VLISSINGSCBË COURANT Een te laat Berouw. No. 63. Zondag 29 Mei 1892. 30,ie Jaargang. Gemeentebestuur. FEUILLETON. BUREAU: Kleine Markt I N°. 187. Prijs per drie maanden 1.—. Franco per post 1.15. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. UITGEVER: F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen. PRIJS DER ADVERTENTIËN; Van 1 tot 4 regels ƒ0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Benig Agent voor Frankrijk de firma G-. L. DAUBE Co., te ParijB. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnementen voor België, Duitschlwnd, Enge land en Frankrijk f 1-65 per drie maanden. komiog van vervolging, hunne aanslagen op den daarbij bepaalden tijd aaD te zuiveren. En is hiervan afkondiging geschied waai het behoort, den 28 Mei 1892. De Bargem. voornoemd, TUTEIN NOLTHENIUS. «Wees u zelf!» is een van die uit drukkingen, welke gemakkelijk te be- zigen, maar moeielijk in practijk te brengen zijnwant wie zich zelf traclit te wezen, moet afwijken van het- gewone. Menigeen zal die afwijking van het gewone geheel overbodig vinden, en vragenEr zijn zoo heel veel menschen die zich niet door zoo'n afwijking ken merken, zich door niets karakteristieks van anderen onderscheidenzijn die allen dan personen welke niet zich zelf zijn Volmondig moeten wij hierop met j a antwoordenmaar we moeten er bij voegen, dat zij daarom nog niet schuldig staanbij de meesten hunner is on macht de oorzaak van hunne alle- daagschheid. Het lcekedichtje van uu Génestet is nog altijd van kracht .Wees u zelf 1" zei ik tot iemmd; Maar hij kon oiet liij was niemand. Het is nu eenmaal zoo in onze heden- daagsche wereld, dat reeds van de ge boorte af een kind allerlei kunstbewer kingen ondergaat, opdat het maar niet van het gewone zou afwijkenen het kan dus nooit dan bij uitzondering voor komen, dat iemand genoeg zelfstandig heid, genoeg individualiteit overhoudt om zich te durven of te kunnen wezen. Dat dit een fout is en geen ge ringe in de manier, waarop onze kinderen worden grootgebracht, lijdt geen twijfel. Alle oorspronkelijkheid, alle originaliteit gaat dientengevolge verloren. Of beter gezegdzij i s reeds verloren gegaanhetgeen hieruit o. a. blijken kan dat het woord origineel in onzen tijd, helaas, steeds een lofspraak inhoudt. Wél een bewijs dat die hoedanigheid zelden voorkomt. De groote meerderheid der menschen is niet origineelheeft geen kracht, ja, voelt zelfs geen behoefte meer om zichzelf te weren. En wie nu maar doet als die meerder heid, d. w. z. wie zich de weelde niet veroorlooft er een eigen oordeel op na te houden, die heeft het gemakkelijk; rustig ten minstehij komt zelden of nooit in botsing. «Het dienstnemen onder de meerder heid,» zegt een groot man, «belooft eene aangename loopbaan. Alle kerkhoven liggen vol nuttige burgers, brave echt- genooteu, trouwe vrouwen, liefhebbende moeders en gehoorzame kinderen, die 't in de gelederen van deze armee tot maar schalk brachten, zonder zich ooit te vermoeien met den afmattenden velddienst van v r ij e studie op 't gebied der zedelijkheid. Ze deden «als de meesten/ Zoo gemakkelijk als het is, gee n eigen oordeel te hebben, zoo afmattend is het, naar eigen inzicht het goede te betrachten. Wie dit beproeft, weet voor uit, kan althans vooruit weten dat de groote menigte zich tegenover hem stellen en in den eersten den besten mis greep of misstap aanleiding vinden zal om naar steenen te grijpen teneinde hem onschadelijk te maken. De geschiedenis leert immers dat het altijd zoo geweest iswat uitstak, werd neergehaaldwat rein was, werd bevuildwat edel was, werd bespuwd en beschimptwat niet begrepen werd, werd gesteenigd. Dit is een van de oorzaken, waarom fouten in de maatschappij zulk een taai leven hebben. Wie een poging wagen wil om verbetering aan te brengen, weet vooraf dat bij door allen, die verzuimd hebben de hand aan 't werk der