VLÏSSINGSCIE C011AIT bh 1 m No. 54. Woensdag 8 Mei 1895. 33ste Jaargang. iericliteii. Gemeentebestuur. B i n n e n 1 a n d. ID. bier van 6 pence per ok rt tot op 18,000 pond dak regeering heeft eene kano nden onx de Kabylen Nederlandsche schip Ar,j iitein doodden, den stuurs aan roof schuldig raaakw zonder moeite te Gibraltj Den. Dit land is weder een, onder presidium n eworden. Met al zijne listeries blijft de financies ïland ellendig. Elke mi® bij zijn optreden prachti it ook door Trikoepiswe iet in den toestand, g( mgen. Hopen wij dat even zijn. Vooral voor it wenschelijk. Dokio wordt bericht d. pien daar in de Volgen ^-.tiging verwacht van h oorlogstoebereidselen m er voortgezet en de ve van de Chineesche vlo irust. 'ormosanen zijn alles fe met de eer bij Japi> fd. Een aantal bewonen ,ot de Engelsche regeeri'; anhecbting te verhindert ;eland hiervoor te beloone ndeel in de winst van ii geering, anders niet kende argumenten, hed -ntwoord dat zij zich at', emoeien. »Durft bemoeien" :r gezegd, met het oog waarin zij •ag met Japan is than lien nu Rusland, Duikel doen Zij hebben nu nis maar ook met China ti bet eens zijn geworden stellen dat genoemde rotest, al was het allee; gen terugtocht te dekken, an opgeven, maar later i: at ia de politiek zulk eet ilt, te berusten, sn praatje, dat Nederland erende mogendheden zo». Het zal wel niemand it maar een praatje is. tnd van Vlissingen. 4 Mei 1895. L. F. Gbill, jm. 2S j. A. van Otci- J. A. de Bakker, jd. 22j 2 j. en 0. F. van Pa. J. Prince, jm. 21 j. ee 20> Meijer, jm. 23 j. en L. J, .Jansen, jm. 25j. Ij. A. Dalebout, jm, jd. 20 j. P. Roos, de Velde, jd. 22 j. C. Sierevogel, get Wemeling, geb, Hendriksr, de Witte, z. W. F, C. M. Prince, w ran Os, geb. Antheunissen, b Gabnölse, d. S. T. Opdorp, z. G. Fleur- d. M. J. Warman, C. Boumanvrouw '.ra, 30 j. J. G. de J. van Henven, 79 M. J. P. van Harden- VI. Stevens, wed. van J. te O. No. I Voor ons van geen be- Red. ERICHTEN. 3 Mei, f 1.05 per Kilogram, 104 stuks. (Telephoonnummer 10.) sr en Wethouders alhier tot deurwaarder bij de gen de heer P. J. Vent- DINGEN. boener „Grei,® gez. Anderson, ring kwara op de reede mei Moonstone,0 heeft de bekomen Nl klaar. ¥38®H3SI®2? Verkenen van vergunningen tot het oprich ten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. De Burg. en Weth. van Vlissingen, gelet op art. 8 der wet van 2 Juni 1875, (Staatsblad no. 95), brengen ter algemeene kennis dat bij hun besluit van heden de ondervolgende ver gunningen zijn verleend, als: lo. aan P. C. Speckens, tot het oprichten van twee bakkersovens in perceel wijk A no. 124 aan de Coosje Buskenstraat. 2o. aan H. J. van der Meer, tot uitbrei ding van zijne bergplaats voor petroleum, aan de Paardenstraat. Vlissingen, den 4 Mei 1895. De Burg. en Weth. voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. De Secretaris, J. H. C. BUSING. PIRiQWilig igywosp. Afkondiging van het kohier der bedrijfsbelas ting no. 8, dienst 1894/95. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend dat op heden bij hem ontvangen en aan den rijksontvanger is gezonden een door den directeur der directe belastingen te Middel burg executoir verklaard kohier wegens de bedrijfsbelasting, dienst 1894/95; de daarop voorkomende belastingschuldigen worden uitgenoodigd om hunne aanslagen op den bepaalden tijd aan te zuiveren, ook ter voorkoming van vervolgingen en herinnertdat de bezwaarschriften binnen zes weken na heden behooren te worden ingediend. