VLISSIMiSClIË COURANT. m mi ONSCHULD. KOLEN, Huishoudster. rmoisje. Indermeisje ikenmeid, r-Schelde. No. 78. Maandag 8 Juli 1895. 33st„ Jaargang. FEUILLETON. emmer, te verkrijgen Broodbakkerij. verder gebruik. LER, Nieuwstraat. Holland8che Volle, tuk. Nieuwe Zoute- Scharren, niet zout l'OOItTElt. 10, Vlissingen, aanvoer van En. Duitsche HAARD. benevensANTHRA- voor Vulkachels |A UT EERT: O SOUCHOW Skin K°thbb "g. dw oir A itisferdnxij r te V lis sing en bij A. 'lstr. 1G6; J. Wink, v. d. Hoeve, Groote Joost de Moorstr.; nstraat. )ij J. J. Ponzb JzDi de Wed. M. K. v. d. Iriksweg, M. 7ia. len de 16 jaar. Adres: alstraat. A A G D n, salaris aanvankelijk 1 b i o u. 4 N I» I K N t» T. en Middelburg v rvui 4 50 (alleen arkt: 8.—, 9.30. II.-, li,# 6.55. 8.10, iO.I5. 2.45, 4.1.1. 5.56, 7 tj._9.lt Naar Zeilmarkt VlittinjC. rkdopcn.) 6 80, 8 45, lo.ll 6.-. 7.6(1, 9.20, 10,20. 11.-, 5. 2,05, 8,35, 5,05,7.—. 8.35. Unvcudlcust 6.20. 7,—J-***, 8.» 10.20, 10 40. Tl.—I'® 2.—. 2.20. 2.40. 8.- 3.® 5.50, 6.40, 7.20. 7 8it' 6.10, 6.40. 7.20, 8.-, 8.10. 10.30. 10.60. 11.10, II .60, 2.10, 2.80. 2.50, L ..20. 6.40, 6.-. 6.60 »5. im 8 80 cn 6 20 idi 4 en 6Ö srko Tm 8 40 9 10 r Hoofdplaat nm. 1.90 BrcskoDB p 2.20 Vliaoingen 2.50 Dinsdag en Vrijdag 7 II.,» II 45 urn «HO 7 80 nm 12 05 3 60 7 4!. vin 10 10 ,190 1 8 10 80 'O »CI reskeiis-Ter ^Dlf' g voor vier BUREAU: Kleine Markt I N°. 187. (Telephoonnummer 10.) Prijs per drie maanden 1.Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. UITGEVER: F. VAN DE VELDE Jr. te Vliesingen. PltlJS DER ADVERTENTIËN Van 1 tot 4 regels? 0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Eenig Agent voor Frankrijk de firma Q-, L. DAÏÏBE Co., te Parijs. Verschijnt Dingdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnementen voor België, Duitsohland, Enge land en Frankrijk f 1.05 per drie maauden HUT VKAAGTEEKEN bij het kiesrechtontwerp van Houten. Zal de naaste toekomst ons brengen onder o nieuw kiesrecht Die vraag stelden wij in ons vorig num- er, en we voegden er tevens de opmer king" aan toe »Eén blik in bet kiesontwerp, dat voor is ligt, en dat ons weldra zal bezighou den, is voldoende om ons de overtuiging Ie geven, dat een groot vraagteeken hier zijn plaats is. Het is onze bedoeling niet, den geheelen inhoud van het nieuwe ontwerp te schetsen. Van tijd tot tijd wordt daarover in ons blad iets medegedeeld, waarvan de kennis voor onze lezers voldoende zal zijn, waar zij met belangstelling willen volgen den groo- ten strijd, dien de eerstvolgende maanden ons zullen brengen. Eene eenvoudige beschouwing, in ver- ind met den staatkundigen toestand, over de hoofdpunten van het ontwerp, is even wel op hare plaats. Ons gevoelen daarom trent te kennen te geven en de kansen vóór en tegen na te gaan, dit wenschen wij nu in enkele opstellen te doen. Van groot gewicht is hierbij natuurlijk de beantwoording der vraag, op welke gronden het ontwerp van den Minister Tak van Poortvliet eigenlijk gevallen is. Het is, na een hopeloos verward debat, gevallen ten gevolge van een amendement, waardoor het ontwerp feitelijk onthoofd werd. Bij ons staat het vast dat het, niet door den minister teruggenomen, toch, na een eindeloos debat, door de Tweede kamer in ieder geval door de Eerste Kamer zou zijn verworpen geworden. De hoofdgrief tegen het voorstel was ongetwijfeld deze, dat het niet genoeg rustte op de beginselen, door de grondwet esteld. De grondwet wil, dat de ontwerper er kieswet een stelsel zal aannemen, waarin zij alleen tot het stemrecht worden geroepen, die voldoen aan