verbe tering te slaan, vijandig bejegend worden zal. En al ware bet mogelijk dat iemand zich hoven die vijandige bejegeningen verheffen kon, dan nog moet het besef dat allen, die zijn arbeid aanschouwen, met loerende blikken zoeken of zij niet 't een of ander kunnen vinden om te la- keu, reeds zoo'n verlammende» invloed uitoefenen, dat er reuzenkracht naar den geest noodig is om niet moedeloos ineen te zinken. De navolgende personen worden in hun belang aangemaand zich ten spoedigste ter inschrijving* voor de schutterij ter secretarie aan te melden Jacobus van den Berge, Karei An- thonij de Boer, Arie de Bruin, JanCas- tel, William Cremer, Adriaan Dekker, Balthazar Jacobus van Dierendonck, Franciscus van den Dop, Wilhelm Ei- chelberg, Jacobus Engels, Cornelis Flo- russe, Christinus Martinus van Gelder, Pieter Augustinus Gelijn, Pieter Giffard, Jan Haak, Woltherus Hagenaars, Otto Mozes Hartog, Johannes Heeres, Johan nes Hendrikse, Frans Adriaan Hille- brand, Teunis Hoftijzer, Pieter Holle- brandse, Jacobus Janse, Cornelis Kasse, Christiaan Frederik Keersemaker, Cornelis Koning, Willem Jacob Koster, Anthonie Adrianus Kroon, Jan Francois van Mee- len, Johannes Christoffel Meijnderts, Pieter Moens, Marinus Moerland, Carel Hendrik Marinus Mol, Pieter Mos, Jo hannes Cornelis de Mul, Hendrikus Le onardo Mnrre, Gillis Jacobus de Nooijer, Jan de Nooijer, Johan Franciscus van Opbergen, Abraham Johannes Paasse, Johannes Frederik Poleij, Leendert Reijn bout, Dingeman Roelse, Jacobus Cornelis de Ruijter, Cornelis van Schagen, Reinier Schot, Adriaan de Smit, Adrianus Wil helmus Smits, Aarnout Sohier, Abraham Sutherland, Izaak Uiterschout, Joost Va der, Marinus Visser, Jan Johannes Vos, Martinus de Vos Burchart, Janes Wil- leboordse. VliBsingen, 28 Mei 1892. Namens het Gemeentebestuur De Secretaris, F. N. VAN DER BILT. BASBOTES®. Afkondiging van het kohier 4e kwartaal der patenten over het dienstjaar 18w/9a. De Bargemeester van Vlissingen, maakt bekend dat op beden bij hem ontvangen en aan den rijka-ontvanger ter invordering ia ge zonden, bet executoir verklaarde kohier wegens het patentreoht, over het 4o kwar taal dienstjaar 1891/98 en noodigt mitsdien de daarop voorko mende belastingschuldigen uit, om, ter voor- Falkland schaamde zich over de verne derende gedachte, die een oogenblik bij hem opkwam. Hij legde zijne hand zachtkeDs op de bare, terwijl eeu glimlach, alsof hij zich verontschuldigen wilde, zich op zijn ge laat vertoonde. «Niemand, natuurlijk. Ik spreek zonder na te denken* zeide hij. «HaWelnu, dan wensch ik u goeden Dacht ik ga heen.' Met deze woordeD wendde Bride zich naar de poort, maar Falkland sprong snel Daar voren. «Laat u door mijoe tegenwoordigheid niet verschrikkenDaar gij toch hier zijt eu ik zoo zelden de gelegenheid heb u alleen te onlmoeteD, zult gij wel een poosje langer willen blijven, niet waar Met zijn sterke arm omsloot hij de teere vingers vau het meisje vastzijn gelaat, door het maanlicht verzacht, en in zijn won derbare schoonheid uitkomende, boog zich tot bet hare. De invloed van het landschap, het uur, de glans van het maanlicht op het water, de voorbijdrijvende wolken en het droomerig geluid van het water, alles ver- eenigde zich om in het meisje een zonderling ongewoon gevoel op te wekken. Te vergeefs worstelde zij er tegente vergeefs trachtte zij hare hand weg te trekken. Falkland was er de man niet naar om zulk eene gelegen heid ongebruikt le laten voorbijgaan. Zijn arm sloot zich roud haar middel, sloeg met lief kozende vingers den dunnen doek om- het goudblonde baar, en drukte bij, zich bukkende, een kus op de bevende lippeo «Gij lieve schoone Bride ik bemin u, ik bemin u innig!' fluisterde hij hartstoch telijk. Bride luisterde alsof zij droomde. Het was alles zoo onwezenlijk en fantastisch dien avond, dacht zij, en wat nu gebeurde was geheel gelijk het vorige, slechts een droom, waaruit zij spoedig ontwaken zou om zich weder terug te vinden in de armoedige ontbijtkamer met de morsige gordijnen, boekenplanken od de oude rammelende piano, die zoo akelig valscb was I Slechts een droom, die weer voorbij zou gaan en te liefelijk en schoon was om van duur te zijn. «Luistert gij, Bride?