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 6 Mei 1895. De Burgemeester voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. Nationale Militie. Oproeping van verlofgangers der lich ting 1892 en 1893. De Burgemeester van Vl'usingeD brengt ter tenais Tan belanghebbenden dat bij Koninklijk besluit van 9 April 11.. No. 25 is bepaald, dat krachten» art. 125 der militiewet, dit jaar in werkelijken dienat moeten worden opgeroepen de verlofgangers, bchoorende tot de hierna te vermelden korpian en lichtingen voor da tijdvakken zoo als hieronder is aangegeven t Lichting 1892. Regiment Grenadiers en Jagers, le 2e, 4e en 5e Bataljon van 9 Augualna tot 12 Septem ber; 3o Bataljon van 2S Augustm tot 30 September, le, 2e en 3e Regiment Infanterie, van 20 Augustas tot 23 September. 4e en 6e Regiment Infanterie, van 9 Aug. tot 12 September. Ce Regiment Infanterie, le, 2. 8e en 4e Bataljon van 20 Augustus tot '23 September; U Ba taljon van 28 Anguitns tot 30 Septomber. 7e Regiment Infanterie, van 9 Auguatus tot 12 September, 8e Regiment Infanterie, vsn20 Augustus tot 28 September. Hospitaal Soldaten, le Compagnie van 9 Augustus tot 12 Septamher2« eu 8e Compagnie van 20 Auguatus tot 23 Septomber. FEUILLETON. Waarom hebt ge mij niet te rechter tijd bekend gemaakt met hetgeen ik noodwendig toch eenmaal weten moest Waarom zoolang gewacht, totdat mijn onwetendheid ons een nadeel veroorzaakte dat zeer moeielijk ooit weer goed te maken is De man prikkelde mijn trots en kreeg daarom een afwijzend antwoord, dat hem waarschijnlijk niet bijzonder be vallen is. Hoe diep zullen wij ons voor dien advocaat moeten vernederen, my- lord Geef mii een benaald rechts - Geef mij een bepaald rechts- iKsch antwoordik overzie graag weg, die voor mij ligt, zonder later le Regiment Veld-Artillerie, ie, 8e en 6e Batterij van 10 Juli tot 13 Augustus/ 6e Batterij van 14 Augustus tot 17 September; 2e eu 4o Batterij van 28 Augusta» tot 1 October. 2e Regiment Veld-Artillerie. 2e, 4e en 5o Batterij, alsmede de 2e Treincompagoie, met uitzondering van hen. die van het wapen der Cavalerie daarbij ziju overgeplaatst van 26 Juni tot 30 Juli le, 3e eu Ge Batterij, alsmede de le Treiu-Compaguie, met uitzon dering als voren, van 14 Augustus tot 17 September. 3e Regiment Veld Artillerie, 2e, 4e en Ee Batterij van '23 Juli tot 26 Augustus; lo 3e eu 6e Batterij van 28 Augastu» tot 1 October. Korps Rijdende Artillerie, 2e Batterij van 17 Juoi tot 21) Juli le Batterij vau 14 Augustus tot 17 September. Korps Pontonniers, Ie Compagnie van 4 Juli tot G Augustus; 2e Compagnie van 22 Juli tot 24 Augustus. Korps Torpedisten. le Peloton van do le Com pagnie (plaats van opkomst Fort de Kuijter; en bet 2e Peloton vau d» le Compagnie (plaats van opkomst Hellevoetsluia) vau 21 Augustus tot 24 September le Poleton van de 2e Compagnie (plaats van opkomst Fort aau deu Hoek vau Holland) en bel 2e Peloton van de 2e Compagnie (plaats van opkomst Deu Heldar) van 3 Juli tot 6 Auguatus. Korps Genietroepen (uitgezonderd de Vestiug- Telegrafi sten, die hebben voldaan aan bet bepaalde iu den eersten volzin van art. G vau bet Koninklijk Be sluit vau 29 Februari 1884 no. 13) van 24 Juli tot 27 Augustu». Lichting 1893- le Regiment Vesting-Artillerie, le. ?e, 3e eu 4e Compagnie, van 3 September tot 5 October 5e, fle, 7e en 8e Compagnie vau 4 Juni tot 6 Juli; 9e Compagnie van 28 Alei tot 29 Juni; 10e Compagnie van 2o Augustus tot 21 September. 