zekere door de wet te bepalen kenteekenen van geschikt heid en maatschappelijken welstand, 11.) Hjj ging aan zjjn schrijftafel zitten, nam Papier en na een paar minuten peinzens schreef hij den volgenden brief //Geachte Heer! i ik heden genoodzaakt, niet als uw toadsman, maar als een verzoeker bij u aan le kloppen, ik vlei mij bij voorbaat, dat ge ""ju wensch wilt vervullen, ofschoon die yoor ons verkeer in zaken niet van belang In uw bankiershuis is een jonkman werk- Ma®, in wiens vooruitkomen ik veel belang !te'i doch waarvan hij geheel onkundig ®°et blijven. Het is mij gelukt, voor hem schoone betrekking te vinden bij een Üroot Indisch handelskantoor, doch het is ""J niet mogen gelukken, hem tot het aan een van die betrekking over te halen. aar ik deze weigering aan jeugdig onver- fland meen te moeten toeschrijven, zoo vind Welke die kenteekenen zullen zijn, laat de grondwet evenwel geheel in het midden, en nu oordeelde de minister Tak, die van meening was, dat men het kiesrecht zoo ruim mogelijk moet toekennen en daartoe geen overgang noodig is, en wiens stelsel men het beperkt algemeen stemrecht zou kunnen noemen, dat als kenteeken van geschiktheid kon gesteld worden het af leggen van de zoogenaamde schrijfproef, en als kenteeken van welstand het feit, dat men niet bedeeld wordt. Dit laatste is in de Tweede kamer liet ontwerp als de voornaamste grief aange rekend,* en zeker is bet, dat de grondwet wèl volkomen vrijheid laat in hare bewoor dingen, maar dat uit de geschiedenis der grondwetsherziening van 1887 vrij wel blijkt, dat de ontwerper dier herziening wel degelijk gedacht heeft aan den zooge- naamdeu censusen zich dus heeft voorge steld, dat de nieuwe kieswet de betaling van belasting als eisch zou stellen, al mocht dit dan ook niet de eenige eisch zijn. Nu moge het er weinig toe doen, wat de ontwerper der grondwet zich heeft voor gesteld, het bezwaar verkrijgt toch veel meer gewicht, wanneer men bedenkt dat de grondwetgever moeilijk kan hebben ge dacht aan zoogenaamde negatieve kenmerken. Hij heeft hoogstwaarschijnlijk het oog gehad op een positief kenmerkdat wil zeggen men moet in zijn gedacktengang kiezer wezen, niet omdat men iets niet is, maar juist omdat men iets wel is. Niet bedeeld zijn, dat is maar een negatief kenmerk, men heeft er geen hoüvast aau. Maar al is het grondwettig bezwaar, bij de beoordeeling van het ontwerp Tak, de zichtbare aanleiding geweest om het te doen vallen, de onzichtbare of niet uitgesproken aanleiding was deze, dat men geen be perkt algemeen stemrecht wilde, dat het ontwerp den sprong veel te groot nam. Een getal van acht honderd duizend kiezers op eenmaal, want dit was de berekening, zou ook in anderen vorm de goedkeuring der gebeele wetgevende vergadering wel nimmer verworven hebben. Wanneer men dus de kansen van het nieuwe ontwerp van dit standpunt uit met eenige waarschijnlijkheid wil berekenen, dan is het zeer natuurlijk, dat men in de eerste plaats wil nagaan, welk toch het feitelijk gevolg van de nieuwe kieswet ik geen beteren uitweg dan hem zijn tegen woordige betrekking te doen verliezen. Ik zou bet daarom als een bijzondere welwil lendheid jegens mij opnemen, wanneer ge den jongen Lund uit uw dienst wildet ont slaan eD zijn getuigschrift zóó stellen, dat hij moeielijk weer in Eugeland een betrek king kan vinden. Ge zoudt het vooruitko men van den jonkman zeer bevorderen en mij oneindig verplichten. Ik verzoek u ook geen aanstoot te nemen aan de geheime behandeling dezer zaak, enge kunt n ver zekerd houden, dat ik tot wederdienst