VUSSIM.Sdli; COURANT
No. 116.
Woensdag 3 October 1894.
321,e Jaargang.
De Adres debatten.
Het heeft van meer dan éen zijde de
aandacht getrokken dat de adres debatten
ditmaal van minder beduidenis waren dan
ooit. Eu toch werd een zoo rijke schotel
aangeboden dat men wel eenig debat
als bewijs van belangstelling had kannen
verwachten van de mannen, aan wie de
controle over het bestuur des lands is
toevertrouwd. Een afgevaardigde karak
teriseerde die debatten met te zeggen dat
het een doodgewone weerklank op de
Troonrede was. Alleen over Lombok werd
de vage term «algemeene belangstelling"
door het uitspreken van eigen oordeel
vervangen, dat zich echter nog uitsluitend
tot het al- of niet weuscheïijke van het
invoeren van rechtstreeksch bestuur
bepaalde overigens bewaarde de Kamer
bij al de belangrijke wetsontwerpen, die
aangeboden werden, bet stilzwijgen en
maakte geen enkele aan- of opmerking.
Voor zulk een zwijgen moet wel een
bijzondere oorzaak zijn. Ook uit de be
antwoording van de Troonrede moet reeds
blijken wat een ministerie van de Kamerle
den te wachten heeft. Wordt de aankondi
ging vaneen ministrieel programma op de
wijze begroet, zooals dit in deze zitting
geschiedde, dan weet de Regeering niet
waaraan zich te houden en blijft de
ware stemming van de Kamer voor haar
een gesloten boek.
De Standaard vindt de oplossing der
lustelooze stemming, die de Kamer ken
merkte, hierin dat het vraagstuk der
verkiezingen zijn invloed op haar deed
gevoelen. Nu de kiesrecbtuitbreiding aan
de orde is, bebeerscbt zij alles. Zij werpt
baar schaduw over alle ontwerpen, die
men misschien met liefde ter hand zou
nemenzij klept het memento mori ge
durig in de ooren van de geachte afge
vaardigden, bij wie de waarschijnlijkheid,
dat het op parlementair gebied met ben
ten einde loopt, allen lust om eens goed
«aan te pakken" doet verflauwen. Slechts
éen ontwerp is er, dat bij hen meer dan
«levendige belangstelling" zou wekken,
n.l. juist het ontwerp, waarin hun dood
vonnis als Kamerlid is neergeschreven
het ontwerp der kiesrechtuitbreiding.
Volgens de Standaard zou het dus de
vrees zijn van uit de Kamer te moeten
verhuizen, en het verlies van den titel van
«Edelmogende Heer," die verschillende
leden tot stilzwijgen doemde. Erg vleiend
klinkt zulk een oordeel niet voor hen,
van wie men verwachten mag dat zij
ook nog door hoogere beginselen dan
voor het behoud van een benijden zetel
zullen bezield zijn.
Het blad komt tot de conclusie dat
hoe eer hoe beter de behandeling van
het kiesrecht aan de orde moet komen,
want men vergete niet dat als deze Kamer
met het kiesrecht, dat deze Regeering
ons bieden wil, gereed is, de nieuwe
Kamer dan cog voor dezelfde quaestie
staat. Als vau Houten 400.000 nieuwe
kiezers aanbiedt, zal zijn opvolger met
de andere 400 000 dienen aan te komen,
die ons indertijd door Tak zijn beloofd.
De aandrang om tot de uiterste grens,
die de Grondwet ook maar even gedoogt
te stelleu, zal natuurlijk niet ophouden.
Hoe lang zijn we nu reeds niet met die
quaestie bezig. Het oponthoud is waarlijk
niet gering; de parlementaire molen staat
reeds zoo geruimen tijd stil, draait nu
zijn wieken weer een poosje langzaam
voort, stopt dan plotseling weeren met
dat al is de hoeveelheid meel, die hij
aflevert, zeer gering.
En nu moge de Troonrede nog zooveel
ontwerpen beloven, volgens het blad is er
geen denken aan die eeos goed onder han
den te nemen, zoolang niet eene afdoende
band aan het kiesrecht geslagen wordt.