2e Regiment Vesting-Artillerie le, 3e, 6e Se en 9e Compngnie van 21 Mei tot 22 Juni; 2e, 4e, 6e 7e eu i0 Compagnie vau 20 Augustus tot 21 September 3e Regiment Vesting-Artillerie, Ie, 2e, 3e, 4e eu 5o Compagnie vau 9 Augustus tot 10 September; 6e, 7e, 8e, 9e en lüe Compagnie van 12 September tot 12 October. 4e Regiment VestingArtillerie, 2e en 4e Compagnie van 18 Juni tot 20 Juli ie en 6e Com pagnie van 26 Juni tot 27 J«li 3e Ce, 7e, 8e 9e en 10 CompagDie van G Augustus tot 7 September. Korps Pantserfort-Artillerie, le Compagaie van 16 Juli tot 17 Augustus; 2e idem van 18 Juni tot 20 Juli 3e idem van 28 Mei lot 29 Juni 4e idem van 23 Juli tot 24 Augustus. Korps Genietroepen, (Uitgezonderd de Ves- ting-Telegrafi*teu als bij da liebtiug 1892 ia vermeld) van 29 Mei tot 2 Juli; de Vesting-Telegrafisten voor meld. le serie van 6 Mei tol 15 Mei; idem 2e serie van 16 Mei tot 25 Mei. en herinnert alle iu deze gemeente wonende verlof gangers, op wie het vorenstaaude vau toepassing is, aau hliune verpüchtiug om na behoorlijk daartoe te ziju opgeroepen zich voorzien van hun voor ^gezien» geteekende verlofpas, zakboekje en al de voorwerpeu van kleedinz eu uitrusting door hen, bij het vertrek met groot verlof medegenomen, aau te melden op lijd en plaats bIs in de hun uit te reiken order is vermeld, terwijl hij hun onder het oog brengt, dat zij die in gebreke blijven op den bepaalden dag onder de wapenen tc komen, bij huune latere opkomst, zooveel langer iu dienst zullen wordeu gehouden eu dat zij, die niet aau de oproeping voldoen, volgens art, 145 der militiewet als deitrteur zullen worden behandeld, zullende zij, die wegens ziekte, niet op den bepialdeo tijd onder de wa pens kunnen komen, verplicht zijn over te leggen een gelegaliieerd OP ZEGEL geschreven geneeskundig attest, terwijl de zieken te dezer zake niet voor diligent worden gehouden, maar verplicht zijn zich na hunne herstelling bij hun korp» te vervoegen, teneinde daarbij iu den wapenhandel te worden geoefend. En is hiervan afkondiging geschied waar het be hoort, den 7 Mei 1896. De Burgemeester voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. op onverwachte hindernissen te stooten." „Je zult je er in moeten schikken, zooals ik mij er in schik, kind Car- ringshliff is in alles volkomen ingewijd het grootste deel van onze plannen is door hem verzonnen, hij heeft een vin dingrijk verstand. Je zult begrijpen dat het bij zulke omstandigheden voor ons onvermijdelijk is, uit onzen hoogeren kring tot den zijne af te dalen." >Kort en bondig, zonder uw mooien omhaal van woorden beteekent dit dus, dat ge uw eer en de mijne in de handen van dien zeer achtenswaardigen heer Carringshliff hebt gelegd. Erkent ge dit, my lord «Ik wenschte wel, dat je niet langer voortgaat met mij toe te spreken op den toon van een rechter van instructie, dien toon vind ik onuitstaanbaar. Je moet de dingen nemen, zooals ze zijn en je er naar schikken, daar is niets aan te ver anderen. Wanneer je beseft, dat deze zaak ter wille van jou op touw is gezet, zal je de