VIJSSIUSCIIK COURANT. No. 55. Vrijdag 11 Mei 1894. 329te Jaargang. Gemeentebestuur. IN1. FIIILLIT (61 BUKBAU: Kleine Markt I N°. 187. Prijs per drie maanden 1Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. UITGEVER: F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen. PRIJS DER ADVERTENTIËNVan 1 tot 4 regels ƒ0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Eenig Agent voor Frankrijk de firma Q-. I» DATJBE Co., te Parijs. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnementen voor België, Duitsobland, Enge land en Frankrijk f 1.65 per drie maanden. Oprotping verlofganger tot den werkelijktn dienst. De Burgemeester van Vlissingen, Gezien ae missive van den Commissaris der Koningin in dit gewest van den 5 Mei 1894. A No. 888fc, 3e afdeeling, roept bij deze op tot den werkelijkcu dienst den, in deze gemeente wonenden, verlofganger STROO, Jan, loteling der lichting 1892 uit de gemeente Vlissingen, en behoorende tot het Korps Genietroepen GEL 4 8 T den voormelden verlofganger zich, te dien einde, voorzien van zijne kleeding en voor werpen van uitrusting, alsmede van zijn, voor vertrek afgeteekenden, verlofpas, op den '23 Mei 1894 voor des namiddags te 4 uur rechtstreeks bij zijn korps te Utrecht aan te melden dat voor het geval hij door ziekte of andere redenen "buiten staat mocht zijn om op te komen, hij daarvan kan doen blijken, door, op den dag voor de opkomst bepaald, een, OP ZEGEL geschreven, en gelegaliseerd ge neeskundig getuigschrift van den behandelen- d«n geneesheer, of een ander bewijs of ver klaring ter gemeente-secretarie over te leggen, zullende de zieken, die niet op den bepaalden tijd onder de wapenen komen, te dezer zake niet voor DILIGENT worden ge houden, maar verplicht zijn, zich na hunne herstelling, bij hun korps te vervoegen, ten einde daarbij in den wapenhandel te worden geoefend, wordende hij, voor zooveel noodig, er op gewezen, dat, zoo hij in gebreke blijft aan deze oproeping te voldoen, volgens art. 145 der militiewet, als deserteur zal worden behandeld. Vlissingen, den 10 Mei 1894. De Burgemeester voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. Verkrijgbaar stelling paspoorten land- en zeemacht. De Burgemeester van Vlissingen brengt ter kennis van de miliciens der Inndiu.icht. lichting 1887 en der zee macht, lichting 1889 in deze gemeente woo- achtig, dat de paspoorten wegens geëindigden militiediensttijd, door belanghebbenden ter gemeente-secretarie kunnen worden afgehaald, dagelijks van des voormiddags 10 tot des na middags 3 uren, uitgezonderd op Zon- en feestdagen. Vlissingen, den 10 Mei 1894. De Burgemeester voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. Binnenland. Bewerkt door A. M. O. 44.) »Neen, ik ben niet ontevreden, nu bet geluk je toelacht, maar ik ben verrast. Schelm 1 nog geen veertien dagen geleden vertelde je, dat je nog aan geen huwelijk dacht «Toen had ik nog geen hoop op Marie's hand," zei hij lachend. Wegens mijn armoede durfde ik niet naar hare hand te dingen, maar ik heb mijn pa troon, mijnheer van Broek, mijn hopelooze liefde geopenbaard. Uit vriendschap wil hij mij een kapitaal voorschieten tegen billijke rente. Dat kan dan eenigszins tegen haar bruidschat opwegen eu Vlissingen, 10 Mei. De zaal van den heer Stofkoper zag er eergisteren avond als een ware feestzaal uit. Frisscbe slingers van groen met bloemen, smaakvol gedrapeerde vlaggen aan de wanden, hadden de andera zoo naakte zaal eene voor het oog zeer aangename metamorphose doen ondergaan, terwijl de portretten der Koningin- Regentes en der Koningin aan de zijden, dat van Hobeijn aan den ingang, en boven het tooneel het symbool der Militaire Willemsorde aan het lokaal een vaderlandslievend karakter Het was trouwens een vaderlandslievend feest, dat hier gevierd werd, n.l. de herden king van het feit,dat de heer J.van den Berg 35 jaren geleden met het kruis der Militaire Wil lemsorde op de expeditie naar Reteh voor zijn moed en dapperheid beloond werd. De afdeeling Vlissingen van den Bond van Oud-Onder officieren herdacht dit feit met