Hierin zullen allen bet overigens met
de Standaard eens zijn dat de tijd rijp
is voor eene afdoende regeling van het
kiesrecht, in welken zin dau ook, en dat
geene regeering,diedeze koogstbelaDgrijke
zaak door bet opwerpen van andere, die
ook wel van gewicht zijn, maar voor
bet oogenblik niet aan de orde gesteld
zijn, veel tot stand zal brengen, maar
groot gevaar loopt te moeten wijken voor
de stem, die steeds met grooter aandrang
oplossing vraagt voor een ontwerp, dat
onder de brandeude vraagstukken van
den dag eene eerste plaats bekleedt.
Lombok.
Gisteren ontving de N. R. Gt. van
baar correspondent het volgende, reeds
door ons bij aanplakking bekendgemaakte
telegram, gedateerd van 30 Sept:
Gisteren is Mataram veroverd na een
hevig gevecht.
Alle paleizen zijn nu in ons bezit. Wij
heroverden een stuk geschut.
De vijand beeft zware verliezen ge
leden. Aan onze zijde zijn gevallen de
luitenant Valkenburg en 12 manschap
pen, terwijl zwaargewond zijn luitenant
Broekman en dertig manschappen.
Licht gewond werden de majoor
Blommestein, luitenants Granpé Molière,
Grootenboer en 18 manschappen.
Bij liet Departement van Koloniën
werd denzelfden dag van den Gouverneur
Generaal van Nederlandsch-Indië ont
vangen het navolgend telegram
«Gisteren vier poeris te Mataram na
heftigen tegenstand genomen één daar
van bezet en versterkt.
Gesneuveld 1 officier en 11 mindere
militairenzwaar gewond 1 officier en
80 mindere militairenlicht gewond 3
officieren en 15 mindere militairen, (wier
namen, voor zooverre reeds bekend, later
zullen worden gepubliceerd.)
Teruggebracht een verloren veldstuk
met voorwagen en twee sluitstukken.
Van Baliërs groot aantal lijken, bij
kruispunt Mataram alleen 67, aange
troffen.
Een telegram aan het Nieuws van den
Dag luidde als volgt
«Te 4 uur begon de aanval; het 2e
bataljon ten Noorden, het 6e ten Zuid
westen bet 9e ten Zuiden van Mataram
optrekkend. Het 6e en 2e bataljon vonden
heftigen tegenstand. Aan beide zijden
werd onversaagd gevochten; muur na
muur moest genomen worden.
Te 12 uur gelukte bet aan de 4e
compagnie van bet 9e bataljon, onder
den overste Scheuer en kapitein W. G.
A. O. Christan, de eerste poeri (vorsten-
woning) binnen te driDgen.
De Amboineezen van het zesde hadden
de zwaarste verliezen.
In het geheelnegen dooden, waar
onder de 2e luit. A. Valkenburg. Zwaar
gewond vijf en dertig, waarbij de ma
joor A. A. Blommenstein in den voet;
de 2e luit. H. G. E. Granpé Molière in
de zijde, en de le luit. W. P. Broekman
ernstig in den ruggegraat.
De verliezen des vijands zijn enorm.
De vijand heeft de sterkten heldhaftig
verdedigd, na vrouw en kinderen omge
bracht te hebben.
De 6e compagnie blijft als bezetting.
Morgen volgt de aanval op de oost
zijde van Mataram."
Men zal opmerken dat in bet door de
N. R. Ct. ontvangen telegram de over
winning grooter wordt voorgesteld dan
in het bericht van de RegeeriDg. Volgens
dit laatste blijkt bet dat niet geheel Ma
taram, maar slechts 4 poeris genomen
zijn, terwijl het N. v. d. D. er op wijst
dat de aanval op de Oostzijde van Ma
taram nog moet geschieden
In ieder geval blijkt dat de Baliërs
geen te minachten vijand zijn. Men zegt
zelfs dat zij, besloten zich tot het uiter
ste te verdedigen, vooraf hunne vrouwen
en kinderen opofferden. Het verlies, dat
onze troepen leden, bewijst ook dat de
Baliërs tenminste de lof van groote
dapperheid toekomt. Tegenover zulk eene
vijand is de houding onzer troepen be
wonderenswaardig.
