VUSSIM.SCIIK COURANT le No. 17. Woensdag 7 Februari 1894. 329te Jaargang. Gemeentebestuur. KENNISGEVING. FIÜLLIT BUREAU: Kleine Markt I N°. 187. Prijs per drie maanden 1.—. Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. UITGEVER: F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen. PRIJS DER ADVERTENTIËNVan 1 tot 4 regelt ƒ0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Eenig Agent voor Frankrijk de firma G. L. DAIJBE Co., te Parijs. VerNchijut Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnementen voor Felgië, Duitaobland, Enge land en Frankrijk f 1.06 per drie maanden De Burg. en Weth. van Vlissingen, bren gen ter algemeene kennis dat art 6 der instructie voor den Omroe per is gewijzigd als volgt »Als belooning voor zijne diensten zal bij >van de belanghebbenden hoogstens mogen vorderen »voor iedere gewone omroeping veertig cent, >voor die van koopdagen van meubilaire goederen tachtig cent, voor die van koopdagen van buizen en gebouwen tachtig cent, (namelijk voor den kijkdag veertig cent en voor den koopdag veertig cent). Dit laatste bedrag zal voor ieder perceel verschuldigd zijn." Vlissingen, 26 Januari 1894. Burgemeester en Wethouders voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. De Secretaris, J H. C. BUSING. Staat aanwijzende de uitkomsten der grond' De Burg. van Vlissingen, maakt bekend dat been ingevolge art. 15 der wet van den 26 Mei 1870 (Stbl no. 82j, door den beer bewaarder der hypotheken en het kadaster te Middelburg is toegezonden Een staat aanwjjzende de uitkomsten lo. der meting naar de artikelen 9 en 10 2o. der schatting naar de artikelen 11 en 13 3o. der afschrijring van belastbare opbrengst naar artikel 6 4o. der verbetering naar art. 23; 5o. der regeling van den aanrang der termijnen naar art 41 der aangehaalde wet dat die staat te rekenen van af beden ge durende dertig dagen voor belanghebbenden ter gemeente secretarie ter inzage zal zijn uedergelegd en herinnert aan art. 16 derzelfde wet, waarbij ie be paald dat de belanghebbenden ten koste van ongeljjk in een aan Gedeputeerde Staten ge richt verzoekschrift op ongezegeld papier her- metiDg of berscbatting kunnen vorderen bin neu den tijd voor het ter inzage liggen bepaald Ed is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 6 Februari '94 De Burgemeester voornoemd, TUTEIN NOLTHEN1US ia S Verzoek om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein De Barg. en Wetb. van Vlissingen, Bewerkt door A. M. O. 1.) «Waar hebt ge de twee heeren opge nomen «Op twee verschillende plaatsen. De een in een herberg nabij Saint Mandé, waarbij ik even stilhield, en de ander bij het station van den Noorderspoor- w eg." «Boe heet de herberg, waar ge den eersten heer hebt opgenomen «Die heet: De groene boom." «Was die heer reeds in de herberg, toen ge daar binnenkwaamt «Neen, hij kwam daar eerst, toen ik n half uur bij een glaasje gezeten had. Gelet op art. 5 der wet van den 28 Juni 1881 (Stbl. no. 97). zooals die is gewijzigd bij de wetten van 23 April 1884, (Stbl. no. 54) en April 1885 (Stbl. D0. 78); doen te weten dat bij hën is ingekomen een verzoekschrift om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein, van P. VAN DER KRIEKEN, in perceel I 34, Peperdijk. Vlissingen, den 6 Februari 1894, De Burg. en Weth. voornoemd, TUTEIN NOLTHENIÜS De Secretaris. J. H. C. BUSING. Binnenland. Vlissingen, 6 Februari. In de zitting der Eerste Kamer van Zaterdag, werd in behandeling genomen en aangenomen, gelijk reeds uit het te legrafisch bericht in ons vorig nummer blijkt, het onteigenings-ontwerp voorde zoogenaamde ceintuurbaan te Rotterdam. In die zitting werd eene financiëele quaestie besproken, maar niet opgelost, n.l. dat de Holl. IJzeren Spoorwegmaat schappij in den aanleg van de baan, die slechts 19 ton zal kosten, een rijkssub sidie zal krijgen van 12 