eenen fees- telijken avond aan den heer J. van den Berg, aan zijn leden met dames en eenige genoodig- den van elders aan te bieden, waaraan door velen voldaan Averd, Bij het binnentreden van den jubilaris klonk het Volkslied, en toen de tonen uit gestorven waren, heette de voorzitter van de afdeeling Vlissingen van genoemden Bond, de heer 0. de Vries, in eenige welgekozen be woordingen allen welkom, die van hier zoowel als van elders gekomen waren om door hu"ne tegenwoordigheid een blijk van belangstelling te geven in het feest van dezen avond. Hierop verleende de voorzitter het woord aan den Eerevoorzitter der Afdeeling, dhr. Tutein Nolthenius, die daarop in hoofdzaak het vol gende zeide Het i» mij een gonoegen als Eerovoorzitter vod de afdeeling Vlissingen ran den Bond van Oud-Onder officieren, voor wie ik sympathie gevoel, als buTgem tester, omdat ik daarmede hulde kan brengen aan een ingezetene, die het in zoo hooge mBte verdient maar bovenal als zeeman, die. hoewel kort bij de marine gediend hebbende eu slechts door om6taud!gheden genoodzaakt haar te ver laten, toch nog steeds warme sympathie voor haar blijf koesteren, aan het tot mij gerichte verzoek te voldoen om heden avond een cukel woord te sproken naar aan leiding van bet doel, waartoe wij thans bijeen zijn. En dan wil ik wijzen op een feit, thans 35 jaar ge leden bedreven een feit, dat evenals zoovele schoouc dappere daden van onze marine en ons leger met gulden letteren gegrift staat in de historie van ons dierbaar Vaderland Al verdwijnt nl het stoffelijke dezer aarde, al wnrdt veel door den tand des tij Is onzichtbaar gemsakt, dit is zeker dat de dappere dadcu nimmer vernet eu worden en van geslacht tot geslacht blijven voortleven. Toen 30 April S 5 door Z M„ oozen geürbiedigdeu Koniug WillemI. hij zijne verheffing tot den troon be sloten werd eene militaire ridderorde in te stellen om vereereude belooniogen toe te kennen en het dragen der daartoe behoorende tcekeuen en decornti'én te ver gunnen aan hen, die zich in den krijgsdienst te water en te land door uitstekende daden van moed, beleid en langzamerhand betaal ik hem alles terug- uit de winst van de courant. Mooier kan bet niet." «Neen, het kan niet mooier," zei Amata, die alles geloofde wat Maurice baar vertelde. Weet ge wel, waarom ik hier van daag voor de tweede maal kom vroeg hij, terwijl haar hart bijna hoorbaar klopte. Hoor eens goed naar mij, beste vriendin Voor ik bij mijnheer Bressol aanzoek doe, moet ik weten wie mijn ouders waren. Ik moet kunnen antwoorden, als Marie's papa mij vraagt." »Ja, Bressol zal vragen en je antwoord zal al je plannen in duigen werpen," zeide zij smartelijk. «Moet ik mij dan voor mijn afkomst schamen »0 God, help mij «Antwoord toch," zei hij bard. »Ik wil eindelijk weten, welk geheim in bet verledene verborgen is." Je dwingt mij, Maurice. Welnu luister dan. Je moeder was van fatsoenlijke t-onw hadden onderscheiden, was de bedoeling daarvan de beoefening van krijgshaftige deugden san te wakkeren en aan le kweeken en een prikkel te stellen om zich door schitterendebfcdrijven gerechtigd te maken tot het verwerven vaji zoodanige eervolle onderscheidingsteekens. Ik herinner mij hoe een der eerste zaken, die men als adelborst moest leeren. en ik twijfel niet of ook nog thans is dat het geval, was, hoe dat schoone riihler- teeken er uit zag aan welk lint het gedragen werd en tcveos dat bet verleenen er van voor een krijgsman, het zij laag of hoog in rang, hetzij hij behoorde tot de zee- landmacht, het schoonste, het eervolste was. wat men immer kon verkrijgen. Het was dan ook regel dat nim mer eeD adelborst iemand voorbij zoude gaan. al was hij burger of militair met de Willemsorde versierd, of hij stelde er eeue eer in dien man het militair saluut te brengen want daarmede bracht hij halde aao meed, beleid, en trouw Velen hebben gedurende de bijna 80 jaren, die ver kopen zijn sedert do orde werd ingesteld, zich door heldendnden haar waardig gemaakt, eu de eerste, wien deze onderscheiding geschonken werd, was de Prins van Oranje, de