weg niet door de gemeente, maar vanwege de Maatsch. tot expl van Staatsspoorwegen of het Rijk moet geschieden. Na nog gewezen te hebben op de kosten aan die verlichting ver bonden, wordt overeenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten. een adres van den Belgischen zeeloods A. J. Pykevet, houdende verzoek gebruik te mogen maken van een stukje grond, ter grootte van pl.m. 4 Ma, ter plaatsing van een regenbak bij zijne woning in de Breewater- straat D 139, tegen eene vergoeding, welke wenschelijk worden geacht. gezegd hebben von Felsen is voorzichtig «Hij houdt u voor zijne vriendin." „En ik heb niets gedaan, om hem dit geloof te ontnemen," zeide Manuela. „Zag hij geen hinderpalen op zijn weg en had hij mijn hulp niet noodig, om deze uit den weg te ruimen, dan zou hij mij den rug toegekeerd en de oude vriendschap niet weder hernieuwd hebben. Ik ken den baron te nauwkeurig, Quiseppohij laat niemand in zijne zaken,(zien wanneer.de om standigheden hem niet daartoe dwingen.» „En wanneer hij niet komt?» «Dan zal ik hem dwingen." „Kunt gij dit?" „Hij heeft mij zooveel geopenbaard «Niets gewichtigs, bella mia, niets waar door men hem kan vatten.» „Niets?" vroeg Manuela, in wier som bere oogen het bliksemde„heeft hij Luigi niet tot een sluipmoord gehuurd „Kunt gij het bewijzen „Luigi kan het." Ongeloovig schudde de dokter het hoofd en trad aan zijne schrijftafelin gepeins

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1896 | | pagina 1