be reid zal zijn. Met hoogachting blijf ik, Uw dienstwillige dienaar, CARRINGSHLIFF." Hij las den brief nog eens over, deed hem in een enveloppe, adresseerde hem aan den heer G. C. Mattson, te Londen, en liet hem door een bediende dadelijk weg brengen. Men moet zijn goede vrienden niet ver geten," mompelde Carringshliff, terwijl een duivelsche lach om zijn mond speelde. //Wij zullen eens zien of dit middeltje helpt, om hem den moed te benemen, zich in mijn zaken te mengen en mij in den weg te treden. Ik heb wel andere leeuwen getemd als jou, mijn kereltje wezen zou, met betrekking tot het aantal. Merkwaardigerwijze heeft de minister van Houten, in de memorie van toelichting op het wetsontwerp, erkend dat hij een greep in het duister doet- Hij noemt de raming van het aaiual kiezers beslist onmogelijk, en zegt: «Het aantal mannen, aangeslagen in de vermogensbelasting, bedraagt 55,807, in de bedrijfsbelasting 205,785, in de per- soneele belasting waren over 18891890 aangeslagen 561.469 mannen en in de grondbelasting over 1890 408,234 tot een bedrag van minstens 1.De iu vloed der voorgestelde wet op het personeel is niet met juistheid te berekeuen, vooral, omdat de aanslag naar de huurwaarde voortaan zooveel mogelijk op de werkelijke huurprijzen zal steunen en de volgens de beslaande kohieren bekende geschatte huur waarde dus niet tot groudslag eener bere kening kan dienen. Ook zullen de zelfstan dige aanslagen vermeerderen door de ge wijzigde regeling voor bet geval, dat een perceel door meerderen wordt bewoond en onder dezen ook de eigenaar of eerste huurder behoort." Naar onze meening evenwel is de Minister iu zijne verklaring, dat er geen kans op berekening bestaat, wel wat al te beschei den geweest, en liet komt ons dan ook voor, dat het feit, dat geen enkel middel van berekening bestaat, waar wij ons •mochten bevinden op Je banken der volks vertegenwoordiging, ons er vaD zou terug houden om de wet te helpen tot stand te doen komen. Slechts dit ééne is zeker, dat volgens het ontwerp Tak van Poortvliet de raming veel gemakkelijker was. Wij willen echter beproeven onze inzichten omtrent de beste wijze van berekening bloot te leggen, maar moeten er dan aan herin neren dat het ontwerp onderscheidene ken teekenen van welstand bevat en dat deze alle moeten worden in aanmerking genomen, om te trachten zoo goed mogelijk te doen wat de Minister voor onmogelijk verklaart. Binnenland. liet Haagsche Dagblad beeft ook notitie genomen van den strijd, die er thans in de antirevolutionaire gelederen heerscht. Het blad heeft de scheiding van den aanvang af als onontwijkbaar beschouwd, nu dr. Lord Norman was intusscben in zijn equipage gestapt en had den koetsier be volen hem naar huis te breugen. Hij was nog geheel van streek door hetgeen tus- schen hem en Carringshliff was voorge vallen. Zijn vurige wensch was vervuld, de bandeu, die hem aan den advocaat ver bonden, waren geslaakt, maar niet door zijn eigen toedoen j de advocaat had hem er toe gedwongen. Was het eigenlijk nu wel een scheiding te noemen Nu de ad vocaat ook het meisje verlangde, beteekende zijn eisch van de helft niets meer; hij wilde alles hebben. Zij zou de belooning zijn voor een geheime daad, die geen van beiden bij den waren naam durfde noemen, een daad, waarvan zij kennis droeg, waaraan zij had medegewerkt door de rol te ver vullen, die haar was aangewezen. Hij zag geen uitweg, vooral niet al* hij aan den haat dacht, die haar tegeu Car ringshliff bezielde. Dit was hem echter duidelijkgeeu van de beide eischen van den