Gisteren werd nog door de N R. Ct'
bet volgende bericht uit Batavia ont
vangen:
in eene hinderlaag zijn kapitein Er-
pecura en luitenant Oppeu gedood, en
kapitein Griethuysen en 9 minderen ge
wond.
Het N. v. d. D. ontving nog liet vol
gende telegram
Door een valsch spionnenbericht, als
zou er een verborgen kruitmagazijn zijn
gevonden, is een detachement in hinder
laag gevallen.
Gesneuveld kapitein K. Erpecum en
luitenant van Oppen; gewond kapitein
C. J. van Griethuysen en 9 soldaten
Zaterdag ontviDg de N. R. Ct. van
zijn correspondent uit Batavia het vol
gende bericht
«Het Gouvernement spreekt de ge
ruchten omtrent onderhandelingen met
de Baliërs tegen. De hulptroepen te Ma
kasser zijn ontbonden."
Bij bet depart, van koloniën werd nog
gisteren-namiddag van den gouverneur-
generaal van Nederlandsch Indië ontvan
gen het navolgend telegraphisch bericht
Werkzaamheden tot versterking onzer
stelling in Mataram voortgezetniet door
vijand verontrust. Alleen werd peloton
bij verkenning munitie-magazijn in nauwe
gang door vijand beschoten, waarbij twee
officieren en twee Europeescbe fuseliers
gesneuveldéén officier en vier Euro
peescbe minderen zwaar en vijf Euro-
peesche minderen licht gewond. Weder
uit Mataram een veldstuk met voorwagen
teruggebracht." (N. R. Ct.)
Binnenland.
Vlissingen, 2 October
Naar wij met genoegen vernemen, is
door de jury van de Wereld-tentoonstelling
te Antwerpen aan de Kon. Maatsch.
«de Schelde", Scheepsbouw en Werk tui-
genfabriek alhier, de Gouden Medaille
toegekend op hare inzending van Scheeps
modellen, enz
Als een verblijdend verschijnsel mag
wel opgemerkt worden dat met de booten
der Maatschappij Zeeland in de maand
September ruim 2400 passagiers meer
vervoerd werden dan in dezelfde maand
van bet vorige jaar, dat wel een bewijs is
dat de lijnVlissingen-Queenboro de scher
pe concurrentie, haar van verschillende
zijde aangedaan,bet hoofd weet te bieden.
In het geheel werden in de maand
September vervoerd 7650 passagiers tegen
5220 in dezelfde maand van het vorige
jaar.
Met de gisteravond van hier vertrok"
ken nachtboot Prinses Elisabeth hebben
prins en prinses Ludwig von Battenberg,
komende van Darmstad, hunne reis naar
Londen voortgezet.
Maandag morgen had op de reede de
uitstekend geslaagde proeftocht plaats
van de sleepboot Titanwelke door de
Kon. Mij. «de Schelde" alhier van ma
chines en ketels was voorzien voor reke
ning van den heer Zurmiihlen te Am
sterdam. De grootste lengte bedraagt
152 Eng. voet, leDgte tusschen de lood
lijnen 14t!'0," de breedte 24 voet, de
holte ]4'0" en de grootste diepgang
13'0" Twee stalen stoomketels, elk met
3 vuren, leveren stoom van 160 15 druk
king aan een triple comoound machine
van 1000 indicateur paardekr. Verder
bevindt zich aan boord een 6" centrifu
gaal pomp voor het leegpompen van
lekke schepen, een stoomtuiginrichting,
stoomankerspil enz. Deïfötmis de grootste
Nederl. sleepboot, die tot nog toe ge
bouwd is. Nog onderhanden is een ma
chine van gelijk vermogen, bestemd voor
een sleepboot der firma L Smit Co.
