VMSSIMiSMIE COURANT.
Dt Omiif dor He.
No. 78.
Vrijdag 6 Juli 1894.
32v Jaargang.
Binnenland.
HIT'
Vlissingen, 5 Juli.
Lombok.
Het Gentrum heeft, evenmin als de
«deskundige kringen" te Batavia, die
verwachtefl dat de naar Lombok ver
trokken expeditie een korten, levendigen
tegenstand zal ontmoeten, groote ver
wachting van de uitzending vaü troepen,
daar, ale men bepaalde zekerheid had
omtrent het slagen der expeditie, men
ongetwijfeld niet zou verzuimd hebben,
hieraan op minder vage wijze dan in
een verwachting" uitdrukking te geven.
Toen de oorlog met Atjeh begon, ver
wachtte men ook dat de tegenstand «kort
van duur" zou zijn. Niemand had toen
kunnen vermoeden dat twintig jaar later
de Nederlandsche troepen slechts een
klein deel van het land overmeesterd
zouden hebben en het moeite bleef kosten
om den vijand af te weren. Volledige
onderwerping van Atjeh laat nog altijd
op zich wachten, en zelfs de zeeroove-
rijen belmoren geenszins tot het verleden.
Zullen wij op Lombok gelukkiger zijn
vraagt het blad.Een der hoofdoorzaken van
onze veeljarige worsteling in Atjeh was
onvoldoende kennis van het terrein. Wat
weet men nu van Lombok Weinig
anders meer dan wat eenige reizigers
daarover hebben medegedeeld. Of dit
voldoende is voor een plan de campagne
komt het Centrumminstens genomen,
twijfelachtig voor.
Zoo zijn er meer
In de Gemeentestem deelt een ge
meente-secretaris het volgende, helaas,
volstrekt niet zeldzame geval mede, dat
wij hier in 't kort weergeven
In eene Friesche gemeente diende een
70-jarig gemeente-ambtenaar, die door
lichaamsgebreken zijn werk niet meer
doen kon, zijn ontslag in. Dertig jaar had
hij de gemeente trouw gediend en
welwillend verleende het gemeentebe
stuur hem dan ook «eervol" ontslag.
Maar de man vroeg nog ietseen
klein pensioentje.
Vol vertrouwen richtte hij een verzoek
aan den gemeenteraad, wèl wetende dat
hij volgens de wet en de gemeentelijke
bepalingen geen aanspraak op pensioen
kon doen gelden, maar, hij was immers
in dienst der gemeente oud en gebrekkig
geworden en met trots kon hij bogen op
dertig jaar trouwe plichtsbetrachting.
Thans kon hij niet meerlichaamsge
breken beletten het hem.
De oude man was van meeniDg dat
de gemeente hare oude ambtenaren, die
haar jaren trouw gediend hadden, maar
niet meer werken konden, niet aan de
armoede prijs zou geven. Ja, oudje, dat
recht bestaat inderdaad, maar ge hebt er
5.)
daarna stierf de heer Von
Srlau, en Tromberg trad in het bezit
der erfenis, waarvan bij een aanzienlijke
som uitkeerde aan den notaris, aan
wiens schurkerij hij zijn rijkdom te dan
ken had.
Maar deze laatste had niet lang genot
van de vruchten zijner misdaad een
paar dagen Da het gebeurde maakte een
zenuwtoeval een eind aan zijn leven, en
daar hij geen uiterste wilsbeschikking
naliet, werd zijne vrouw, niet Nora,
erfgename van zijn vermogen.
Dit was juist toereikend om er een-
youdig en rustig van te leven maar
niet aan gedacht dat het altijd ongestraft
roet voeten wordt getreden door ieder,
die daartoe lust gevoelt
Vol vertrouwen zond de oude man zijn
met bevende hand geschreven en slechts
weinig woorden bevattend verzoekschrift
in. In den geest woonde hij de verga
dering bij, waarin het verzoekschrift be
handeld werd, en glimlachende hoorde
hij aan met hoeveel waardeering zijn
ambtelijke loopbaan door de Edel Acht
bare Heeren werd besproken en met boe
groote instemming het voorstel om zijn
verzoek toe te staan werd begroet. Dij
was immers met weinig tevreden, de
oude man, die nooit weelde gekend had.
Hij zou dan toch gevrijwaard zijn voor
de schande om bedeeling te moeten
vragen.
Hoe deerlijk werd zijn vertrouwen op
de gerechtigheid zijner medemenschen
beschaamdZijn adres kwam bij den
Raad, en wel, vergezeld van een schrij
ven van B.en VV.,waarin deze mededeelden
dat, nu er iu de gemeente geen pensioen
regeling voor de ambtenaren bestaat en
de financieele toestand der gemeente on
gunstig is, zij geen vrijheid kunnen vin
den te adviseeren tot inwilliging van
het verzoek, waarom ze dan ook voor
stelden op het adres afwijzend te beschik
ken. En alzoo geschiedde, met algemeeue
stemmen, nadat vooraf nog een der heeren
de opmerking had gemaakt dat de man
altijd voor zijn werk was betaald gewor
den. De vroede man,die dit opmerkte, zeide
reine waarheid, en er was dan ook nie
mand,die er eenige aanmerking op maakte.
