it Roosje vailraè. No. 64. Zondag 4 Juni 1893. 31ste Jaargang. Gemeentebest uur. FI(JtlLIT@l. \msmm:siiii; courant. NATIONALE MILITIE. Onderzoek der verlo/gangers van de Militie te land. De Burgemeester en Wethonders van Vlissiugen, gelet op art. 1 vnn het besluit van den ComtnisBaris der Koningin in deze provincie van den 4den Mei 1898 (Provinciaal blad no. 54.) Verwittigen bij deze de verlofgangers van de militie te land, voor zoover zij voor den I April 11. in het genot van onbepaald verlof zijn gesteld, onverschillig tot welke lichting zij behooren, en zich in deze ge meente bevinden, dat zij zich op Donderdag den 15n Juni 1893, des voorraiddags te 9'/, uren, voor het raadhuis dezer gemeente zullen moeten vervoegen, voorzieu van de kleeding» en uitrustingstukken, van hun zakboekje en van hun verlofpas, om aldaar door den militie-commissaris te worden onderzocht. Verder wordt te kennen gegeven dat, zoo een verlof ganger, uithoofde van ziekte of gebreken bniten staat is voor den militie-commissaris te verschijnen, daarvan uiterlijk voor den dag der inspectie bij deo Burgemees ter zal moeten worden ingediend, een behoorlijk ge zegeld en gelegaliseerd attest van den behandelendcn geneesheer. Wordende een ieder die zulks aangnat, ernstig aan gemaand, om zich ten voorschreven dago, uur en plaats te doen vinden, teneinde zich niet bloot te stellcu aan de straflen bij de wet bedreigd. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort den 2 Juui 1893. De Burgemeester en Welhonder3 voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS, De Secretaris a, i. J. H, DOMMISSE. Zorg en Voorzorg. ii. Uit het voorgaande zal genoegzaam gebleken zijn, dat er zorg bestaat in verschillende opvattingen. We willen ons nu meer bepaaldelijk bezighouden met de zorg in den zin van leed of kom mer. Niet onuoodig zal 't al weer zijn, om na te gaan, hoe zij kan ontstaan, want steeds gaan we uit van de stelling, dat de oorzaken van 't kwaad moeten gezocht worden, wil men de beste geneesmidde len aanwenden. Wat zijn het toch inderdaad benijdens waardig gelukkige menschen, die 's avonds zoo rustig hun hoofd te slapen leggen na eenen nuttig doorgebrachten dagNiet lang duurt het, of ze hebben de oogen gesloten, en zijn in den toe stand van onbewustheid gekomen, terwijl eene gelijkmatige ademhaling en som tijds een hoorbaar geluid te kennen geeft dat ze slapen. Zoo brengen ze eenige uren door, en verkwikt en versterkt ontwaken ze den volgenden morgen, toegerust met nieuwe kracht en fris- schen levensmoed, en zetten vol hoop hunne levensreis voort, doende wat hunne hand vindt om te doen, zoowel voor hun eigen bestaan, als nu en dan ook voor het welzijn van anderen Zeg ik nu, dat zulke menschen geluk kig te noemen zijn, dan vloeit daaruit voort, dat niet alle menschen dit kunnen doen, want immers niet alle menschen zijn gelukkig, en het tegendeel hoort men, te recht of te onrecht, maar al te dikwijls verkondigen. Laat ons nu eens beknopt de oorzaken nagaan, waaraan het gemis van dat geluk kan worden toe geschreven. Het spreekt wel van zelve, dat ik voor eerst diegenen uitsluit, die, door ziekte aangetast, in lijdenden toestand verkee- ren. Die ongelukkigen moeten maar al te vaak het genot van een heerlijken slaap missen, en zijn waarlijk genoeg te beklagenBij hen ligt de oorzaak voor'- de hand. Neenwe moeten andere ge vallen behandelen en ons daartoe in onzeV verbeelding naar een paar slaapkamers verplaatsen, en daar voor