* Weer streelden die zachte tonen haar oor; hij sloot zijn arm slechts om haar gestalte, trok haar nader tot zich, tot zij in zijne armen rustte tot het gouden haar zijn borst aanraakte. «Ik heb u dit alles reeds zoo lang gele den willen zeggen, liefste, maar ik durfde niet. Ik was bang dat gij boos op mij zoudt zijn gij weet niet hoe bang ik ben voor een toornigen blik uil die schoone oogeD. Kom, Bride, zie eens op zeg mij dat gij niet boos zijtl' Bride zag op, terwijl een zonderlinge gloed oit hare oogen en haar gelaat straalde. Wat afwijkt, wordt niet geduldwant liet komt niet overeen met liet gewone, waardoor de groote meerderheid zich kenmerkt. Wie dus iets ondernemen en daarbij slagen wil, moet zich niet storen aan het oordeel van een groot man, van een man van beteekenis; maar hij wende zich tot een nietig mensch. Prijst deze hem, keurt deze zijne manier van handelen goed, laat hij zich dan verheugen, want hij zal succes hebben. Zoo'n wetenschap is ontmoedigend voor hen, die werkelijk zich zelf willen zijn voor hen, die van het leven iets meer willen maken dan een tredmolen. Maar toch is het zoo. Des te gelukkiger dan, dat sommigen menschen, ondanks allerlei invloeden, toch nog genoeg kracht en genoeg individualiteit gebleven is om onafhankelijk van het oordeel der me nigte, den weg te gaan, dien zij voor den juisten houden. Onder dezulken treït men de groote mannen aan. Dat de toestand zoo geworden is, kan ons hij eenig nadenken niet verbazen. Behalve andere oorzaken heeft daartoe veel bijdragen de staathuishoudkundige en technische ontwikkeling. Tengevolge van die ontwikkeling toch is verdeeling van arbeid eene zóó gewone zaak ge worden, dat we moeite moeten doen om ons te kunnen indenken in toestanden, waarbij ieder zijn eigen bakker, zijn eigen bouwmeester, zijn eigen landbouwer was. Thans kennen we dat niet meer ja zelfs, de afzonderlijke vakken zijn weer onderverdeeld. Wanneer men b. v. eene fabriek bezoekt waar horloges gemaakt worden, dan zal men daar menschen aantreffen, die gezamenlijk keurige uur werken afleveren; maar hoewel ze ge zamenlijk in staat zijn er duizenden te leveren, is ieder afzonderlijk niet hij machte er één voort te brengen. Hoe kunstig het mechanisme ook zij dat eindelijk de fabriek verlaat, de arbeid door ieder individu er aan verricht, was geheel werktuiglijke arbeidieder maakt maar wat hem opgedragen is als deel van 't geheelzoodat als het horloge geheel in orde is, niemand de zelf voldoening heeft van te kunnen zeggen: Ziedaar, dat is mijn werk! «Boos P' Hoe kan zij boos zijn als haar zoo iets liefelijks toegefloisterd wordt Ik bemin u ik bemin u innig!' had Falk land gezegd, en bet was Bride alsof deze woorden bet zonderlinge geluk, dat zij ge voelde, verklaarden. «Boos 1 Hoe zou ik boos zijn Ik ben er veel te blij om* riep zij uit. Falkland was in de wolken. Gaarne zon bij nog een uur langer gebleven zijn. Af gescheiden van bet natuurlijke genoegen van te weten dat zijne liefde beantwoord werd, paarde zich daarbij een zeer sterk gevoel van triomf. Hij en Drayton hadden zich voor bet zelfde doel gespannen, raaar bij had gewon nen. En Drayton, de onoverwinnelijke Dray ton, die er zich op beroemde dat geene vrouw hem ooit had kunnen weerstaaD was schandelijk verslagen. Hij vroeg waarom Bride den brief bad ternggezonden, en Bride vertelde hem dat, waarop Frank zich verkneukelde van boos aardig genoegen over de nederlaag zijns me dedingers. {Wordt vervólgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1892 | | pagina 1