Wellicht, zegt de schrijver, komt dit
stuk onder de oogen der Regeering, en
dan zal zeker bij haar de vraag rijzen
Maar wordt er dan niets gedaan voor
arme oude of gebrekkige gemeente-amb
tenaren En zoo de Regeering dan éen
stapje verder gaat en die vraag stelt
aan de gemeentebesturen, dan zal ze, op
enkele, zeer enkele uitzonderingen na,
tot antwoord krijgenNeen, noch voor
hen, noch voor hunne weduwen of weezen
wordt iets gedaan, en dat is immers ook
niet noodig, want daarvoor hebben we
onze barmhartige armenwet.
Met de nachtboot Prins Hendrik maak
te gisterenavond de Hertog van Olden
burg de overtocht naar Queenboro.
Naar wij uit goede bron vernemen zal
het personeel voor het Belgisch Loods
wezen alhier eerstdaags met zes loods-
leerlingen vermeerderd worden. Daardoor
zal ieder loodsvaartuig voortaan geregeld
met vijf matrozen (hulploodsen en leer
lingen) kunnen bemand worden, wat
tot hiertoe slechts bij uitzondering het
geval was.
Naar wij uit zekere bron vernemen, is
mevrouw Maubert had nooit eenvoud
gekend en zorgen waren haar vreemd.
Zoo teerde ze maar van den grooten
hoop, speculeerde om ruimer inkomsten
te hebben, en raakte al meer en meer
met hare zaken in de war, totdat ze ten
laatste bijna haar geheele kapitaal had
verteerd en de nood voor de deur stond.
Nu bood de heer Van Tromberg, aange
spoord door den drang van zijn geweten
om door goede daden zijn misdaad uit
te wisschen, baar zijn hulp aan. Hij
zorgde voor de opvoeding van Nora en
stelde mevrouw Maubert in staat om
met hare dochter op bescheiden voet,
maar onbezorgd te leven.
Daarover bad hij den dag voor zijn
dood met Erwin gesproken.
«Het was een ouderlooze kDaap, jegeDS
wien ik mij als een schurk gedragen
heb." zei hij, «en deze ééne daad doofde
de vreugde van mijn bestaan en werd
de vloek van mijne verdere levensdagen.
Het meisje, dat ik u aanbeveel, heeft
vader noch moeder, het staat alleen op
de heer Charles de la Mar voornemens
met zijn tooneelgezelschap de kermis hier
te bezoeken en uivoeringen te geven in
eeue der grootste schouwburg-loges.
Dinsdag avond werd de zitting* der
Provinciale Staten dezer provincie door
den voorzitter, jhr. W. M. de Brauw ge
opend.
Na mededeeling van eenige ingekomen
stukken en die, dat Gedeputeerde Staten
diligent worden verklaard wat aangaat
beslissing op de adressen van de ge
meenteraden van Yerseke en Dreischor
o-t rentelooze voorschotten, werden de
verschillende voorstellen van Ged. Staten
naar de afdeelingen verzonden en werd
vervolgens overgegaan tot de splitsing
der vergadering in afdeelingen.
Op voorstel van den voorzitter werd
goedgevonden in de eerstvolgende bij
eenkomst over te gaan tot het benoemen
van het lid der Staten, bedoeld bij art.
89 der provinciale wet, en die bijeen
komst bepaald op a.s. Vrijdag 's voor
middags 10 uur.
De gemeenteraad van Veere heeft het
bekende verzoekschrift van den heer
Melchers tot bet afstaan van grond voor
de door hem geboden som in behandeling
genomen en met algemeene stemmen
besloten toestemming te geven tot het
plaatsen van een oven, en voorts telkens
zooveel grond bij aanvrage door den heer
Melchers af te staan, als noodig is tot
het bouwen eener fabriek van gekleurd
glas, tegen den prijs van, 10 cents
de M2.
Geen Londensche prijs dus!
Den heer .T. G. J. Kakebeeke, direc
teur der rijkslandbouwwinterschool te
Goes, is het toezicht opgedragen over en
'j.»hiding van de door het rijk gesub
sidieerde proefvelden in Zuid-Holland en
Zeeland. Hij zal daarin worden bijgestaan
door den heer A. A. ter Haar, leeraar
aan genoemde school.
Officieel is vastgesteld dat op 3 Juli
de expeditie naar Lombok van Soerabaya
zal vertrekken.
Voor de expeditie naar Lombok zijn,
volgens het Bat^Hbl., bestemd 3 bat. inf.,
nl. het 9e van Batavia, zoomede bet 6e
en 7e van Magalang.