luistervink Bpelen. Vergezelt mij dan naar de slaapkamer in dat huis, waarvan het uitwendige u aan welgesteldheid van den bewoner doet denken. In de slaapkamer zelve ziet het er dan ook allesbehalve ar moedig uit. Het tegendeel is waarDie kamer ge tuigt van iets, dat we zoo gaarne een onbezorgd leven gelieven te noemen. Wat een gemakken aan alle kanten Zie dat ledikant en alles, wat daar bij behoort I Hij, die daarin rusten mag, is zeker wel iemand, die de zorgen des levens slechts bij name kent. Een oogen- blik geduld Oordeelt niet te haastig Van het recht der verbeelding gebruik makende, wapenen we ons met den ring van Gyges en naderen wij die sponde, dat rijke rustbed, zonder gezien te wor den, terwijl we de macht bezitten, om niet alleen de zachtst uitgesprokene woor den, maar zelfs de gedachten te hooren, al zijn die niet in klanken uitgedrukt I Hij, die daar ligt, komt ons niet on bekend voor. Hij is een van beu, die dagelijks op de beurs verkeeren, daar groote zaken doen, een steunpilaar heet, en naar de oogen wordt gezien. In 't eerst twijfelden we werkelijk, of hij 't wel was. Is dat het deftige gelaat, waar op nu en dan een beminnelijk glimlachje speelt, als hij tot anderen afdaalt, die een paar sporten lager staan dan hij Dat is bijna onmogelijk en tochja, hij is hetGeen slaap heeft zijn oogen ge sloten. Onrustig woelt hij op dat prach tige bed heen en weer. Ziek is hij niet, al ligt er iets onrustigs, iets gejaagds in zijn blik, dien hij gestadig nu eens naar 't nachtlicht wendt, alsof het zacht ge temperd licht hem nog hinderde, en dan weder naar den hemel van 't ledikant. We hooren hoe hij in zich zei ven spreekt, en we vangen eenige zijner woorden op alsals nu de wissels ver vallen wanneer Willems zich niet staan de kan houden er is alle kans, dat de bank springtik had dit niet moeten wagen; alles kan nog terecht komen, als die posten op tijd betaald worden Langzamerhand schijnt hij bedaarder te worden, en de oogleden sluiten zich als tot een lichte sluimering. Inderdaad, hij slaaptMaar zelfs nu vervolgen hem die schrikbeeldenwant hij beweegt zich andermaal onrustigangstige droo- men kwellen hem. Hij droomt van een bankroet, hij, de geachte man, wien een eeredienst der oogen bewezen werd. Zijn vaste plaats op de beurs zal ledig blijven, en wat moet er dan van hem en de zij nen worden Zoo gewoon aan weelde en overvloed, zoo gewoon om op grooten voet te levenEn dan de schaudeZal hij dat overleven We hebben genoeg gezien en gehoord we verwijderen ons even ongemerkt, als wij daar binnen kwamen, maar we we ten nu, dat zware zorg dien man prangt en kweltzorg, die de buitenwereld nog niet kent, zorg, die hij zich zeiven heeft berokkend, door aan veel te gewaagde speculatiën deel te nemen, door te veel te vertrouwen op de fortuin, die hem voortdurend met hare gunsten scheen te overladen. Die zorg had hij zich kunnen besparen, wanneer hij minder hoog had willen vliegen wanneer hij tevreden was geweest met zijne bestaande, werkelijk bestaande welgesteldheid; wanneer hij niet alles op het spel had gezet, om dien rijkdom nog te vermeerderen. Dat is zorg, die niet alleen bestaat in aDgst voor de toekomst en het lot, dat ons boven 't hoofd hangt, maar gepaard gaat met eene billijke veroordeeling van ons gehouden gedrageene zorg, die het tegenwoordige, het verledene en het toe komende in zich sluit Laat ons een ander tooneel opzoeken. De keuze is moeielijk. want het aantal gevallen, waarin de zorg