VLISSINGSCUE COURANT.
Be Qwééj der Me.
No. 106.
Maandag 10 September 1894.
32ite Jaargang.
Gemeentebestuur.
B a o o t j
Gemeenteraad.
BUREAU:
Kleine Markt I N°. 187.
Prijs per drie maanden I.—. Franco per post 1.15,
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij
alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
UITGEVER:
F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen.
PRIJS DER ADVERTENT1ËNVan 1 tot 4 regels
0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote
letters worden naar plaatsruimte berekend.
Benig Agent voor Frankrijk de firma G-. L. DAUBE
Co., te Parijs.
Verschijnt Dinsdag', Donderdag- en Zaterdagavond.
Abonnementen voor België, Duitschland, Enge
land en Frankrijk f 1.06 per drie maanden.
Ter lesing liggen en verkrijgbaarstelling der
gemeente-begrooting voor het jaar 1895.
De Bargemeester en Wethouders van
VliasiDgen, maken bekend
dat ter voldoening aan de voorschriften
vaD art. 203 der gemeentewet, de begrootiüg
der plaatselijke inkomsten en uitgaven voor
het jaar 1895 met de noodige inlichtingen en
bescheiden, op beden aan den raad is aange
boden en voor een ieder ter lezing is neder-
gelegd op de secretarie dezer gemeente, waar
zij in afschrift tegen betaling der kosten,
algemeen verkrijgbaar is gesteld.
En is biervan afkondiging geschied waar het
behoort, den 7 September 1894.
De Barg. en Weth. voorn.
TÏÏTE1N NOLTBENIÜS.
De Secretarie,
J. H. O. BUSING.
Zitting van Vrijdag, 7 Sept. 1894.
Voorzitter de heer Tutein Noithenius,
burgemeester.
Afwezig de heer Loois wegens onge
steldheid en de heer Gewin wegens uit-
stedigbeid.
De notulen der vorige zitting worden
gelezen en goedgekeurd.
Alvorens tot de behandeling der pun
ten op de agenda voorkomende, over te
gaan, zegt de heer Van Uije Pieterse
het volgende
Mijnheer de Burgemeester Het is voor
mij en zeer zeker ook voor mijne mede
leden van den Raad eene behoefte U van
deze plaats hartelijk geluk te wenschen
met den goeden afloop van het feest,
dat wij den 23 Augustus jl. hebben
mogen vieren bij de heronthulling van
het naar den Zeeboulevard verplaatste
standbeeld van onzen Admiraal de Ruyter,
waarbij onze geliefde Koningin en hoogst
geëerbiedigde Koning'in-Regentes tegen
woordig waren en waarin Hare Maje
steiten blijkbaar welgevallen hadden.
Heb dank, Burgemeester, voor hetgeen
door U daarvoor is verricht. Aan uwe
FEUfLLETQ
32.)
Op Clemence had het besluit van den
markies, om Erwin te vervoeren, een
verpletterenden indruk gemaakt. Te ver
geefs bad ze al haar overredingskracht
aangewend, om hem er van te doen te
rugkomen. Op alles wat ze aanvoerde,
antwoord4e hij, dat de officier krijgsge
vangene was en als zoodanig moest be
handeld worden en dat hij zich niet kon
begrijpen, dat zij, die hij toch als eene
Fransche beschouwde, zich zóó kon in
de bres stellen voor een vijand des vader
lands. Daarbij had hij zulk een eigen-
aardigen blik op haar geworpen, dat ze
q e nigen tijd sprakeloos was gebleven,
onvermoeide pogingen zijn wij het ver
schuldigd, dat dit feest zoo uitstekend
is geslaagd. Het doet ons daarom goed,
dat H. M. de Koningin Regentes U bij
dat feest vereerde met de Orde van
Oranje Nassau niet alleen, maar ook
mevrouw Uwe echtgenoote onderscheidde
met een kostelijk souvenir. Ook daar
mede wordt U hartelijk gelukgewenscht.
Bij ons en zeker ook bij U zal de dag
van 23 Augustus niet licht worden ver
geten. Met veel genoegen namen wij
tevens kennis van uwe herbenoeming
tot Burgemeester. Daarmede heeft H.M.
voldaan aan den wensch der ingezete
nen en wel voornamelijk van ons, leden
van den gemeenteraad. Ook daarmede,
Mijnheer de Burgemeester, zij U harte
lijk gelukgewenscht.
Met den wensch, dat het den Burge
meester nog vele jaren zal gegeven
worden aan het hoofd dezer gemeente
te staan en Gods zegen moge rusten op
zijne pogingen om de welvaart en den
bloei van Vlissingen te bevorderen, be
sloot de heer Van Uije Pieterse zijne
toespraak, die door de leden van den
Raad staande werd aangehoord en toe
gejuicht.