ton plus eene jaar- lijkscbe tegemoetkoming van f 36 000 van de zijde der Exploitatie-maatschappij, zoo dat zii de lijn gratis en jaarlijks nog 8000 toe krijgt. Die mildheid laat zich verklaren uit het feit, dat minister Havelaar bij de aanvrage van het subsidie als kosten van de baan opgaf 4 h 5 millioeD, ter wijl zij thans nog geen 2 millioen blijken te zullen bedragen. De beeren Fransen v. d. Putte en de heer Fokker opperden het bezwaar dat het medegebruik van de baan met de Exploi tatie maatschappij niet voldoende is ge waarborgd, terwijl de heer v. d. Putte er op wees dat de Engelsche maatschap pij van de Harwichbooten ten koste van de maatscbappij„Zeeland" zou worden be nadeeld. üe minister gaf wel geruststel lende verzekeringen van bet tegendeel, maar kon den heer Fokker naar het schijnt, niet overtuigen, daar deze tegen de voordracht stemde Het Vaderland spreekt in een artikel, waarin het eenige beschouwingen aan deze zaak wijdt, den wensch uit dat het ten slotte blijken zal dat noch de Expioi- «Wie is de koetsier van het rijtuig, dat daar voor de deur staat P" riep hij, in de deur staande. «Ik," luidde mijn antwoord. «Kunt ge mij naar het Noorderstation brengen om een vriend af te halen?" vroeg hij verder. Ik antwoordde, dat ik dit gaarne wilde, en inwendig was ik verheugd dat ik niet zonder vracht naar Parijs terug behoefde te keeren.'' De vreemde wierp een stuk zilvergeld op de toonbauk en gelastte den waard mij nog een flink glas te geven, «om een beetje warm te worden bij die scherpe koude," voegde hij er bij. «Maar maak voortik ga alvast in het rijtuig." En ziet u, mijnheer, dat laatste glas, dat ik zoo haastig naar binnen sloeg, dat was te veel. Mijn hoofd werd zwaar en doezelig, daardoor weet ik mij niet zoo helder te herinneren, wat er van nacht gebeurd is." «Zoudt ge dien beer nog herkennen «Niet goed, mijnheer. Ik weet alleen dat hij blond haar eo blonde knevels ta-ie-maatschappij, noch met haar de echt nationale maatschappij «Zeeland," be nadeeld zijn, en hoopt dat de maatsch. «Zeeland," wier dienst zoo uitnemend ingericht is, dat zij op den duur elke concurrentie het hoofd moet kunnen bieden, moge volhouden met het Zeeuw- sche jjuctor et Emerge tot devies. Als het gevoel meer en meer ontwaakt bij de natie, dat de maatsch. „Zeeland" is eene nationale vereeniging met nationaal geld begonnen en" volgehouden, en hare concurrentie zich richten moet tegen eene Engelsche maatschappij, waar alles met Engelsch personeel en geld gedreven wordt en de behaalde winst alleen in de zakken barer aandeelhouders in Engeland vloeit, zal de felle strijd, dien de maat schappij „Zeeland" te voeren heeft, veel gemakkelijker gemaakt worden door de sympathie, maar meer nog door den steun der natie. De minister Tak heeft zijne wijzigin gen van het Kiesrecht-ontwerp ingediend, dat daardoor «in hoofdbeginselen onge wijzigd" blijft. Art. 3 is nu aldus geredigeerd Deze wet houdt voor kenteeken van geschikt heid en voor kenteeken van maatschap- p«flijken welstand het voorzien in eigen onderhoud en in dat van het huisgezin." Art 4: «Zij acht het bezit daarvan aanwezig bij hem, die gedurende de drie laatstverloopen maanden in eene zelfde woning is gehuisvest geweest, of gedu rende het laatstverloopen burgerlijk jaar hoogstens eenmaal ran woning is ver anderd «gedurende het laatstverloopen bur gerlijkjaar zelf evenmin als zijne vrouw of minderjarige kinderen onderstand heeft genoten van eene instelling van welda digheid of van een gemeentebestuur «niet gedurende de drie laatstverloo pen burgerlijke jaren onherroepelijk is veroordeeld wegens bedelarijwegens landlooperïj of tot plaatsing in een Rijks werkinrichting «niet wegens misdrijf onherroepelijk is veroordeeld tot eene vrijheidsstraf van vier jaren of langer «niet door den militairen rechter is ontslagen uit den