een voorname rol speelt, is helaaszeer groot- Ziet ge daar die vrouw in 't rouwge waad? Een zware slag heeft haar ge troffen. De man, die eenige jaren 's levens lief en leed met haar heeft gedeeld, werd na een zeer kortstondig lijden van hare zijde weggerukt, haar een paar kinderen nalatende, die echter nog te jong zijn, om dat groote verlies naar waarde te beseffen, en die dus nog al hare, thans dubbele zorg, ten zeerste be hoeven. Wat zit ze daar moedeloos met de hand onder 't hoofd t Is 't alleen de wreede smart der scheiding, die haar, de anders zoo opgeruimde, zoo geheel en al ter neder drukt, als moest ze onder dat gewicht bezwijken? Voorzeker, die reden ware op zich zelve reeds geldig genoeg, om die hou ding te rechtvaardigen, maar er is meer Al had in de eerste oogenblikken alleen haar hart gesproken, al golden die eerste tranen alleen den geliefden echtgenoot, Naar het Eoogduitsch. 35.) Groote vermoeidheid voorwendende, ver zocht ze haar vader zich iets vroeger daö naar gewoonte naar baar kamer te mogen begeven, hetgeen deze haar gaarne toestond, omdat hij zeer goed begreep dat 't voorge vallene haar zenuwen geheel en al van streek badden gebracht. Toen ze hem volgens ge woonte goeden nacht kuste, was hij zeer aangedaan en tot schreiens toe bewogen, zoo» dat hij slechts 'n „wel te rusteD, mijn kind" kon uitbrengen. Op haar kamer gekomen, weende 't arme meisje weder bittere tranen, want haar vader dien ze innig liefhad, wilde ze geen verdriet DBodoen, en tocb,den dierb'ren jongeling hing ze met bart en ziel aan, hem dus zijn woord terug te geven, dat was iets, wat haar onmogelijk was Ze wierp zich op de knieën en bad God om haar kracht en licht te schenken, en, daardoor 'n wenig tot kalmte gekomen, zette ze zich op de sofa, in afwachting tot de pendule baar tien slagen deed hooren. Ze stelde 'n onbepaald vertrouwen in den coruet, daarom was ze vast besloten zich aan zijne, beraadslagingen te ouderwerpen. Hoezeer ze ook tegen de samenkomst op zag, gingen toch voor haar gevoel de utbh en de minuten den slankengang, want wat zou Stephan haar te zeggen hebben zou hij op de eene of andere wijze Dog licht in de zaak kunnen breDgen Zoo werd ze geslingerd tusschen vrees eD hoop, tot eindelijk de peu- dule de gewichtige tien slagen deed hooren die haar als de doffe toonen eener doods klok in de ooren klonken. Een siddering ging baar over al de leden, eu met bevende hand ontsloot ze heur garde» robe, ten einde 'n dunne shawl te krijgen om zich voor de koele nachtlucht te beschermen terwijl ze tevens 'n tuinhoed opzette. Om alle vermoedens te voorkomen, liet ze de lamp op haar kamer branden, zooals ze steeds gewend was, totdat ze zich te bed begaf, om deze dan door 'a kleiner licht te doen vervangen. Met zachten, bijna onhoorbaren tred liep ze de trap af en giog de achterdeur uit, die iu deo tuin uitkwam, waar ze zich op de bank in 't prieel nederzette. Ouder welke verschillende omstandigheden had ze daar reeds dikwerf gezeten 'n onwe- derstaanbare angst maakte zich van haar mees ter, haat hart bonsde, haar hoofd gloeide en heur krachten dreigden haar te onlzinkou 't Was doodstil om haar heen, geen blad be woog zich, en 't minste nietigste geritsel deed haar ontstellen of van schrik opspringen. On willekeurig sloeg ze de oogen ten benei, waar de flonkerende sterren als zoovele boden Gods haar vriendelijk toelachten en moed schenen in te spreken. Eindelijk liet zich 'd zacht geruisch als voetstappen