advocaat kon ingewilligd worden. Wil ligde men zijn eischen in, dan kocht men zijn stilzwijgen, maar dan was ziju eigen val onvermijdelijk. Er moest een uitweg gevonden worden, maar boe Te vergeefs martelde hij zijn hersens met de beant woording van deze vraag. Kuyper zich halstarrig op zijn standpunt blijft plaatsen en de anti-revolutie bezigt als middel om een nieuwe- de sociale revolutie te helpen voorbereiden. Na dit complimentje aan dr. Ivuyper ge maakt te hebben, gaat het blad voort met de bewering dat het onpartijdig lezen van mr. Groen's meesterwerk Ongeloof enUevo- lutie tot eene andere opvatting zal leiden,tot een geheel andere opvatting dan dr. Kuyper nu verdedigt. Mr. Groen wordt zelfs bij de conservatieven geannexeerd, bij wie hij zich,niettegenstaande zijne tbeoriën over bet conservatisme, in de praktijk schaarde. Geen welgezinde zal trouwens ontkennen dat er niet veel raak punten zijn tusschen het conservatisme en de antirevolutionaire staatsleer van Groen van Prinsterer. Waar de schrijver zich op dat standpunt plaatst, laat hem de vraag koud of mr. de Savorniu Lohmau, of welk ander lid der anti rev. droite ook, zich wil gehouden hebben niet van conservatieven huize te ziju. Er kan ook een gehechtheid zijn aan een politieken geooortenaam. Voor het Dag blad is het overigens genoeg dat uit het antir. kamp stemmen opgaan tegen het democratisch drijven van dr. Kuyper. Niet over namen moet gestreden worden, maar over beginselen. Eu of nu de droite conservatief wil heeten, of wel of zij zich niet van conservatieven huize gelooft gaat het blad pathetisch voort wij zullen in het een en ander berusten, diep over tuigd vau de zekerheid dat het behoud van Troon, Altaar en historische volksrechten en vrijheden, door de scheiding tusschen rechts en links in de antir. partij, onloo chenbaar zal worden gebaat. De schrijver laat hier doorschemeren dat de heeren der droite voortaan met de con servatieven zullen medewerken.Of zijn profe tische blik hem hier geen parten speelt, zal de toekomst leeren De heeren Lobman c. s. hebben toch tot nu toe geen bewijs gege ven dat zij met die partij het eens zijn. Het 21e jaarverslag der Maatschappij tot opvoeding van weezen in het huisge zin" zegt na mededeeling van eenige bijzonderheden betreffende deze nuttige in stelling, het volgende, dat waard is om in wijder kring bekend te worden Hij kwam thuis met het vaste besluit, Alice tegen elke overrompeling van den advocaat te vrijwaren, door haar bekend te maken met het gebeurde en met het geen ophanden was. Zij moest nu deelnemen aan den strijd beiden werden thans even zeer bedreigd. Hij gunde zich slechts den tijd, om van kleeding te verwisselen en naar zijn nicht te vragen. Toen hij hoorde, dat zij in haar boudoir was, ging bij dadelijk de trap op en trad bij haar binnen. »Uw gelaat verraadt niet licht, wat er in uw binnenste omgaat, mylord, doch heden is het tegendeel waar. Ge brengt slechte tijdingen", zeide zij en keek hem oplettend aan. »Ge raadt mis en niet mis, kind," ant woordde hij, moeite doende om bedaard te blijven. «Laat ik met de goede berichten beginnen ik heb mij losgemaakt van den advocaat Carringshliff." „Ah!" riep de jonge dame uit met een zucht vau verlichting: „dat is een tijding van onbetaalbare waarde. Al het kwade, dat ge vertier te zeggen hebt, wordt hier door duizendmaal vergoed." «Ge zult wel begrijpen, dat onze acht bare vriend de man niet is, om ons zonder offer los te laten van d?n ketting, waaraan

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1895 | | pagina 1