Woeusdag vertrekt de Titan naar Rot
terdam.
Aan boord van het stoomschip Neder
land van de lijn VlissingenQueenboro
is in de vorige week een geheel toestel,
patent #De Vos" onder de reddingboo-
ten aangebracht.
Bij de proefnemingen, zoowel aan den
wal als in zee, welke geschiedden in
tegenwoordigheid van directie, comman
danten, enz., is bij herhaling gebleken
dat de reddingsboot met éen man in
pl. m. 20 seconden was buiten boord
gebracht.
Woensdag 3 October zal voor de ma
rine autoriteiten van Sheerness Dokyard
en eenige genoodigden te Queensboro
weder eene proef plaats hebben. Aan
den beer C. J. E. de Vos is van wege
de directie der Maatschappij «Zeeland"
hare volle tevredenheid betuigd over het
welslagen van de proefnemingen met
zijne uitvinding. (N. R. Ct
Volgens mededeeling van den inspec
teur over het loodswezen in het 6e district,
dd. 28 September jl., zijn in het Schaar
van de Molenplaat, Wester Schelde, de
spitse tonnen N°. 1 en 2 veiligheidshalve
opgenomen.
Hr. Ms. pantserdekschip Koningin
Wilhelminacommandant kapitein ter
zee Zeegers Veeckens, wordt den 6en
dezer hier verwacht om de kompassen
te verifieeren, waarna het zijne reis naar
O. I. voortzet.
Gisteren werd door de Kon. Hand-
boogsehutterij Willem III haar jaar-
lijksche doelschieting met prijsschieting
gehouden.
De medailles werden behaald door de
heeren C. Gernler, meeste punten J.
A. van Dierendonck, meeste zwarte rozen;
G. van Dalsum, meeste opv. puntenB.
Lambreeht, meeste opv. zwarte rozen
F. Timmerman, meeste vierenN. P. C.
Timmerman, meeste drieën G. riuibregt-
se, meeste tweeëu; C. Cremer, meeste
eenen.
De prijzen werden behaald door de
heerenD. J. van Fulpen, A. F. C.
Timmerman, J. C. Lagaaij, C. Gernler,
J. A. van Dierendonck, E. Lauwereias,
en G. Huibregtsen.
Met ingang van 1 November a. s. zijn
bij de administratie der directe belastin
gen, invoerrechten en accijnsen verplaatst:
de kommies der le klasse M. J. Bosman,
van Goes naar Vlissingen (stadde
kommies 2e klasse J. Voerman, van
Vlissingen (haven) naar Tholen, en J.
de Bruijne Azn. van Vlissingen (stad)
naar Vlissingen (haven,) en de kom
miezen te water 2e klasse C. de Meij,
van Bath naar Vlissingen (haven) en P.
de Meijer, van Vlissingen (haven) naar
Bath.
Gedurende het thans afgeloopen bad
seizoen werden hier 1291 baden door
dames en 2929 door heeren genomen.
Totaal 4220 baden.
In 1893 bedroeg het totaalcijfer 6195.
Gisteren avond werd door het Vlaamsch
tooneelgezelschap, onder directie van den
heer Laurent Erkrath-Dnsener in de zaal
van den heer Stofkoper voor de derde
maal het drama «Gravin Genoveva" op
gevoerd. Ook ditmaal was de opkomst
zeer voldoende te noemen.
Het stuk werd, te oordeelen naar den
bijval, tot genoegen van het publiek af
gespeeld, waartoe ook zeker wel het
feit, dat het eene zeer bekende geschie
denis tot onderwerp heeft, zal bijgedragen
hebben.
Het nastukje liep zeer goed van stapel.
Daar toonden de spelers en speelsters in
hun waar element te zijn. Hun spel was
zeer los en prettig.
Overigens geven wij het gezelschap
den raad, als het meerdere voorstellingen
in Nederland wil geven, zich op de
studie van het Vlaamsch toe te leggen.
Wij twijfelen niet of zij zullen dai goeden
opgang maken.