De Voorzitter betuigt uen heer Van
Uije Pieterse zijn hartelijken dank voor
de tot hem gesproken woorden en geeft
hem en den leden van den raad de ver
zekering, dat de feestvreugde van 23
Augustus bij hem steeds in aangename
en dankbare herinnering zal blijven voort
leven. Heeft hij, wel is waar, veel voor
het welslagen van dit feest gedaan, dat
ondanks den aanhoudenden regen, aller
verwachting nog heeft overtroffen, hij
dankt zulks vooral aan den steun en de
medewerking van de beide wethouders,
de leden van den raad en die der inge
zetenen. De wijze toch, waarop werd
feestgevierd, was van dien aard dat zij
als eenig in hare uiting van liefde en
verknochtheid aan het Huis van OraDje
en Nederland kan genoemd worden,
Bij herhaling hebben Hare Majesteiten
dan ook Hare bijzondere ingenomenheid
en dankbaarheid daarvoor betuigd. Aller
eerst bij Hare komst te Vlissingen, toen
eene overgroote menschenmassa Hare
Majesteiten luide toejuichte en de eerste
bewijzeD leverde, dat de liefde voor het
niet wetende, hoeveel er misschien van
haar geheim reeds uitgelekt was. En
het was meer dan ze kon denken. In
den loop van het verdere gesprek liet
hij zich ontvallen, dat hij den vorigen
avond eene vrouw, gekleed als zuster
van liefde, bij den zieke had zien ingaan
en dat hij wist, wie deze vrouw was.
Het rood der schaamte verfde voor een
oogenblik hare wangen, toen hij haar
dat op sarcastischen toon meedeelde
maar dadelijk verhief ze zich in het volle
gevoel van haar gekrenkten vrouwelijken
trots en wierp hem tegen, dat zoo iemand
het recht had, in die kamer binnen te
treden, zij dat toch wel in de eerste
plaats zou wezen.
Eu nu hoorde hij eene bekentenis, die
voor altijd zijn hoop den bodem insloeg.
Die gewonde officier was haar man,
van wien ze gescheiden was, helaas, maar
dien ze nog altijd beminde, met al het
vuur van hare reine, jonge liefde. En
zou hij hem nu van haar wegvoeren
In den dood misschien Kon hij niet op
Huis van Oranje bij Vlissing's ingezete
nen nog niet was verkoeld.
Niet het minst was dit ook het geval
bij de werklieden van de Maatschappij
«De Schelde", wier geestdrift g'root te
noemen was en waarvoor Hare Maje
steiten inzonderheid dank betuigden.
Overal waar Hare Majesteiten zich ver
toonden, werden dezelfde bewijzen van
hulde en verknochtheid voor het Huis
van Oranje aan den dag gelegd en wel
op zulk eene wijze, dat geheel het land
daarvan met lof gewaagde.
Hij was er trotsch op dit van Vlis
sing's ingezetenen te kunnen getuigen.
Verder betuigde de Voorzitter zijn dank
voor de bewijzen van belangstelling,welke
hij bij zijne herbenoeming tot Burge
meester van Vlissingen mocht onder
vinden.
Zag hij 6 jaren geleden ook met het
oog op zijn leeftijd er veel tegeu op de
taak van zijn voorganger den heer A.
Smit te aanvaarden, met genoegen mag
hij verklaren dat de beide wethouders
en de leden van den raad hem kracht
dadig ter zijde stonden in het bevorderen
van alles wat tot bloei en welvaren der
gemeente strekken kon.
Van daar dan ook, dat hij op de daar
toe hem gedane vraag, niet geaarzeld
heeft eene herbenoeming als Burgemees
ter aan te Deinen.
Overtuigd als hij is, dat er nog veel
is, wat hij gaarne anders zou wenschen,
geeft hij onder hartelijke dankzegging
voor de toegezegde medewerking en den
zoo onmisbaren steun van de leden van
deu raad de verzekering, dat hij alles
zal trachten aan te wenden en zijne beste
krachten wenscht te blijven wijden om
den bloei en het welvaren van Vlissingen
in elk opzicht bevorderlijk te zijn.
Ook deze woorden van den voorzitter
werden door de leden van den Raad harr-
telijk toegejuicht.
De Voorzitter deelt mede de verkre
gen goedkeuring van Ged. Staten op het
raadsbesluit betreffende deu verkoop van
grondwijders eene kennisgeving' van
den heer I. Harder, dat hij zijne benoe
ming tot plaatsvervangend lid voor den
aanslag in de bedrijfsbelasting aanneemt
benevens eene kennisgeving van mej.