kracht hebben om aan alle weder Vlissingen, 7 Mei. Er wordt veel geklaagd over den slechten tijd, maar daarbij wordt vaak uit het oog verloren dat uitgaven voor onnoodige en dikwijls schadelijke zaken behooren te worden nagelaten. De landbouw, de werkman, de kleine nering doende, kortom, heel de stand der zoo genaamde «kleine lubden" zou er beter bij varen, indien zij b.v. het gebruik van sterken drank, dat als een kanker aan hun welvaart knaagt, konden nalaten. Dat dit wenschelijk is, zal wel niemand tegenspreken, maar daaruit af te leiden dat het misbruik van sterken drank alleen bij den kleinen man gevonden wordt en de grooten der wereld van die ondeugd vrij zijn, gaat niet aan. De oud hoogleeraar Valeton zeide daarom trent in een vergadering te Dordrecht eeu opmerkelijk woord. Hij kwam krach tig op tegen deze eenzijdige beschou wing en betoogde hoe onjuist het is het misbruik van sterken drank alleen bij de lagere standen te zoeken. «Alleen komt het in lagere kringen eerder aan het licht, daar de arme als het ware op straat leeft", was zijn slotsom. De Boodschapper voegt hierbij «Allen hebben gezondigd en met prof. Va- leton gelooven wij ookde grooten het meest. De minister van oorlog heeft zijne nieuwe gewerenwet met succes zien aannemen door de beide afdeelingen van ons parlement, ofschoon de aanzienlijke minderheid, die in de Tweede Kamer zich tegen het wetsontwerp openbaarde, hem moet hebben doen zien dat het getal aangroeit van hen, die geene gelden meer voor nieuwe uitgaven voor oorlog willen toestaan, tenzij men beginne met waar mede men beginnen moetde organisatie der levende strijdkrachten. Wat helpen' ons trouwens doode weermiddelen, zelfs in de hoogste perfectie,als, zooals men wel eens zegt de «mannekes" ontbreken. Het is echter te vreezen dat als dezen minister een lang genoeg ministrieel leven geschonken wordt, hij in 1897 weder op zijn lijst voor een aanzienlijk bedrag aan crediet-aanvragen plaatsen zal, n.l. eenige millioenen ten behoeve van de wapening der schutterij en de voltooiing der stelling Amsterdam, die reeds in Napoleons tijd, behoorlijk ver sterkt, als onneembaar werd verklaard, doch al de jaren, die sedert diens dood verloopen zijn, nog volstrekt niet on neembaar is. De minister heeft, om dit laatste plan ter uitvoering te brengen, in de porte- waardigheden met kalmte het hoofd te bieden dat onderstel ik ten minste." «Ge hebt zeer verkeerd gehandeld, mijn. mylord, met een derde persoon in te wijden in een plan, dat wij beiden geheel konden ten uitvoer brengen. Wij beiden waren door dezelfde belangen verbonden, maar wat beoogt de derde Zeg mij eens, mylord, welke grondige redenen beeft die derde persoon om in ons belang te handelen?" «Ik heb altijd veel van je gehouden, omdat je een verstandig en berekend meisje waartals je verstand zoo rijp was geweest als nu, dan bad ik niet teruggedeinsd om onze plannen met jou alleen ten uitvoer te brengen. Maar je waart toen nog een kind, het zou een euveldaad zonder voorbeeld ge weest zijn, als ik mijn goed overlegde plannen aan een kind had bloot gelegd. Deze overweging dwong mij Daar een raadsman uit te zien, die bekwaam was om mij den weg te wijzen, waarlangs ik mijn doel kon bereiken. Wat wasna- feuille van zijn voorganger, den voorma- ligen minister Seyffard, eeu plan, klein