held van Qnatre-Bras en Waterloo. Maar ook onze Indische krijgsgeschiedenis gewaaet van tal van leitea, zoo door zee- als landmacht be dreven, waarvoor de Militaire Willemsorde werd ver leend. Zoo is het dan ook beden dat wij bijeen zijn om een feit te herdenken, dat ik U wet een enkel woord ia herinnering wil breDgen. En dan wijs ik U op de expeditie naar Reteh in het najaar van 1«68. Te Riouw was in die dagen de onder koning afgezet en door een zijner ooms vervangen, maar hij bleef invloed uitoefenen te Riouw en omstreken Hij had zich bovendien in verbinding gesteld met den Puu- élima-Besar. opperhoofd van Reteh, aan de rivier van dien naam tegenover Linga in Sumatra grlegen en deze plaats was sedert laug cea erkend roofnest waarmede de zeeroovers van de Solo-eilanden in betrekking ston- deu. Be Panglima-Ueaar. zich veilig wanende in het door hem versterkte terrein, weigerde zich aan do In- 3 sche regeering te onderwerpen. HU ..do Jus tijd gewurdon dien Pauglinia-Be»ar door het zenden van eene gewapende macht tot zijn plicht te brengen. Het bevel hierover werd opgedragen nan den luit. ter zee lo klasse A. J. Kroeff. Nadat de plaats, waar de Paoglima-Besar zich genesteld had van alle kanten ingesloten was en de toegaDgeo, langs welke levensmiddelen zouden kunnen worden verstrekt.afgcsloten waren en alles tot de beschikking en den aanval gereed wns trok de kommandant Kroeff met zijne irocpcu op tegen de hooldbenting. welke den 7en November be stormd werd. De Staatscourant vau die dagen geeft een sober relaas van die bestorming waarvan alleen gezegd wordt, dat de bentiug binnen twee uren tijds na den aanval genomen werd. Wat er in die uren geschiedde, leert ons het rap port van deu Luitenant ter zee Bnauik aan wien het commando over de troepen was loevertrocwd. Zijn macht bestond uit 127 man soldaten en mariniers en een versterking vau 40 man Boegineezen en hulptroe pen van Maleiers onder bevel hunner eigen Hoofden. Behalve de noodigo ammunitie, patronen, bijlen enz was de expeditie voorzien van een houwitser a l2ilm, die op ecu sampaiig geplaatst was en vooi veldgeschut moest dieucu. Van eene verkenning, door Luitenant Niesscn ge daan, was de uitslag dat bij den vijand alles rustig was. waarna inen onmiddellijk oprukte en do bentiog tol op 150 pas naderde. Nauwelijks was dit geschied of de gongong in de bentiug begon te slaan, waarna onder hel blazen van het Wilhelmuslied met den aanval be gonnen werd. Door de op onze troepen gerichte 5 litlas werden spoedig 7 mnnschappeu voor het meeren- deel zwaar gekwetst. Daar het bleek dat de houwitser niet veel schade aan de palisadeering der benting be- ouders, die haar een goede opvoeding- gaven. Buiten hun schuld werden zij arm en Amata verloor "bovendien hare ouders, toen zij nauwelijks de kinder schoenen ontgroeid was. Zij stond zonder broers of zusters, zonder bloedverwanten op de wereld. Alleen een. vriendin trok zich haar lot aan en bezorgde haar een betrekking als juffrouw van gezelschap bij een jonge Russische gravin, Kurawieff geheeten, die met haar man en haar zoontje te Parijs leefde. Daar leerde Amata een knap jonkman kennen, die als jager bij den graaf in dienst was. Hij heette Lartige en wist door vleierij haar geluk en eer te ontnemen. Dat was hem met genoeg, hij vermoordde de jonge gravin en verborg het bloedige mes in Amata's kamer, om de verdenking op haar te laten vallen. De ongelukkige werd in ketenen naar de gevangenis gebracht. Daar schonk zij het leven aan een zoon, en dat lcind. Ben ik vroeg hij ontsteld. »Ja," antwoordde zij dof. »Door een rokkende, werd besloten de versperde poort aan de achterzijde te atlaqueereu. Fuselier De Wolff heklom. haar het eerst, doch stortte, door een lanssteek getrof fen, neder. Daarop beklommen haarde matroos 2e klasse Hansen, gevolgd door de Luiteuants ter zee 2e klasse Tiudal, Tucherman en Scholten De vlag werd door den matroos Ifausen op de benting geplaatst, terwijl Luit. Seholten door een lanssteek werd gewond Aangezien het op deze wijze niet giug, besloot mcu de de poort open