achter den tainmnnr hooren, en eenige oogenblikken later stond de graaf voor baar. Diep geroerd omhelsde bij baar, en den man en vader, toch is er nu, nadat er een kalmer toestand, een toestand van nadenken is ingetreden, eene andere stem, d ie te midden van elk ander gevoel mee- doogenloos tot haar oor doordringt, eene stem, die door geene tranen tot zwijgen kan gebracht worden. Die stem spreekt tot haar over de toekomst. Dat is de stem der ijzeren noodzakelijkheid Die stem zegtwat moet er van u en de uwen worden? Hij, die voor eenige dagen naar zijne laatste rustplaats werd gedragen, was niet alleen de liefhebbende echtgenoot, maar tevens de man, die door zijne be trekking in aller onderhoud voorzag. Met hem zijn ook de verdiensten ten grave gedaald. Middelen bezitten ze niet. Aan sparen is weinig of niet gedacht. En nu verrijst daar voor haar eene sombere, zwarte gedaante, het beeld der zorg. Daar zit ze en peinst en tobt, hoe ze voor zich en de haren aan brood moet komen 1 Dikwijls had ze in de goede dagen haren man aangemaand, om door eene levens verzekering ten minste eenigszins voor de toekomst te zorgen, maar telkens en telkens werd het uitgesteld. Nu was 't te laatIn den waren zin des woords had ze tijdens haar huwelijk weinig zorg gekend, en nu staat dat beeld in zijne volle dreigende gedaante voor baar In 't eerste voorbeeld ontstond de zorg door eigen schuldhier was de zorg het gevolg van het gemis aan voor- zovë- Casacara. Binnenland. Vlissingen, 3 Juni. Donderdagavond werd in de beneden zaal van het café But eene bijeenkomst gehouden van de werkende leden van „Symphonia" alhier. In de eerste plaats werd de vraag gesteld, of „Symphonia," zoowel door getrouwe opkomst der wer kende leden op de repetitiën als door hare eerste uitvoering op 10 Mei 11. in het Grand Hotel, getoond heeft levens vatbaarheid te bezitten. Eenstemmig was men van oordeel, dat deze vraag bevestigend mocht beantwoord worden, niet alleen afgaande op eigen meening, maar voornamelijk, omdat op bedoelde uitvoering het publiek op de meest ondubbelzinnige wijze blijken van goedkeuring gaf en zelfs velen, der zake kundigen, tot verschillende leden woor den van waardeering en aanmoediging spraken, toen zij het geheele programma hadden ten gehoore hooren brengen. Dientengevolge werd besloten, dat deze vereeuiging zou trachten te zijn eene zelfstandige vereeuiging, finantieël onaf hankelijk van één enkel persoon of van eenige vereeuiging, met dien verstande evenwel, dat „Symphonia" zich steeds bereid zal toonen, om plannen in over weging te nemen, die van eenige ver zette zich naast haar neder. Beiden deelden elkander de gesprekken mede, die ze met don ouden heer gevoerd hadden, en die verre van bemoedigend waren. Ge weet, dierbaar meisje, nam de graaf 't woord, dat owe vader bij onze verloving wenschte, dat we ons spoedig in den echt zouden begeven, ook dit zou nog zijn ver langen zijn, indien de vrees, zich 'skonings misnoegen op den hals te halen, hem hiervan niet terughield. Wij zijn echter in staat hem deze onaan genaamheden te besparen en tevens zijn wensch le vervollen, door ons heimelijk dour den echt te laten verbinden is dit eenmaal geschied, dan kan deze niet meer ontbonden worden, en, voegde hij er op vasten toon bij, en zoo iemand er voor boeten moet, dan zal ik de persoon zijn, maar noch n, noch uw vader kaD of zal 's konings toorn treffen. {Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1893 | | pagina 1