plan genoemd, gevonden, waarvan de uit voering 25 millioen zou kosten,doch waar op hij millioen heeft kunnen bezuinigen, wat natuurlijk wel voor 's ministers zui nigheid pleit, doch nog altijd eene uitgaaf van 23 millioen geldt. Nu kan men wel met eenige verande ring zeggen La Sollande est assez riche pour payer sa gloiremaar ongelukkig is er hier geen sprake van dat ons land rijk genoeg is om zijn roem te betalen. Van roem is niet de minste sprake, want voor den berg van millioenen, die de weerbaarheid van ons leger gekost heeft, hebben wij niets in ruil gekregen dan een leger, dat een totale reorganisatie be hoeft, dan een vloot, waarvan het vechivermogen zich tot zeer enkele schepen bepaalt, en een vestiDgstelsel, dat voor de sommen gelds, die het ver slonden heeft, van nog zeer weinig waarde is, als een vijand het iu zijn hoofd mocht krijgen ons onverwachts aan te vallen. Er zal wel geen enkel rechtgeaard Nederlander zijn, die zijn geboortegrond onverdedigd aan den vijand zou willen overgeleverd zien en, om dit te verhoeden, zich niet aanzienlijke offers zou willen getroosten, maar wat hij daarbij verlangt, is dat de taak der landsverdediging flink onder de oogen wordt gezien en geen gelden worden toegestaan, dan alleen die, welke werkelijk onze weerbaarheid ver- hoogen. De Eerste Kamer der Staten Generaal heeft door haar grootheidswaan en ge voel van haar eigen gewichtigheid weer eens een glimlach gewekt op de gezich ten van hen, die hare werkzaamheden volgen. De Tweede Kamer had eene «commis sie van voorbereiding" gehad voor het wetsyoorstel-Hartogh, de Eerste moest er nu ook een hebben. Op zichzelf zou men dit eene onschul dige liefhebberij kunnen noemen. Maar terecht doet de Boodsch. opmerken, dat er ook tijdverlies, vertraging uit voort vloeit en daarom die malligheid niet onschadelijk is. De Eerste Kamer heeft het recht van amendement nietzij heeft slechts aan te nemen of te verwerpen wijzigingen kan zij in een wetsvoorstel niet aanbren gen. Zij heeft zich uit den aard der zaak dus te bepalen tot het bespreken van de beginselen, die aan een ontwerp ten grondslag liggen. Waartoe dan een «commissie van voor bereiding" dienst moet doen, begrijpen wellicht weinigen en te minder omdat de voorbereiding in de Tweede Kamer van dien aard was, dat er omtrent tuurlijker dan dat ik allereerst aan den man dacht, van wiens bekende schran derheid ik voldoende bewijzen had «Op mijn vraag zijt ge het antwoord schuldig gebleven, mylord, en ik zie daaruit duidelijk, dat ge het gewicht van die vraag gevoeld hebt. Ge zult dien man een vreeslijk grooten prijs moeten betalen voor zijn zwijgen en bij zal ons beiden ten verderve voeren, zoodra wij hem laten bemerken, dat wij geen zin hebben om aan zijne eischen te voldoen." „Je ziet de zaak te duister in, kind, en je bedenkt niet, dat dezelfde over wegingen ook mij hebben beziggehou den, toen ik die overeenkomst met hem sloot. Ik wil het niet ontkenneu reeds dikwijls heb ik gewenscht, mij vrij te maken van de banden, die mij hinderen in mijn bewegingen. Maar dat is iets, wat niet afhangt van het besluit van een oogenblik. Daarvoor is zorgvuldige overweging noodigik moet een standpunt hebbendat mij overmacht geeft over mijn medestander. Eerst alg

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1895 | | pagina 1