J. C. G. Middelveld Viersen, dat zij hare
het kasteel blijven, waar zij hem zou
oppassen en verzorgen en zoo misschien
zijn leven redden, dat tot nog toe aan
een zijden draad hing
Maar de ijverzucht, die in hem ont
waakte, en het verlies van zijn dierbaarste
hoop maakt.en hem bitter en deden hem
zijn hart sluiten voor hare roerende bede.
Zich beroepend op zijn plicht, hield hij
haar voor, dat hij niet anders kon, dan
Erwin mee te voeren, daar de Duitschers
zeker binnen weinige dagen het kasteel
zouden bezetten en hij dan door zijn na
latigheid een krijgsgevangene zou hebben
laten ontsnappen.
Ze zag hem eenige oogenblikken strak
aan. En toen met schijnbare berusting in
den toon barer stem, zei ze
»Ge kunt gelijk hebben. Wij vrouwen
kunnen over die dingen zoo niet oordee-
len."
Maar op baar eigen kamer gekomen,
balde ze hare vuisten eu stampte met den
kleinen voet op den grond, terwijl een
toornige gloed uit hare oogen lichtte.
benoeming als onderwijzeres aan school
F aanneemt, wat voor kennisgeving wordt
aangenomen.
Worden overgelegd voorstellen van
Burg. en Weth. om tot versterking 'der
geldmiddelen van de gemeente Vlissingen
eD aan te vangen met den 1 Mei 1895,
de krachtens Koninklijk besluit van 7
November 1890 binnen deze gemeente
geheven wordende 40 opcenten op de
hoofdsom der personeele belasting te
verhoogen, alsmede tot het voortdurend
van kracht te verklaren van de veror
dening tot heffing van plaatselijke belas
ting op het gedistilleerd en het gemaal,
welke voorstellen in handen der com
missie voor de financiën gesteld worden
om advies.
Wijders de begroeting voor 1895, be
dragende in ontv. en uitg. 200.744.45s.
Wordt besloten deze met de beide
voorstellen te stellen in handen van de
commissie voor de financiën.
De zitting gaat hierop over in eene
zitting met gesloten deuren.
Na heropening van de openbare zit
ting worden ter vervulling van de va
cature in het college van regenten voor
het gasthuis, ontstaan door het overlij
den van den heer J. P. Laernoes, ter
benoeming aanbevolen, de heeren C. de
Wolff AHz. en A. Huson, en uit die voor-
draeht met 12 stemmen als zoodanig be
noemd, de heer C. de Wolff AHz.
Wordt overgegaan tot het benoemen
der leden voor de vaste commissiën uit
den gemeenteraad.
Benoemd werden
a. in de commissie voor de verorde
ningen tegen welker overtreding straf is
bedreigd, de Burgemeester, voorzitter, en
de heeren dr. J. van der Beke Callen-
fels, W. L. Winkelman, F. Delvoye en
J. Ie Sage van Hoeve, leden.
b. in de commissie voor de belastin
gen, de heer Th. van Uije Pieterse, voor
zitter, en de heeren S. Alter, dr. J. van
der Beke Callenfels, A. A. A. E. Gewin
en mr. F. N. van der Bilt, leden.
c. in de commissie voor de financiën,
de heer Th. van Uije Pieterse, voorzitter,
en de heeren F. Delvoye, C. Mortier,
Jos. van Raalte en F. H. J. Wibaut,
leden.
d. in de commissie voor de fabricage,
Doch spoedig was ze bedaard en ging
aan het venster zitten, met de hand on
der het hoofd denkend. En sterk spre
kend plooide zich die trek van vastbe
radenheid en eigenwil om hare lippen,
dien de Pruisische generaal er in de bal
zalen der Tuilerieëu had opgemerkt.
ITet was diep in den nacht. Iedereen
in het kasteel scheeu in den slaap ge
dompeld en de rust te genieten, die
krachten moest geven voor de aanstaande
vermoeienissen. Eene geheimzinnige be
weging, een onhoorbaar op- en neergaan,
het spuokachtig verschijnen eu verdwijnen
van schaduwachtige gestalten op het
slotplein deden echter vermoeden, dat niet
alle bewoners hunne legersteden hadden
opgezocht.
In het zwakke licht van eene lantaarn
had men een jongen knaap en eene vrouw
kunnen bespeuren, die bezig waren met
stroo te spreiden op de geplaveide bin
nenplaats en voorzichtig de deur te ope
nen, die van den zij-iDgaDg van het huis,