militairen dienst, met onwaardigverklariug om bij de gewapen de macht te dienen hadhij scheen nog jong te zijn. Zijn gelaat kon ik niet zien want hij had de kraag van zijn jas omhoog geslagen tot aan de ooren. Hij droeg een blauwen bril en een breedgeranden hoed." «Was hij net gekleed?" O ja. llij was fraai gekleed, hij droeg verlakt leeren laarzen en een nieuwe winterjas naar den laatsteu smaak." «Hoe laat kwaamt ge met hem aan het Noorderstation «Om kwart voor éen, mijnheer." «En wat deed hij aan het station «Hij ging in de wachtkamer, en na aankomst van den trein van Lyon kwam hij met een anderen heer terug en stapte met hem in het rijtuig." «Zoudt ge dien anderen heer herken nen «Onmogelijk, mijnheer! Het was don ker, en bovendien had hij een groote witte das om den hals, die zijn gelaat voor een goed deel bedekte. Het trok echter mijne aandacht, dat hij den lin kerarm in een doek droeg." «zich niet opzettelijk aan den bij de wet opgelegden krijgsdienst of aan eene bij de wet opgelegde verplichting ten aanzien van 's Rijks verdediging heeft onttrokken «zijne over het laatstverloopen dienst jaar verschuldigde aanslagen in 's Rijks directe belastingen in het laatstverloopen burgerlijk jaar in hoofdsom en opcenten heeft voldaan «en, door eene overeenkomstig de be palingen der wet ingerichte aanvraag om op de lijst der kiezers te worden geplaatst, het bewijs heeft geleverd dat hij kan lezen eu schrijven." Art. 5: «Het kiesiecht wordt niet uit geoefend door hena die, bij onherroe pelijk geworden rechterlijke uitspraak, de beschikking of het beheer over hunne goederen hebben verloren of aan wie, bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak, het kiesrecht is ontzegd, ge durende den tijd dat het verlies of de ontzegging duurt; bdie in gevangen schap of hechtenis zijn c. die niet voor komen op de van kracht zijnde kiezers lijsten." Art. 7: «De leden der Prov. Staten worden gekozen door de ingezetenen der provincie, die bevoegd zijn tot het kiezen van leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, en die hunne over het laatstverloopen dienstjaar verschuldigde aanslagen in de directe belastingen der provincie, waarvan zij ingezeten zijn, in het laatstverloopen burgerlijk jaar hebben voldaan. Deze wet houdt voor ingezetene der pro vincie hem, die daarin gedurende de laatst- voorafgaande 12 achtereenvolgende maan den zijne woonplaats heeft gehad." Art. 8 vervalt. De wet zal in werking treden op 1 Janu ari 1895. De voorzitter der Tweede Kamer is voornemens aan de te benoemen Centrale Afdeeling voor te stellen op Woensdag, 14 e. k., in de afdeelingen te onderzoe ken de volgende wetsontwerpen 1. Bepalingen omtrent verveningen; 2. uitvoering van art. 191 der grondwet 3. het wetsvoorstel van den heer Levy op de homologatie van akkoord buiten faillietverklaring8. inwerkingtreding van de wet op het faillissement en de «Zijn de beide heeren in de rue Mout- torgueil uitgestapt «Natuurlijk, toeu wij voor het hotel waren." «Zijt ge er zeker van, dat beide heeren uitstapten. Hebt ge dat gezien «Gezien? Ik heb alleen gezien, dat de een uitstapte, mijnheer, maar ik weet toch zeker, dat de andere uitgestapt is." «Hoe is dat mogelijk?" «O, dat is zeer eenvoudig. Toen ik stilhield op het geroep van den eenen heer, hoorde ik hem tot den anderen zeggen«Wacht even tot ik den koet sier betaald en aangescheld heb, dan behoeft n niet zoo lang in de kou te staan" Daarop kwam de beer uit het rijtuig en gaf mij een banknoot van bon - derd francs, met verzoek die ergens in de buurt te wisselen. Ik mocht tien francs afhouden voor het rijden en hij zou zoo lang* op de paarden passen De groote fooi, die hierbij was, maakte mij voorkomend, want de rit kostte slechts vijf francs. Ik ging uaar een wijnhan-

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1894 | | pagina 1