te hakken. Onderlasschcu begon zich de vijand dapper te verweren, schoot op onze troepen wit de Dabijzijnde beschjcs, terwijl met onzen houwitser op de rooverprauwen gevuurd werd, die bij de groote benting lagen. Eindelijk gelukte het een hees in de versterkte poort te maken, waardoor de onzen bionendrongea. Hierbij moest ook hevig gevochten worden De Commandant Buunig bemerkende dat onze wacht binnen de benting Diet voldoende was begaf zich naar de bres om versterking, die weldra kwam doordien de Luit. t. z 2e kl. Seholten met een deel van zijn peleton van de rechterzijde van de puort gelegen saillant te rugkeerde en met de matrozen 3e klasse Jansen. Van den Berg en Blomqnvst, Wimmev'a en de kwartiermees ter Oltsis de beDtiug binnenstormden. Dezen hadden het geluk om aldaar de oozen voor een aanval in den rog te dekken. Door het voorbeeld dier dappere mannen was het daarop mogelijk met de hoofdmacht de bentiog binnen te trekken. Uit het rapport blijkt dal bij deze bestor ming door de officiereu eu manschappen den grootste» moed en koelbloedigheid aan den dag gelegd werden, daar er verscheidene gevechten geleverd werden van man tegen man, doch die door onze voortreffelijke vuur wapens meestentijds beslist werden eenigen ontvingen daarbij echter klevaugwonden De strijd werd nu voortgezet, de hnizen in de ben ting werden hevig beschoten, waarvan vele dooden en gekwetsten het slachtoffer waren, en zij, die zich door eeue in de benting aanwezige opening al zwemmende trachtten te reddeu, vielen door het vuur van den houwitser en het geweervuur deï daarbij geplaatste man schappen. De Panglima Bcsar werd s'lcrvende voor zijo woning gevonden, en aangezien spoedig uit verschillende huizen witte vlaggen gestoken werden en de vrouwen om ge- Dade riepen, werd het vuren gestaakt Vele gevangenen werden gemaakt en hiermede was na een hardnekkig gevecht vae anderhalf nur te 8.30 de benting veroverd en aan het gezag van den Panglima Besar een roorerhoofd, die jarenlang de schrik van die landstreek was geweest de zeeën onveilig maakte en zonder wiens verdelging geen rast ia Riouw denkbaar waB, voor goed een einde gemaakt. De overwinning was echter duur gekocht met niet minder daa 15 doodeo en 30 gekwetsten. Van den vijand waren 50 man gesneuveld. Aan de onzen viel echter con groote buit in handen. De belooniog bleef niet uit voor zooveel moed en dappotheid, als bij het bestormcu van de benting waren tentoongespreid. Bij Koninklijk besluit van 8 Mei 1859 werd de Vlilitaire Willemsorde toegekend aan allen, die zich bij den aanval het meest onderscheideu hadden, en onder deze ook aan den matroos J. Van den Berg, terwijl verder nog eenige officieren cn manschappen eervol ver meld werden. Aan drie der dapperen kon de Militaire Willemsorde niet meer verloend wordeD, daar zij aan hunne bekomen wonden waren ovorledcn. En zoo viere'u wij dan lieden avond het 35-jarig toeval kwam kaar onsckuld aan het licht, zij werd vrijgesproken en ontving van graaf Kurawieff een groote som tot vergoeding voor de ondergane kerkerstraf. Doch haar leven was verwoest, zij dorstte alleen naar wraak. Zij wilde Lartige aan de rechters overleveren en trad daarom in dienst bij de politie. Veertien jaren lang was zij geheim agent zonder Lartige te vinden. Toen trok zij zich terug en leefde stil tot voor korten tijd. b Dus mijn moeder leeft Waar is zij »En als je haar vond, zou je haar dau vergiffenis schenken vroeg zij in angstige spanning. «Ik heb mijn moeder niets te verwij ten O, mevrouw Rosier, zeg mij spoedig waar mijn moeder is Ik wil mijn moeder zien." Amata had hem vol ontroering aangehoord, doch nu kon zij zich niet langer bedwingen. O, Maurice, gevoelt ge dan niet, dat ik uw moeder ben riep zij uit en be dekte zijn gelaat met kussen. «Heb ik je niet altijd liefgehad als mijn kind Heb ik niet altijd voor je gezorgd? Maar je hebt je moeder ver giffenis geschonkenGeef mij een kus om die woorden te bezegelen. Zeg toch dat je mij niet veracht." Wordt v&rtolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1894 | | pagina 1