Volgens betzelfde blad zou aan den
vorst van Lombok als eiscb gesteld wor
den het slechten van de korten tijd ge
leden door hem met groote kosten op
geworpen versterkingen en overgave van
alle voorhanden wapens en ammunitie,
en zou de Vorst te Matarain kunnen
beschikken over een goed gedisciplineerd
en met repeteer-geweren gewapend le
gertje.
Men kan uit dit gegeven dus opma-
de wereld. Maak aan haar wedei1 goed
wat ik aan Walter misdreven heb. Laat
de vloek in zegen verkeeren I Help haar
sta haar liefderijk met raad en daad ter
zijde waak over haar en laat haar eer
en vrede u heilig zijn."
III.
We moeten eenige jaren teruggaan,
om de tooneelen in het eerste hoofdstuk
beschreven.
'tls een koude Februarinacht, In een
coupé eerste klasse van den nachttrein
naar Keulen zitten twee heeren in een
levendig gesprek, niettegenstaande het
late uur en het eentonig, slaapverwek
kend gedreun van het spoorwegrijtuig.
«Nog een uur," zei de jongste op zijn
horloge ziende, «nog een uur en we
zijn er."
De ander glimlachte. «Ik begrijp uw
ongeduld," zei hij, „ge gaat naar uw
geluk."
»0," hervatte de eerste opgewonden,
#'t is me niet mogelijk u een denkbeeld
ken van welkep aard de tegenstand zal
zijn en het bloedige en kostbare offers
zal kosten ora den vorst van Lombok
aan ons gezag te onderwerpen. Moge
bij [de^ expeditie deze omstandigheid
niet uit het oog verloren worden, d. i.
dat men rekening houde met den te
verwachten tegenstand, dien een sterke
vijand ongetwijfeld bieden zal.
Het vertrek van het pantserdekscbip
Koningin Wilhelmina van Nieuwediep
naar den Atl. Oceaan is tot nader orde
uitgesteld, daar vóór het vertrek de
ketels r.og aan eene inspectie moeten
onderworpen worden.
Door den «Bond van klerken bij 's
rijksbelastingen" is aan den oud-minister
mr. N. G. Pierson een schrijven gezonden,
waarin hem dank wordt betuigd voor
hetgeen hij als minister ter verbetering
der positie der belastingklerken heeft ge
daan.
De Haagsche werklieden-vereenigiDg
«Ontwikkeling" heeft zooveel toezegging
van zustervereenigingen ontvangen dat
de aanbieding van het huldeblijk aan
den oud-minister Tak verzekerd is.
Door de Ged. Staten van Limburg is
een adres aan de Regeering en de Twee
de Kamer gericht met het verzoek eene
herziening der tarieven op den invoer
van producten van landbouw, handel en
nijverheid voor te bereiden.
In de algemeene vergadering der
«Maatschappij van Geneeskunde" is op
voorstel der Friesche afdeeling besloten
eene commissie te benoemen, welke een
onderzoek zal instellen aangaande de
mogelijkheid en wenschelijkheid van
staatsapotheken. Een voorstel derzelfde
afdeeling om zich te verklaren voor het
zoogenaamde steilschrift werd verworpen.
Op voorstel van de afdeeling Leiden
werd nog besloten zich tot den minister
van Waterstaat enz. te wenden met het
verzoek dat hij er voor zorge dat de
Nederlandsche spoorwegmaatschappijen
in eiken spoorwegwaggon minstens eén
van uit den geheelen wagen te bereiken
closet doen aanbrengen.
Het anti-revolutionair blad Het Hoorden
zal tot nadere aankondiging zijn uitgave
staken. Het blad heeft reeds 20 jaar be
staan.
Te Schiedam hebben zich voor de
vacante betrekking van gemeente-ont
vanger 46 sollicitanten aangemeld.
Het is te hopen dat de gemeente
Schiedam ditmaal gelukkig zij in hare
keuze.
Op Dinsdag 4 September en de drie
volgende dagen zal te Brussel het derde
internationale wetenschappelijk congres
te geven van mijn gevoel. Alle hinder
palen overwonnen, mijn moeders toe
stemming verkregen, zie, 't is alsof
Nora mij nu nog dubbel zoo dierbaar is
als eerst, nu ze als prijs van een harden
strijd de mijne wordt. Met haar openlijk
als mijne toekomstige vrouw te mogen
verschijnen, samen te zorgen voor het
nestje, waar we onze zaligheid zullen
genieten, zie Walter, 't is te veel
geluk."
«Ge verdient het, Erwin, ge zijt een
goed mensch. Moge Nora u met de
warmste liefde beloonen,"
Beloonen Alsof ze me iets verschul
digd wasWij beminnen immers elkander
en daarin ligt onze toekomsttrots, ge
luk, getrouwheid tot in den dood."
Walter zweeg, ook hij had dien droom
gehad, hoe wreed was hij verstoord.
«Ge weet het, Walter, hoe trotsch ik
ben op uwe vriendschap, waaraan mijn
broer en ik onze eer te danken hebben,
maar.
«Ik meende, dat we daar nooit meer